VERGADERING

RMW-RAAD

 

 

datum RMW-raad

22 april 2025

aanwezig

Olivier Verhulst, voorzitter; Dirk Bauwens, burgemeester; Marian Van Alphen, Valérie Van Genechten, Valerie Michel, Christian Hazard, Pascale Gielen, schepenen; Marijke Dillen, Yolande Avontroodt, Kristof Droessaert, Hendrik Bellens, Hans Hanssen, Laurenz Van Ginneken, Philippe Verschueren, Tara Godts, Micheline Duysens, Joost Van der Hallen, Rob Belmans, Evelien Hens, Ingrid Van Driessen, David Heerwegh, Julie Van Marcke, Niko Leuridan, Jukka Van den Bulcke, Dirk Weber, raadsleden; Tine Vervisch, algemeen directeur;

verontschuldigd

Kathleen Krekels, schepen; Marleen Struyf, raadslid;

 

Uur

21 uur

plaats

Raadzaal

 

NOTULEN

 

Overzicht punten

 

RMW-raad zitting van 22 04 2025

Notulen RMW-raad

 

 

Juridische gronden

        Artikel 32 van het decreet lokaal bestuur

De notulen en het zittingsverslag van de vergadering van de gemeenteraad worden onder de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur opgesteld overeenkomstig artikel 277 en 278. Behalve in spoedeisende gevallen worden de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering ten minste acht dagen voor de dag van de vergadering ter beschikking gesteld van de gemeenteraadsleden. Het huishoudelijk reglement bepaalt de wijze waarop de notulen en het zittingsverslag ter beschikking worden gesteld. Als een gemeenteraadslid daarom verzoekt, worden de notulen en het zittingsverslag elektronisch ter beschikking gesteld. Elk gemeenteraadslid heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de gemeenteraad worden aangenomen, worden de notulen en het zittingsverslag in die zin aangepast. Als er geen opmerkingen worden gemaakt over de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering worden de notulen en het zittingsverslag als goedgekeurd beschouwd en worden ze ondertekend door de voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur. Als de gemeenteraad bij spoedeisendheid is samengeroepen, kan de gemeenteraad beslissen om opmerkingen toe te laten op de eerstvolgende vergadering.

        Artikel 74 van het decreet lokaal bestuur

Artikel 18 tot en met 39, met uitzondering van artikel 29, § 1 en § 5, artikel 36, 37 en 38, eerste lid, 7°, zijn van toepassing op de raad voor maatschappelijk welzijn, met dien verstande dat in die bepalingen de volgende woorden worden gelezen als volgt:

1° "de gemeente" als "het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn";

2° "gemeenteraad" als "raad voor maatschappelijk welzijn";

3° "gemeenteraadslid" als "lid van de raad voor maatschappelijk welzijn";

4° "gemeenteraadsleden" als "leden van de raad voor maatschappelijk welzijn";

5° "college van burgemeester en schepenen" als "vast bureau";

6° "burgemeester" als "voorzitter van het vast bureau";

7° "schepen" als "lid van het vast bureau";

8° "gemeentelijke bestuursorganen" als "bestuursorganen van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn".

        Artikel 33 van het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn
§1. De notulen van de openbare zittingen van de raad voor maatschappelijk welzijn vermelden, in chronologische volgorde:

        alle besproken onderwerpen;

        alle beslissingen en het resultaat van de stemmingen;

        het lot van de punten waarover de gemeenteraad geen beslissing nam;

        de stem van elk lid, behalve bij unanieme beslissingen en bij een geheime stemming;

        verwijzing naar de tussenkomsten die in het zittingsverslag zijn opgenomen.

De notulen van de besloten zitting vermelden enkel de beslissingen.
§2. Het zittingsverslag is het videoverslag van de openbare zitting.

 

BESLUIT

Stemming:  22 stemmen voor: Dirk Bauwens, Marian Van Alphen, Valérie Van Genechten, Valerie Michel, Christian Hazard, Pascale Gielen, Marijke Dillen, Olivier Verhulst, Kristof Droessaert, Hendrik Bellens, Hans Hanssen, Philippe Verschueren, Micheline Duysens, Joost Van der Hallen, Rob Belmans, Evelien Hens, Ingrid Van Driessen, David Heerwegh, Julie Van Marcke, Niko Leuridan, Jukka Van den Bulcke en Dirk Weber

3 onthoudingen: Yolande Avontroodt, Laurenz Van Ginneken en Tara Godts

Artikel 1. De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de notulen van de vergadering van 17 maart 2025 goed.

 

 

Publicatiedatum: 20/05/2025
Overzicht punten

 

RMW-raad zitting van 22 04 2025

Mededelingen vanuit het vast bureau

 

 

Juridische gronden

Artikel 9 van het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn van 20 januari 2025

De voorzitter stelt de agenda van de vergadering op. De agenda bevat in ieder geval de punten die door het vast bureau aan de voorzitter worden meegedeeld. Daarnaast bevat de agenda ook het volgende agendapunt: Mededelingen vanuit het vast bureau, waaronder ook de opvolging van vragen vanuit raadsleden tijdens vorige zittingen is opgenomen.

 

Kennisname

De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de mededelingen die meegegeven worden vanuit het vast bureau.

 

 

Publicatiedatum: 20/05/2025
Overzicht punten

 

RMW-raad zitting van 22 04 2025

BBC - Opvolgingsrapportering 2024

 

 

Feiten en context

De opvolgingsrapportering bevat de stand van zaken van de prioritaire acties of actieplannen en een overzicht van de geraamde en gerealiseerde ontvangsten en uitgaven voor het lopende jaar (schema J1 en T2). De rapportering bevat ook de wijzigingen die het bestuur mogelijks heeft doorgevoerd in de assumpties bij de opmaak van het (aangepaste) meerjarenplan en eventuele wijzigingen in de financiële risico’s. Daarnaast is het bestuur vrij om zelf nog extra elementen in de opvolgingsrapportering op te nemen. 

 

Juridische gronden

Artikel 263 van het decreet lokaal bestuur

De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn bepalen wanneer hen een opvolgingsrapportering, met een stand van zaken van de uitvoering van het meerjarenplan, wordt voorgelegd.

Er wordt minstens voor het einde van het derde kwartaal een opvolgingsrapportering over het eerste semester van het boekjaar voorgelegd.

 

Kennisname

De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de opvolgingsrapportering van 2024.

 

 

Publicatiedatum: 20/05/2025
Overzicht punten

 

RMW-raad zitting van 22 04 2025

Rapportering Organisatiebeheersing 2024

 

 

Voorgeschiedenis

        Op 15 juni 2020 keurden de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn het geïntegreerd kader voor organisatiebeheersing goed.

        Op 21 september 2020 keurden de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn het meerjarenplan organisatiebeheersing goed.

        Op 21 februari 2022 keurden de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn het aangepaste kader voor organisatiebeheersing goed.

 

Feiten en context

        Monitoring is het systematisch en continu verzamelen van relevante gegevens om gericht op te volgen of de (beleids)doelstellingen gerealiseerd worden en de dienstverlening goed verloopt. Dit stelt het bestuur in staat om te weten of het op koers zit om de doelstellingen te bereiken.

        Een adequaat en effectief monitoringsysteem voor lokale besturen voldoet onder andere aan volgende doelstellingen rond organisatiebeheersing:

        de organisatie weet over welke informatie en rapporten ze wil beschikken om de realisatie van haar doelstellingen en haar dienstverlening op te volgen;

        de organisatie gebruikt de gerapporteerde informatie als sturingsinstrument.

        Een goed functionerende organisatie realiseert drie doelstellingen met haar aanpak van organisatiebeheersing:

        de organisatie hanteert een kader voor organisatiebeheersing;

        de organisatie kent haar belangrijkste verbeterpunten en risico's voor de management- en de ondersteunende processen, ze hanteert een strategie om deze te beheersen en volgt deze strategie op;

        de organisatie evalueert regelmatig de manier waarop ze werkt aan haar organisatiebeheersing en stuurt die bij.

 

Juridische gronden

Artikel 219 van het decreet lokaal bestuur

Het organisatiebeheersingssysteem wordt vastgesteld door de algemeen directeur, na overleg met het managementteam. Het algemene kader van het organisatiebeheersingssysteem en de elementen die raken aan de rol en de bevoegdheden van de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn zijn onderworpen aan de goedkeuring van de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn.

De algemeen directeur rapporteert jaarlijks aan het college van burgemeester en schepenen, de gemeenteraad, de raad voor maatschappelijk welzijn en het vast bureau over de organisatiebeheersing. Die rapportering gebeurt jaarlijks uiterlijk voor 30 juni van het daaropvolgende jaar.

 

Argumentatie

        De organisatie beschikt over rapporten waarmee ze een duidelijk zicht heeft op de interne werking en de dienstverlening.

        Leidinggevenden krijgen periodieke rapportages met betrouwbare gegevens die belangrijk zijn om de werking en de output van hun dienst op te volgen.

        De organisatie stuurt bij op basis van de evaluatie van de rapportagegegevens.

        De tussentijdse rapporten organisatiebeheersing worden besproken in het managementteam.

 

Kennisname

De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van het rapport organisatiebeheersing van 2024.

 

 

Publicatiedatum: 20/05/2025
Overzicht punten

 

RMW-raad zitting van 22 04 2025

Rechtspositieregeling - toevoeging

 

 

Voorgeschiedenis

        Het besluit van de Vlaamse regering rechtspositieregeling werd gewijzigd op 18 maart 2023.

        Op 21 oktober 2024 besliste de gemeenteraad om het vakantierecht en het vakantiegeld voor contractuele medewerkers vanaf 2025 op dezelfde manier te berekenen als bij de statutaire medewerkers, namelijk enkel via het publiek vakantiestelsel.

        Op 17 maart 2025 ging het vast bureau akkoord met de voorgestelde regeling over de afwezigheden die mee in rekening worden gebracht voor de opbouw van het vakantiegeld van de contractuele en statutaire medewerkers die vallen onder het publieke vakantiestelsel vanaf 1 januari 2025 en beslist deze aan het sociaal bureau over te maken. Het vast bureau ging akkoord om buiten de haard- en standplaatstoelage geen extra toelagen toe te voegen aan de berekeningsbasis van het vakantiegeld.

 

Feiten en context

        Het sociaal bureau vraagt per mail op 14 januari 2025 aan het bestuur om dringend een beslissing te nemen over het wel of niet in aanmerking nemen van periodes van afwezigheid voor de basisberekening van het vakantiegeld in het publiek vakantiestelsel. Binnen de wettelijke regeling van het publiek vakantiestelsel moet het bestuur een keuze maken aangaande de opbouw van het vakantiegeld, zowel voor statutaire als contractuele medewerkers.

        Deze keuzes moeten ook vastgelegd worden in de rechtspositieregeling.

 

Juridische gronden

        Het besluit van de Vlaamse regering rechtspositieregeling van 18 maart 2023
De minimale voorwaarden van de rechtspositieregeling van het personeel van lokale en provinciale besturen.

        Artikel 77 van het decreet lokaal bestuur
De raad voor maatschappelijk welzijn stelt de reglementen voor het OCMW vast.

 

Argumentatie

        De keuzes zijn gebaseerd op het zo veel mogelijk gelijk behandelen van de statutaire en contractuele medewerkers.

        De voorgestelde keuzes volgen de praktijk zoals die tot op heden is toegepast.

 

BESLUIT

Stemming:  25 stemmen voor: Dirk Bauwens, Marian Van Alphen, Valérie Van Genechten, Valerie Michel, Christian Hazard, Pascale Gielen, Marijke Dillen, Yolande Avontroodt, Olivier Verhulst, Kristof Droessaert, Hendrik Bellens, Hans Hanssen, Laurenz Van Ginneken, Philippe Verschueren, Tara Godts, Micheline Duysens, Joost Van der Hallen, Rob Belmans, Evelien Hens, Ingrid Van Driessen, David Heerwegh, Julie Van Marcke, Niko Leuridan, Jukka Van den Bulcke en Dirk Weber

Artikel 1. De raad voor maatschappelijk welzijn is akkoord met de voorgestelde regeling over de afwezigheden die mee in rekening worden gebracht voor de opbouw van het vakantiegeld van de contractuele en statutaire medewerkers die vallen onder het publieke vakantiestelsel vanaf 1 januari 2025 en beslist deze aan de rechtspositieregeling als bijlage toe te voegen.

 

 

Publicatiedatum: 20/05/2025
Overzicht punten

 

RMW-raad zitting van 22 04 2025

Delegatie van bevoegdheden

 

 

Voorgeschiedenis

De raad voor maatschappelijk welzijn bepaalde op 17 mei 2018 wat onder het begrip 'dagelijks personeelsbeheer' werd verstaan en aan de algemeen directeur werd toevertrouwd. Deze bepaling werd opgemaakt in het kader van het gemeentedecreet en de rechtspositieregeling.

 

Feiten en context

        De raad kan bevoegdheden in het kader van werkgeverschap en personeelsbeleid delegeren aan het vast bureau en aan de algemeen directeur.

        Volgens het decreet lokaal bestuur, is de bevoegdheid van de raad met betrekking tot (onder meer) het organogram, de personeelsformatie en de rechtspositieregeling geen exclusieve bevoegdheid meer en kan ze gedelegeerd worden naar het vast bureau.

        De personeelsformatie wordt in het decreet lokaal bestuur niet meer opgelegd als een verplicht instrument.

        Het decreet lokaal bestuur laat toe dat het vast bureau zijn bevoegdheid delegeert naar de algemeen directeur, onder voorbehoud van de niet-delegeerbare bevoegdheden.

        Volgens artikel 85, tweede lid decreet lokaal bestuur kan het college van burgemeester en schepenen de bevoegdheid met betrekking tot de rechtspositieregeling niet toevertrouwen aan de algemeen directeur.

        Het vast bureau besliste op 23 maart 2025 om de voorliggende delegaties voor te stellen aan de raad voor maatschappelijk welzijn.

 

Juridische gronden

        Artikel 78 van het decreet lokaal bestuur
De raad voor maatschappelijk welzijn kan bij reglement zijn bevoegdheden toevertrouwen aan het vast bureau:

        het vaststellen van de reglementen over personeelsaangelegenheden, waaronder het arbeidsreglement en de rechtspositieregeling;

        het vaststellen van het organogram;

        de gewone aanstellingsbevoegdheid en individuele terbeschikkingstelling;

        het vaststellen van het personeelskader;

        het vaststellen van het bedrag van de maaltijdcheques;

        het vaststellen van het beleid inzake agressie, verzuim en andere beleidsinstrumenten in het kader van welzijn op het werk, waaronder het globaal preventieplan;

        het vaststellen van bijkomende lestijden voor de onderwijsinstelling;

        het vaststellen van het begrip 'dagelijks personeelsbeheer;'

        het aangaan van een dading.

        Artikel 85 van het decreet lokaal bestuur
Het vast bureau kan bij reglement de uitoefening van bepaalde bevoegdheden aan de algemeen directeur toevertrouwen.
De bevoegdheden van het vast bureau, vermeld in artikel 84, § 4, en in artikel 84, § 1, eerste lid, en de met toepassing van artikel 84, § 2, gedelegeerde bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn voor het vaststellen van de rechtspositieregeling, het vaststellen van wat onder het begrip `dagelijks personeelsbeheer' moet worden verstaan, het aangaan van dadingen met personeelsleden naar aanleiding van een beëindiging van het dienstverband, die de gevolgen van de beëindiging van het dienstverband als voorwerp hebben, en de bevoegdheden, vermeld in artikel 84, § 3, 7°, 8°, b), en 10°, kunnen evenwel niet aan de algemeen directeur worden toevertrouwd. Hetzelfde geldt voor de bevoegdheden van het vast bureau in het kader van het financiële beheer, vermeld in artikel 258 en artikel 273 juncto artikel 267, 269 en 272.
De algemeen directeur oefent de bevoegdheden die hem met toepassing van het eerste lid zijn toevertrouwd, persoonlijk uit. Met uitzondering van de bevoegdheid tot het vaststellen van het organogram en de bevoegdheid tot het aanstellen van een waarnemend algemeen directeur bij toepassing van artikel 166, vierde lid, kan de algemeen directeur die bevoegdheden toevertrouwen aan andere personeelsleden van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn.

        Artikel 187 van het decreet lokaal bestuur
Met behoud van de toepassing van artikel 163 en 183, § 1, leggen de personeelsleden van de gemeente en de personeelsleden van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn de volgende eed af in handen van respectievelijk de burgemeester en de voorzitter van het vast bureau: "Ik zweer de verplichtingen van mijn ambt trouw na te komen.". Die eedaflegging weigeren staat gelijk met de aanstelling verzaken. Van de eedaflegging of de weigering ervan wordt een proces-verbaal opgemaakt.
De burgemeester en de voorzitter van het vast bureau kunnen hun bevoegdheid om de eed, vermeld in het eerste lid, af te nemen toevertrouwen aan respectievelijk een lid van het college van burgemeester en schepenen en een lid van het vast bureau, of aan de algemeen directeur.
Bij eventuele delegatie van die bevoegdheid aan de algemeen directeur kan die laatste de bevoegdheid verder delegeren aan een van de leden van het managementteam, vermeld in artikel 179, tweede lid.

        Artikel 170 van het decreet lokaal bestuur
De algemeen directeur staat in voor de algemene leiding van de diensten van de gemeente en van de diensten van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn.
Hij staat aan het hoofd van het personeel van de gemeente en van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn en hij is bevoegd voor het dagelijkse personeelsbeheer. De algemeen directeur kan de uitoefening van het dagelijkse personeelsbeheer toevertrouwen aan andere personeelsleden.
De algemeen directeur rapporteert aan het college van burgemeester en schepenen, aan het vast bureau en aan het bijzonder comité voor de sociale dienst.

 

Argumentatie

        De snelheid waarmee regelgeving dient aangepast te worden en waarmee het personeelsbestand wijzigt in deze VUCA wereld (Volatility, Uncertainty, Complexity, en Ambiguity. In goed Nederlands : Wisselvallig, Onzeker, Complex en Dubbelzinnig)  vraagt een meer dynamische aanpak in het kader van werkgeverschap en personeelsbeleid.

        Het toewijzen van het dagelijks beleid inzake werkgeverschap en personeelsbeleid gebeurt het best en meest efficiënt op het laagst mogelijke niveau, zodat een formele herhaling van de facto al genomen beslissingen kan vermeden worden. Hierdoor wint de organisatie aan efficiëntie en snelheid.

        Door jaarlijks te rapporteren blijft het bestuur betrokken en kan het toezicht uitoefenen op de manier waarop deze bevoegdheden worden uitgeoefend. Het vast bureau voert het beleid uit dat is goedgekeurd in het meerjarenplan en voorziet hiervoor de nodige middelen en omkadering binnen het goedgekeurde financiële plan. Vanuit hun wekelijkse betrokkenheid bij alle dossiers en de personeelsleden staan zij het dichtst bij de noden op de werkvloer voor wat betreft het kader en beleid als werkgever. 

        De algemeen directeur is als hoofd van het personeel het best geplaatst om het dagelijks personeelsbeheer op te nemen.

        De algemeen directeur kan een aantal taken delegeren aan andere personen in de organisatie die hiervoor het best geplaatst zijn.

 

BESLUIT

Stemming:  25 stemmen voor: Dirk Bauwens, Marian Van Alphen, Valérie Van Genechten, Valerie Michel, Christian Hazard, Pascale Gielen, Marijke Dillen, Yolande Avontroodt, Olivier Verhulst, Kristof Droessaert, Hendrik Bellens, Hans Hanssen, Laurenz Van Ginneken, Philippe Verschueren, Tara Godts, Micheline Duysens, Joost Van der Hallen, Rob Belmans, Evelien Hens, Ingrid Van Driessen, David Heerwegh, Julie Van Marcke, Niko Leuridan, Jukka Van den Bulcke en Dirk Weber

Artikel 1. De raad voor maatschappelijk welzijn beslist om de volgende bevoegdheden in het kader van werkgeverschap en personeelsbeheer te delegeren aan het vast bureau:

        het vaststellen van de reglementen over personeelsaangelegenheden, waaronder het arbeidsreglement en de rechtspositieregeling;

        het vaststellen van het organogram;

        de gewone aanstellingsbevoegdheid en individuele terbeschikkingstelling;

        het vaststellen van het personeelskader;

        het vaststellen van het bedrag van de maaltijdcheques;

        het vaststellen van het beleid inzake agressie, verzuim en andere beleidsinstrumenten in het kader van welzijn op het werk, waaronder het globaal preventieplan;

        het vaststellen van bijkomende lestijden voor de onderwijsinstelling;

        het aangaan van een dading.

Artikel 2. De raad voor maatschappelijk welzijn beslist volgende bevoegdheden te vervatten onder het begrip 'dagelijks personeelsbeheer' en delegeert deze aan de algemeen directeur:

        In het kader van de selectieprocedure:

        vaststellen van de functiebeschrijving, met uitzondering van deze van algemeen directeur en de financieel directeur (RPR artikel 13 §2);

        beoordeling van de geldigheid van de kandidaturen (RPR artikel 139 § 4 en 121).

        In het kader van de evaluatie tijdens de loopbaan:

        instaan voor de interne organisatie van de evaluaties (RPR artikel 53);

        aanduiden van de evaluatoren van de verschillende diensten (RPR artikel 60 en 61);

        organiseren van opleiding voor de evaluatoren en waken over de eenduidige toepassing van het evaluatiestelsel (RPR artikel 60);

        eindverantwoordelijkheid dragen voor de actieve inwerking van het personeelslid in zijn functie en zijn integratie in de gemeentelijke diensten (RPR artikel 40) na aanwerving, interne mobiliteit en bevordering;

        met uitzondering van het ontslag wegens beroepsongeschiktheid en de ambtshalve herplaatsing, beslissen over het gevolg van de evaluatie, beslissen over de bevestiging of aanpassing van de evaluatie en het evaluatieresultaat na beroep (RPR artikel 67);

        de formele kennisname van het feitenverslag (RPR artikel 56);

        nemen van passende maatregelen met het oog op het verbeteren van de wijze waarop het personeelslid functioneert (RPR artikel 52);

        beslissen over bevestiging of aanpassing van evaluatie en evaluatieresultaat na gemotiveerd advies van de beroepsinstantie (RPR artikel 67);

        het formuleren van een gemotiveerd voorstel bij ontslag wegens beroepsongeschiktheid (RPR artikel 67 §2);

        hoorplicht bij voorstel tot ontslag omwille van beroepsongeschiktheid (RPR artikel 67 §3).

     In het kader van de vormingsplicht en het vormingsrecht:

     bepalen welke vormingsactiviteiten verplicht zijn voor personeelsleden (RPR artikel 90-91);

     beslissen over toelating tot of weigering van deelname aan een vormingsactiviteit tot 1250 euro inclusief deze van de financieel directeur (RPR artikel 100-101).

     In het kader van vergoeding van reis- en verblijfkosten:

     toestemming geven voor dienstreizen, beslissen welk vervoersmiddel functioneel en financieel het meest verantwoord is (RPR artikel 213) en de vergoeding van verblijfskosten (RPR artikel 217).

     In het kader van het loon:

     met uitzondering van deze van algemeen directeur en financieel directeur, vaststellen van het individuele jaarloon van personeelsleden en valorisatie van de in aanmerking komende diensten bij de weddevaststelling (RPR artikel 173 en artikel 296 bis);

     vaststellen van de vrijwilligersvergoeding en de uitkering ervan;

     toelating tot uitbetaling van vergoedingen en toelagen (waarneming hogere functie, gevarentoelage, permanentie, overuren,...) (RPR artikel 201, 204, 205).

     In het kader van verloven en afwezigheden beslissen over: 

     jaarlijks vastleggen van collectieve vakantieperiodes, sluitingsdagen en feestdagen (RPR artikel 236);

     toelating tot deeltijdse prestaties (RPR artikel 245 en 250);

     het onbetaald verlof (RPR 254 en 259);

     het verlof voor opdracht (RPR artikel 256);

     zorgkrediet en thematisch verlof(RPR artikel 262 - 266);

     vaststelling ongewettigde afwezigheid en beslissing tot inhouding wedde hiervoor (RPR artikel 241 en AR artikel 8);

     dienstvrijstelling in andere gevallen dan bepaald in de rechtspositieregeling (RPR artikel 294);

     toelating voor deelname van personeelsleden aan examenjury’s en als spreker op studiedagen (deontologische code regel 2.4.).

        In het kader van ziekte- en verzuimbeleid:

      kennisname, erkenning / niet erkenning en consolidatie arbeidsongevallen;

     toekenning invaliditeitsvergoeding op voorstel van de arbeidsongevallenverzekeraar;

     beslissen over deeltijdse prestaties op doktersadvies voor contractuele personeelsleden en voor statutaire personeelsleden;

     beslissing over de individuele progressieve werkhervatting en het re-ïntegratietraject;

     onderzoek pensioencommissie;

     deeltijds opnieuw opnemen van de functie door statutaire personeelslid, na afwezigheid wegens ziekte of ongeval van gemeenterecht;

     individuele maatregelen in het kader van moederschapsbescherming.

        In het kader van de werkgeversgezag:

        controle naleving AR (arbeidsreglement) en RPR (rechtspositieregeling);

        vaststelling en wijziging individuele uurroosters (AR artikel 10);

        tijdelijk andere arbeid toewijzen (AR artikel 6);

        dienstaanwijzing, toewijzing van standplaats;

        tijdelijke waarneming hogere functie (RPR artikel 147);

        maatregelen van interne orde, om de goede werking van de dienst te verbeteren of te verzekeren, bijvoorbeeld een reorganisatie of de uitoefening van hiërarchisch gezag;

        oproepen tot permanentieplicht (RPR artikel 208);

        uitlenen van personeel aan een gebruiker (zonder overdracht van werkgeverschap);

        inschakelen van personeel van andere diensten buiten de werkuren.

Artikel 3. De raad voor maatschappelijk welzijn beslist volgende bevoegdheden te vervatten onder het begrip 'aanstellingsbevoegdheid' en delegeert deze aan de algemeen directeur:

        optreden als aanstellende overheid (inclusief alle voorbereidende handelingen die leiden tot aanstellingen, sancties, tucht en einde van de overeenkomst) voor de aanstelling van stagiairs, vrijwilligers, jobstudenten, tijdelijke monitoren, animatoren en lesgevers voor de vrijetijds- en vakantiewerkingen en kinderopvang tijdens schoolvakanties, vervangingscontracten van minder dan 1 jaar, interimarissen, sociale tewerkstelling;

        het personeelslid in disponibiliteit stellen wegens ziekte of invaliditeit (RPR artikel 247);

        beslissen tot de herplaatsing van het personeelslid, in een functie van de zelfde rang of lagere rang (RPR artikel 149-154), dienstaanwijzing of functiewijziging en graadverandering (RPR artikel 140) of als ordemaatregel;

        aanstellende overheid in het kader van interne personeelsmobiliteit (RPR artikel 137);

        eedaflegging van de medewerkers in handen van de algemeen directeur (RPR artikel 39).

 

 

Publicatiedatum: 20/05/2025
Overzicht punten

 

RMW-raad zitting van 22 04 2025

Kind & Gezin samenwerkingsovereenkomst

 

 

Feiten en context

        In het kader van cliëntendossiers bij het OCMW gebeurt er geregeld overleg tussen Kind & Gezin en het OCMW.

        Kind & Gezin is een organisatie in Vlaanderen die zich richt op preventie dienstverlening voor (aanstaande) ouders met jonge kinderen.

        Lokaal bestuur Schilde kan een samenwerkingsovereenkomst aangaan met Kind & Gezin zodat de gegevens van cliënten veilig worden gedeeld volgens de geldende GDPR-wetgeving.

        De samenwerking wordt in een overeenkomst gegoten om de samenwerking in de toekomst duidelijker te omschrijven en de samenwerking te vergemakkelijken.

 

Juridische gronden

Artikel 78, 6° van het decreet lokaal bestuur
Volgende bevoegdheden kunnen niet aan het vast bureau worden toevertrouwd: Het goedkeuren van beheersovereenkomsten en samenwerkingsovereenkomsten als vermeld in artikel 196.

 

Inspraak en advies

Advies op de samenwerkingsovereenkomst door de functionaris voor gegevensbescherming (DPO) op 18 februari 2025.

 

Argumentatie

        Kind & Gezin is in vele gezinnen een belangrijke schakel en doorverwijzer naar verdere hulpverlening bij het OCMW.

        In het kader van een goed hulpverleningstraject een open communicatie met andere hulpverleningsinstanties een belangrijke meerwaarde.

 

BESLUIT

Stemming:  25 stemmen voor: Dirk Bauwens, Marian Van Alphen, Valérie Van Genechten, Valerie Michel, Christian Hazard, Pascale Gielen, Marijke Dillen, Yolande Avontroodt, Olivier Verhulst, Kristof Droessaert, Hendrik Bellens, Hans Hanssen, Laurenz Van Ginneken, Philippe Verschueren, Tara Godts, Micheline Duysens, Joost Van der Hallen, Rob Belmans, Evelien Hens, Ingrid Van Driessen, David Heerwegh, Julie Van Marcke, Niko Leuridan, Jukka Van den Bulcke en Dirk Weber

Artikel 1. De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de samenwerkingsovereenkomst met Kind & Gezin goed.

 

 

Publicatiedatum: 20/05/2025
Overzicht punten

 

RMW-raad zitting van 22 04 2025

Creat aankoopcentrale - toetreding

 

 

Voorgeschiedenis

        Op 22 november 2024 bezorgde Creat de toetredingsdocumenten met de modaliteiten van een toetreding als Creat Services dv-deelnemer. Een gemeente kan toetreden als deelnemer in Creat Services dv.

        Het college van burgemeester en schepenen besliste op 1 januari 2025 toe te treden voor de gemeente tot aankoopcentrale Creat Services dv.

 

Feiten en context

        De deelname in Creat Services dv concretiseert zich middels een kapitaalsinbreng, waartegenover aandelen staan. Voor gemeenten en steden vragen ze om 1 aandeel aan te kopen per volledig 5000 inwoners. De waarde van 1 aandeel is 1000 euro en dient voor ¼ volstort te worden.

        Het college van burgemeester en schepenen heeft een afgevaardigde voorgedragen als lid voor de algemene vergadering van Creat Services dv.

        Creat kan enkel factureren aan rechtstreekse klanten (die aandelen hebben) waardoor ze een OCMW en/of AGB enkel als kostenplaats kunnen opnemen.

        Als er rechtstreekse facturatie gewenst is voor het OCMW en/of AGB, dan moet er afzonderlijk worden toegetreden met deze entiteiten. Voor OCMW’s en AGB’s geldt een vast aantal van 5 aandelen per entiteit. De nominale waarde van 1 aandeel is 1000 euro en voor ¼ te volstorten.

        Creat heeft alle raamovereenkomsten afgesloten op basis van de wetgeving op overheidsopdrachten en biedt deze dienstverlening ook enkel aan organisaties die onderhevig zijn aan de wetgeving op overheidsopdrachten.

        Sinds 2019 wordt er met een minimale afname van 2500 euro (exclusief btw) gewerkt, verspreid over het volledige kalenderjaar en over alle beschikbare raamovereenkomsten. Voor nieuwe klanten zal deze minimale afname pas ingaan vanaf 4 jaar na de toetreding om nieuwe klanten toch ook de mogelijkheid te geven om van voldoende raamovereenkomsten gebruik te kunnen maken. Als deze minimale afname niet bereikt wordt, dan zal er een administratieve kost van 250 euro aangerekend worden.

 

Juridische gronden

Artikel 235, § 1 van het decreet lokaal bestuur

Het autonoom gemeentebedrijf beschikt over een raad van bestuur. De raad van bestuur is bevoegd voor alles wat niet uitdrukkelijk bij decreet, in de statuten of in de beheersovereenkomst aan de gemeenteraad is voorbehouden.

 

Inspraak en advies

Het managementteam gaf op 5 december 2024 positief advies om toe te treden tot de aankoopcentrale Creat.

 

Argumentatie

        Creat services dv heeft een zeer groot aantal overheidsdiensten als klant in de aankoopcentrale waardoor gunstige tarieven verkregen worden bij overheidsopdrachten.

        Het aanbod is breed en specifiek gericht op de overheid.

        Lokale besturen worden geconfronteerd met complexere technisch-administratieve vraagstukken. Er worden meer en meer eisen gesteld op vlak van vakspecifieke kennis voor overheidsopdrachten.

        Het werken via een aankoopcentrale is voor het lokaal bestuur een administratieve vereenvoudiging en biedt garanties voor een goede en correcte marktprijs.

        Het groot aantal contracten dat Creat in portefeuille heeft is nuttig voor meerdere gemeentelijke diensten.

        Het lokaal bestuur is niet verplicht om aan te kopen en behoudt de autonomie als deelnemende partner.

        De  afgevaardigde voor het OCMW, het AGB en de gemeente die de algemene vergaderingen gaat bijwonen mogen dezelfde persoon zijn.

 

Financiële gevolgen

MJP

001516

Actie

AC000104 Lidmaatschappen

Algemene rekening

6150006000

Beleidsveld

0119

Bedrag

Visum financieel directeur

1.250 euro

niet van toepassing

 

BESLUIT

Geheime stemming: (Afgevaardigde Creat : Hendrik Bellens) 24 stemmen voor, 1 stem tegen

Geheime stemming: (Plaatsvervanger Creat : Niko Leuridan) 25 stemmen voor

Stemming:  25 stemmen voor: Dirk Bauwens, Marian Van Alphen, Valérie Van Genechten, Valerie Michel, Christian Hazard, Pascale Gielen, Marijke Dillen, Yolande Avontroodt, Olivier Verhulst, Kristof Droessaert, Hendrik Bellens, Hans Hanssen, Laurenz Van Ginneken, Philippe Verschueren, Tara Godts, Micheline Duysens, Joost Van der Hallen, Rob Belmans, Evelien Hens, Ingrid Van Driessen, David Heerwegh, Julie Van Marcke, Niko Leuridan, Jukka Van den Bulcke en Dirk Weber

Artikel 1. De raad voor maatschappelijk welzijn beslist om met het OCMW toe te treden tot Creat Services dv, volgens de modaliteiten vastgelegd in de statuten van Creat Services dv en volgens het ter beschikking gestelde toetredingsdossier.

Artikel 2. De raad voor maatschappelijk welzijn beslist na geheime stemming volgende afgevaardigde aan te duiden voor de algemene vergaderingen: Hendrik Bellens.

Artikel 3. De raad voor maatschappelijk welzijn beslist na geheime stemming als plaatsvervanger aan te duiden voor de algemene vergaderingen: Niko Leuridan.

 

 

Publicatiedatum: 20/05/2025
Overzicht punten

 

RMW-raad zitting van 22 04 2025

Kansentarief voor buitenschoolse acti - Toegevoegd punt

 

 

In veel gemeenten, zoals Zoersel, wordt het "kansentarief voor buitenschoolse activiteiten" ook toegepast op pleeggezinnen. Vakantieopvang kan kostbaar zijn en de bijdrage voor pleegzorg is vaak niet voldoende, vooral voor kampen.
Onze vraag is: bestaat dit systeem in onze gemeente, en zo niet, kan het kansentarief voor buitenschoolse opvang voor pleeggezinnen ook in onze gemeente worden ingevoerd?

 

Bespreking

De bespreking van dit agendapunt kan hier herbeluisterd worden.

 

Lot van het agendapunt

Het kansentarief voor de UITPAS wordt toegekend op basis van bepaalde voorwaarden. Een van deze voorwaarden kan een doorverwijsbrief van het sociaal huis zijn. Elke inwoner, dus ook pleeggezinnen, kunnen bij het sociaal huis hun situatie bespreken om mogelijks zo'n doorverwijsbrief te ontvangen.

 

 

Publicatiedatum: 20/05/2025
Disclaimer

Publicatie LBLOD

De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.

Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:

Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.