VERGADERING

COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN

 

 

datum College van burgemeester en schepenen

2 maart 2020

aanwezig

Dirk Bauwens, burgemeester; Olivier Verhulst, Kathleen Krekels, Peter Mendonck, Marian Van Alphen, Pascale Gielen, schepenen; Tine Vervisch, algemeen directeur;

 

OPENBAAR VERSLAG

 

Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Goedkeuring verslag vergadering college van burgemeester en schepenen - 24 februari 2020

 

 

Juridische gronden

Artikel 50 van het decreet lokaal bestuur
De notulen worden goedgekeurd op de eerstvolgende gewone vergadering van het college van burgemeester en schepenen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen keurt het verslag van de vergadering van 24 februari 2020 zonder opmerkingen goed.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Lijst bestelbonnen en betaalloten

 

 

Juridische gronden

Artikel 56, § 3, 3° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor het financieel beheer, met behoud van de toepassing van de bevoegdheden van de gemeenteraad.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen verleent goedkeuring aan:

          de bestelbonnen van 1.040 tot en met 1.122;

          het betaallot 16.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Stakingsaanzegging - 5 maart 2020

 

 

Voorgeschiedenis

Op 20 februari 2020 stelt het ACOD-LRB, de algemene centrale der openbare diensten - lokale en regionale besturen, het bestuur schriftelijk in kennis van een stakingsdag op 5 maart 2020.

 

Juridische gronden

          Wet van 19 augustus 1948
Prestaties van algemeen belang in vredestijd.

          Wet van 11 juli 1990 en de bijlage, opgemaakt in Turijn op 18 oktober 1961
Goedkeuring van het Europees Sociaal Handvest.

          Hof van Cassatie, Nederlandse afdeling, derde Kamer
Erkenning door het Hof van Cassatie om geen arbeid te verrichten wegens staking.

 

Argumentatie

          In België zijn geen wettelijke bepalingen die het begrip staking definiëren.

          Er zijn voldoende aanwijzingen die aantonen dat het 'stakingsrecht' opgenomen is in ons positief recht.

          In de bekrachtiging van het Europees Sociaal Handvest is het recht om te staken als sociaal grondrecht opgenomen.

          Het recht om geen arbeid te verrichten wegens staking is ook erkend door het Hof van Cassatie.

 

Kennisname

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de stakingsaanzegging op 5 maart 2020.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Upgrade Barracuda

 

 

Voorgeschiedenis

Op 30 december 2005 nam het college van burgemeester en schepenen kennis van de aankoop van Barracuda software

 

Feiten en context

          Er is nood aan een upgrade van het huidige Hard- en software systeem.

          Het huidige systeem houdt het nieuwe soort malware aanvallen niet meer tegen.

 

Juridische gronden

          Artikel 56, §3 van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor het financiële beheer, met behoud van de toepassing van de bevoegdheden van de gemeenteraad.

          Artikel 42, §1 van de wet op de overheidsopdrachten
De werken of diensten kunnen alleen door een bepaalde ondernemer worden verricht omdat mededinging ontbreekt om technische redenen.

 

Argumentatie

          Er zijn meer malware/phishing aanvallen, de cloudversie van Barracuda heeft een database die dagelijks geüpdatet wordt.

          De upgrade naar de cloudversie van het systeem maakt de hardware overbodig.

          Er is een nood aan meer beveiliging en een incidentiële afhandeling.

          De barracuda licentie die het bestuur nu heeft, zorgt voor verminderde kosten bij het overschakelen naar de cloud versie.

 

Financiële gevolgen

 

MJP

MPJ000350

Actie

AC000122

Algemene rekening

6142999900

Beleidsveld

119

Bedrag

Visum financieel directeur

15.444 euro exclusief btw

20/017 van 26/02/2020

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist dat de upgrade van Barracuda aangekocht wordt voor een eenmalig bedrag van 15.444 euro exclusief btw.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen beslist dat de licentie jaarlijks verlengd wordt.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Dagelijks bestuur gemeente

 

 

Voorgeschiedenis

De gemeenteraad van 21 januari 2013 keurde het begrip dagelijks bestuur goed.

 

Feiten en context

          Met de inwerkingtreding van het decreet lokaal bestuur, moet de definitie van het begrip 'dagelijks bestuur' opnieuw vastgelegd worden.

          Met ingang van 1 januari 2019 wordt het begrip dagelijks bestuur niet meer gekoppeld aan het visum en het budgethouderschap, doch blijft dit bepalend voor de bevoegdheidsverdeling met betrekking tot de overheidsopdrachten.

          Volgende definitie van het begrip 'dagelijks bestuur' wordt voorgesteld:

de overheidsopdrachten waarvoor krediet is goedgekeurd in het meerjarenplan en waarvan het geraamde bedrag niet hoger ligt dan het bedrag bedoeld in artikel 42 §1 1° a) van de wet overheidsopdrachten en artikel 90, 1° van het koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten (of latere vervangingen / wijzigingen aan deze wet of dit koninklijk besluit)

          Het gaat in de praktijk om opdrachten die gevoerd kunnen worden middels de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking op basis van het drempelbedrag, dat in januari 2020 139.000 euro exclusief BTW bedraagt. Er wordt geen onderscheid (meer) gemaakt tussen exploitatie- en investeringsuitgaven.

 

Juridische gronden

          Artikel 40 §2 van het decreet lokaal bestuur
De gemeenteraad bepaalt het beleid van de gemeente en kan daarvoor algemene regels vastleggen.

          Artikel 41 8° van het decreet lokaal bestuur
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:

Het vaststellen van wat onder het begrip 'dagelijks bestuur' moet worden verstaan.

          Artikel 41 10° van het decreet lokaal bestuur
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:

Het vaststellen van de plaatsingsprocedure en het vaststellen van de voorwaarden van overheidsopdrachten tenzij de opdracht past binnen het begrip 'dagelijks bestuur', vermeld in punt 8°, waarvoor het college van burgemeester en schepenen bevoegd is.

          Artikel 56 §3 5° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de vaststelling van de plaatsingsprocedure en de voorwaarden van overheidsopdrachten als het gaat om een opdracht die past binnen het begrip 'dagelijks bestuur', vermeld in artikel 41, tweede lid 8°.

          Artikel 42 §1 1° a) van de wet overheidsopdrachten
Overheidsopdrachten mogen enkel worden geplaatst bij onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking doch, indien mogelijk, na raadpleging van meerdere ondernemers in geval van een overheidsopdracht voor werken, leveringen of diensten wanneer de goed te keuren uitgave zonder belasting over de toegevoegde waarde, is lager dan de bedragen bepaald door de Koning.

          Artikel 90 1° van het koninklijk besluit van 18 april 2017 plaatsing overheidsopdrachten in klassieke sectoren
De aanbestedende overheid kan gebruik maken van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking wanneer de goed te keuren uitgave bedoeld in artikel 42, § 1, 1°, a), van de wet, lager ligt dan het in artikel 11, eerste lid, 2°, bedoelde bedrag.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen stelt voor om volgend voorstel van het begrip 'dagelijks bestuur' ter goedkeuring aan de gemeenteraad voor te leggen:

de overheidsopdrachten waarvoor krediet is goedgekeurd in het meerjarenplan en waarvan het geraamde bedrag niet hoger ligt dan het bedrag bedoeld in artikel 42 §1 1° a) van de wet overheidsopdrachten en artikel 90 1° van het koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten (of latere vervangingen / wijzigingen aan deze wet of dit koninklijk besluit).

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Visumverplichtingen gemeente Schilde

 

 

Voorgeschiedenis

          De gemeenteraad keurde op 21 januari 2013 het begrip 'dagelijks bestuur' goed en besliste op 21 januari 2013 dat de verrichtingen waarvan het bedrag niet hoger is dan het bedrag van de verrichtingen die in het kader van de overheidsopdrachten gegund worden op basis van artikel 122,1° van het koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten van werken, leveringen en diensten en de concessie voor openbare werken, namelijk verbintenissen waarvan het bedrag momenteel niet hoger ligt dan 5.500 euro exclusief BTW, worden vrijgesteld van de visumverplichting

          Het college van burgemeester en schepenen besliste op 15 januari 2018 nieuwe interne afspraken in te voeren in het kader van de wet op de overheidsopdrachten, met name dat de procedure 'aanvaarde factuur' niet mag gebruikt worden voor overheidsopdrachten vanaf 15.000 euro en besliste dat er vanaf een bedrag van 15.000 euro exclusief BTW een visum vereist is

 

Feiten en context

          Op het intranet zijn geen interne afspraken gepubliceerd over het aanvragen van een visum, de procedure en verplichtingen.

          Niet elke visumaanvraag loopt via meeting.net.

          Er is (nog) geen rapportering over de visums.

          Voor aanwervingen en overheidsopdrachten met bestek wordt systematisch een visumaanvraag ingediend, voor andere beslissingen met financiële gevolgen is niet altijd duidelijk wanneer een visum gevraagd moet worden.

 

Juridische gronden

          Artikel 177 van het decreet lokaal bestuur
De financieel directeur staat in volle onafhankelijkheid in voor: de voorafgaande krediet- en wetmatigheidscontrole van de beslissingen van de gemeente en van het OCMW met budgettaire en financiële impact, volgens de voorwaarden die vermeld staan in artikel 266 en 267 van het decreet lokaal bestuur.

          Artikel 181 van het decreet lokaal bestuur
Het managementteam ondersteunt de coördinatie van de diensten van de gemeente en van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn bij de beleidsvoorbereiding, de beleidsuitvoering en de beleidsevaluatie. Het managementteam bewaakt de eenheid in de werking, de kwaliteit van de organisatie en de werking van de diensten van de gemeente en van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, alsook de interne communicatie, overeenkomstig het organisatiebeheersingssysteem.

          Artikel 265 van het decreet lokaal bestuur
Een verbintenis mag alleen worden aangegaan als de financiële gevolgen ervan tijdens de periode van het meerjarenplan passen binnen de ramingen van het meerjarenplan en als de financiële gevolgen voor het lopende boekjaar passen binnen de limitatieve kredieten voor dat boekjaar in het meerjarenplan. Als de gemeente nog niet over uitvoerbare kredieten beschikt voor het lopende boekjaar, is het aangaan of het wijzigen van verbintenissen onderworpen aan de voorafgaande goedkeuring door de gemeenteraad. De gemeente kan dan alleen verbintenissen aangaan of wijzigen die behoren tot de exploitatie en die verband houden met de courante werking en de bestaande dienstverlening. Iedereen die in strijd met het tweede lid verbintenissen heeft aangegaan, is daarvoor persoonlijk verantwoordelijk, behalve in de gevallen die door of krachtens dit decreet worden bepaald en met behoud van de eventuele medeverantwoordelijkheid van andere organen of personeelsleden.

          Artikel 266 van het decreet lokaal bestuur
De voorgenomen financiële verbintenissen die resulteren in een uitgaande nettokasstroom zijn onderworpen aan een voorafgaand visum, voordat enige verbintenis kan worden aangegaan. De financieel directeur onderzoekt de wettigheid en regelmatigheid van die voorgenomen verbintenissen in het kader van zijn opdracht vermeld in artikel 177, eerste lid, 1°. Hij verleent zijn visum, als uit dat onderzoek de wettigheid en regelmatigheid van de voorgenomen verbintenis blijkt. Hij kan voorwaarden koppelen aan zijn visum. Als de financieel directeur weigert zijn visum te verlenen, of als hij er voorwaarden aan koppelt, motiveert hij dat.
De gemeenteraad bepaalt, na advies van de financieel directeur, de nadere voorwaarden waaronder de financieel directeur de controle, vermeld in het tweede lid, uitoefent. De gemeenteraad kan binnen de perken die vastgelegd zijn door de Vlaamse Regering, en na advies van de financieel directeur, bepaalde categorieën van verrichtingen uitsluiten van de visumverplichting.
Het organisatiebeheersingssysteem bepaalt de voorwaarden die gelden om advies te kunnen vragen aan de financieel directeur over de wettigheid en regelmatigheid van verrichtingen die van visumverplichting zijn uitgesloten.

          Artikel 267 van het decreet lokaal bestuur
Als de financieel directeur weigert een visum te verlenen aan een voorgenomen verbintenis, kan het college van burgemeester en schepenen op eigen verantwoordelijkheid viseren. In dat geval brengt het college van burgemeester en schepenen de gemotiveerde beslissing van de financieel directeur, samen met zijn eigen beslissing, ter kennis van de gemeenteraad.

De verbintenis kan pas worden aangegaan nadat de gemeenteraad heeft kunnen kennisnemen van die beslissing van het college van burgemeester en schepenen.

 

Inspraak en advies

Het managementteam van 12 februari 2020.

 

Argumentatie

          De organisatie heeft nood aan een duidelijke visumprocedure die correct en goed gedocumenteerd wordt toegepast.

          Alle medewerkers moeten op de hoogte zijn van de procedure en weten wanneer en hoe een visum van de financieel directeur moet aangevraagd worden.

          Medewerkers moeten kunnen terugvallen op uitgeschreven richtlijnen op het intranet.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het voorstel dat er een visumaanvraag moet ingediend worden via meeting.net voor elk punt dat één van de volgende financiële gevolgen heeft:

1) de aanstelling van statutaire personeelsleden;

2) de aanstelling van contractuele personeelsleden voor onbepaalde duur;

3) de aanstelling van contractuele personeelsleden voor de duur van één jaar of meer;

4) de verbintenissen waarvan het bedrag hoger is dan 25.000 euro exclusief BTW;

5) de verbintenissen die een contractuele looptijd hebben van meer dan één jaar en waarvan het jaarlijks bedrag hoger is dan 25.000 euro exclusief BTW;

6) de investeringssubsidies waarvan het bedrag hoger is dan 10.000 euro.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen stelt aan de gemeenteraad voor dat conform de decretale bepalingen een termijn voor het afleveren van visum bepaald wordt na advies van de financieel directeur na aanwerving.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Teambuilding GGZ 2020 - vraag betaling

 

 

Het punt is verdaagd.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Aanvullende verordening inzake politie op het wegverkeer naar aanleiding van wijziging zone 30 Schoolstraat en omgeving - gemeenteraad

 

 

Voorgeschiedenis

          23 augustus 2004: de gemeenteraad beslist:

          zone 30 in te voeren in de schoolomgeving Wonderwijzer in de:

          Schoolstraat vanaf de Petrus Bogaertslaan tot aan Schoolstraat 34;

          Leopold Gabriëlslaan vanaf de Schoolstraat tot aan Leopold Gabriëlslaan 3;

          Petrus Bogaertslaan vanaf de Schoolstraat tot aan Petrus Bogaertslaan 12;

          in de Schoolstraat variabele signalisatie te gebruiken die enkel oplicht bij het begin en einde van de lessen.

          3 juni 2019: het college van burgemeester en schepenen beslist het bord zone 30 (...) ter hoogte van de voormalige afdeling van school Wonderwijzer te verwijderen aangezien de school al geruime tijd verhuisd is van de Schoolstraat naar de Kerkelei;

          24 februari 2020: het college van burgemeester beslist het volgende voor te leggen aan de gemeenteraad:

          opheffen van de zone 30 in de Schoolstraat;

          verwijderen van de variabele signalisatie in de Schoolstraat;

          invoeren van zone 30 in de Eugeen Dierckxlaan tussen de Schoolstraat en de Kerkelei.

 

Feiten en context

Het bord zone 30 is nog blijven staan om het decor voor de opnames van De Luizenmoeder tweede seizoen niet te verstoren.

 

Juridische gronden

          Artikel 56 §1 van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen bereidt de beraadslagingen en de besluiten van de gemeenteraad voor

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel I hoofdstuk 2 over de aanvullende reglementen

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel II over de plaatsing van de verkeerstekens

          Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, artikel 23 en volgende over het parkeren

          Ministerieel Besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald

          Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van verkeerstekens

          Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009 betreffende de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie over het wegverkeer

 

Argumentatie

De verkeerssituatie moet aangepast worden in functie van de reële toestand en het creëren van een veilige schoolomgeving.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist om de wijziging zone 30 in de Schoolstraat en omgeving via een aanvullend reglement voor te leggen aan de gemeenteraad.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Aanvullende verordening inzake politie op het wegverkeer naar aanleiding van invoeren blauwe zone langs de N12 - gemeenteraad

 

 

Voorgeschiedenis

          E-mail van 19 september 2019 van ondernemers handelszone Schilde-Bergen met vraag blauwe zone in te richten op:

          openbare parkeerzone N12 aan de handelszone;

          openbare parkeerplaatsen aan de Pater Nuyenslaan;

          parkeerplaatsen langs de laterale weg

op de dagen dat de meeste winkels open zijn.

          18 november 2019: het college van burgemeester en schepenen beslist de blauwe zone te beperken tot Turnhoutsebaan 28 t/m 52.

          E-mail van 12 december 2019 van ondernemers handelszone Schilde-bergen:

          akkoord met de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 18 november 2019;

          voorstel de parkeerduur te beperken tot 30';

          3 januari 2020: een enquêteformulier wordt bedeeld bij de bewoners van Turnhoutsebaan 28 t/m 52.

 

Feiten en context

Er werden 7 enquêteformulieren ingediend met volgend resultaat:

          positief voor het invoeren van een blauwe zone: 5

opmerkingen: 2 uur is te lang, beter 30' conform Wijnegem

          negatief: 2

opmerkingen: bewonerskaart mogelijk bij invoering blauwe zone?

 

Inspraak en advies

De verkeerscel adviseert:

          de gebruikelijke parkeerduur in de blauwe zone te behouden, dit wil zeggen 2 uur;

          geen bewonerskaarten toe te kennen omdat dit een precedent schept naar alle andere blauwe zones.

 

Juridische gronden

          Artikel 56 §1 van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen bereidt de beraadslagingen en de besluiten van de gemeenteraad voor

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel I hoofdstuk 2 over de aanvullende reglementen

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel II over de plaatsing van de verkeerstekens

          Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, artikel 23 en volgende over het parkeren

          Ministerieel Besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald

          Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van verkeerstekens

          Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009 betreffende de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie over het wegverkeer

 

Argumentatie

De verkeerssituatie moet aangepast worden om tegemoet te komen aan de wens van de ondernemers handelszone Schilde-Bergen gecombineerd met maximaal behoud van parkeerplaatsen voor langparkeerders.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist om het invoeren van een blauwe zone van Turnhoutsebaan 28 tot en met 52 via een aanvullend reglement voor te leggen aan de gemeenteraad.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Tijdelijke verordening inzake politie op het wegverkeer naar aanleiding van oldtimerevent door Think Out of the Box op 14 juni 2020 - Goedkeuring

 

 

Voorgeschiedenis

Aanvraag van 16 februari 2020 via evenementenapplicatie

 

Juridische gronden

          Artikel 130 bis van de Nieuwe Gemeentewet
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer.

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen.

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel I hoofdstuk 2 over de aanvullende reglementen

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel II over de plaatsing van de verkeerstekens

          Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, artikel 23 en volgende over het parkeren

          Ministerieel Besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald

          Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van verkeerstekens

          Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009 betreffende de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie over het wegverkeer

 

Argumentatie

De verkeerssituatie moet aangepast worden omwille van de organisatie van een oldtimerevent door Think Out of the Box op 14 juni 2020.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist de Alfons Van den Sandelaan af te sluiten tussen de Dieghemveldweg en de Liersebaan op 14 juni 2020 van 8 uur tot 18.30 uur.

Artikel 2. Deze maatregelen worden ter kennis gebracht met verkeersborden C3. Deze bepaling is niet van toepassing voor de voertuigen van de hulpdiensten zoals ziekenwagens, brandweerwagens en politievoertuigen.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Tijdelijke verordening inzake politie op het wegverkeer naar aanleiding van de Dorpsdag in de Kerkstraat op 13 juni 2020 - Goedkeuring

 

 

Voorgeschiedenis

Aanvraag van15 januari 2020 via de evenementenapplicatie

 

Juridische gronden

          Artikel 130 bis van de Nieuwe Gemeentewet
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer.

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen.

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel I hoofdstuk 2 over de aanvullende reglementen

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel II over de plaatsing van de verkeerstekens

          Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, artikel 23 en volgende over het parkeren

          Ministerieel Besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald

          Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van verkeerstekens

          Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009 betreffende de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie over het wegverkeer

 

Argumentatie

De verkeerssituatie moet aangepast worden omwille van de organisatie van de Dorpsdag op 13 juni 2020.

 

BESLUIT

Artikel 1. Omwille van de Dorpsdag op 13 juni 2020 wordt de Kerkstraat afgesloten tussen de Gillès de Pélichylei en De Kaak. De Wijnegemsteenweg wordt eveneens afgesloten tussen De Kaak en de Karel Werrebroecklei. Het kruispunt Kerkstraat - De Kaak moet door gemotoriseerd verkeer gebruikt kunnen worden in twee richtingen voor de omleiding via de Moerstraat - De Dreef Van Zonnebos naar de Sint-Jobsteenweg.

Artikel 2. Verkeersmaatregelen

Artikel. 2.1. In de Kerkstraat tussen de Gillès de Pélichylei en De Kaak en de Wijnegemsteenweg tussen De Kaak en de Karel Werrebroecklei is alle verkeer verboden op 13 juni 2020 van 14.30 uur tot 1 uur 's nachts. Deze maatregelen worden ter kennis gebracht door verkeersborden C3.

Artikel 2.2. Parkeerverbod wordt ingesteld en aangeduid door verkeersborden E3 in de Kerkstraat tussen de Gillès de Pélichylei en De Kaak en de Wijnegemsteenweg tussen De Kaak en de Karel Werrebroecklei op 13 juni 2020 vanaf 12 uur tot 1 uur 's nachts.

Artikel 2.3. De omleidingswegen, omschreven in artikel 3, genieten voorrang ten opzichte van alle zijstraten. Verkeersborden B1, B5 en B15 worden aangebracht. Aan de kruispunten met Wijnegemsteenweg en Gillès de Pélichylei blijft de bestaande voorrangsregeling behouden.

Artikel 3. Wegomlegging

Het verkeer in de Kerkstraat wordt omgeleid via Moerstraat, De Dreef van Zonnebos, Sint-Jobsteenweg, Gillès de Pélichylei, Sint-Hubertuslaan, Eekhoornlaan, Jagersdreef.

Artikel 4. De bepalingen van artikel 2.1 en 2.2 zijn niet van toepassing voor de voertuigen van de hulpdiensten zoals ziekenauto's, brandweerauto's en politievoertuigen.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Tijdelijke verordening inzake politie op het wegverkeer naar aanleiding van Schilde Leeft op 26 juni 2020 - Goedkeuring

 

 

Voorgeschiedenis

Aanvraag van 31 januari 2020 via evenementenapplicatie

 

Juridische gronden

          Artikel 130 bis van de Nieuwe Gemeentewet
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer.

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen.

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel I hoofdstuk 2 over de aanvullende reglementen

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel II over de plaatsing van de verkeerstekens

          Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, artikel 23 en volgende over het parkeren

          Ministerieel Besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald

          Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van verkeerstekens

          Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009 betreffende de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie over het wegverkeer

 

Argumentatie

De verkeerssituatie moet aangepast worden omwille van de organisatie van Schilde Leeft op 26 juni 2020.

 

BESLUIT

Artikel 1. Omwille van de inrichting van Schilde Leeft op de Turnhoutsebaan op 26 juni 2020 wordt de Turnhoutsebaan afgesloten aan het kruispunt met de van de Wervelaan en Vloeyenbergdreef (Vrelust) tot en met het kruispunt met de Liersebaan (Okay) op 26 juni 2020 van 15 uur tot 3 uur 's nachts.

Artikel 2. Verkeersmaatregelen

Artikel 2.1. Alle verkeer is verboden vanaf 15 uur:

          op de Turnhoutsebaan, tussen de Liersebaan en de van de Wervelaan;

          in de Schoolstraat, tussen de Turnhoutsebaan en de van de Wervelaan;

          op de Brasschaatsebaan, tussen de Turnhoutsebaan en de Rijsblokparking.

Deze maatregelen worden ter kennis gebracht door verkeersborden C3.

Artikel 2.2. Parkeerverbod wordt ingesteld en aangeduid door verkeersborden E3 vanaf 14 uur in volgende straten:

          Turnhoutsebaan, tussen van de Wervelaan en Liersebaan;

          Schoolstraat, Puttenhoflaan en Oelegemsteenweg tussen Turnhoutsebaan en de Liersebaan;

          Liersebaan, tussen Turnhoutsebaan en Oelegemsteenweg;

          Brasschaatsebaan, tussen Turnhoutsebaan en de Rijsblokparking.

Artikel 2.3. De omleidingswegen, omschreven in artikel 3, genieten voorrang ten opzichte van alle zijstraten, behalve op de rotondes. Verkeersborden B1, B5, B15 en C31 worden aangebracht.

Artikel 3. Wegomlegging

          Het verkeer op de Turnhoutsebaan en in de Schoolstraat wordt omgeleid via Liersebaan – Oelegemsteenweg - Puttenhoflaan - Schoolstraat - van de Wervelaan.

          Het verkeer op de Brasschaatsebaan en het verkeer vanuit de Turnhoutsebaan richting ’s-Gravenwezel wordt omgeleid via Missionarislei - Kluisdreef.

          Het verkeer dat vanuit de Vloeyenbergdreef de Turnhoutsebaan wil oprijden wordt afgeleid via de laterale weg van de Turnhoutsebaan, richting Kluisdreef. Op deze laterale weg wordt het verkeer door verkeersborden C1 verboden in de richting van de Kluisdreef naar de Vloeyenbergdreef.

          Vanuit de Turnhoutsebaan is het verboden linksaf te slaan ter hoogte van de Vloeyenbergdreef.

Artikel 4. De bepalingen van artikel 2.1 zijn niet van toepassing voor de voertuigen van de hulpdiensten zoals ziekenwagens, brandweerwagens en politievoertuigen.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Tijdelijke verordening inzake politie op het wegverkeer naar aanleiding van avondmarkt in de Schoolstraat op 26 juni 2020 - Goedkeuring

 

 

Voorgeschiedenis

Jaarlijks weerkerend evenement georganiseerd door de gemeente

 

Juridische gronden

          Artikel 130 bis van de Nieuwe Gemeentewet
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer.

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen.

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel I hoofdstuk 2 over de aanvullende reglementen

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel II over de plaatsing van de verkeerstekens

          Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, artikel 23 en volgende over het parkeren

          Ministerieel Besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald

          Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van verkeerstekens

          Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009 betreffende de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie over het wegverkeer

 

Argumentatie

De verkeerssituatie moet aangepast worden omwille van de organisatie van de avondmarkt in de Schoolstraat op 26 juni 2020.

 

BESLUIT

Artikel 1. Door de avondmarkt zijn hierna vermelde bepalingen van toepassing op 26 juni 2020 tot einde opkuis.

Artikel 2. Verkeersmaatregelen

Artikel 2.1. In de Schoolstraat is alle doorgaand verkeer verboden tussen de Turnhoutsebaan en de van de Wervelaan op 26 juni 2020 vanaf 14 uur tot 2 uur 's nachts. Deze maatregel wordt ter kennis gebracht door verkeersborden C3.

Artikel 2.2. Parkeerverbod wordt ingesteld en aangeduid door verkeersborden E3 in de Schoolstraat tussen de Turnhoutsebaan en de van de Wervelaan op 26 juni 2020 vanaf 14 uur tot 2 uur 's nachts.

Artikel 3. De wegomlegging

Het verkeer in de Schoolstraat wordt omgeleid via de Turnhoutsebaan en de van de Wervelaan/Alfons Van den Sandelaan/Liersebaan.

Artikel 4. De bepalingen van artikel 2 zijn niet van toepassing voor de voertuigen van de hulpdiensten zoals ziekenwagens, brandweerwagens en politievoertuigen.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

N12/Frans De Beuckeleerlaan - onteigening inneming 1 (5ca)

 

 

Voorgeschiedenis

E-mail van 31 januari 2020 van MOW Vlaanderen

 

Feiten en context

          MOW Vlaanderen merkt op dat er in 2017 onteigeningen werden gedaan op de N12 voor een ontbrekend stuk voetpad. Inneming 1 (5ca) blijkt niet verworven te zijn.

          MOW Vlaanderen vraagt het standpunt van de gemeente hierover om te weten of ze het dossier al dan niet kunnen afsluiten.

 

Juridische gronden

Artikel 56 §3, 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de taken van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

 

Inspraak en advies

De verkeerscel adviseert de procedure verder te zetten.

 

Argumentatie

Gelijke behandeling van alle eigenaren langs het betreffende gedeelte van de N12.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist de procedure verder te zetten voor het verwerven van inneming 1 (5ca) in het kader van de aanleg van een ontbrekend stuk voetpad langs de N12.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

De Schietboog-Boskant - bochtverharding - prijsofferte

 

 

Voorgeschiedenis

          Aanvraag via e-mail op 7 mei 2019

          16 september 2019: het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de vraag om de bochten in De Schietboog/Boskant te verharden en beslist boordstenen te plaatsen en de gracht zodanig te beschoeien dat uitrijden vermeden wordt.

 

Feiten en context

De offerte van Boden nv bedraagt 2.936,67 euro, BTW inbegrepen.

 

Juridische gronden

Artikel 56 §3, 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

 

Inspraak en advies

Advies verkeerscel: gunstig

 

Argumentatie

Het creëren van een aangename en veilige woonomgeving.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de offerte voor de bochtverharding in De Schietboog/Boskant en beslist de werken te laten uitvoeren.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Oudebaan - vervanging fietsenstalling - prijsofferte

 

 

Voorgeschiedenis

De verkeerscel stelt voor de fietsenstalling aan de Oudebaan/Molenstraat te vervangen.

 

Feiten en context

          De fietsenstalling aan de Oudebaan/Molenstraat is dringend aan vervanging toe.

          De offerte van Koppen BV bedraagt 8.013,73 euro, BTW inbegrepen.

 

Juridische gronden

Artikel 56 §3, 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

 

Inspraak en advies

Advies verkeerscel: gunstig

 

Argumentatie

Het creëren van een aangename woonomgeving en het faciliteren van fietsers.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de offerte voor de vervanging van de fietsenstalling aan de Oudebaan/Molenstraat en beslist de werken te laten uitvoeren mits voorafgaand akkoord van de eigenaar van de grond.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen beslist dat de fietsenstalling geleverd moet worden in de RAL-kleur conform de huisstijl.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Schalmei 38 - witte bollen

 

 

Voorgeschiedenis

E-mail van 29 januari 2020 van gemeente Schilde

 

Feiten en context

De bocht aan De Schalmei 38 wordt regelmatig afgesneden.

 

Juridische gronden

Artikel 56 63, 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

 

Inspraak en advies

De verkeerscel adviseert twee witte bollen te plaatsen.

 

Argumentatie

          Beschermen van de bermen.

          Het creëren van een aangename woonomgeving.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het voorstel om witte bollen te plaatsen ter hoogte van Schalmei 38 en beslist hieraan goedkeuring te verlenen.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Resultaten snelheidsmetingen december 2019 - januari 2020

 

 

Voorgeschiedenis

          Tijdens de periode van 12 december 2019 tot 10 januari 2020 werden snelheidsmetingen uitgevoerd in de Kasteeldreef en in de Bellevuedreef.

          Op 17 en 18 december 2019 werden snelheidsmetingen uitgevoerd in de Oelegemsteenweg.

 

Feiten en context

De snelheidsmetingen leverden volgende resultaten op:

          Kasteeldreef 54:

          V85 = 57 km/uur

          gemiddeld aantal voertuigen per dag: 1.416

          Bellevuedreef 17:

          V85 = 56 km/uur

          gemiddeld aantal voertuigen per dag: 309

          Oelegemsteenweg 63:

          V85 = 56 km/uur

          gemiddeld aantal voertuigen per dag: 4.367

De meter bleek defect, de metingen worden herhaald over een langere periode.

 

Juridische gronden

Artikel 56 §3, 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen binnen de door de gemeenteraad desgevallend vastgestelde algemene regels.

 

Inspraak en advies

De verkeerscel adviseert geen aanpassingen te doen gezien de V85-score aanvaardbaar is.

 

Argumentatie

Het verhogen van de verkeersveiligheid en zorgen voor een aangename woonomgeving.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de resultaten van de snelheidsmetingen uitgevoerd in december 2019/januari 2020 in de Kasteeldreef en Bellevuedreef en beslist geen aanpassingen aangaande de snelheid te doen gezien de aanvaardbare V85-score.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het resultaat van de snelheidsmetingen uitgevoerd op 17 en 18 december 2019 in de Oelegemsteenweg en beslist de resultaten van de nieuwe metingen af te wachten.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Aanleg N121 - Definitief signalisatieplan

 

 

Voorgeschiedenis

Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 20 augustus 2018 goedkeuring aan de gunning van de opdracht “Aanleg enkelrichtingsfietspaden N121 tussen Schilde en 's-Gravenwezel” aan VBG NV, Dellestraat 25 te 3550 Heusden-Zolder tegen het nagerekende inschrijvingsbedrag van 3.124.856,47 euro incl. btw.

 

Feiten en context

Opmaak signalisatieplan

 

Juridische gronden

          Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

          Bestuursdecreet van 7 december 2018.

          Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.

          Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.

          Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 36.

          Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.

          Koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.

 

Argumentatie

In functie van de goede mobiliteit.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist dat het verkeersbord voor het aanduiden van de bebouwde kom (F1a) niet verschoven wordt naar de Heidedreef maar blijft staan ter hoogte van de Dennenlaan aan het adres Brasschaatsebaan 83.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Nutswerken - Fluvius - Klein Waterstraat 36 - Aanleg leidingen

 

 

Feiten en context

Schrijven ontvangen op 24 februari 2020 van Fluvius, Boombekelaan 14 te 2660 Hoboken voor het uitvoeren van grondwerken ter hoogte van de Klein Waterstraat 36 zoals aangeduid op het plan met referentie DDK/2001053.

 

Juridische gronden

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor: de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

          Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

          Bestuursdecreet van 7 december 2018

 

Argumentatie

Vernieuwing van de leidingen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Goedkeuring wordt verleend aan de aanvraag van Fluvius met kenmerk DDK/2001053 en het ontwerpplannen ASL-20-01053.

Artikel 2. Deze goedkeuring wordt gegeven onder de volgende voorwaarden:

          aanvraag coördinatie via GIPOD;

          rekening houden met de verordening over de voetpaden en de verkeersveiligheid voor bovengrondse constructies, kasten;

          rekening houden met de bestaande leidingen en bomen;

          bermen, opritten en voetpaden terug in perfecte staat brengen;

          werken uitvoeren conform de code voor infrastructuurwerken;

          de gemeente verwittigen de dag voor de aanvang van de werken. De werken dienen te worden opgeleverd binnen de 10 werkdagen na beëindiging ervan. Zolang deze afspraak niet nageleefd wordt blijft de vergunninghouder verantwoordelijk voor de werkzone;

          de verplichte onderboringen van het wegdek uitvoeren onder verantwoordelijkheid van de maatschappij;

          de nutsmaatschappij bij aanvang van de werken de verantwoordelijke controleur vermeldt met het telefoonnummer waarop deze bereikbaar is;

          indien van toepassing, de leidingen minstens 50cm onder het bodempeil van de baangracht of waterloop leggen;

          noch het gemeentebestuur, noch de aannemer kunnen verantwoordelijk gesteld worden voor leidingen die niet op de voorgeschreven plaats en diepte gelegd werden.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Nutswerken - Pidpa - Aanpassing drinkwaternet - Kasteeldreef

 

 

Feiten en context

Schrijven ontvangen op 30 januari 2020 van Pidpa, Vierselsebaan 5 te 2280 Grobbendonk voor het aanpassen van haar drinkwaternet ter hoogte van de Kasteeldreef, zoals aangeduid op de plannen met referentie D-25-491.

 

Juridische gronden

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor: de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

          Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen

          Bestuursdecreet van 7 december 2018

 

Argumentatie

Aanpassen drinkwaternet.

 

BESLUIT

Artikel 1. Goedkeuring wordt verleend aan de aanvraag van Pidpa met kenmerk D-25-491.

Artikel 2. Deze goedkeuring wordt gegeven onder de volgende voorwaarden:

          aanvraag coördinatie via GIPOD;

          rekening houden met de verordening over de voetpaden en de verkeersveiligheid voor bovengrondse constructies, kasten;

          rekening houden met de bestaande leidingen en bomen;

          bermen, opritten en voetpaden terug in perfecte staat brengen;

          werken uitvoeren conform de code voor infrastructuurwerken;

          de gemeente verwittigen de dag voor de aanvang van de werken. De werken dienen te worden opgeleverd binnen de 10 werkdagen na beëindiging ervan. Zolang deze afspraak niet nageleefd wordt blijft de vergunninghouder verantwoordelijk voor de werkzone;

          de verplichte onderboringen van het wegdek uitvoeren onder verantwoordelijkheid van de maatschappij;

          de nutsmaatschappij bij aanvang van de werken de verantwoordelijke controleur vermeldt met het telefoonnummer waarop deze bereikbaar is;

          indien van toepassing, de leidingen minstens 50cm onder het bodempeil van de baangracht of waterloop leggen;

          noch het gemeentebestuur, noch de aannemer kunnen verantwoordelijk gesteld worden voor leidingen die niet op de voorgeschreven plaats en diepte gelegd werden.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Nutswerken - Fluvius - Albert Van Dyckstraat 1 - Aanleg leidingen

 

 

Feiten en context

Schrijven ontvangen op 10 februari 2020 van Fluvius Boombekelaan 14 te 2660 Hoboken voor het uitvoeren van grondwerken ter hoogte van de Albert Van Dyckstraat 1 zoals aangeduid op de plannen met referentie VERK-19-06935.

 

Juridische gronden

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor: de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

          Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen

          Bestuursdecreet van 7 december 2018

 

Argumentatie

Uitbreiding van de leidingen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Goedkeuring wordt verleend aan de aanvraag van Fluvius met kenmerk DGO/1906935 en het ontwerpplan VERK-19-06935.

Artikel 2. Deze goedkeuring wordt gegeven onder de volgende voorwaarden:

          aanvraag coördinatie via GIPOD;

          rekening houden met de verordening over de voetpaden en de verkeersveiligheid voor bovengrondse constructies, kasten;

          rekening houden met de bestaande leidingen en bomen;

          bermen, opritten en voetpaden terug in perfecte staat brengen;

          werken uitvoeren conform de code voor infrastructuurwerken;

          de gemeente verwittigen de dag voor de aanvang van de werken. De werken dienen te worden opgeleverd binnen de 10 werkdagen na beëindiging ervan. Zolang deze afspraak niet nageleefd wordt blijft de vergunninghouder verantwoordelijk voor de werkzone;

          de verplichte onderboringen van het wegdek uitvoeren onder verantwoordelijkheid van de maatschappij;

          de nutsmaatschappij bij aanvang van de werken de verantwoordelijke controleur vermeldt met het telefoonnummer waarop deze bereikbaar is;

          indien van toepassing, de leidingen minstens 50cm onder het bodempeil van de baangracht of waterloop leggen;

          noch het gemeentebestuur, noch de aannemer kunnen verantwoordelijk gesteld worden voor leidingen die niet op de voorgeschreven plaats en diepte gelegd werden.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Patrimonium - Aankoop - Brasschaatsebaan 36 (deel)

 

 

Voorgeschiedenis

Principieel akkoord met aankoop door college van burgemeester en schepenen op 30 september 2019.

 

Feiten en context

De waarde van deze eigendom die volgens het opmetingsplan een oppervlakte van 512m² heeft, is geschat aan de totaalprijs van 42.000 euro of 82,03 euro per m². De eigenaar heeft zijn akkoord gegeven met de totaalprijs van 42.000 euro of 82,03 euro per m².

 

Juridische gronden

          Artikel 41,11° van het decreet lokaal bestuur
De gemeenteraad is bevoegd voor daden van beschikking over onroerende goederen

          Artikel 56 van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen dient de beraadslagingen en de besluiten van de gemeenteraad voor te bereiden

          Artikel 815 van het Burgerlijk Wetboek zegt dat volgens het vrije markt principe de verkoop aan een derde partij niet kan tegengegaan worden

 

Argumentatie

Deze plek kan misschien als locatie gebruikt worden om de trouwceremonieën te laten doorgaan.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het akkoord van de eigenaar met het bod van 82,03 euro per m² en de totaalprijs van 42.000 euro.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen agendeert het dossier op de gemeenteraad om een beslissing te nemen over de aankoop.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Patrimonium - Kosteloze grondafstand - Philippedreef 23

 

 

Feiten en context

De eigenaars van de eigendom gelegen aan de Philippedreef 23 met de kadastrale gegevens afdeling 3, sectie B, 110 M2 zijn akkoord om een deel van het perceel, namelijk 815m² gratis af te staan aan de gemeente ter uitbreiding van het openbaar domein.

 

Juridische gronden

          Artikel 41,11° van het decreet lokaal bestuur
De gemeenteraad is bevoegd voor daden van beschikking over onroerende goederen.

          Artikel 56 van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen dient de beraadslagingen en de besluiten van de gemeenteraad voor te bereiden.

 

Argumentatie

Dit deel van het betrokken perceel is reeds aangelegd als openbaar domein. Kadastraal behoort dit echter nog toe aan de eigenaar van de Philippedreef 23. Het is logisch en nuttig dat de gemeente de gratis grondafstand aanvaardt.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen maakt het dossier over aan de gemeenteraad om een beslissing te nemen over de gratis grondafstand.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Bouw voertuigenloods - Goedkeuring verrekening 5

 

 

Voorgeschiedenis

Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 8 juli 2019 goedkeuring aan de gunning van de opdracht “Bouw voertuigenloods” aan Bouwbedrijf MENBO NV, Spijker 65 te 2910 Essen tegen het nagerekende offertebedrag van 1.150.006,51 euro excl. btw of 1.391.507,88 euro incl. 21% btw.

 

Feiten en context

          De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 2019-073. Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 14 oktober 2019 goedkeuring aan verrekening 1 voor een bedrag in meer van 12.824,43 euro excl. btw of 15.517,56 euro incl. 21% btw.

          Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 4 november 2019 goedkeuring aan verrekening 2 voor een bedrag in meer van 1.375,00 euro excl. btw of 1.663,75 euro incl. 21% btw.

          Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 4 november 2019 goedkeuring aan verrekening 4 voor een bedrag in meer van 3.105,27 euro excl. btw of 3.757,38 euro incl. 21% btw.

 

Juridische gronden

       Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen

       Bestuursdecreet van 7 december 2018

       Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht

  • Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen
  • Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° c) (geen of geen geschikte aanvraag tot deelneming of offerte ingevolge een openbare/niet openbare procedure)
  • Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 38/1 (Aanvullende Werken/Leveringen/Diensten)
  • Koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen

 

Argumentatie

Tijdens de uitvoering van de opdracht bleek dat het noodzakelijk was om volgende wijzigingen aan te brengen:

HV in meer

 

€ 2.064,76

HV in min

-

€ 2.788,00

TOTAAL

=

€ -723,24

Deze verrekening en de vorige reeds goedgekeurde verrekeningen overschrijden het bestelbedrag met 1,44%, waardoor het totale bestelbedrag na verrekeningen nu 1.166.587,97 euro excl. btw of 1.411.723,33 euro incl. 21% btw bedraagt.

Motivering voor deze verrekening:

          enkele deur RF 30 vervalt: - 2282,02 euro;

          verluchtingsroosters vervallen: - 505,98 euro;

          enkele deur Hörmann extra: + 1780,44 euro;

          anti-paniekbeslag extra: + 284,32 euro.

Voor deze verrekening wordt geen termijnsverlenging toegekend.

De leidend ambtenaar verleende gunstig advies.

 

BESLUIT

Artikel 1. Goedkeuring wordt verleend aan verrekening 5 van de opdracht “Bouw voertuigenloods” voor het totaal bedrag in min van -723,24 euro incl. btw.

Artikel 2. De uitgave voor deze verrekening is voorzien in het investeringsbudget van 2017, op budgetcode GEM/22100007/0119 (actie 1419/005/001/014/002).

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Renovatie conciërgewoning Oranjerie - Goedkeuring definitieve oplevering

 

 

Voorgeschiedenis

Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 7 september 2015 goedkeuring aan de gunning van de opdracht “Renovatie conciërgewoning Oranjerie” aan Renovatiebouw Van Broeckhoven nv, Bremboslaan 7 te 2970 Schilde tegen het nagerekende offertebedrag van 105.332,36 euro excl. btw of 127.452,16 euro incl. 21% btw.

 

Feiten en context

De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 2015-021 (D.10406.2135). De ontwerper, Architect Van Soens Raymond, Kasteeldreef 61 te 2970 Schilde stelde een proces-verbaal op van voorlopige oplevering, die plaatsvond op 27 november 2017.

De waarborgtermijn werd in het bestek vastgesteld op 12 maanden.

 

Juridische gronden

  • Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen
  • Bestuursdecreet van 7 december 2018
  • Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht
  • Wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 24
  • Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen
  • Koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen
  • Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 5, § 2.

 

Argumentatie

          De aannemer Renovatiebouw Van Broeckhoven nv, Bremboslaan 7 te 2970 Schilde heeft aan zijn verplichtingen voldaan.

          De ontwerper, Architect Van Soens Raymond, Kasteeldreef 61 te 2970 Schilde stelde een proces-verbaal op van definitieve oplevering, die plaatsvond op 19 december 2018.

          Uit het proces-verbaal van definitieve oplevering blijkt dat er geen opmerkingen zijn.

          De borgtocht nr. 10/302362 (Borgstellingskas: Deposito- en Consignatiekas - Borgtochten in geld (werkstation 2)) van 5.270,00 euro mag volledig worden vrijgegeven.

 

BESLUIT

Artikel 1. De opdracht “Renovatie conciërgewoning Oranjerie” wordt definitief opgeleverd.

Artikel 2. Borgtocht nr. 10/302362 (Borgstellingskas: Deposito- en Consignatiekas - Borgtochten in geld (werkstation 2)) van 5.270,00 euro mag volledig worden vrijgegeven.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Omgeving - Biekenshei 20 - De Vlieger - Meulleman - het bouwen van een alleenstaande ééngezinswoning met zorgwonen - OMG 2019/651

 

 

Voorgeschiedenis

  • Verkavelingsvergunning(en)

o        nieuwe verkaveling - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 10 maart 1998 - 1997/5

  • Omgevingsvergunning(en) - stedenbouwkundige handelingen en/of exploitaties

o        het bouwen van een alleenstaande ééngezinswoning met zorgwonen - weigering door college van burgemeester en schepenen - 21 oktober 2019 - OMG 2019/365

 

Feiten en context

  • Dossiergegevens
    Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door De Vlieger - Meulleman, op 19 december 2019 ontvangen.
    De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres Biekenshei 20.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het bouwen van een alleenstaande ééngezinswoning met zorgwonen.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 10 januari 2020. De uiterste beslissingsdatum is 10 maart 2020.

 

  • Planologische context
    Het goed ligt in woonpark en natuurgebieden volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.
    De woonparken die op de gewestplannen zijn aangeduid, zijn overwegend een opname van bestaande toestanden. Een woonpark is bedoeld als een woongebied van louter residentiële aard en bijgevolg gericht op het rustig verblijven in een homogeen voor het wonen bestemd woongebied in het groen. De nog open gebleven ruimten mogen verder bebouwd worden mits rekening wordt gehouden met de bepalingen van artikel 6.1.2.1.4 en met de bestaande bebouwingswijze (oppervlakte van de percelen, bebouwde oppervlakte van perceel, bouwtrant, bestaand groen).
    Alle inrichtingen en activiteiten die verenigbaar zijn met de stedenbouwkundige bestemming van het woongebied zijn in principe toelaatbaar. Bijzondere aandacht dient niettemin te worden besteed aan de vraag naar de bestaanbaarheid van een constructie met de eigen woonfunctie van het gebied en de verenigbaarheid ervan met de onmiddellijke omgeving. Gezien het een wezenlijk kenmerk van een woonpark is dat de gemiddelde woondichtheid er gering is en de groene ruimten er verhoudingsgewijs grote oppervlakte beslaan, heeft dit tot gevolg dat de vestiging van niet-residentiële inrichtingen en activiteiten doorgaans niet zal kunnen worden aangenomen.
    De natuurgebieden omvatten de bossen, wouden, venen, heiden, moerassen, duinen, rotsen, aanslibbingen, stranden en andere dergelijke gebieden. In deze gebieden mogen jagers- en vissershutten worden gebouwd voor zover deze niet kunnen gebruikt worden als woonverblijf, al ware het maar tijdelijk.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

 

  • Specifieke voorschriften

Artikel 0 Bijzondere voorwaarden ter bescherming van binnen de verkaveling bestaande bomen (nummers 1,2,3)

Teneinde het behoud van de op het terrein van deze verkaveling bestaande bomen te verzekeren, moeten bij elk werk volgende beschermings- en verzorgingsmaatregelen worden in acht genomen en verplicht opgelegd in de bestekken:

0.1.            Binnen een omtrek van 5m uit de stam, mogen geen gebouwen worden opgericht noch een werk uitgevoerd.

De stam dient gedurende het werk te worden beschermd door bijvoorbeeld het aanbrengen van een omheining.

Het is niet toegelaten:

1)      Takken te verwijderen omwille van het werk;

2)      In de wortelzone:

  • Op te hogen of af te graven;
  • Tijdelijk te stapelen;
  • Met zwaar materieel te komen.

Indien in de buurt wordt bemaald of bij een droogteperiode van 14 dagen in het groeiseizoen (maart – september) dient water aan de boom te worden gegeven.

Artikel 2 Percelen bestemd voor vrijstaande bebouwing in een woonpark (nummers 1,2,3)

De percelen begrepen in onderhavige verkaveling vellen binnen de grenzen van een woonpark.

Dien te gevolge moeten de bijgevoegde stedenbouwkundige voorschriften als volgt worden aangevuld:

2.1.     Bebouwing

De bebouwbare oppervlakte bedraagt maximum 250m² met inbegrip van eventueel afzonderlijke gebouwen.

2.2.     Welstand van het perceel
Het niet bebouwde gedeelte van het perceel moet aangelegd worden met hoogstammig groen, het bestaande moet bewaard worden.

Het groen moet aangebracht worden langs alle zijden van het perceel, min de nodige toegangen.

Slechts 10% van de perceelsoppervlakte mag ingenomen worden voor het aanleggen van grasperken, speelruimten, tennisvelden en dergelijke.

Artikel 3 Percelen bestemd voor vrijstaande bebouwing (kavelnummer 1,2,3)

3.01. Strook voor hoofdgebouwen

Diepte 17m, gemeten vanaf de voorgevelbouwlijn.

1.      Bestemming:
Eengezinshuizen.

2.      Bebouwingswijze:

Vrijstaand.

3.      Plaatsing van de gebouwen
a) voorgevel

Een zijde van de kleinste rechthoek waarin het gebouw, met ofwel samenvallen met de voorgevelbouwlijn ofwel zich bevinden in een strook van 3m diepte, gemeten vanaf de bouwlijn, en ermee evenwijdig zijn.

b) achtergevel

Op minimum 8m achter de voorgevel en binnen de bouwstrook.

c) zijgevels

Op minimum 5m afstand van de zijgrens van het perceel en de som der afstanden van elke zijgevel tot de perceelsgrenzen moet evenwel tenminste 1/3 van de perceelsbreedte, gemeten op de voorgevelbouwlijn, bedragen.

4.      Afmetingen van de gebouwen

a)      Voorgevelbreedte

Minimum 7m en een maximum 2/3 van de perceelsbreedte gemeten op de voorgevelbouwlijn.

b)      Bouwhoogte

Gemeten van het trottoirniveau tot de bovenkant van de kroonlijst of de onderkant van de dakoversteek:

Maximum 6m, nokhoogte maximum 11m.

5.      Welstand van de gebouwen

a)      Dakvorm

Schuin dak met helling van minimum 35° en maximum 55°.

Plat dak is toegelaten op uitbouwen.

b)      Materialen

  • Voor gevels:

Alle gevels in gevelbaksteen, natuursteen, baksteen geverfd in lichte kleur

  • Voor bedekking van de schuine daken:

Pannen of leien.

c)      Vormgeving

Het project mag geen streekvreemde elementen bevatten.

3.0.2. Strook voor binnenplaatsen en tuinen

Tussen de strook voor hoofdgebouwen en de achter grens van het perceel.

1.      Bebouwing
Bergplaatsen en hokken waarvan de gezamenlijke oppervlakte maximum 40m² bedraagt;

Op te richten na of gelijktijdig met het hoofdgebouw.

2.      Plaatsing van de gebouwen

a)      Gevel gericht naar het hoofdgebouw

Op minimum 10m uit de achtergevelbouwlijn

(behoudens die van de autogarages voorzien in artikel 1.05.8°)

b)      Overige gevels

Op minimum 3m van de perceelsgrenzen.

3.      Bouwhoogte

Gemeten van het grondpeil tot de bovenkant van de deksteen:

Maximum 3m

4.      Welstand

a)      Dakvorm

Plat dak of schuin dak met een maximum helling van 45°

b)      Materialen

  • Voor de gevels

Alle vrijstaande gevels in gevelbaksteen, natuursteen, baksteen geverfd in lichte kleur

  • Voor bedekking van de schuine daken

Pannen of leien ofwel voor flauw hellende daken: dakvilt

c)      Aanleg van de strook

Het niet bebouwde gedeelte van de strook dient als tuin te worden aangelegd en als dusdanig gehandhaafd

3.0.3. Bouwvrije voortuinstrook

Diepte 8m vanaf de rooilijn.

1.      Bebouwing
Behoudens de afsluitmuurtjes, voorzien in artikel 1.05.4°: alle constructies verboden;

Met inbegrip van hellende op- en afritten

2.      Welstand

Behoudens de toegangen tot de gebouwen dient de strook als tuin te worden aangelegd en als dusdanig gehandhaafd.

3.04. Bouwvrije zij tuinstroken

Breedte 5m, gemeten vanaf elke zijgrens van het perceel en de som der bouwvrije zij tuinstroken moet evenwel tenminste 1/3 van de perceelsbreedte, gemeten op de voorgevelbouwlijn, bedragen.

1.      Bebouwing

Behoudens de afsluitmuurtjes en autogarages, zoals bepaald in artikel 1.05, 4° en 8°;

Alle constructies verboden;

Met inbegrip van hellende op- en afritten.

 

6.      Bestaande toestand

Het betreft een onbebouwd perceel van 1.894,56m² groot.

Het perceel is niet gelegen in de dorpskern maar in een residentiële woonwijk.

Het links aanpalende perceel wordt gebruikt als een ééngezinswoning.

Het rechts aanpalende perceel wordt gebruikt als een ééngezinswoning.

In het straatbeeld komen volgende bestemmingen voor: ééngezinswoningen.

De directe omgeving wordt gekenmerkt door open bebouwing.

Het karakter en de stijl in de omliggende omgeving zijn een mix van verschillende stijlen.

Het perceel is niet gelegen in een beschermd dorpsgezicht of beschermd landschap.

Het perceel is gelegen in effectief overstromingsgevoelig gebied.

 

7.      Nieuwe toestand

De aanvraag gaat over het bouwen van een alleenstaande ééngezinswoning met zorgwonen op een perceel van 1.894,56m².

De nieuwe woning wordt ingeplant tot op 8m uit de rooilijn en tot op 7m van de linker perceelsgrens. De voorgevel van de woning heeft een breedte van 15m op een kavelbreedte van 32,66m, gemeten op de voorgevelbouwlijn. De bouwdiepte tussen voor- en achtergevel bedraagt 17m. De kroonlijsthoogte bedraagt 5,85m, gemeten vanaf het maaiveld, afgewerkt met een hellend dak van 35° met een nokhoogte van 10,49m. De gevels worden opgetrokken in gevelmetselwerk. Het dak wordt afgewerkt met pannen en zonnepanelen.

De totale bebouwde oppervlakte op het perceel, inclusief oversteken groter dan 1m, bedraagt 249,50m².

De toegang tot het perceel is 5m breed. De oprit wordt aangelegd in klinkers en ligt op minimum 7,64m van de linker perceelsgrens. Achter de woning wordt een terras van 147,13m² aangelegd. De totale verharde oppervlakte op het perceel bedraagt 179,63m².

Er worden bomen gerooid.

 

Juridische gronden

c)      Koninklijk besluit van 28 december 1972
Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.

d)      Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.

e)      Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990
Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden. Hierdoor moet men rekening houden met het gemeentelijk kapreglement in plaats van de VCRO.

f)        Ministerieel besluit van 6 april 1994
Bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.

g)      Koninklijk besluit van 7 juli 1994 “Basisnormen brandpreventie” en latere wijzigingen
Vaststelling van de basisnormen voor de preventie van brand en ontploffing waaraan de nieuwe gebouwen moeten voldoen.

h)      Omzendbrief van 8 juli 1997
Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.

i)        Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.

j)        Decreet van 22 december 2006 en latere wijzigingen houdende eisen en handhavingsmaatregelen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen
De Vlaamse Regering bepaalt EPB-eisen waaraan gebouwen moeten voldoen waarvoor een aanvraag tot het verkrijgen van een stedenbouwkundige vergunning wordt ingediend.

k)      Decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid
Het decreet wil wonen betaalbaar maken voor iedereen. Het decreet geeft aan de gemeenten een aantal mogelijkheden (en verplichtingen) om hiertoe initiatief te nemen.

l)        Artikel 4.2.2, 4.2.4. Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 8 mei 2009
De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.

m)    Artikel 3 van het decreet van 8 mei 2009 houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders
Bij de aanvraag van de stedenbouwkundige vergunning voor de bouw of de uitvoering van de renovatiewerkzaamheden wordt aangegeven waar optische rookmelders geplaatst zullen worden.

n)      Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 en latere wijzigingen tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid
De verordening legt voorwaarden op aan de stedenbouwkundige vergunning en moet ervoor zorgen dat iedereen het gebouw kan betreden, ook rolstoelgebruikers, mensen met een kinderwagen, slechtzienden, grotere personen, mensen met een ledemaat in het gips enz. De verordening geldt bij nieuwbouw, verbouwingen of uitbreidingen van gebouwen die publiek toegankelijk zijn.

o)      Besluit van de Vlaamse Regering van 11 maart 2015 en latere wijzigingen tot vaststelling van de eisen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen
De energieprestatieregelgeving legt eisen op met als doel energiezuinig (ver)bouwen te stimuleren.

p)      Besluit van de Vlaamse Regering van 15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.

q)      Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen

 

Inspraak en advies

d)      Gemeentelijke themaconsulent natuur en groen
Het advies van gemeentelijke themaconsulent milieu afgeleverd op 28 januari 2020, luidt: voorwaardelijk gunstig.
De aanvrager heeft met dit inplantingsvoorstel van de te bouwen woning voldoende rekening gehouden met de bestaande waardevolle bomen.
Hierbij werden volgende voorwaarden voorgesteld:

c)      de bomen in de omgeving van de werken dienen onderzocht te worden door een Certified European Treeworker die hiervoor een bomenbeschermplan opstelt. Het uitvoeren van de bouwwerken dient begeleid te worden door de Certified European Treeworker die het bomenbeschermingsplan opgesteld heeft. Om schade aan bestaande bomen te voorkomen tijdens de bouw - en of wegenwerken dienen alle boombeschermende maatregelen uitgevoerd te zijn zoals omschreven in het bomenbeschermingsplan. De maatregelen kunnen onder meer zijn: het plaatsen van een hekwerk, het leggen van rijplaten om de bomen te beschermen tegen mechanische beschadiging ten gevolge van verkeer en of opslag van bouwmaterialen;

d)      de resterende bestaande bomen, bos te behouden;

e)      indien bronbemaling nodig is dient voldaan te worden aan de zorgplicht (bijvoorbeeld retourbevloeiing) aan de bestaande bomen in de omgeving;

f)        geen grondophogingen, zelfs tijdelijk, aan te brengen onder de bestaande bomen;

g)      de vorm van paden, oprit en terrassen aanpassen aan de inplanting van bestaande bomen zodat die behouden kunnen blijven;

h)      om schade aan bestaande bomen te voorkomen tijdens de bouw - en of wegenwerken dienen vanaf de start van de uitvoeringswerken boombeschermende maatregelen uitgevoerd te zijn zoals onder meer het plaatsen van een hekwerk, het leggen van rijplaten enzovoort om de bestaande bomen te beschermen;

i)        een bankwaarborg te voorzien van 3.000 euro ter garantie voor het behoud in een goede gezondheid van alle te behouden bomen, behoud van de bos-parkstructuur, het toepassen van boombeschermingsmaatregelen en uitvoering heraanplantingswerken zoals eerder omschreven.

 

3.      Departement Leefmilieu Dienst Integraal Waterbeleid
Het advies van Departement Leefmilieu Dienst Integraal Waterbeleid afgeleverd op 20 februari 2020 onder referentie DWAD-2020-0084, luidt: voorwaardelijk gunstig.
De vlek die op de watertoetskaart ingekleurd is als effectief overstromingsgevoelig, ligt volgens het DHM (digitaal hoogtemodel) beduidend lager dan de achterzijde van het perceel.
Er mag geen ruimte voor water verloren gaan of het ingenomen overstromingsvolume dient gecompenseerd te worden.
Door het oprichten van de woning en de oprit, gaat een deel van de ruimte voor water verloren. Het verloren volume, zijnde 46,9 m³ werd berekend door de dienst Integraal Waterbeleid.
Op de ingediende plannen wordt dit volume gecompenseerd.
Onder voorwaarde dat er een connectie met de perceelsgracht wordt voorzien, worden er geen significante negatieve effecten op het watersysteem verwacht.
Het ontwerp houdt rekening met de gewestelijke verordening hemelwater.
Gezien het risico beperkt is tot het gevraagde project, dient de eigenaar zelf alle nodige voorzorgsmaatregelen te nemen om eventuele waterschade in de woning te voorkomen (vloerpeil voldoende hoog kiezen en de kelder waterdicht uitvoeren).
Het voorliggend project is dan ook verenigbaar met de doelstellingen van het Decreet Integraal Waterbeleid (art. 1.2.2.), aangezien het effect verwaarloosbaar is.

o        Algemene wettelijke voorwaarden

  • Waterkwantiteit: vasthouden > bergen > afvoeren
    Niet functionele verharde oppervlakten moeten vermeden worden. Eventuele verharding is bij voorkeur waterdoorlatend. Het dakwater moet zoveel mogelijk hergebruikt worden (als toiletspoeling, waswater, beregening, …) Het overige afstromende hemelwater (niet doorlaatbare verharde oppervlakten, overloop regenwaterput, …) moet worden geïnfiltreerd en/of – wanneer de bodem geen of slechts beperkte infiltratie toelaat – gebufferd. Slechts een zeer beperkte hoeveelheid mag worden afgevoerd. Er moet minstens voldaan zijn aan de Gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater.
    De dakoppervlakte (268m²) watert af naar een hemelwaterput van 15.000 liter, die overloopt naar een infilratievoorziening.
    Het opgevangen hemelwater wordt herbruikt voor WC-spoeling, wasmachine en buitenkraan.
  • Riolering: voorkomen > scheiden > zuiveren
    Er dient rekening gehouden met de voorschriften die geformuleerd staan in de Krachtlijnen voor een geïntegreerd rioleringsbeleid in Vlaanderen (VMM) (Code van goede praktijk voor de aanleg van openbare riolen, individuele voorbehandelinginstallaties en kleinschalige rioolwaterzuiveringsinstallaties, aanvullingen met betrekking tot de herwaardering van grachtenstelsels, hemelwaterputten en infiltratievoorzieningen en andere aanvullingen en updates).
    Het is verboden huishoudelijk afvalwater te lozen in de regenwaterafvoerleiding en regenwater in de droogweerafvoerleiding. Het is uiteraard verboden huishoudelijk afvalwater te lozen in een oppervlaktewater als er kan aangesloten worden op een droogweerafvoerleiding. De lozing van huishoudelijk afvalwater in de gewone oppervlaktewateren of in de kunstmatige afvoerwegen voor hemelwater moet voldoen aan de voorwaarden opgenomen in deel 4 van Vlarem II; een IBA of kleinschalige waterzuivering dient voorzien.

o        Specifieke voorwaarden (artikel 8 §1 DIW van 18 juli 2003 en artikel 7 § 1 4° UB van 20 juli 2006).
Teneinde het schadelijk effect te voorkomen/beperken/herstellen/compenseren worden de volgende specifieke voorwaarden opgelegd:

  • Voor de wijziging van overstromingsregime
    Er mag geen ruimte voor water verloren gaan of het ingenomen overstromingsvolume dient gecompenseerd te worden. Door het oprichten van constructies en door ophogingen wordt immers overstroombare ruimte ingenomen, waardoor op die plaats geen overstromingswater geborgen kan worden. Dit kan er toe leiden dat het gevaar voor wateroverlast in de omgeving toeneemt. Om de overstromingsproblemen in de omgeving niet te verergeren, moet het verlies van waterbergingsruimte dan ook vermeden worden of effectief gecompenseerd worden. Door het oprichten van de woning en de oprit, gaat een deel van de ruimte voor water verloren. Het verloren volume, zijnde 46,9 m³ werd berekend door de dienst Integraal Waterbeleid. Compensatie door een bijkomende afgraving op terrein wordt in de aanvraag voorzien.
    De tuinzone zelf mag niet opgehoogd worden. De vrijgekomen grond door uitgraving van de kelder en de compensatiezone dient integraal verwijderd van het perceel.
    Hierbij werden volgende voorwaarden voorgesteld:

o        voldoen aan de gewestelijke verordening hemelwater;

o        er mag geen ruimte voor water verloren gaan. Een afgraving op eigen terrein (volume = 46,9m³) is noodzakelijk en wordt voorzien;

o        de eigenaar dient alle nodige voorzorgsmaatregelen te nemen om waterschade in de woning te voorkomen (voerpeil voldoende hoog kiezen en kelder waterdicht uitvoeren);

o        de tuinzone mag niet opgehoogd worden.

 

4.      Agentschap voor Natuur en Bos
Het advies van Agentschap voor Natuur en Bos afgeleverd op 13 januari 2020 onder referentie 20-200616, luidt: voorwaardelijk gunstig.
Het Agentschap voor Natuur en Bos verleent gunstig advies mits naleving van de volgende voorwaarden:
Het goedgekeurde boscompensatievoorstel met inbegrip van haar voorwaarde(n) op het gebied van compenserende maatregelen dient integraal deel uit te maken van de omgevingsvergunning.
Hierbij werden volgende voorwaarden voorgesteld:

o        De vergunning wordt verleend op grond van artikel 90bis, §5, derde lid, van het Bosdecreet en onder de voorwaarden zoals opgenomen in het hierbij gevoegde compensatieformulier met kenmerk: 19-215694;

o        De te ontbossen oppervlakte bedraagt 1.895m². Deze oppervlakte valt niet meer onder het toepassingsgebied van het Bosdecreet;

o        De bosbehoudbijdrage van 10.289,85 euro dient binnen de 4 maanden, vanaf de datum waarop gebruik mag gemaakt worden van deze vergunning, gestort te worden.

 

5.      Pidpa Riolering
Het advies van Pidpa Riolering afgeleverd op 29 januari 2020 onder referentie L-19-840/191553, luidt: voorwaardelijk gunstig.
Betreffende de aan te leggen rioleringsinfrastructuur:

o        beschrijvend gedeelte:

  • van toepassing zijnde regelgeving:
  • de gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 5 juli 2013 inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater;
  • het Vlaams reglement houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem);
  • de “Basisvoorwaarden voor het rioleringsbeheer” pidpa-riolering (zie website Pidpa);
  • het Algemeen waterverkoopreglement (zie website Pidpa);
  • het Bijzonder Waterverkoopreglement (zie website Pidpa);
  • de code van goede praktijk voor het ontwerp, de aanleg en het onderhoud van rioleringssystemen;
  • deze lijst is niet limitatief.
  • Ligging volgens het zoneringsplan:
  • De ontwikkeling is gelegen in het centrale gebied met reeds bestaande aansluiting op een zuiveringsstation (oranje gearceerd).
    Hierbij werden volgende voorwaarden voorgesteld:

o        Specifieke voorwaarden:

  • De DWA-afvoer en de RWA-afvoer zullen respectievelijk dienen aangesloten te worden op de bestaande riolering (DWA) en op de gracht of ingebuisde gracht (RWA) langsheen de Biekenshei.
  • De regenwaterput met een inhoud van 10.000 liter voldoet aan de bijgevoegde aanstiplijst hemelwater voor de nieuwbouw of herbouw van een of meer ééngezinswoningen.
  • De regenwaterput dient voorzien te zijn van effectief herbruik van regenwater, dit is voorzien door de aansluiting van 4 wc’s, wasmachine en buitenkraan.
  • De overloop van de regenwaterput wordt aangesloten op een infiltratievoorziening met minimum 5.200 liter infiltratievolume (effectief 7.025 liter) en minimum 9m² infiltratie oppervlakte (effectief 11m²). De overloop hiervan mag worden aangesloten op het openbaar domein ter hoogte van de rooilijn. Men moet er wel aandacht aan besteden dat de infiltratievoorziening geplaatst wordt boven het grondwaterniveau.
  • Een voldoende gedimensioneerde (volgens ‘Waterwegwijzer bouwen en verbouwen’) en goed werkende voorbehandelingsinstallatie (septische put) op de afvoer van de toiletten is verplicht. Deze werd voorzien en staat vermeld op het plan.
  • Eén DWA-huisaansluitputje ter hoogte van elke (toekomstige) overgang van privéwaterafvoer naar het (toekomstig) openbaar saneringsnetwerk is verplicht.
  • Eén RWA-huisaansluitputje ter hoogte van elke toekomstige overgang van privéwaterafvoer naar het openbaar saneringsnetwerk, tenzij wordt aangesloten op een gracht of een ander open hemelwaterlichaam is verplicht.
  • De huisaansluitputjes, de plaatsing ervan en de aansluiting op de riolering en de gracht of inbuizing van de gracht zijn ten laste van de ontwikkelaar. De aanvraag dient aangevraagd te worden bij Pidpa-Riolering.

o        Algemene voorwaarden:

  • Voor elke aansluiting op de riolering dient een aanvraag gericht te worden aan Pidpa-Riolering.
  • De riolering op privéterrein dient verplicht gekeurd te worden op de afkoppeling van het hemelwater.

 

Argumentatie

  • Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Biekenshei een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Verder is het goed niet getroffen door een rooilijn.

 

  • Watertoets

Waterparagraaf: het perceel is gelegen in effectief overstromingsgevoelig gebied. Er is advies gevraagd aan de dienst waterbeleid van het provinciebestuur van Antwerpen. Dit advies van 20 februari 2020 is voorwaardelijk gunstig. Deze voorwaarden zullen integraal deel uitmaken van de vergunning.

 

  • Functionele inpasbaarheid
    Het bouwen van een alleenstaande eengezinswoning met zorgwonen is functioneel inpasbaar in deze omgeving.

 

  • Het mobiliteitsaspect
    De aanvraag heeft weinig effect op de mobiliteit in de omgeving.

 

o        De schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid
Het zorgwonen is bestemd voor de heer Meulleman Etienne, ouder dan 65 jaar. De woning zelf voldoet ook aan de voorwaarden tot zorgwonen. Het zorgwonen bedraagt niet meer dan 1/3 van het bouwvolume van de volledige woning).
De aanvraag past in het straatbeeld. Het project is qua schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid aanvaardbaar op het perceel en in de bestaande omgeving.

 

  • Visueel-vormelijke elementen
    De gebruikte gevelmaterialen zijn toegestaan. Het ontwerp integreert zich in het straatbeeld.

 

  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

  • Bodemreliëf
    De aanvraag behoudt het bestaande grondniveau. De nulpas wordt voorzien op 30cm boven de straatpas. In de tuinzone wordt 46,90m³ afgegraven als compensatie voor het overstromingsgebied.

 

  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    De afstanden tot de perceelsgrenzen zijn voldoende om goede nabuurschap en privacy te waarborgen.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig.

Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

  • het gebouw dient enkel als eengezinswoning te worden aangewend; met tijdelijk gebruik van zorgwonen;
  • zodra het zorgwonen weg valt dient er een melding te worden aangevraagd en mag het gebouw enkel als een ééngezinswoning gebruikt worden;
  • het advies van de gemeentelijke themaconsulent natuur en groen naleven;
  • het advies van het Agentschap voor Natuur en Bos naleven;
  • het advies van Departement Leefmilieu Dienst Waterbeleid naleven;
  • het advies van Pidpa-Riolering naleven.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Omgeving - Salamander 15 - Schilde - het slopen van een vakantieverblijf - OMG 2020/92

 

 

Voorgeschiedenis

Er zijn geen relevante voorgaande vergunningen gekend voor het perceel.

 

Feiten en context

  • Dossiergegevens
    Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door Schilde, op 20 februari 2020 ontvangen.
    De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres Salamander 15.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het slopen van een vakantieverblijf.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 21 februari 2020. De uiterste beslissingsdatum is 21 april 2020.

 

  • Planologische context
    Het goed ligt in gebied voor verblijfsrecreatie volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

 

  • Bestaande toestand

Op het perceel is een vakantieverblijf aanwezig sinds 1967.

De totale bebouwde oppervlakte bedraagt +/- 52m² op een perceel van circa 164m².

Het perceel is niet gelegen in de dorpskern maar in een gebied voor verblijfsrecreatie.

Het links aanpalende perceel wordt gebruikt als een vakantieverblijf.

Het rechts aanpalende perceel wordt gebruikt als en vakantieverblijf.

In het straatbeeld komen volgende bestemmingen voor: vakantieverblijven.

De directe omgeving wordt gekenmerkt door open bebouwing.

Het karakter en de stijl in de omliggende omgeving zijn een mix van verschillende stijlen.

Het perceel is niet gelegen in een beschermd dorpsgezicht of beschermd landschap.

Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag gaat over het slopen van een vakantieverblijf op een perceel van 164m².

De bestaande constructie wordt volledig verwijderd.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990
    Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
    Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden. Hierdoor moet men rekening houden met het gemeentelijk kapreglement in plaats van de VCRO.
  • Ministerieel besluit van 6 april 1994
    Bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
  • Koninklijk besluit van 7 juli 1994 “Basisnormen brandpreventie” en latere wijzigingen
    Vaststelling van de basisnormen voor de preventie van brand en ontploffing waaraan de nieuwe gebouwen moeten voldoen.
  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Decreet van 22 december 2006 en latere wijzigingen houdende eisen en handhavingsmaatregelen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen
    De Vlaamse Regering bepaalt EPB-eisen waaraan gebouwen moeten voldoen waarvoor een aanvraag tot het verkrijgen van een stedenbouwkundige vergunning wordt ingediend.
  • Decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid
    Het decreet wil wonen betaalbaar maken voor iedereen. Het decreet geeft aan de gemeenten een aantal mogelijkheden (en verplichtingen) om hiertoe initiatief te nemen.
  • Artikel 4.2.2, 4.2.4. Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Artikel 3 van het decreet van 8 mei 2009 houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders
    Bij de aanvraag van de stedenbouwkundige vergunning voor de bouw of de uitvoering van de renovatiewerkzaamheden wordt aangegeven waar optische rookmelders geplaatst zullen worden.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 en latere wijzigingen tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid
    De verordening legt voorwaarden op aan de stedenbouwkundige vergunning en moet ervoor zorgen dat iedereen het gebouw kan betreden, ook rolstoelgebruikers, mensen met een kinderwagen, slechtzienden, grotere personen, mensen met een ledemaat in het gips enz. De verordening geldt bij nieuwbouw, verbouwingen of uitbreidingen van gebouwen die publiek toegankelijk zijn.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 11 maart 2015 en latere wijzigingen tot vaststelling van de eisen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen
    De energieprestatieregelgeving legt eisen op met als doel energiezuinig (ver)bouwen te stimuleren.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
    Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen

 

Inspraak en advies

  • Er werden geen interne adviezen gevraagd.
  • Er werden geen externe adviezen gevraagd.

 

Argumentatie

  • Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5.tot en met 4.3.8.van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Salamander een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Verder is het goed niet getroffen door een rooilijn.

 

  • Watertoets

Waterparagraaf: het voorliggende project heeft geen enkele invloed op het watersysteem, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat er geen schadelijk effect wordt veroorzaakt. Er dienen dan ook geen voorwaarden of maatregelen te worden opgelegd. Het ontwerp is verenigbaar met de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.

 

  • Functionele inpasbaarheid
    Het slopen van een bestaand vakantieverblijf is functioneel inpasbaar in deze omgeving.

 

  • Het mobiliteitsaspect
    De aanvraag heeft weinig effect op de mobiliteit in de omgeving.

 

  • De schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

  • Visueel-vormelijke elementen
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

  • Bodemreliëf
    De aanvraag behoud het bestaande grondniveau.

 

  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig.

Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

  • voor de afbraak van de gebouwen dient de bouwheer te beschikken over een attest voor het buitengebruik stellen van de gas- en elektriciteitsleidingen van desbetreffende maatschappijen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Stedenbouwkundig attest - Turnhoutsebaan 540 - Sebreghts Katarina Leonard Maria - Het enerzijds slopen van de bestaande bebouwing en anderzijds het bouwen van een accentgebouw met meergezinswoningen en handelsruimte en 4 grondgebonden woningen - SA 2019/17

 

 

Het punt is verdaagd.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Omgeving - Tulpenlaan 14 - Véronique Bruyland - het vellen van 4 eiken, 1 tulpenboom, 4 dennen en 1 kers - VB 2020/38

 

 

Voorgeschiedenis

  • Stedenbouwkundige vergunning(en)

o        bouwen van een woning - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 4 april 1995 - 1995/79

o        bouwen van een woning - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 17 mei 1988 - 1988/89

o        landhuis - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 24 september 1976 - sgr1976/90

  • Verkavelingsvergunning(en)

o        nieuwe verkaveling - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 5 november 1985 - 1985/11

o        nieuwe verkaveling - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 20 december 1994 - 1994/21

 

Feiten en context

  • Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door Véronique Bruyland op 27 januari 2020 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein in Tulpenlaan 14.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het vellen van 4 eiken, 1 tulpenboom, 4 dennen en 1 kers.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 20 februari 2020. De uiterste beslissingsdatum is 20 april 2020.

 

  • Planologische context

Het goed ligt in woonpark volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.

Het goed ligt in woonpark volgens Wijziging van het aanvullend stedenbouwkundig voorschrift artikel 1 voor het gehele gewestplan, goedgekeurd op 7 juli 2000.

De woonparken die op de gewestplannen zijn aangeduid, zijn overwegend een opname van bestaande toestanden. Een woonpark is bedoeld als een woongebied van louter residentiële aard en bijgevolg gericht op het rustig verblijven in een homogeen voor het wonen bestemd woongebied in het groen. De nog open gebleven ruimten mogen verder bebouwd worden mits rekening wordt gehouden met de bepalingen van artikel 6.1.2.1.4 en met de bestaande bebouwingswijze (oppervlakte van de percelen, bebouwde oppervlakte van perceel, bouwtrant, bestaand groen).

Alle inrichtingen en activiteiten die verenigbaar zijn met de stedenbouwkundige bestemming van het woongebied zijn in principe toelaatbaar. Bijzondere aandacht dient niettemin te worden besteed aan de vraag naar de bestaanbaarheid van een constructie met de eigen woonfunctie van het gebied en de verenigbaarheid ervan met de onmiddellijke omgeving. Gezien het een wezenlijk kenmerk van een woonpark is dat de gemiddelde woondichtheid er gering is en de groene ruimten er verhoudingsgewijs grote oppervlakte beslaan, heeft dit tot gevolg dat de vestiging van niet-residentiële inrichtingen en activiteiten doorgaans niet zal kunnen worden aangenomen.

De woonparken die op de gewestplannen zijn aangeduid, zijn overwegend een opname van bestaande toestanden. Een woonpark is bedoeld als een woongebied van louter residentiële aard en bijgevolg gericht op het rustig verblijven in een homogeen voor het wonen bestemd woongebied in het groen. De nog open gebleven ruimten mogen verder bebouwd worden mits rekening wordt gehouden met de bepalingen van artikel 6.1.2.1.4 en met de bestaande bebouwingswijze (oppervlakte van de percelen, bebouwde oppervlakte van perceel, bouwtrant, bestaand groen).

Alle inrichtingen en activiteiten die verenigbaar zijn met de stedenbouwkundige bestemming van het woongebied zijn in principe toelaatbaar. Bijzondere aandacht dient niettemin te worden besteed aan de vraag naar de bestaanbaarheid van een constructie met de eigen woonfunctie van het gebied en de verenigbaarheid ervan met de onmiddellijke omgeving. Gezien het een wezenlijk kenmerk van een woonpark is dat de gemiddelde woondichtheid er gering is en de groene ruimten er verhoudingsgewijs grote oppervlakte beslaan, heeft dit tot gevolg dat de vestiging van niet-residentiële inrichtingen en activiteiten doorgaans niet zal kunnen worden aangenomen.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.

Het goed is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg (BPA) Hof Ter Linden, goedgekeurd op 22 februari 1958.

Het goed is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg (BPA) Hof Ter Linden wijziging, goedgekeurd op 15 april 2005.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Het eigendom is getroffen door een rooilijn.

 

  • Bestaande toestand

De bomen staan in de tuin op een bebouwd perceel gelegen in woonparkgebied. Het is een groene omgeving met diverse groenelementen zoals bomen, hagen, struiken in combinatie met kruidachtige en begraasde vegetaties. Het straatbeeld wordt gekenmerkt door open bebouwingen in diverse stijlen.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag handelt over het vellen van 4 eiken, 1 tulpenboom, 4 dennen en 1 kers.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990

Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden.

  • Ministerieel besluit van 6 april 1994

Ministerieel besluit tot goedkeuring van de bouwverordening van 15 februari 1990 voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.

  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Artikel 4.2.2 en 4.2.4. van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
  • Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen

 

Argumentatie

  • Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Tulpenlaan een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Verder is het goed niet getroffen door een rooilijn.

  • Watertoets
    Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.
  • Functionele inpasbaarheid
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Het mobiliteitsaspect
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • De schaal, het ruimtegebruik
    Er is voldoende ruimte. Er is een goede verhouding tussen de boom en zijn beschikbare groeiplaats.
  • Visueel-vormelijke elementen
    De bomen zijn gedeeltelijk zichtbaar van op het openbaar domein. De verwijdering zal als een beperkt gemis ervaren worden en heeft hierdoor een matige invloed op het ruimtelijk beeld.
  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Bodemreliëf
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    Op basis van de beoordeling van het inplantingsplan, de foto’s en na een plaatsbezoek, vertonen de eiken geen ernstige, uiterlijke, zichtbare gebreken, behalve wat afgestorven takken en over het dak overhangende takken. Dit gebrek is echter goed verzorgbaar met een snoei door een European treeworker. Deze te behouden bomen staan in oranje omcirkeld op het vergund inplantingsplan.

De overige aangevraagde bomen hebben een beperkte esthetische waarde of zijn aftakelend. Deze kunnen geveld en vervangen worden.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig. Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

  • Gezien de zorgplicht (artikel 14 van het natuurdecreet) dient in het eerstvolgende plantseizoen na het vellen van de bomen een heraanplanting uitgevoerd te worden met 2 streekeigen, standplaatsgeschikte, inlandse, hoogstammige loofbomen van eerste grootte, plantmaat 10/12 en 2 van tweede grootte.  De eiken, oranje omcirkeld op het vergund inplantingsplan, moet behouden blijven en verzorgd worden door een European treeworker met een snoei en/of andere technieken.
  • De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen om de nieuwe aanplanting te laten slagen. Dit houdt onder meer een met zorg uitgevoerde aanplanting met kwaliteitsvol plantgoed in, het gebruik van een steunpaal of wortelkluitverankering en indien nodig het aanbrengen van een bescherming tegen wild- of veevraat. De nazorg, zoals het tijdig water geven, kan noodzakelijk zijn om de heraanplant het eerste groeiseizoen te laten overleven.
  • Bij uitval dient/dienen in het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats/plaatsen terug te worden ingevuld of ingeboet. In ieder geval is de aanvrager ertoe gehouden om op zijn perceel de nieuwe heraangeplante bomen tot volle wasdom te brengen. Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart – 1 juli, het broedseizoen van vogels, moet de aanvrager er zich van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten (artikel 14 van het soortenbesluit) beschadigd, weggenomen of vernield worden.
  • De heraanplanting dient op minstens 2m plantafstand van de perceelsgrenzen te gebeuren.
  • Voor bomen van eerste grootte is de voorkeur van onderlinge plantafstand minstens 8m. Ze mogen niet onder de kruinen van bestaande bomen aangeplant worden. Voor bomen van tweede grootte is bij voorkeur de onderlinge plantafstand 5m.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de gedeeltelijk voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Omgeving - Eugeen Dierckxlaan 32 - Jozef Scheurweghs - het vellen van 1 beuk - VB 2020/52

 

 

Voorgeschiedenis

  • Stedenbouwkundige vergunning(en)

o        prefab gebouw van 6x6 m - vergunning door stedenbouw - 19 juli 2002 - 2002/105

o        verbouwen garage en werkplaats - vergunning door stedenbouw - 4 april 2001 - 2000/318

o        wijzigen bouwvergunning - wijzigen van raam in voorgevel in raam + deur - vergunning door stedenbouw - 19 maart 2002 - 2001/387

o        woning met premie - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 24 oktober 1974 - 1974/176

o        bijbouwen buitentrap aan ontmoetingsruimte jeugd - vergunning door stedenbouw - 5 november 2002 - 2002/120

o        woning - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 11 januari 1977 - 1977/3

o        premiewoning - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 17 januari 1978 - 1978/05

o        verbouwen dienstgebouw - vergunning door stedenbouw - 31 maart 1988 - 1988/43

o        vergroting dienstgebouw - vergunning door stedenbouw - 31 juli 1986 - 1986/132

o        verbouwen dienstgebouw tot jeugd- en sportdienst - vergunning door stedenbouw - 31 maart 1999 - 1998/311

o        brandweer : regularisatie van 1 prefablokaal - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 9 december 2013 - 2013/192

o        bijplaatsen van een prefablokaal als kleedruimte voor de brandweer (betreft een tijdelijke vergunning voor een periode van vijf jaar) en het bijplaatsen van een carport - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 9 december 2013 - 2013/217

o        tijdelijk plaatsen van 2 bankunits en 1 cashunit - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 26 januari 2015 - 2014/236

  • Verkavelingsvergunning(en)

o        nieuwe verkaveling - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 29 augustus 1974 - 1974/2

  • Omgevingsvergunning(en) - stedenbouwkundige handelingen en/of exploitaties

o        het vellen van 2 Amerikaanse vogelkersen en 1 acacia - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 8 juli 2019 - VB 2019/278

 

Feiten en context

  • Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door Jozef Scheurweghs op 2 februari 2020 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein in Eugeen Dierckxlaan 32.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het vellen van 1 beuk.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 20 februari 2020. De uiterste beslissingsdatum is 20 april 2020.

 

  • Planologische context

Het goed ligt in woongebied volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.

Het goed ligt in woongebied volgens Wijziging van het aanvullend stedenbouwkundig voorschrift artikel 1 voor het gehele gewestplan, goedgekeurd op 7 juli 2000.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.

Het goed is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg (BPA) Turnhoutsebaan, goedgekeurd op 14 januari 1986.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Het eigendom is getroffen door een rooilijn.

 

  • Bestaande toestand

De boom staat in de tuin op een bebouwd perceel gelegen in woongebied. Het is een groene omgeving met diverse groenelementen zoals bomen, hagen, struiken in combinatie met kruidachtige en begraasde vegetaties. Het straatbeeld wordt gekenmerkt door open bebouwingen in diverse stijlen.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag handelt over het vellen van 1 beuk.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990

Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden.

  • Ministerieel besluit van 6 april 1994

Ministerieel besluit tot goedkeuring van de bouwverordening van 15 februari 1990 voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.

  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Artikel 4.2.2 en 4.2.4. van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
  • Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen

 

Argumentatie

  • Wegenis
    In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Eugeen Dierckxlaan een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Verder is het goed niet getroffen door een rooilijn.
  • Watertoets
    Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.
  • Functionele inpasbaarheid
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Het mobiliteitsaspect
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • De schaal, het ruimtegebruik
    Er is voldoende ruimte. Er is een goede verhouding tussen de boom en zijn beschikbare groeiplaats.
  • Visueel-vormelijke elementen
    De boom is niet zichtbaar van op het openbaar domein.
  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Bodemreliëf
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    Op basis van de beoordeling van het inplantingsplan en de foto’s, blijkt dat de boom aftakelend is als gevolg van inrotting en zwamvorming. Vellen mits vervangen is verantwoord.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig. Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

  • Gezien de zorgplicht (artikel 14 van het natuurdecreet) dient in het eerstvolgende plantseizoen na het vellen van de boom een heraanplanting uitgevoerd te worden met 1 streekeigen, standplaatsgeschikte, inlandse, hoogstammige loofboom van eerste grootte, plantmaat 10/12.
  • De heraanplanting dient op minstens 2m plantafstand van de perceelsgrenzen te gebeuren.
  • Voor een boom van eerste grootte is de voorkeur van onderlinge plantafstand minstens 8m. Er mag niet onder de kruin van bestaande bomen aangeplant worden. Voor een boom van tweede grootte is bij voorkeur de onderlinge plantafstand van 5m.
  • De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen om de nieuwe aanplanting te laten slagen. Dit houdt onder meer een met zorg uitgevoerde aanplanting met kwaliteitsvol plantgoed in, het gebruik van een steunpaal of wortelkluitverankering en indien nodig het aanbrengen van een bescherming tegen wild- of veevraat. De nazorg, zoals het tijdig water geven, kan noodzakelijk zijn om de heraanplant het eerste groeiseizoen te laten overleven.
  • Bij uitval dient in het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats terug te worden ingevuld of ingeboet. In ieder geval is de aanvrager ertoe gehouden om op zijn perceel de nieuwe aangeplante boom tot volle wasdom te brengen. Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart – 1 juli, het broedseizoen van vogels, moet de aanvrager er zich van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten (artikel 14 van het soortenbesluit) beschadigd, weggenomen of vernield worden.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Omgeving - Mosthoevendreef 9A - Guy Loriers - het vellen van 1 den - VB 2020/57

 

 

Voorgeschiedenis

  • Stedenbouwkundige vergunning(en)

o        bouwen van een alleenstaande woning en afbraak bestaande woning - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 7 april 2008 - 2007/256

o        landhuis - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 16 maart 1972 - 1972/37

o        landhuis - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 29 mei 1975 - 1975/94

o        slopen van een woning + rooien van diverse bomen - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 6 februari 2012 - 2012/13

  • Verkavelingsvergunning(en)

o        nieuwe verkaveling - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 6 februari 1972 - 1971/28

o        wijziging van een bestaande verkaveling - weigering door college van burgemeester en schepenen - 16 september 1980 - 1980/5

o        nieuwe verkaveling - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 15 december 1967 - 1967/11

o        verkaveling - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 15 december 1967 - 1967/12

 

Feiten en context

  • Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door Guy Loriers op 5 februari 2020 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein in Mosthoevendreef 9A.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het vellen van 1 den.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 20 februari 2020. De uiterste beslissingsdatum is 20 april 2020.

 

  • Planologische context

Het goed ligt in woonpark volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.

Het goed ligt in woonpark volgens Wijziging van het aanvullend stedenbouwkundig voorschrift artikel 1 voor het gehele gewestplan, goedgekeurd op 7 juli 2000.

De woonparken die op de gewestplannen zijn aangeduid, zijn overwegend een opname van bestaande toestanden. Een woonpark is bedoeld als een woongebied van louter residentiële aard en bijgevolg gericht op het rustig verblijven in een homogeen voor het wonen bestemd woongebied in het groen. De nog open gebleven ruimten mogen verder bebouwd worden mits rekening wordt gehouden met de bepalingen van artikel 6.1.2.1.4 en met de bestaande bebouwingswijze (oppervlakte van de percelen, bebouwde oppervlakte van perceel, bouwtrant, bestaand groen).

Alle inrichtingen en activiteiten die verenigbaar zijn met de stedenbouwkundige bestemming van het woongebied zijn in principe toelaatbaar. Bijzondere aandacht dient niettemin te worden besteed aan de vraag naar de bestaanbaarheid van een constructie met de eigen woonfunctie van het gebied en de verenigbaarheid ervan met de onmiddellijke omgeving. Gezien het een wezenlijk kenmerk van een woonpark is dat de gemiddelde woondichtheid er gering is en de groene ruimten er verhoudingsgewijs grote oppervlakte beslaan, heeft dit tot gevolg dat de vestiging van niet-residentiële inrichtingen en activiteiten doorgaans niet zal kunnen worden aangenomen.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Het eigendom is getroffen door een rooilijn.

 

  • Bestaande toestand

De boom staat in de tuin op een bebouwd perceel gelegen in woonparkgebied. Het is een groene omgeving met diverse groenelementen zoals bomen, hagen, struiken in combinatie met kruidachtige en begraasde vegetaties. Het straatbeeld wordt gekenmerkt door open bebouwingen in diverse stijlen.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag handelt over het vellen van 1 den.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990

Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden.

  • Ministerieel besluit van 6 april 1994

Ministerieel besluit tot goedkeuring van de bouwverordening van 15 februari 1990 voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.

  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Artikel 4.2.2 en 4.2.4. van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
  • Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen

 

Argumentatie

  • Wegenis
    In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Mosthoevedreef een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Verder is het goed niet getroffen door een rooilijn.
  • Watertoets
    Het perceel is gelegen in overstromingsgevoelig gebied doch grenst niet aan een waterloop.
  • Functionele inpasbaarheid
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Het mobiliteitsaspect
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • De schaal, het ruimtegebruik
    Er is voldoende ruimte. Er is een goede verhouding tussen de boom en zijn beschikbare groeiplaats.
  • Visueel-vormelijke elementen
    De boom is niet zichtbaar van op het openbaar domein.
  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Bodemreliëf
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    Op basis van de beoordeling van het inplantingsplan en de foto’s, blijkt dat de boom beschadigd is. Vellen mits vervangen is verantwoord.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig. Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

  • Gezien de zorgplicht (artikel 14 van het natuurdecreet) dient in het eerstvolgende plantseizoen na het vellen van de boom een heraanplanting uitgevoerd te worden met 1 streekeigen, standplaatsgeschikte, inlandse, hoogstammige loofboom van eerste grootte, plantmaat 10/12.
  • De heraanplanting dient op minstens 2m plantafstand van de perceelsgrenzen te gebeuren.
  • Voor een boom van eerste grootte is de voorkeur van onderlinge plantafstand minstens 8m. Er mag niet onder de kruin van bestaande bomen aangeplant worden. Voor een boom van tweede grootte is bij voorkeur de onderlinge plantafstand van 5m.
  • De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen om de nieuwe aanplanting te laten slagen. Dit houdt onder meer een met zorg uitgevoerde aanplanting met kwaliteitsvol plantgoed in, het gebruik van een steunpaal of wortelkluitverankering en indien nodig het aanbrengen van een bescherming tegen wild- of veevraat. De nazorg, zoals het tijdig water geven, kan noodzakelijk zijn om de heraanplant het eerste groeiseizoen te laten overleven.
  • Bij uitval dient in het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats terug te worden ingevuld of ingeboet. In ieder geval is de aanvrager ertoe gehouden om op zijn perceel de nieuwe aangeplante boom tot volle wasdom te brengen. Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart – 1 juli, het broedseizoen van vogels, moet de aanvrager er zich van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten (artikel 14 van het soortenbesluit) beschadigd, weggenomen of vernield worden.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Omgeving - Nazarethdreef 12 - Schilde - het vellen van 1 beuk op de wegberm ter hoogte van de Nazarethdreef 12 - VB 2020/63

 

 

Feiten en context

  • Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door gemeente Schilde op 6 februari 2020 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een laanboom.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het vellen van 1 beuk op de wegberm ter hoogte van de Nazarethdreef 12.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 20 februari 2020. De uiterste beslissingsdatum is 20 april 2020.

 

  • Planologische context

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Het eigendom is niet getroffen door een rooilijn.

 

  • Bestaande toestand

De boom staat op de wegberm. Het is een groene omgeving met diverse groenelementen zoals bomen, hagen, struiken in combinatie met kruidachtige en begraasde vegetaties. Het straatbeeld wordt gekenmerkt door open bebouwingen in diverse stijlen.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag handelt over het vellen van 1 beuk op de wegberm ter hoogte van de Nazarethdreef 12.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990

Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden.

  • Ministerieel besluit van 6 april 1994

Ministerieel besluit tot goedkeuring van de bouwverordening van 15 februari 1990 voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.

  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Artikel 4.2.2 en 4.2.4. van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
  • Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen

 

Argumentatie

  • Wegenis
    In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Nazarethdreef een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Verder is het goed niet getroffen door een rooilijn.
  • Watertoets
    Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.
  • Functionele inpasbaarheid
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Het mobiliteitsaspect
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • De schaal, het ruimtegebruik
    Er is voldoende ruimte. Er is een goede verhouding tussen de boom en zijn beschikbare groeiplaats.
  • Visueel-vormelijke elementen
    De boom is zichtbaar van op het openbaar domein. De verwijdering zal als een gemis ervaren worden en heeft hierdoor een invloed op het ruimtelijk beeld.
  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Bodemreliëf
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    Op basis van de beoordeling van het inplantingsplan en de foto’s, blijkt dat de boom aangetast is door honingzwam. Vellen mits vervangen is verantwoord.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig. Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

  • Gezien de zorgplicht (artikel 14 van het natuurdecreet) dient in het eerstvolgende plantseizoen na het vellen van de boom een heraanplanting uitgevoerd te worden met 1 streekeigen, standplaatsgeschikte, inlandse, hoogstammige loofboom van eerste grootte, plantmaat 10/12.
  • De heraanplanting dient op minstens 2m plantafstand van de perceelsgrenzen te gebeuren.
  • Voor een boom van eerste grootte is de voorkeur van onderlinge plantafstand minstens 8m. Er mag niet onder de kruin van bestaande bomen aangeplant worden. Voor een boom van tweede grootte is bij voorkeur de onderlinge plantafstand van 5m.
  • De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen om de nieuwe aanplanting te laten slagen. Dit houdt onder meer een met zorg uitgevoerde aanplanting met kwaliteitsvol plantgoed in, het gebruik van een steunpaal of wortelkluitverankering en indien nodig het aanbrengen van een bescherming tegen wild- of veevraat. De nazorg, zoals het tijdig water geven, kan noodzakelijk zijn om de heraanplant het eerste groeiseizoen te laten overleven.
  • Bij uitval dient in het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats terug te worden ingevuld of ingeboet. In ieder geval is de aanvrager ertoe gehouden om op zijn perceel de nieuwe aangeplante boom tot volle wasdom te brengen. Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart – 1 juli, het broedseizoen van vogels, moet de aanvrager er zich van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten (artikel 14 van het soortenbesluit) beschadigd, weggenomen of vernield worden.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Omgeving - Catharinadreef 1 - gemeente Schilde - het vellen van 1 beuk op de wegberm ter hoogte van de Catharinadreef 1 - VB 2020/65

 

 

Feiten en context

  • Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door gemeente Schilde op 6 februari 2020 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een laanboom.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het vellen van 1 beuk op de wegberm ter hoogte van de Catharinadreef 1.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 20 februari 2020. De uiterste beslissingsdatum is 20 april 2020.

 

  • Planologische context

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Het eigendom is niet getroffen door een rooilijn.

 

  • Bestaande toestand

De boom staat op de wegberm. Het is een groene omgeving met diverse groenelementen zoals bomen, hagen, struiken in combinatie met kruidachtige en begraasde vegetaties. Het straatbeeld wordt gekenmerkt door open bebouwingen in diverse stijlen.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag handelt over het vellen van 1 beuk op de wegberm ter hoogte van de Catharinadreef 1.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990

Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden.

  • Ministerieel besluit van 6 april 1994

Ministerieel besluit tot goedkeuring van de bouwverordening van 15 februari 1990 voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.

  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Artikel 4.2.2 en 4.2.4. van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
  • Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen

 

Argumentatie

  • Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Catharinadreef een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Verder is het goed niet getroffen door een rooilijn.

  • Watertoets
    Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.
  • Functionele inpasbaarheid
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Het mobiliteitsaspect
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • De schaal, het ruimtegebruik
    Er is voldoende ruimte. Er is een goede verhouding tussen de boom en zijn beschikbare groeiplaats.
  • Visueel-vormelijke elementen
    De boom is zichtbaar van op het openbaar domein. De verwijdering zal als een gemis ervaren worden en heeft hierdoor een invloed op het ruimtelijk beeld.
  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Bodemreliëf
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    Op basis van de beoordeling van het inplantingsplan en de foto’s, blijkt dat de boom door zwam aangetast s. Vellen mits vervangen is verantwoord.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig. Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

  • Gezien de zorgplicht (artikel 14 van het natuurdecreet) dient in het eerstvolgende plantseizoen na het vellen, een heraanplanting met 1 boom van dezelfde boomsoort zodat de continuïteit van de laanbomenrij hersteld wordt.
  • De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen om de nieuwe aanplanting te laten slagen. Dit houdt onder meer een met zorg uitgevoerde aanplanting met kwaliteitsvol plantgoed in, het gebruik van een steunpaal of wortelkluitverankering en indien nodig het aanbrengen van een bescherming tegen wild- of veevraat. De nazorg, zoals het tijdig water geven, kan noodzakelijk zijn om de heraanplant het eerste groeiseizoen te laten overleven.
  • Bij uitval dient/dienen in het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats/plaatsen terug te worden ingevuld of ingeboet. In ieder geval is de aanvrager ertoe gehouden om op zijn perceel de nieuwe heraangeplante bomen tot volle wasdom te brengen. Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart – 1 juli, het broedseizoen van vogels, moet de aanvrager er zich van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten (artikel 14 van het soortenbesluit) beschadigd, weggenomen of vernield worden.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Omgeving - Kerkplein 2 - gemeente Schilde - het vellen van een 4-stammige cipres en 2 kleine cipressen op de begraafplaats Schilde - VB 2020/66

 

 

Feiten en context

  • Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door gemeente Schilde op 6 februari 2020 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein aan het Kerkplein 2.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het vellen van een 4-stammige cipres en 2 kleine cipressen op de begraafplaats Schilde.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 20 februari 2020. De uiterste beslissingsdatum is 20 april 2020.

 

  • Planologische context

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Het eigendom is getroffen door een rooilijn.

 

  • Bestaande toestand

De bomen staan op de begraafplaats van Schilde. Het is een groene omgeving met diverse groenelementen zoals bomen, hagen, struiken in combinatie met kruidachtige en begraasde vegetaties.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag handelt over het vellen van een 4 stammige cipres en 2 kleine cipressen op begraafplaats Schilde.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990

Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden.

  • Ministerieel besluit van 6 april 1994

Ministerieel besluit tot goedkeuring van de bouwverordening van 15 februari 1990 voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.

  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Artikel 4.2.2 en 4.2.4. van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
  • Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen

 

Argumentatie

  • Wegenis
    In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat het Kerkplein een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Verder is het goed niet getroffen door een rooilijn.
  • Watertoets
    Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.
  • Functionele inpasbaarheid
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Het mobiliteitsaspect
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • De schaal, het ruimtegebruik
    Er is voldoende ruimte. Er is een goede verhouding tussen de boom en zijn beschikbare groeiplaats.
  • Visueel-vormelijke elementen
    De boom is zichtbaar van op het openbaar domein. De verwijdering zal als een gemis ervaren worden en heeft hierdoor een invloed op het ruimtelijk beeld.
  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Bodemreliëf
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    Op basis van de beoordeling van het inplantingsplan en de foto’s, blijkt dat de boom aftakelend is. Vellen mits vervangen is verantwoord.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig. Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

  • Gezien de zorgplicht (artikel 14 van het natuurdecreet) dient in het eerstvolgende plantseizoen na het vellen, een heraanplanting met 1 boom van dezelfde boomsoort zodat de continuïteit van het groen hersteld wordt.
  • De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen om de nieuwe aanplanting te laten slagen. Dit houdt onder meer een met zorg uitgevoerde aanplanting met kwaliteitsvol plantgoed in, het gebruik van een steunpaal of wortelkluitverankering en indien nodig het aanbrengen van een bescherming tegen wild- of veevraat. De nazorg, zoals het tijdig water geven, kan noodzakelijk zijn om de heraanplant het eerste groeiseizoen te laten overleven.
  • Bij uitval dient/dienen in het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats/plaatsen terug te worden ingevuld of ingeboet. In ieder geval is de aanvrager ertoe gehouden om op zijn perceel de nieuwe heraangeplante bomen tot volle wasdom te brengen. Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart – 1 juli, het broedseizoen van vogels, moet de aanvrager er zich van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten (artikel 14 van het soortenbesluit) beschadigd, weggenomen of vernield worden.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Omgeving - De Zevenster 28 - Jeroen Callens - het vellen van 1 naaldboom - VB 2020/70

 

 

Voorgeschiedenis

  • Stedenbouwkundige vergunning(en)

o        landhuis - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 9 januari 1979 - 1978/223

o        bouwen van landhuis - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 20 december 1974 - sgr1974/100

o        landhuis - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 30 juni 1952 - sgr1952/07

o        landhuis - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 2 september 1992 - sgr1952/20

o        uitbreiden van een bestaande woning - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 12 januari 2009 - 2008/412

o        bouwen van een tuinberging van 29,70m2 - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 23 november 2009 - 2009/341

  • Verkavelingsvergunning(en)

o        nieuwe verkaveling - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 12 april 1974 - sgr70

 

Feiten en context

  • Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door Jeroen Callens op 9 februari 2020 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein in De Zevenster 28.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het vellen van 1 naaldboom.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 20 februari 2020. De uiterste beslissingsdatum is 20 april 2020.

 

  • Planologische context

Het goed ligt in woonpark volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.

Het goed ligt in woonpark volgens Wijziging van het aanvullend stedenbouwkundig voorschrift artikel 1 voor het gehele gewestplan, goedgekeurd op 7 juli 2000.

De woonparken die op de gewestplannen zijn aangeduid, zijn overwegend een opname van bestaande toestanden. Een woonpark is bedoeld als een woongebied van louter residentiële aard en bijgevolg gericht op het rustig verblijven in een homogeen voor het wonen bestemd woongebied in het groen. De nog open gebleven ruimten mogen verder bebouwd worden mits rekening wordt gehouden met de bepalingen van artikel 6.1.2.1.4 en met de bestaande bebouwingswijze (oppervlakte van de percelen, bebouwde oppervlakte van perceel, bouwtrant, bestaand groen).

Alle inrichtingen en activiteiten die verenigbaar zijn met de stedenbouwkundige bestemming van het woongebied zijn in principe toelaatbaar. Bijzondere aandacht dient niettemin te worden besteed aan de vraag naar de bestaanbaarheid van een constructie met de eigen woonfunctie van het gebied en de verenigbaarheid ervan met de onmiddellijke omgeving. Gezien het een wezenlijk kenmerk van een woonpark is dat de gemiddelde woondichtheid er gering is en de groene ruimten er verhoudingsgewijs grote oppervlakte beslaan, heeft dit tot gevolg dat de vestiging van niet-residentiële inrichtingen en activiteiten doorgaans niet zal kunnen worden aangenomen.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.

Het goed is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg (BPA) Hof Ter Linden, goedgekeurd op 22 februari 1958.

Het goed is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg (BPA) Hof Ter Linden wijziging, goedgekeurd op 15 april 2005.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Het eigendom is getroffen door een rooilijn.

 

  • Bestaande toestand

De boom staat in de tuin op een bebouwd perceel gelegen in woonparkgebied. Het is een groene omgeving met diverse groenelementen zoals bomen, hagen, struiken in combinatie met kruidachtige en begraasde vegetaties. Het straatbeeld wordt gekenmerkt door open bebouwingen in diverse stijlen.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag handelt over het vellen van 1 naaldboom.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990

Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden.

  • Ministerieel besluit van 6 april 1994

Ministerieel besluit tot goedkeuring van de bouwverordening van 15 februari 1990 voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.

  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Artikel 4.2.2 en 4.2.4. van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
  • Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen

 

Argumentatie

  • Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de De Zevenster een voldoende uitgeruste openbare weg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Verder is het goed niet getroffen door een rooilijn.

  • Watertoets
    Het perceel is gelegen in overstromingsgevoelig gebied doch grenst niet aan een waterloop.
  • Functionele inpasbaarheid
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Het mobiliteitsaspect
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • De schaal, het ruimtegebruik
    Er is voldoende ruimte. Er is een goede verhouding tussen de boom en zijn beschikbare groeiplaats.
  • Visueel-vormelijke elementen
    De boom is zichtbaar van op het openbaar domein. De verwijdering zal als een gemis ervaren worden en heeft hierdoor een invloed op het ruimtelijk beeld.
  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Bodemreliëf
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    Op basis van de beoordeling van het inplantingsplan en de foto’s, blijkt dat de boom afgestorven is. Vellen mits vervangen is verantwoord.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig. Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

  • Gezien de zorgplicht (artikel 14 van het natuurdecreet) dient in het eerstvolgende plantseizoen na het vellen van de boom een heraanplanting uitgevoerd te worden met 1 streekeigen, standplaatsgeschikte, inlandse, hoogstammige loofboom van eerste grootte, plantmaat 10/12.
  • De heraanplanting dient op minstens 2m plantafstand van de perceelsgrenzen te gebeuren.
  • Voor een boom van eerste grootte is de voorkeur van onderlinge plantafstand minstens 8m. Er mag niet onder de kruin van bestaande bomen aangeplant worden. Voor een boom van tweede grootte is bij voorkeur de onderlinge plantafstand van 5m.
  • De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen om de nieuwe aanplanting te laten slagen. Dit houdt onder meer een met zorg uitgevoerde aanplanting met kwaliteitsvol plantgoed in, het gebruik van een steunpaal of wortelkluitverankering en indien nodig het aanbrengen van een bescherming tegen wild- of veevraat. De nazorg, zoals het tijdig water geven, kan noodzakelijk zijn om de heraanplant het eerste groeiseizoen te laten overleven.
  • Bij uitval dient in het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats terug te worden ingevuld of ingeboet. In ieder geval is de aanvrager ertoe gehouden om op zijn perceel de nieuwe aangeplante boom tot volle wasdom te brengen. Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart – 1 juli, het broedseizoen van vogels, moet de aanvrager er zich van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten (artikel 14 van het soortenbesluit) beschadigd, weggenomen of vernield worden.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Omgeving - Eugeen Dierckxlaan 11, 13 en 15 - Tom Fransen - het tijdelijk exploiteren van een bronbemaling voor de bouw van ondergrondse garages - M 2020/81

 

 

Voorgeschiedenis

Omgevingsvergunning(en) - stedenbouwkundige handelingen en/of exploitaties

o        een groepswoningbouwproject met 3 gebouwen en 6 woonentiteiten - voorwaardelijk vergund door college van burgemeester en schepenen - 29 juli 2019 - OMG 2019/187

 

Feiten en context

  • Dossiergegevens

Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door Tom Fransen, op 14 februari 2020 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres Eugeen Dierckxlaan 11, 13 en 15.

De aanvraag omvat de exploitatie van een of meerdere ingedeelde inrichtingen of activiteiten.

Het betreft een aanvraag voor het tijdelijk exploiteren van een bronbemaling voor de bouw van ondergrondse garages.

De uiterste beslissingsdatum is 15 maart 2020.

 

  • Planologische context
    Het goed ligt in woongebied volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.
    De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.
    Het goed is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg (BPA) Dorpskom Zuid deel 1, goedgekeurd op 25 februari 1959.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

 

  • Bestaande toestand
    Het betreft een perceel van circa 3.880,71m².

Het perceel is gelegen in de dorpskern.

Op het perceel staat momenteel een woning die zal afgebroken worden.

De straat is een voldoende uitgeruste gemeenteweg. Deze wordt weinig gebruikt als doorgangsweg.

Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.

 

  • Nieuwe toestand
    De aanvraag heeft als voorwerp de gecoördineerde exploitatie van volgende rubrieken:

 

 

Rubriek

Omschrijving

Totale hoeveelheid

53.2.2°b)1°

Tijdelijke bronbemaling nodig voor het realiseren van een ondergrondse parkeergarage + bergingen bij een appartementsgebouw (Nieuw)

65.760 m³/jaar

De aanvrager voorziet een tijdelijke bronbemaling voor de realisatie van een kelder (ondergrondse parkeergarage + bergingen) die deel uitmaken van appartementsgebouwen.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid.
  • Besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en de daaraan gekoppelde bijlagen.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.

 

Argumentatie

  • Watertoest
    Waterparagraaf: het voorliggende project heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een overstromingsgebied. De bronbemaling heeft door het tijdelijk karakter een beperkte dimensie zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is.
  • Milieuaspecten
    De bronbemaling zal gebeuren met één pompinstallatie waarop 45 aanzuigfilters aangesloten worden. Deze bevinden zich op een diepte van 9 meter met het oog op een grondwaterverlaging tot maximum vier meter onder het maaiveld.  De kelders worden voorzien op een diepte van 3,5 meter.
    De pomp heeft een debiet van 20m³/uur. De exploitant wil de bronbemaling aanvatten vanaf einde maart 2020 en raamt de duur van de werken op 137 dagen. Dit maakt dat het totale opgepompte debiet geschat wordt op 65.760 m³.
    Tijdens de bronbemaling is er kans op droogteschade in de omgeving door de bemaling. De exploitant dient aldus alle nodige maatregelen te nemen dit te voorkomen.
    De aanvrager geeft aan dat al het water te lozen in de riolering. In de aanvraag wordt geen melding gemaakt van infiltratie. Gezien de perceeloppervlakte en de open ruimte in de omgeving is het aangewezen om via bijzondere voorwaarden een systeem op te leggen dat voldoende flexibel is om ook in infiltratie te voorzien.

De aanvrager heeft aan dat het zettingsrisico zeer gering is aangezien het een goed dragende zandgrond betreft en het huidige grondwaterpeil maar beperkt dient verlaagd te worden. (momenteel is de grondwaterstand ongeveer 2,50 à 3,00meter onder het maaiveld : vastgesteld in een ter plaatse gegraven put in het midden van te bouwen zone - sonderingsverslag).

  • Onderzoek van het meldingsplichtig en niet-verboden karakter
    De tijdelijke bronbemaling is louter en alleen in de derde klasse ingedeeld, de exploitatie ervan is dus meldingsplichtig. Er wordt voldaan aan artikel 5.4.3,§3 van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid betreffende verbods- en afstandsregels. De gemelde exploitatie is meldingsplichtig en niet verboden. Mits de exploitant voldoet aan de bestaande geldende algemene en sectorale voorwaarden van titel II van het VLAREM, aangevuld met bijzondere voorwaarden ter voorkoming van verdroging mag verwacht worden dat de exploitatie kan gebeuren zonder ernstige hinder voor mensen en omgeving. De plannen en het meldingsdossier waarop deze akte gebaseerd is, maken integraal deel uit van de meldingsakte.
    De aktename is afhankelijk van de strikte naleving van de volgende geldende milieuvoorwaarden:

- de algemene milieuvoorwaarden van titel II van het VLAREM.

- de sectorale voorwaarde van titel II van het VLAREM - hoofdstuk 5.53.

- de bijzondere voorwaarden opgelegd door het college van burgemeester en schepenen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en neemt akte van de voormelde melding.

Artikel2. De aktename is afhankelijk van de strikte naleving van de volgende milieuvoorwaarden:

1. De algemene en sectorale milieuvoorwaarden van titel II van het VLAREM:

 

 

hoofdstukken 4.1, 4.7 en 4.9

-                       Algemene milieuvoorwaarden - algemeen

hoofdstuk 4.5 met bijlagen 2.2.1, 2.2.2, 4.5.1, 4.5.2, 4.5.3, 4.5.4, 4.5.5 en 4.5.6

-                       Algemene milieuvoorwaarden - geluid

hoofdstukken 4.4 en 4.10 met bijlagen 4.4.1, 4.4.2, 4.4.3, 4.4.4, 4.4.5, 4.4.6, 4.4.7.1 en 4.4.7.2.

-                       Algemene milieuvoorwaarden - lucht

hoofdstuk 4.6.

-                       Algemene milieuvoorwaarden - licht

hoofdstuk 4.2 met bijlagen 2.3.1, 4.2.5.1, 4.2.5.2 en 4.2.5.4

-                       Algemene milieuvoorwaarden – oppervlaktewater

Sectorale voorwaarden toevoegen

-                       hoofdstuk 5.53 van Vlarem II

2. De volgende bijzondere milieuvoorwaarden:

Het bronbemalingssysteem dient uitgerust te worden met een vergaarbak met zandvang. De vergaarbak moet de mogelijkheid bieden voor het aftappen van water door een dompelpomp of ander systeem. De exploitant dient zelf te voorzien in een dompelpomp of ander systeem en voldoende afvoerslangen om het opgepompte water maximaal op het perceel zelf te infiltreren.

De bewoners/eigenaars van percelen die liggen in de invloedssfeer van de bronbemaling, moeten op eenvoudig verzoek en kosteloos ook gebruik kunnen maken van dit systeem.

De exploitant dient het water dat niet kan infiltreren in de bodem te lozen in een baangracht of oppervlaktewater. Hij dient hiervoor voorafgaandelijk advies en desgevallend ook toelating aan te vragen bij de beheerder van de gracht of waterloop.

De exploitant waakt er gedurende de ganse exploitatie over dat de infiltratie of lozing geen wateroverlast of schade veroorzaakt bij derden. Hij neemt  voor eigen rekening de nodige wettelijke maatregelen om wateroverlast of schade ten gevolge van de bronbemaling te vermijden.

Enkel wanneer de lozing in baangracht of waterloop met toepassing van de best beschikbare technieken niet mogelijk is mag de waterafvoer aangesloten worden op de riolering.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Vrijgave bankwaarborg - Wouwerstraat 1 - bouwvergunning 2015/275

 

 

Voorgeschiedenis

Op 11 april 2016 werd door het college van burgemeester en schepenen beslist om een vergunning af te leveren onder voorwaarden.

 

Feiten en context

Walschots verzond per e-mail op 17 februari 2020 een aanvraag tot vrijgave bankwaarborg ten bedrage van 5.000 euro.

 

Juridische gronden

            Artikel 4.2.19 §1 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO)
Onverminderd de voorwaarde van rechtswege [in de zin van artikel 90bis van het Bosdecreet van 13 juni 1990], kan het vergunningverlenende bestuursorgaan aan een vergunning voorwaarden verbinden.

          Artikel 4.2.20 §1 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO)
Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan aan een vergunning lasten verbinden. Deze lasten vinden hun oorsprong in het voordeel dat de begunstigde van de vergunning uit die vergunning haalt, en in de bijkomende taken die de overheid door de uitvoering van de vergunning op zich dient te nemen.
Buiten het voorzien in de nodige financiële waarborgen, kunnen lasten ondermeer betrekking hebben op:
1° de verwezenlijking of de renovatie van wegen, groene ruimten, ruimten voor openbaar nut, openbare gebouwen, nutsvoorzieningen of woningen, op kosten van de vergunninghouder.

 

Argumentatie

Uit plaatsbezoek blijkt dat de vergunning, het bouwen van een woning, niet uitgevoerd werd zodat de waarborg zonder voorwerp is. Het perceel is verkocht aan een nieuwe eigenaar.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen geeft toestemming tot vrijgave van de bankgarantie van bouwvergunning 2015/275 voor het volledige bedrag van 5.000 euro aan Walschots Dorp 63, 2382 Poppel.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Vrijgave bankwaarborg - Catharinadreef 53- bouwvergunning 2011/154

 

 

Voorgeschiedenis

Op 5 september 20211 werd door het college van burgemeester en schepenen beslist om een vergunning af te leveren onder voorwaarden.

 

Feiten en context

Denis verzond per e-mail op 12 februari 2020 een aanvraag tot vrijgave bankwaarborg ten bedrage van 3.000 euro.

 

Juridische gronden

            Artikel 4.2.19 §1 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO)
Onverminderd de voorwaarde van rechtswege [in de zin van artikel 90bis van het Bosdecreet van 13 juni 1990], kan het vergunningverlenende bestuursorgaan aan een vergunning voorwaarden verbinden.

          Artikel 4.2.20 §1 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO)
Het vergunningverlenende bestuursorgaan kan aan een vergunning lasten verbinden. Deze lasten vinden hun oorsprong in het voordeel dat de begunstigde van de vergunning uit die vergunning haalt, en in de bijkomende taken die de overheid door de uitvoering van de vergunning op zich dient te nemen.
Buiten het voorzien in de nodige financiële waarborgen, kunnen lasten ondermeer betrekking hebben op:
1° de verwezenlijking of de renovatie van wegen, groene ruimten, ruimten voor openbaar nut, openbare gebouwen, nutsvoorzieningen of woningen, op kosten van de vergunninghouder.

 

Argumentatie

Uit plaatsbezoek blijkt dat voldaan is aan alle voorwaarden uit de bouwvergunning 2011/154.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen geeft toestemming tot vrijgave van de bankgarantie van bouwvergunning 2011/154 voor het volledige bedrag van 3.000 euro aan Denis Catharinadreef 53, Schilde.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Aanvraag nominatieve toelage Parel der Voorkempen

 

 

Het punt is verdaagd.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Fakkeltocht Scouts Wezel - 07 maart 2020

 

 

Voorgeschiedenis

Aanvraag van Sofie Van den Rul, van Scouts Wezel via de evenementenapplicatie van 11 februari 2020

 

Feiten en context

Scouts Wezel organiseert op 07 maart 2020 een fakkeltocht. Het parcours loopt door Schilde. De vereniging vraagt toelating en toelating voor het plaatsen van bewegwijzering.

 

Juridische gronden

Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
het college van burgemeester is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

 

Inspraak en advies

          Gunstig advies mobiliteit

          Gunstig advies milieu

 

Argumentatie

De organisatie kreeg voor gelijkaardige evenementen al herhaaldelijk toelating.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen verleent toelating aan Scouts Wezel voor de organisatie van een fakkeltocht op zaterdag 7 maart 2020 en het plaatsen van bewegwijzering mits rekening te houden met volgende voorwaarden:

          de groep wandelaars de wettelijke regels van de wegcode volgt tijdens hun verplaatsing op het openbaar domein;

          er begeleiders voorzien worden vooraan en achteraan de groep met fluo hesjes. Liefst elke deelnemer heft een fluo hesje aan;

          de nodige voorzichtigheid in acht genomen wordt bij het gebruik van fakkels in een bosrijk gebied;

          blusmiddelen in de nabijheid van het kampvuur voorzien worden;

          niet van de bestaande paden afgeweken wordt;

          geen afval achtergelaten wordt;

          de bewegwijzering niet aan bomen vast te nagelen;

          gebruik maken van niet druipende fakkels;

          alle bewegwijzering ten laatste de dag na het evenement te verwijderen;

          het parcours dient uitsluitend de openbare weg te volgen;

          indien de route op private eigendommen loopt dient toestemming gevraagd te worden aan de betreffende eigenaars.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Kiekefeest 2020 - 28 maart 2020 - Scouts Schilde

 

 

Voorgeschiedenis

Aanvraag Kiekefeest via evenementenapplicatie door Dorian De Schepper op 17 november 2019

 

Feiten en context

Scouts en Gidsen Schilde vraagt toelating voor de organisatie van hun jaarlijks Kiekefeest op zaterdag 28 maart 2020.

 

Juridische gronden

Artikel 56 13 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

 

Inspraak en advies

          Positief advies milieu

          Positief advies mobiliteit

 

Argumentatie

          De vereniging kreeg voor dit evenement in het verleden al herhaaldelijk toelating.

          De vorige edities zijn zonder problemen verlopen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen verleent toelating aan Scouts en Gidsen Schilde voor de organisatie van het jaarlijkse kiekefeest op zaterdag 28 maart 2020 mits rekening te houden met volgende voorwaarden:

          Het geluidsniveau van de elektronisch versterkte muziek mag maximum 95 dB(A)Laeq,15min bedragen op zaterdag 28 maart 2020 vanaf 20 tot 2 uur de dag erna;

          Van 2 uur tot 3 uur op zondag 29 maart 2020 dient de muziek herleid te worden naar een geluidsniveau van max. 90 dB(A)Laeq, 15min;

          Het evenement moet eindigen op zondag 29 maart 2020 om 3 uur. Na deze uren mag er geen muziek meer gespeeld worden.

          De organisator dient de Vlarem II voorwaarden in art. 5.32.2.2. bis, §1,1°,2° en 3° en 62 strikt te respecteren;

          De organisator dient de buurt schriftelijk op de hoogte te brengen van het evenement;

          een afschrift van de vergunning zal overgemaakt worden aan de toezichthoudende politiediensten;

          de vergunninghouder beschikt ook voorafgaandelijk over een schriftelijke toestemming van de burgemeester in het kader van het gemeentedecreet;

          de vergunninghouder dient een kopie van deze vergunning ten allen tijde ter beschikking te houden van de bevoegde controlerende diensten.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Huur van de zaal Dorpshuis voor het goede doel - 15 mei 2020

 

 

Voorgeschiedenis

Aanvraag tot reservatie van het dorpshuis "feestzaal de Caters" voor 15 mei 2020 ontvangen

 

Feiten en context

          Op vrijdag 15 mei 2020 organiseert een inwoner een spaghetti-avond voor het goede doel in het dorpshuis.

          Het goede doel dat gekozen is door de inwoner is het dierenasiel te Schoten.

          De organisatie vraagt naar de mogelijkheid om gezien het evenement voor het goede doel wordt georganiseerd om van de gemeente de zaal tegen een korting of kosteloos ter beschikking te stellen bij wijze van gunst.

 

Juridische gronden

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

          Artikel 56 §3 3° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor het financiële beheer, met behoud van de toepassing van de bevoegdheden van de gemeenteraad.

 

Argumentatie

          Overeenkomstig het reglement lokalen en zalen uitgezonderd GC Werf 44 dienen uitzonderingen voorgelegd te worden aan het college van burgemeester en schepenen.

          De organisatie heeft in 2019 voor een gelijkaardig doel de zaal gratis gekregen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen biedt de zaal Dorpshuis "Feestzaal de Caters" gratis ter beschikking aan, aan de inwoner voor de organisatie van een spaghettislag op 15 mei 2020.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen vraagt om het bedrag dat geschonken wordt kenbaar te maken aan het gemeentebestuur.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Aanvraag straatfeest Akkerstraat op 27 juni 2020 door Steven Van Deun

 

 

Voorgeschiedenis

Aanvraagformulier straatfeest Akkerstraat van Steven Van Deun van 1 februari 2020.

 

Feiten en context

Steven Van Deun vraagt toelating om op 27 juni 2020 een straatfeest te organiseren in de Akkerstraat. Er wordt gevraagd de straat hiervoor te mogen afsluiten en te kunnen beschikken over evenementenmateriaal.

 

Inspraak en advies

Gunstig advies mobiliteit

 

Juridische gronden

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

          Straatfeestreglement, goedgekeurd op de gemeenteraad van 22 februari 2016

 

Argumentatie

Omdat het wenselijk is het organiseren van straatfeesten te ondersteunen met het oog op het bevorderen van de sociale contacten binnen een straat, plein of wijk.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen verleent toelating aan Steven Van Deun voor de organisatie van een straatfeest in de Akkerstraat op voorwaarde dat:

          de hulpdiensten elke woning kunnen bereiken indien nodig;

          voetgangers en fietsers nog doorgang hebben.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen beslist het nodige evenementenmateriaal toe te kennen voor zover dit beschikbaar is.

Artikel 3. Het college van burgemeester en schepenen kent de subsidiecheque toe aan Steven Van Deun indien de bewijsstukken binnen twee maanden na het straatfeest zijn binnengebracht bij het evenementenloket.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

SchilRun - 29 maart 2020 - K&O events

 

 

Voorgeschiedenis

Aanvraag ontvangen via de evenementenapplicatie op 29 januari 2020

 

Feiten en context

          Op 29 maart 2020 organiseert K&O Events onder de naam SchilRun 3 verschillende loopwedstrijden (1km - 5km - 12km) doorheen Schilde.

          De organisatie vraagt toestemming om dit evenement te mogen organiseren;

          SchilRun is een organisatie in samenwerking met de gemeente Schilde;

          De gemeente Schilde voorziet het evenement kosteloos van evenementenmateriaal zoals nadarhekken, toiletunits en andere.

 

Juridische gronden

Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

 

Inspraak en advies

          Positief advies milieu

          Voorwaardelijk positief noodplanning

 

Argumentatie

          De gemeente Schilde staat positief tegenover evenementen die de sociale cohesie van de inwoners bevorderen.

          Er wordt een overeenkomst opgesteld om de samenwerking tussen organisatie en de gemeente Schilde te bepalen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen gaat akkoord met de organisatie van Schilrun op zondag 29 maart 2020 op voorwaarde dat er rekening gehouden wordt met de bepalingen die worden besproken tijdens het veiligheidsoverleg van dinsdag 3 maart 2020.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen beslist om de overeenkomst ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad van 16 maart 2020.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Opvolging gemeenteraad - mededelingen

 

 

Feiten en context

Tijdens de vorige gemeenteraden stelden verschillende raadsleden vragen.

 

Juridische gronden

          Artikel 19 van het decreet lokaal bestuur
De voorzitter van de gemeenteraad beslist tot bijeenroeping van de gemeenteraad en stelt de agenda van de vergadering op.

          Artikel 56 §1 van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen bereidt de beraadslagingen en de besluiten van de gemeenteraad voor.

          Artikel 3 van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad
Naast de agendapunten die door het college van burgemeester en schepenen aan de voorzitter worden meegedeeld, bevat de agenda ook:

          Actualiteitsvragen;

          Mededelingen vanuit het college van burgemeester en schepenen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist de opvolgingslijst van de gemeenteraad van 16 maart 2020 goed te keuren.

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 02 03 2020

Gemeenteraad - dagorde van 16 maart 2020

 

 

Juridische gronden

          Artikel 19 van het decreet lokaal bestuur
De voorzitter van de gemeenteraad beslist tot bijeenroeping van de gemeenteraad en stelt de agenda van de vergadering op. De agenda bevat in ieder geval de punten die door het college van burgemeester en schepenen aan de voorzitter worden meegedeeld.

          Artikel 56. §1. van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen bereidt de beraadslagingen en de besluiten van de gemeenteraad voor.
Het college van burgemeester en schepenen voert de besluiten van de gemeenteraad uit.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen verzoekt de voorzitter van de gemeenteraad volgende punten op de dagorde van de vergadering van de gemeenteraad van 16 maart 2020 te plaatsen:

          SECRETARIAAT - Verslag gemeenteraad 17 februari 2020 - Besluit

          SECRETARIAAT - Mededelingen vanuit het college van burgemeester en schepenen – Kennisname

          Veiligheid - Noodplanning - PSH netwerk - engagementsverklaring – Besluit

          Communicatie - Noodplanning - samenwerkingsovereenkomst D5 – Kennisname

          FINANCIËLE ZAKEN - nominatieve subsidies 2020 - aanvulling - Besluit

          Openbare werken - Patrimonium - Aankoopakte - Caterskapeldreef zn – Besluit

          Openbare werken - Patrimonium - Aankoop - Driepikkel 4 – Besluit

          Openbare werken - Patrimonium - Aankoopakte - Friedadreef 17 - Besluit

          Openbare werken - Patrimonium - Aankoopakte - Friedadreef 86 - Besluit

          Openbare werken - Patrimonium - Aankoopakte - Karekiet 47-59 - Besluit

          Openbare werken - Patrimonium - Kosteloze grondafstand - Philippedreef 23 - Besluit

          Patrimonium - Erfpachtovereenkomst Oude Rijkswachtkazerne - Wonderwijzer – Besluit

          Patrimonium - Kaderovereenkomst naamsverandering van Eandis naar Fluvius - Besluit

          Milieu - VMM - Antitankgracht - gebruiksovereenkomst - Besluit

          VRIJE TIJD EN WELZIJNSZAKEN - Overeenkomst lokaal loket voorkempen en Leren@vaart - Besluit

          VRIJE TIJD EN WELZIJNSZAKEN - Samenwerking Huis van het kind en vzw leren@vaart - Besluit

          VRIJE TIJD EN WELZIJNSZAKEN - SchilRun - Besluit

          SECRETARIAAT - Gemeentelijke afgevaardigden in intergemeentelijke samenwerkingsverbanden – Besluit

          SECRETARIAAT - Actualiteitsvragen - Kennisname

          Beleidsnota dorpskernen

 

 

Publicatiedatum: 10/03/2020