VERGADERING

COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN

 

 

datum College van burgemeester en schepenen

1 april 2019

aanwezig

Dirk Bauwens, burgemeester; Olivier Verhulst, Kathleen Krekels, Peter Mendonck, Marian Van Alphen, Pascale Gielen, schepenen; Tine Vervisch, algemeen directeur;

 

 

Olivier Verhulst, verlaat de zitting vanaf agendapunt 10, artikel 27

Olivier Verhulst, vervoegt de zitting vanaf agendapunt 11

 

 

OPENBAAR VERSLAG

 

Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Verslag vergadering college van burgemeester en schepenen - 25 maart 2019

 

 

Juridische gronden

Artikel 50 van het decreet lokaal bestuur
De notulen worden goedgekeurd op de eerstvolgende gewone vergadering van het college van burgemeester en schepenen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen keurt het verslag van de vergadering van het college van burgemeester en schepenen van 25 maart 2019 zonder opmerkingen goed.

Schepen Kathleen Krekels onthoudt zich.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Lijst bestelbonnen, vastleggingen en goedkeuringslijsten

 

 

Juridische gronden

Artikel 56, § 3, 3° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor het financieel beheer, met behoud van de toepassing van de bevoegdheden van de gemeenteraad.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen verleent goedkeuring aan:

          de bestelbonnen van 945 tot en met 1.004;

          de vastleggingen van 2.347 tot en met 2.474;

          de goedkeuringslijst uitgaven van 34 tot en met 35;

          de goedkeuringslijst ontvangsten van 13.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Kerkfabriek Sint-Guibertus - Jaarrekening 2018

 

 

Voorgeschiedenis

Op 15 april 2013 keurde de gemeenteraad het meerjarenplan 2014-2019 van de kerkfabriek Sint-Guibertus goed.

 

Feiten en context

Op 18 maart 2019 maakte het centraal kerkbestuur de jaarrekening 2018 van de kerkfabriek Sint-Guibertus over aan het gemeentebestuur.

 

Juridische gronden

          Artikel 54 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en de werking van erediensten en latere wijzigingen
De kerkraad stelt jaarlijks de rekening van de kerkfabriek van het voorgaande jaar vast en dient ze voor 1 maart in bij het centraal kerkbestuur.

          Artikel 55 § 1 en §2 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en de werking van erediensten en latere wijzigingen
De rekening wordt jaarlijks voor 1 mei samen bij de gemeenteoverheid en tegelijkertijd bij de provinciegouverneur ingediend door het centraal kerkbestuur waaronder de kerkfabrieken ressorteren.
De rekeningen zijn onderworpen aan het advies van de gemeenteraad en aan de goedkeuring door de provinciegouverneur.

          Omzendbrief BB 2013/01 betreffende de boekhouding besturen van de eredienst

          Artikel 19 van het decreet lokaal bestuur

De voorzitter van de gemeenteraad beslist tot bijeenroeping van de gemeenteraad en stelt de agenda van de vergadering op. De agenda bevat in ieder geval de punten die door het college van burgemeester en schepenen aan de voorzitter worden meegedeeld.

 

Argumentatie

          De jaarrekening bestaat uit een financieel gedeelte en een toelichting.

          De toelichting van de jaarrekening bevat de verplichte documenten:

          een bewijsstuk van de kastoestand waaruit blijkt dat de cijfers van de boekhouding overeenstemmen met de saldi van de financiële rekeningen en de kassen van het bestuur van de eredienst (opgemaakt door de penningmeester);

          een overzicht van de interne kredietaanpassingen die gedurende dat financiële boekjaar werden doorgevoerd;

          de geactualiseerde investeringsfiches voor de investeringen waarvoor gedurende het financiële boekjaar een of meer verrichtingen werden geregistreerd;

          de wijzigingen in de inventaris in vergelijking met de toestand van de inventaris bij de voorgaande jaarrekening;

          een lijst van de openstaande schulden en vorderingen en een lijst met de oninbaar verklaarde bedragen, die overeenkomstig artikel 33 van het reglement opgenomen in de inventaris;

          de staat van het vermogen, waarin de waarde van de elementen uit de inventaris die gewaardeerd werden, wordt opgenomen;

          de verdeelsleutels, als het bestuur van de eredienst daarvan gebruik maakt;

          de andere waarderingsregels.

          Uit de jaarrekening 2018 blijkt een overschot van 114.562,08 euro voor de exploitatie en een overschot van 26.296,77 euro voor de investeringen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen stelt voor aan de gemeenteraad van 23 april 2019 positief advies te geven over de jaarrekening 2018 van de kerkfabriek Sint-Guibertus.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Kerkfabriek Sint-Catharina - Jaarrekening 2018

 

 

Voorgeschiedenis

Op 21 oktober 2013 keurde de gemeenteraad het meerjarenplan 2014-2019 van de kerkfabriek Sint-Catharina goed.

 

Feiten en context

Op 18 maart 2019 maakte het centraal kerkbestuur de jaarrekening 2018 van de kerkfabriek Sint-Catharina over aan het gemeentebestuur.

 

Juridische gronden

          Artikel 54 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en de werking van erediensten en latere wijzigingen
De kerkraad stelt jaarlijks de rekening van de kerkfabriek van het voorgaande jaar vast en dient ze voor 1 maart in bij het centraal kerkbestuur.

          Artikel 55 § 1 en §2 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en de werking van erediensten en latere wijzigingen
De rekening wordt jaarlijks voor 1 mei samen bij de gemeenteoverheid en tegelijkertijd bij de provinciegouverneur ingediend door het centraal kerkbestuur waaronder de kerkfabrieken ressorteren.
De rekeningen zijn onderworpen aan het advies van de gemeenteraad en aan de goedkeuring door de provinciegouverneur.

          Omzendbrief BB 2013/01 betreffende de boekhouding besturen van de eredienst

          Artikel 19 van het decreet lokaal bestuur

De voorzitter van de gemeenteraad beslist tot bijeenroeping van de gemeenteraad en stelt de agenda van de vergadering op. De agenda bevat in ieder geval de punten die door het college van burgemeester en schepenen aan de voorzitter worden meegedeeld.

 

Argumentatie

          De jaarrekening bestaat uit een financieel gedeelte en een toelichting.

          De toelichting van de jaarrekening bevat de verplichte documenten:

          een bewijsstuk van de kastoestand waaruit blijkt dat de cijfers van de boekhouding overeenstemmen met de saldi van de financiële rekeningen en de kassen van het bestuur van de eredienst (opgemaakt door de penningmeester);

          een overzicht van de interne kredietaanpassingen die gedurende dat financiële boekjaar werden doorgevoerd;

          de geactualiseerde investeringsfiches voor de investeringen waarvoor gedurende het financiële boekjaar een of meer verrichtingen werden geregistreerd;

          de wijzigingen in de inventaris in vergelijking met de toestand van de inventaris bij de voorgaande jaarrekening;

          een lijst van de openstaande schulden en vorderingen en een lijst met de oninbaar verklaarde bedragen, die overeenkomstig artikel 33 van het reglement opgenomen in de inventaris;

          de staat van het vermogen, waarin de waarde van de elementen uit de inventaris die gewaardeerd werden, wordt opgenomen;

          de verdeelsleutels, als het bestuur van de eredienst daarvan gebruik maakt;

          de andere waarderingsregels.

          Uit de jaarrekening 2018 blijkt een overschot van 10.816,70 euro van voor de exploitatie en een overschot van 2.039,86 euro voor de investeringen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen stelt voor aan de gemeenteraad van 23 april 2019 positief advies te geven over de jaarrekening 2018 van de kerkfabriek Sint-Catharina.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Kerkfabriek Onze Lieve Vrouw ten Hemel Opgenomen - Jaarrekening 2018

 

 

Voorgeschiedenis

Op 26 augustus 2013 keurde de gemeenteraad het meerjarenplan 2014-2019 van de kerkfabriek Onze Lieve Vrouw ten Hemel Opgenomen goed.

 

Feiten en context

Op 18 maart 2019 maakte het centraal kerkbestuur de jaarrekening 2018 van de kerkfabriek Onze Lieve Vrouw ten Hemel Opgenomen over aan het gemeentebestuur.

 

Juridische gronden

          Artikel 54 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en de werking van erediensten en latere wijzigingen
De kerkraad stelt jaarlijks de rekening van de kerkfabriek van het voorgaande jaar vast en dient ze voor 1 maart in bij het centraal kerkbestuur.

          Artikel 55 § 1 en §2 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en de werking van erediensten en latere wijzigingen
De rekening wordt jaarlijks voor 1 mei samen bij de gemeenteoverheid en tegelijkertijd bij de provinciegouverneur ingediend door het centraal kerkbestuur waaronder de kerkfabrieken ressorteren.
De rekeningen zijn onderworpen aan het advies van de gemeenteraad en aan de goedkeuring door de provinciegouverneur.

          Omzendbrief BB 2013/01 betreffende de boekhouding besturen van de eredienst

          Artikel 19 van het decreet lokaal bestuur

De voorzitter van de gemeenteraad beslist tot bijeenroeping van de gemeenteraad en stelt de agenda van de vergadering op. De agenda bevat in ieder geval de punten die door het college van burgemeester en schepenen aan de voorzitter worden meegedeeld.

 

Argumentatie

          De jaarrekening bestaat uit een financieel gedeelte en een toelichting.

          De toelichting van de jaarrekening bevat de verplichte documenten:

          een bewijsstuk van de kastoestand waaruit blijkt dat de cijfers van de boekhouding overeenstemmen met de saldi van de financiële rekeningen en de kassen van het bestuur van de eredienst (opgemaakt door de penningmeester);

          een overzicht van de interne kredietaanpassingen die gedurende dat financiële boekjaar werden doorgevoerd;

          de geactualiseerde investeringsfiches voor de investeringen waarvoor gedurende het financiële boekjaar een of meer verrichtingen werden geregistreerd;

          de wijzigingen in de inventaris in vergelijking met de toestand van de inventaris bij de voorgaande jaarrekening;

          een lijst van de openstaande schulden en vorderingen en een lijst met de oninbaar verklaarde bedragen, die overeenkomstig artikel 33 van het reglement opgenomen in de inventaris;

          de staat van het vermogen, waarin de waarde van de elementen uit de inventaris die gewaardeerd werden, wordt opgenomen;

          de verdeelsleutels, als het bestuur van de eredienst daarvan gebruik maakt;

          de andere waarderingsregels.

          Uit de jaarrekening 2018 blijkt een overschot van 29.180,63 euro voor de exploitatie en een overschot van 122.67 voor de investeringen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen stelt voor aan de gemeenteraad van 23 april 2019 positief advies te geven over de jaarrekening 2018 van de kerkfabriek Onze Lieve Vrouw ten Hemel Opgenomen.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Tijdelijke verordening inzake politie op het wegverkeer n.a.v. paaseieren rapen - Veldvenne - 21 april 2019 - Goedkeuring

 

 

Feiten en context

Aanvraag van 21 februari 2019 door een inwoner van de Veldvenne via de evenementenapplicatie

 

Juridische gronden

          Artikel 130 bis van de Nieuwe Gemeentewet
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer.

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen.

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel I hoofdstuk 2 over de aanvullende reglementen

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel II over de plaatsing van de verkeerstekens

          Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, artikel 23 en volgende over het parkeren

          Ministerieel Besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald

          Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van verkeerstekens

          Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009 betreffende de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie over het wegverkeer

 

Argumentatie

De verkeerssituatie moet aangepast worden omwille van een straatfeest (paaseieren rapen) in de Veldvenne op 21 april 2019.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist de Veldvenne volledig af te sluiten op 21 april 2019 omwille van een straatfeest (paaseieren rapen).

Artikel 2. Deze maatregel wordt ter kennis gebracht met verkeersborden C3. Deze bepaling is niet van toepassing voor voertuigen van hulpdiensten zoals ziekenwagens, brandweerwagens en politievoertuigen.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Tijdelijke verordening inzake politie op het wegverkeer n.a.v. de buitenspeeldag Vlaanderen - 24 april 2019 - Goedkeuring

 

 

Feiten en context

Aanvraag van 1 maart 2019 via e-mail

 

Juridische gronden

          Artikel 130 bis van de Nieuwe Gemeentewet
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer.

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen.

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel I hoofdstuk 2 over de aanvullende reglementen

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel II over de plaatsing van de verkeerstekens

          Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, artikel 23 en volgende over het parkeren

          Ministerieel Besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald

          Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van verkeerstekens

          Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009 betreffende de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie over het wegverkeer

 

Argumentatie

De verkeerssituatie moet aangepast worden omwille van de organisatie van de buitenspeeldag Vlaanderen op 24 april 2019.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist de Eugeen Dierckxlaan af te sluiten en parkeerverbod in te stellen op 24 april 2019 van 13 uur tot 17 uur vanaf de Schoolstraat tot de Nieuwstraat, hierbij rekening houdend met het uitrijden van de brandweerwagens.

Artikel 2. Het afsluiten van de straat wordt ter kennis gebracht met verkeersborden C1.

Artikel 3. Parkeerverbod wordt ingesteld en aangeduid door verkeersborden E3.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Tijdelijke verordening inzake politie op het wegverkeer n.a.v. de Belgian Knockout van 30 mei 2019 t/m 2 juni 2019 - Goedkeuring

 

 

Juridische gronden

          Artikel 130 bis van de Nieuwe Gemeentewet
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer.

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen.

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel I hoofdstuk 2 over de aanvullende reglementen

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel II over de plaatsing van de verkeerstekens

          Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, artikel 23 en volgende over het parkeren

          Ministerieel Besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald

          Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van verkeerstekens

          Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009 betreffende de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie over het wegverkeer

 

Argumentatie

De verkeerssituatie moet aangepast worden omwille van het golftornooi Belgian Knockout van 30 mei 2019 tot en met 2 juni 2019.

 

BESLUIT

Artikel 1. Door de organisatie van de Belgian Knockout aan golfclub Rinkven zijn hierna vermelde bepalingen van toepassing van 20 mei tot en met 3 juni 2019.

Artikel 2. Verkeersmaatregelen

Artikel 2.1. In de Koeistraat en de Mathildedreef is alle doorgaand verkeer verboden. Deze maatregelen worden ter kennis gebracht met verkeersborden C3.

Artikel 2.2. Parkeerverbod wordt ingesteld en aangeduid door verkeersborden E3 in de Koeistraat en de Mathildedreef.

Artikel 2.3. Het onverharde gedeelte van de Moerstraat wordt afgesloten voor het verkeer en wordt voorbehouden voor de voertuigen noodzakelijk voor de organisatie.

Artikel 3. De bepalingen van artikel 2 zijn niet van toepassing voor de voertuigen van de hulpdiensten zoals ziekenwagens, brandweerwagens en politievoertuigen en voor de voertuigen noodzakelijk voor de organisatie.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Tijdelijke verordening inzake politie op het wegverkeer n.a.v. de oldtimerrally op 1 mei 2019 - Goedkeuring

 

 

Feiten en context

Aanvraag van 24 maart 2019 via de evenementenapplicatie

 

Juridische gronden

          Artikel 130 bis van de Nieuwe Gemeentewet
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer.

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen.

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel I hoofdstuk 2 over de aanvullende reglementen

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel II over de plaatsing van de verkeerstekens

          Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, artikel 23 en volgende over het parkeren

          Ministerieel Besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald

          Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van verkeerstekens

          Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009 betreffende de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie over het wegverkeer

 

Argumentatie

De verkeerssituatie moet aangepast worden omwille van de oldtimerrally op 1 mei 2019.

 

BESLUIT

Artikel 1. Naar aanleiding van de oldtimerrally zijn hierna vermelde bepalingen van toepassing op 1 mei 2019 van 6 uur tot 22 uur.

Artikel 2. Parkeerverbod wordt ingesteld en aangeduid door verkeersborden E3 met een onderbord "met uitzondering van machtiging":

          in de Kapelstraat;

          op de openbare parking van het gemeentehuis, Brasschaatsebaan 30, parkeerstrook langs de inrit inbegrepen.

Artikel 3. In de Kapelstraat is alle doorgaand verkeer verboden op 1 mei 2019 vanaf 6 uur tot 22 uur. Deze maatregel wordt ter kennis gebracht door verkeersborden C3.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Bouw sociale huurwoningen Kerkelei - verlenging 2 verkeersafwikkeling Kerkelei

 

 

Voorgeschiedenis

E-mail van 26 maart 2019 van DCA

 

Feiten en context

          Het college van burgemeester en schepenen verleende op 23 juli 2018 via tijdelijk politiereglement goedkeuring aan DCA om:

          doorgaand verkeer te verbieden in de Kerkelei tussen de Waterlaatstraat en Kleinveldweg;

          doorgaand verkeer te verbieden in de Kleinveldweg tussen de Kwekerijstraat en Kerkelei;

          parkeerverbod in te stellen in de Kerkelei tussen de Waterlaatstraat en de Kleinveldweg

vanaf 1 augustus 2018 tot en met 21 december 2018 naar aanleiding van de bouw van sociale huurwoningen in de Kerkelei.

          Op 10 december 2018 verleent het college van burgemeester en schepenen verlenging tot 31 maart 2019.

          Op 26 maart 2019 vraagt DCA verlenging van de verkeersafwikkeling in de Kerkelei tot 1 juli 2019 om volgende redenen:

          er worden nog grote transporten verwacht;

          er is nog veel werfverkeer van werknemers.

 

Juridische gronden

Artikel 56 §3, 1° van het decreet lokaal bestuur

Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen binnen de door de gemeenteraad desgevallend vastgestelde algemene regels.

 

Inspraak en advies

          De verkeerscel geeft gunstig advies voor verlenging tot 1 juli 2019.

          De school Wonderwijzer is voorstander van een verlenging.

 

Argumentatie

Het behoud van een verkeersveilige schoolomgeving tijdens de bouw van 16 sociale woningen in de tuin van de voormalige rijkswachtkazerne in de Kerkelei.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de vraag van DCA voor verlenging van de verkeersafwikkeling in de Kerkelei naar aanleiding van de bouw van 16 sociale huurwoningen in de Kerkelei en beslist de toelating op 23 juli 2018 gegeven via tijdelijke verordening op het wegverkeer, op 10 december 2018 verlengd tot 31 maart 2019, gedeeltelijk te verlengen tot 1 juli 2019.

Artikel 2. Deze toelating houdt volgende verkeersmaatregelen in:

Artikel 2.1. In de Kerkelei is alle doorgaand verkeer, inclusief fietsers en bromfietsers, verboden tussen de Waterlaatstraat en de Kleinveldweg. Enkel werfverkeer is toegelaten. Voetgangers dienen gebruik te maken van de corridor aan de kant van de school, fietsers moeten afstappen en hun fiets aan de hand houden.

Artikel 2.2. Parkeerverbod wordt ingesteld in de Kerkelei tussen de Waterlaatstraat en de Kleinveldweg.

Deze maatregelen worden ter kennis gebracht met verkeersborden C3 en E3.

Artikel 3. De bepalingen van artikel 2 zijn niet van toepassing voor de voertuigen van de hulpdiensten zoals ziekenwagens, brandweerwagens en politievoertuigen.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Picardiëlaan - proefopstelling - stand van zaken en verder verloop

 

 

Voorgeschiedenis

          In 2009 werd een proefopstelling rond parkeren in de Picardiëlaan ingevoerd.

          In 2010 werd een enquête gedaan bij de bewoners. Deze leidde tot allerlei misverstanden en wrevel.

          In 2014 werd de problematiek rond parkeren in de Picardiëlaan terug opgepikt.

 

Feiten en context

De proefopstelling in de Picardiëlaan staat er nog steeds. Deze is nooit definitief bestendigd. Een aanvullend politiereglement goedgekeurd door de gemeenteraad ontbreekt.

 

Juridische gronden

Artikel 56 §3, 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen binnen de door de gemeenteraad desgevallend vastgestelde algemene regels.

 

Inspraak en advies

De verkeerscel adviseert dit dossier op te nemen in een globaal mobiliteitsplan.

 

Argumentatie

Het creëren van een verkeersveilige en aangename woonomgeving.

 

Kennisname

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het dossier rond parkeren in de Picardiëlaan.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Verkeer wijk Hertebos (Lijsterdreef)

 

 

Voorgeschiedenis

          Op vraag van inwoners werden tussen 30 augustus en 5 oktober 2018 snelheidsmetingen uitgevoerd in de Buizerdlaan, Lijsterdreef en Jagersdreef. De V85 bedroeg respectievelijk 55, 56 en 56.

          Het college van burgemeester en schepenen nam op 26 november 2018 hiervan kennis en besliste geen structurele ingrepen te doen op korte termijn wegens de aanvaardbare V85-score.

          Deze beslissing werd op 29 november 2018 meegedeeld aan de aanvragers.

 

Feiten en context

Op 10 maart 2019 stuurt een inwoner van de Lijsterdreef een e-mail als reactie op de resultaten en de beslissing van het college van burgemeester en schepenen. Hij vraagt de verkeersstroom te verdelen over de wijk Hertebos of geen doorgaand verkeer meer toe te laten.

 

Juridische gronden

Artikel 56 §3, 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen binnen de door de gemeenteraad desgevallend vastgestelde algemene regels.

 

Inspraak en advies

De verkeerscel adviseert dit op te nemen in een globaal mobiliteitsplan en geen structurele ingrepen te doen op korte termijn omdat de Buizerdlaan en de Lijsterdreef verbindingswegen zijn.

 

Argumentatie

In de omgeving zullen opnieuw metingen uitgevoerd worden om de situatie te objectiveren.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het voorstel van een inwoner uit de Lijsterdreef om de verkeersstroom over heel de wijk Hertebos te verdelen of geen doorgaand verkeer meer toe te laten en beslist geen structurele ingrepen te doen op korte termijn.  Het college van burgemeester en schepenen beslist dit in z’n globaliteit van de wijk Hertebos te bekijken.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

N12 - ontbrekende zebrapaden

 

 

Voorgeschiedenis

E-mail van 10 maart 2019 van een inwoner van de Turnhoutsebaan

 

Feiten en context

Een inwoner van de Turnhoutsebaan vraagt om veilige oversteekplaatsen te voorzien op de Turnhoutsebaan, liefst op een verhoogde bedding zodat het autoverkeer afgeremd wordt.

 

Juridische gronden

Artikel 56 §3, 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen binnen de door de gemeenteraad desgevallend vastgestelde algemene regels.

 

Inspraak en advies

De verkeerscel adviseert negatief omdat het aanbrengen van zebrapaden op een weg met een snelheidsregime van 70km/uur een vals gevoel van veiligheid geeft. De snelheid op de Turnhoutsebaan kan eventueel verlaagd worden naar 50km/uur. Aangezien het een gewestweg betreft, moet dit voorgelegd worden aan het Agentschap Wegen en Verkeer.

 

Argumentatie

Het behoud van een veilige verkeerssituatie voor alle weggebruikers.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de vraag van een inwoner om zebrapaden te voorzien op de Turnhoutsebaan en beslist de mogelijkheden te bespreken met het Agentschap Wegen en Verkeer.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Wijnegemsteenweg 85 - grasdals - vraag om tussenkomst kosten

 

 

Het punt is verdaagd.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Dorpsstraat - verwijderen fietsenrek

 

 

Voorgeschiedenis

E-mail van 6 maart 2019 van een inwoner uit de Dorpsstraat

 

Feiten en context

Een inwoner uit de Dorpsstraat vraagt om een fietsenrek dat op een autoparkeerplaats in de Dorpsstraat staat te verwijderen. Dit fietsenrek werd destijds geplaatst omdat de garage van de overbuur niet toegankelijk bleek als er een auto geparkeerd stond op de bewuste plaats. De overbuur is verhuisd. Het huis staat te koop.

 

Juridische gronden

Artikel 56 §3, 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen binnen de door de gemeenteraad desgevallend vastgestelde algemene regels.

 

Inspraak en advies

Negatief advies van de verkeerscel omdat hetzelfde probleem zich stelt als de overliggende garage opnieuw gebruikt wordt.

 

Argumentatie

Het efficiënt beheer van gemeentelijke eigendommen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de vraag van een inwoner om het fietsenrek dat op een autoparkeerplaats staat in de Dorpsstraat te verwijderen en beslist hier niet op in te gaan.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Werkbank haventracé - gemeentegrensoverschrijdende vertegenwoordiging

 

 

Voorgeschiedenis

Uitnodiging van 6 maart 2019 voor werkbank haventracé 13 maart 2019 via e-mail

 

Feiten en context

De werkbank haventracé is een onderdeel van de vervoerregio. Het bestuur ontvangt regelmatig uitnodigingen voor beide werkgroepen. Schilde is betrokken partij bij de vervoerregio. De impact van het haventracé op Schilde is gering.

 

Juridische gronden

Artikel 56 §3, 1° van het decreet lokaal bestuur

Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen binnen de door de gemeenteraad desgevallend vastgestelde algemene regels.

 

Inspraak en advies

De verkeerscel adviseert het bijwonen van vergaderingen door mandatarissen en ambtenaren te beperken indien mogelijk. Afhankelijk van het agendapunt kan gemeentegrensoverschrijdend gewerkt worden en kan één gemeente de visie van de omliggende gemeenten meenemen naar het overleg.

 

Argumentatie

Het efficiënt opvolgen van gemeentegrensoverschrijdende belangen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist akkoord te gaan met het voorstel van de verkeerscel om bij gemeentegrensoverschrijdend overleg de gemeenschappelijke belangen te laten vertegenwoordigen door één gemeente en dit afhankelijk van het agendapunt en de visie van de betrokken gemeenten.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Nutswerken - Telenet - Moerstraat 50 en omgeving - Plaatsen van 2 glasvezelbuizen

 

 

Feiten en context

Schrijven ontvangen op 26 februari 2019 van Telenet, Liersesteenweg 4 te 2800 Mechelen voor het uitvoeren van grondwerken ter hoogte van de Moerstraat 50 en omgeving zoals aangeduid op bijgevoegde plannen met referentie P_POP28706.

 

Juridische gronden

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor: de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

          Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

          Bestuursdecreet van 7 december 2018

 

Argumentatie

Vernieuwing van de leidingen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Goedkeuring wordt verleend aan de aanvraag van Telenet met kenmerk AAN_20180912_25029522 en het ontwerpplan P_POP28706.

Artikel 2. Deze goedkeuring wordt gegeven onder de volgende voorwaarden:

          aanvraag coördinatie via GIPOD;

          rekening houden met de verordening over de voetpaden en de verkeersveiligheid voor bovengrondse constructies, kasten;

          rekening houden met de bestaande leidingen en bomen;

          wat de bomen betreft dient het advies van de milieudienst gevolgd te worden: het leggen van de buizen in een open sleuf binnen de kroonprojectie is niet mogelijk, er dient een onderboring onder de kluit te gebeuren.

          bermen, opritten en voetpaden terug in perfecte staat brengen;

          werken uitvoeren conform de code voor infrastructuurwerken;

          de gemeente verwittigen de dag voor de aanvang van de werken. De werken dienen te worden opgeleverd binnen de 10 werkdagen na beëindiging ervan. Zolang deze afspraak niet nageleefd wordt blijft de vergunninghouder verantwoordelijk voor de werkzone;

          de verplichte onderboringen van het wegdek uitvoeren onder verantwoordelijkheid van de maatschappij;

          de nutsmaatschappij bij aanvang van de werken de verantwoordelijke controleur vermeldt met het telefoonnummer waarop deze bereikbaar is;

          indien van toepassing, de leidingen minstens 50cm onder het bodempeil van de baangracht of waterloop leggen;

          noch het gemeentebestuur, noch de aannemer kunnen verantwoordelijk gesteld worden voor leidingen die niet op de voorgeschreven plaats en diepte gelegd werden.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Nutswerken - Proximus - Kerkelei 2-2B en 7-27 - Uitvoering van telecommunicatiewerken

 

 

Feiten en context

Schrijven ontvangen op 5 september 2017 van Proximus, Lange Nieuwstraat 106 te 2000 Antwerpen voor het uitvoeren van telecommunicatiewerken ter hoogte van de Kerkelei 2-2B en Kerkelei 7-27, zoals aangeduid op bijgevoegde plannen met referentie 03SHI0 430178+1.

 

Juridische gronden

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor: de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

          Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.

          Bestuursdecreet van 7 december 2018

 

Argumentatie

Vernieuwing van de leidingen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Goedkeuring wordt verleend aan de aanvraag van Proximus met referentie JMS 430178/N0001.

Artikel 2. Deze goedkeuring wordt gegeven onder de volgende voorwaarden:

          aanvraag coördinatie via GIPOD;

          rekening houden met de verordening over de voetpaden en de verkeersveiligheid voor bovengrondse constructies, kasten;

          rekening houden met de bestaande leidingen en bomen;

          bermen, opritten en voetpaden terug in perfecte staat brengen;

          werken uitvoeren conform de code voor infrastructuurwerken;

          de gemeente verwittigen de dag voor de aanvang van de werken. De werken dienen te worden opgeleverd binnen de 10 werkdagen na beëindiging ervan. Zolang deze afspraak niet nageleefd wordt blijft de vergunninghouder verantwoordelijk voor de werkzone;

          de verplichte onderboringen van het wegdek uitvoeren onder verantwoordelijkheid van de maatschappij;

          de nutsmaatschappij bij aanvang van de werken de verantwoordelijke controleur vermeldt met het telefoonnummer waarop deze bereikbaar is;

          indien van toepassing, de leidingen minstens 50cm onder het bodempeil van de baangracht of waterloop leggen;

          noch het gemeentebestuur, noch de aannemer kunnen verantwoordelijk gesteld worden voor leidingen die niet op de voorgeschreven plaats en diepte gelegd werden.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Nutswerken - Eandis - Speelhofdreef - Aanleg leidingen

 

 

Feiten en context

Schrijven ontvangen op 22 maart 2019 van Fluvius, Koningin Elisabethlei 38 te 2300 Turnhout voor het uitvoeren van grondwerken ter hoogte van de Speelhofdreef zoals aangeduid op de plannen met referentie HNW 327927 / DNW 20261453.

 

Juridische gronden

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor: de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

          Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

          Bestuursdecreet van 7 december 2018

 

Argumentatie

Vernieuwing van de leidingen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Goedkeuring wordt verleend aan de aanvraag van Fluvius met kenmerk 327927 en het ontwerpplannen HNW 327927 - DNW 20261453.

Artikel 2. Deze goedkeuring wordt gegeven onder de volgende voorwaarden:

          aanvraag coördinatie via GIPOD;

          rekening houden met de verordening over de voetpaden en de verkeersveiligheid voor bovengrondse constructies, kasten;

          rekening houden met de bestaande leidingen en bomen;

          bermen, opritten en voetpaden terug in perfecte staat brengen;

          werken uitvoeren conform de code voor infrastructuurwerken;

          de gemeente verwittigen de dag voor de aanvang van de werken. De werken dienen te worden opgeleverd binnen de 10 werkdagen na beëindiging ervan. Zolang deze afspraak niet nageleefd wordt blijft de vergunninghouder verantwoordelijk voor de werkzone;

          de verplichte onderboringen van het wegdek uitvoeren onder verantwoordelijkheid van de maatschappij;

          de nutsmaatschappij bij aanvang van de werken de verantwoordelijke controleur vermeldt met het telefoonnummer waarop deze bereikbaar is;

          indien van toepassing, de leidingen minstens 50cm onder het bodempeil van de baangracht of waterloop leggen;

          noch het gemeentebestuur, noch de aannemer kunnen verantwoordelijk gesteld worden voor leidingen die niet op de voorgeschreven plaats en diepte gelegd werden.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Nutswerken - Eurofiber -  Leopold Gabriëlslaan - Aanleg leidingen

 

 

Feiten en context

Schrijven ontvangen op 25 maart 2019 van Eurofiber, Belgicastraat 5 bus 7 te 1930 Zaventem voor het uitvoeren van grondwerken ter hoogte van de Leopold Gabriëlslaan zoals aangeduid op bijgevoegde plannen met referentie EUO190423TOB-A.

 

Juridische gronden

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor: de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

          Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

          Bestuursdecreet van 7 december 2018

 

Argumentatie

Vernieuwing van de leidingen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Goedkeuring wordt verleend aan de aanvraag van Eurofiber.

Artikel 2. Deze goedkeuring wordt gegeven onder de volgende voorwaarden:

          aanvraag coördinatie via GIPOD;

          rekening houden met de verordening over de voetpaden en de verkeersveiligheid voor bovengrondse constructies, kasten;

          rekening houden met de bestaande leidingen en bomen;

          bermen, opritten en voetpaden terug in perfecte staat brengen;

          werken uitvoeren conform de code voor infrastructuurwerken;

          de gemeente verwittigen de dag voor de aanvang van de werken. De werken dienen te worden opgeleverd binnen de 10 werkdagen na beëindiging ervan. Zolang deze afspraak niet nageleefd wordt blijft de vergunninghouder verantwoordelijk voor de werkzone;

          de verplichte onderboringen van het wegdek uitvoeren onder verantwoordelijkheid van de maatschappij;

          de nutsmaatschappij bij aanvang van de werken de verantwoordelijke controleur vermeldt met het telefoonnummer waarop deze bereikbaar is;

          indien van toepassing, de leidingen minstens 50cm onder het bodempeil van de baangracht of waterloop leggen;

          noch het gemeentebestuur, noch de aannemer kunnen verantwoordelijk gesteld worden voor leidingen die niet op de voorgeschreven plaats en diepte gelegd werden.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Integan - Uitbreiding gemeentelijk glasvezelnetwerk

 

 

Voorgeschiedenis

          Beslissing van de gemeenteraad van 19 december 2005 om principieel goedkeuring te verlenen aan de intentie voor de aanleg van een gemeentelijk glasvezelnetwerk

          Brief van Integan van 26 maart 2019

 

Feiten en context

Offerte van Integan om voor de prijs van 75.672,15 euro exclusief 21% BTW een glasvezelbeschermbuis te plaatsen om de verdere opbouw van het gemeentelijk glasvezelnet tussen Schilde en 's-Gravenwezel te realiseren. Als gevolg van een sleufdeling met Fluvius Kempen wordt na de uitvoering van de werken een korting van ongeveer 30.000 euro op het bedrag van 75.672,15 euro verwacht.

 

Juridische gronden

          Artikel 40 § 2 en 41 van het decreet lokaal bestuur
De gemeenteraad bepaalt het beleid van de gemeente en kan daarvoor algemene regels vaststellen.
De gemeenteraad kan bij reglement bepaalde bevoegdheden toevertrouwen aan het college van burgemeester en schepenen.

          Artikel 56 §3,1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde regels.

          Bestuursdecreet van 7 december 2018.

 

Argumentatie

          Uitbreiding van het gemeentelijk glasvezelnetwerk.

          Kredietverschuiving is noodzakelijk.

          Het budget wordt via budgetwijziging aangezuiverd.

 

Financiële gevolgen

 

Actie

1419/5/1/16/5

Algemene rekening

22890007

Beleidsveld

0660

Bedrag

Visum financieel beheerder

75.672,15 euro

N.V.T.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de offerte van Integan om voor de prijs van 75.672,15 euro exclusief 21% BTW een glasvezelbeschermbuis te plaatsen om de verdere opbouw van het gemeentelijk glasvezelnet tussen Schilde en 's-Gravenwezel te realiseren.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen maakt het dossier over aan de gemeenteraad van 23 april 2019 om een beslissing te nemen over de offerte.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Wegen- en rioleringswerken Baron Delbekelaan en Schildedreef - Goedkeuring rechtzetting vorderingsstaat 13

 

 

Voorgeschiedenis

Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 7 december 2015 goedkeuring aan de gunning van de opdracht “Wegen- en rioleringswerken Baron Delbekelaan en Schildedreef” aan Adams nv, Hoekeinde 52 te 2330 Merksplas tegen het nagerekende inschrijvingsbedrag van 924.158,75 euro excl. btw of 1.001.720,60 euro incl. btw (Btw medecontractant).

 

Feiten en context

De aannemer Adams nv, Hoekeinde 52 te 2330 Merksplas diende vorderingsstaat 13 in dewelke werd ontvangen op 26 februari 2019.

Vorderingsstaat 13 werd goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen op 18 maart 2019 onder het principe BTW-verlegd. Vanaf 1 oktober dienen de binnenkomende facturen met BTW gefactureerd te worden.

 

Juridische gronden

          Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

          Bestuursdecreet van 7 december 2018.

          Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.

          Wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 24.

          Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.

          Koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.

          Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 5, § 2.

 

Argumentatie

De werken bereikten een bedrag van:

Bestelbedrag

 

€ 924.158,75

Bedrag verrekeningen

 

€ 24.487,60

Bestelbedrag na verrekeningen

 

€ 948.646,35

Btw

+

€ 77.561,85

TOTAAL

=

€ 1.026.208,20

Bedrag vorige vorderingsstaten

 

€ 1.014.193,82

Prijsherzieningen

+

€ 26.018,82

Totaal excl. btw

=

€ 1.040.212,64

Btw

+

€ 0,00

TOTAAL

=

€ 1.040.212,64

Huidige vorderingsstaat

 

€ 3.175,11

Prijsherzieningen

+

€ 256,83

Totaal excl. btw

=

€ 3.431,94

Btw

+

€ 720,71

TOTAAL

=

€ 4.152,65

Totaalbedrag uitgevoerde werken

 

€ 1.017.368,93

Prijsherzieningen

+

€ 26.275,65

Totaal excl. btw

=

€ 1.043.644,58

Btw

+

€ 720,71

TOTAAL

=

€ 1.044.365,29

 

Een deel van de kostprijs wordt gesubsidieerd door Vlaamse MilieuMaatschappij, Diestsepoort 6 b 73 te 3000 Leuven. Het voorlopig toegezegd bedrag van 29 maart 2011 bedraagt 699.546,20 euro (voor de volledige opdracht).

De werken werden correct uitgevoerd.

De ontwerper, Grontmij Vlaanderen NV, Posthofbrug 2-4, bus 1 te 2600 antwerpen stelde op 26 februari 2019 een proces-verbaal van nazicht op.

 

BESLUIT

Artikel 1. Goedkeuring wordt verleend aan de rechtzetting van vorderingsstaat 13 van Adams nv, Hoekeinde 52 te 2330 Merksplas voor de opdracht “Wegen- en rioleringswerken Baron Delbekelaan en Schildedreef” voor een bedrag van 3.431,94 euro excl. btw of 4.152,65 euro incl. 21% btw , waardoor de werken een bedrag bereiken van 1.043.644,58 euro excl. btw of 1.044.365,29 euro incl. btw. Een deel van de kostprijs wordt gesubsidieerd door Vlaamse MilieuMaatschappij, Diestsepoort 6 b 73 te 3000 Leuven. Het voorlopig toegezegd bedrag van 29 maart 2011 bedraagt 699.546,20 euro (voor de volledige opdracht).

Artikel 2. De betaling zal gebeuren met het krediet ingeschreven in het investeringsbudget van 2015, op budgetcode GEM/22800007/0310 (actie 1419/003/004/002/007).

Artikel 3. De factuur en de vorderingsstaat worden voor betaling overgemaakt aan de financiële dienst.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Patrimonium - Vraag naar aankoop - Karekiet 47/59

 

 

Voorgeschiedenis

Het college van burgemeester en schepenen heeft op 6 juni 2016 beslist om wegens de problematiek op het Schildestrand (staat van de constructies, verkrotting) de onroerende goederen in deze zone aan te kopen tegen een maximum prijs van 35 euro per m, dit ongeacht het schattingsverslag opgesteld door een beëdigd schatter.

 

Feiten en context

De eigenaar van de gronden gelegen aan De Karekiet met kadastrale gegevens afdeling 1, sectie A, 471F17, E17, A18, B18, C18, 02 en 03 met een totale oppervlakte van 2.323m² wenst deze eigendom te verkopen aan de gemeente.

 

Juridische gronden

          Decreet van 10 december 2010 betreffende de aanstelling van erkende landmeters door de gemeente

          Artikel 815 van het Burgerlijk Wetboek zegt dat volgens het vrije markt principe de verkoop aan een derde partij niet kan tegengegaan worden

          Decreet lokaal bestuur, meer bepaald artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheid van de gemeenteraad. voor daden van beschikking

          Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen

 

Argumentatie

De problematiek op het Schildestrand.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft interesse in de aankoop van de eigendom gelegen aan de Karekiet met de kadastrale gegevens afdeling 1, sectie A, 471 F17, E17, A18, B18, C18, 03 en 02.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen stelt een beëdigd schatter aan om het schattingsverslag op te stellen.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Patrimonium - Vraag naar aankoop - Brasschaatsebaan 36

 

 

Feiten en context

De eigenaar van het onroerend goed gelegen aan de Brasschaatsebaan 36 met de kadastrale gegevens afdeling 1, sectie D, 164 G6 vraagt of de gemeente interesse heeft om een deel van deze eigendom, namelijk 512m² te verwerven. Deze eigendom is volgens het gewestplan gelegen in woongebied grenst aan de site van het gemeentehuis.

 

Juridische gronden

          Artikel 815 van het Burgerlijk Wetboek bepaalt dat volgens het vrije markt principe de verkoop aan een derde partij niet kan tegengegaan worden.

          Artikel 56 van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen dient de beraadslagingen en de besluiten van de gemeenteraad voor te bereiden.

          Artikel 40 en 41 van het decreet lokaal bestuur
De gemeenteraad is bevoegd voor daden van beschikking.

          Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

 

Argumentatie

Deze plek kan als locatie gebruikt worden om de trouwceremonieën te laten doorgaan.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft interesse in de aankoop van een deel van de eigendom gelegen aan de Brasschaatsebaan 36 met de kadastrale gegevens afdeling 1, sectie D, 164 G6 met een oppervlakte van 512m².

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen stelt een beëdigd schatter aan om het schattingsverslag op te stellen.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Omgeving - De Nachtegaal 24 - mevrouw Sigrid Müller - het regulariseren van een ééngezinswoning en een losstaand bijgebouw - OMG 2018/577

 

 

Voorgeschiedenis

  • Stedenbouwkundige vergunning(en)

o        bouwen van een woning - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 5 januari 1988 - 1987/253

  • Verkavelingsvergunning(en)

o        nieuwe verkaveling - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 3 januari 1967 - sgr22B

o        wijziging van een bestaande verkaveling - weigering door de deputatie - 8 juli 1970 - sgr22b

 

Feiten en context

  • Dossiergegevens

Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door mevrouw Sigrid Müller, De Nachtegaal 24, 2970 Schilde op 6 december 2018 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres De Nachtegaal 24.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het regulariseren van een ééngezinswoning en een losstaand bijgebouw.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 11 januari 2019. De uiterste beslissingsdatum is 26 april 2019.

 

  • Planologische context
    Het goed ligt in woonpark volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.
    De woonparken die op de gewestplannen zijn aangeduid, zijn overwegend een opname van bestaande toestanden. Een woonpark is bedoeld als een woongebied van louter residentiële aard en bijgevolg gericht op het rustig verblijven in een homogeen voor het wonen bestemd woongebied in het groen. De nog open gebleven ruimten mogen verder bebouwd worden mits rekening wordt gehouden met de bepalingen van artikel 6.1.2.1.4 en met de bestaande bebouwingswijze (oppervlakte van de percelen, bebouwde oppervlakte van perceel, bouwtrant, bestaand groen).
    Alle inrichtingen en activiteiten die verenigbaar zijn met de stedenbouwkundige bestemming van het woongebied zijn in principe toelaatbaar. Bijzondere aandacht dient niettemin te worden besteed aan de vraag naar de bestaanbaarheid van een constructie met de eigen woonfunctie van het gebied en de verenigbaarheid ervan met de onmiddellijke omgeving. Gezien het een wezenlijk kenmerk van een woonpark is dat de gemiddelde woondichtheid er gering is en de groene ruimten er verhoudingsgewijs grote oppervlakte beslaan, heeft dit tot gevolg dat de vestiging van niet-residentiële inrichtingen en activiteiten doorgaans niet zal kunnen worden aangenomen.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.
    Het eigendom is gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling sgr 22b, goedgekeurd op 3 januari 1967.
     
  • Specifieke voorschriften

Artikel 2. Percelen bestemd voor alleenstaande bebouwing in een residentieel gebied (nummers alle)

2.1.     Bouwstrook

Diepte 30m, gemeten vanaf de voorgevelbouwlijn, zoals aangeduid op het plan.

1.      Bestemming
Woonhuizen met aanhorigheden

2.      Bebouwing
Alleenstaand, geen zichtbare blinde gevels

3.      Plaatsing

a)      Voor- en achtergevel:
vrije plaatsing binnen de bouwstrook.

b)      Zijgevels:
op minimum 3m afstand van de zijgrenzen van het perceel.
De som van de afstanden van elke zijgevel tot de zijgrens van het perceel zal evenwel ten minste 1/3 moeten bedragen van de perceelsbreedte, gemeten op de voorgevelbouwlijn.

4.      Voorgevelbreedte
Minimum 8m en maximum 2/3 van de perceelsbreedte, gemeten op de voorgevelbouwlijn.

5.      Bouwdiepte

a)      Percelen met een breedte van 40m en minder, gemeten op de voorgevelbouwlijn: minimum 8 m en maximum 20m.

b)      Percelen met een breedte van meer dan 40m, gemeten op de voorgevelbouwlijn: minimum 8 m en maximum de helft van die perceelsbreedte.

6.      Bouwhoogte

a)      Hoofdgebouw:

Gemeten van het trottoirniveau tot bovenkant kroonlijst of onderkant dakoverstek:

Maximum 7m.

b)      Aanhorigheden: maximum 3m.

7.      Gevelmaterialen:
Gevelsteen, natuursteen, sierbepleistering in lichte kleur, baksteen geverfd in lichte kleur.

8.      Dakvorm

Plat dak of schuin dak met een maximumhelling van 60°.

9.      Bedekking van de schuine daken;

Ofwel pannen, ofwel rechthoekige leiën in horizontale rijen, ofwel riet, ofwel voor flauw hellende daken, dakvilt.

2.2.     Strook voor tuinen
Vanaf de bouwstrook tot de achtergrens van het perceel

1.      Bebouwing
Bergplaatsen en hokken

2.      Plaatsing

a)      Voorgevel: op minimum 10m afstand van de achtergevel van het hoofdgebouw met aanhorigheden.

b)      Overige gevels: op minimum 3m afstand van de perceelsgrenzen.

3.      Bouwhoogte
Maximum 3m.

4.      Gevelmaterialen:
Gevelsteen, natuursteen, sierbepleistering in lichte kleur, baksteen geverfd in lichte kleur, baksteen geverfd in lichte kleur.

5.      Dakvorm:

Plat dak of schuin dak met een maximumhelling van 60°.

6.      Bedekking van de schuine daken:

Ofwel voor pannen, ofwel leiën, ofwel riet, ofwel voor flauw hellende daken, dakvilt.

7.      Maximumoppervlakte van de gezamelijke gebouwen:

3% va, de perceelsoppervlakte.

2.3.     Bouwvrije zijtuinstroken
Diepte zie plan.

1.      Achteruitbouwstrook

Bebouwing:

Alle constructies verboden, met inbegrip van op- en afritten.

2.      Zijdelingse bouwvrije stroken

Diepte gelijk aan de perceelsdiepte. Breedte, gemeten vanaf elke zijgrens van het perceel: 3m, met dien verstande dat de som van de breedten der beide zijdelingse bouwvrije stroken over een diepte van 30m, gemeten vanaf de voorgevelbouwlijn, minstens 1/3 moet bedragen van de perceelsbreedte, gemeten op de voorgevelbouwlijn.

Bebouwing:
Alle constructies verboden, met inbegrip van op- en afritten.

 

  • Bestaande toestand

Op het perceel is een woning aanwezig sinds 1989. Op het perceel is er ook nog een bijgebouw aanwezig. De totale bebouwde oppervlakte bedraagt +/- 211,54m² op een perceel van circa 2.342m².

Het perceel is niet gelegen in de dorpskern maar in een residentiële woonwijk.

Het links aanpalende perceel wordt gebruikt als een ééngezinswoning.

Het rechts aanpalende perceel wordt gebruikt als een ééngezinswoning.

In het straatbeeld komen volgende bestemmingen voor: ééngezinswoningen.

De straat is een voldoende uitgeruste gemeenteweg. Deze wordt weinig gebruikt als doorgangsweg.

De directe omgeving wordt gekenmerkt door open bebouwing. Het karakter en de stijl in de omliggende omgeving is een mix van verschillende stijlen.

Het pand is niet als monument geklasseerd en is niet opgenomen op de inventaris van onroerend erfgoed.

Het perceel is gelegen in effectief overstromingsgevoelig gebied.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag gaat over het regulariseren van een ééngezinswoning en een losstaand bijgebouw op een perceel van 2.342m².

De woning werd ingeplant tot op 10m uit de rooilijn en op 3m van de linker perceelsgrens. De voorgevel van de woning heeft een breedte van 26,32m op een kavelbreedte van 50m, gemeten op de voorgevelbouwlijn. De bouwdiepte tussen voor- en achtergevel bedraagt 12,34m. De kroonlijsthoogte bedraagt 3,30m, gemeten vanaf het maaiveld, afgewerkt met een hellend dak van 42° met een nokhoogte van 8,20m. De gevels werden opgetrokken in rode metselwerk. Het dak wordt afgewerkt met rode dakpannen.

Op 5,04m achter de woning en op 3,30m van de linker perceelsgrens is een bijgebouw ingeplant. Het bijgebouw is 8,05m diep, 4,28m breed. Het bijgebouw heeft een kroonlijsthoogte van 1,95m en een nokhoogte van 4,08m. Het dak heeft een helling van 42°. De gevels werden bekleed in rode papesteen, het dak werd afgewerkt met rode dakpannen.

De totale bebouwde oppervlakte op het perceel, inclusief oversteken groter dan 1m, bedraagt 211,54m².

De toegang tot het perceel is 4,02m breed. De oprit werd aangelegd in dolomiet en ligt op minimum 3m van de linker perceelsgrens. Achter de woning wordt een terras van 113,00m² aangelegd. De totale verharde oppervlakte op het perceel bedraagt 217m².

Er worden geen bomen gerooid.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990
    Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
    Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden. Hierdoor moet men rekening houden met het gemeentelijk kapreglement in plaats van de VCRO.
  • Ministerieel besluit van 6 april 1994
    Bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
  • Koninklijk besluit van 7 juli 1994 “Basisnormen brandpreventie” en latere wijzigingen
    Vaststelling van de basisnormen voor de preventie van brand en ontploffing waaraan de nieuwe gebouwen moeten voldoen.
  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Decreet van 22 december 2006 en latere wijzigingen houdende eisen en handhavingsmaatregelen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen
    De Vlaamse Regering bepaalt EPB-eisen waaraan gebouwen moeten voldoen waarvoor een aanvraag tot het verkrijgen van een stedenbouwkundige vergunning wordt ingediend.
  • Decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid
    Het decreet wil wonen betaalbaar maken voor iedereen. Het decreet geeft aan de gemeenten een aantal mogelijkheden (en verplichtingen) om hiertoe initiatief te nemen.
  • Artikel 4.2.2, 4.2.4. Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Artikel 3 van het decreet van 8 mei 2009 houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders
    Bij de aanvraag van de stedenbouwkundige vergunning voor de bouw of de uitvoering van de renovatiewerkzaamheden wordt aangegeven waar optische rookmelders geplaatst zullen worden.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 en latere wijzigingen tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid
    De verordening legt voorwaarden op aan de stedenbouwkundige vergunning en moet ervoor zorgen dat iedereen het gebouw kan betreden, ook rolstoelgebruikers, mensen met een kinderwagen, slechtzienden, grotere personen, mensen met een ledemaat in het gips enz. De verordening geldt bij nieuwbouw, verbouwingen of uitbreidingen van gebouwen die publiek toegankelijk zijn.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 11 maart 2015 en latere wijzigingen tot vaststelling van de eisen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen
    De energieprestatieregelgeving legt eisen op met als doel energiezuinig (ver)bouwen te stimuleren.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
    Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen

 

Inspraak en advies

  • Gemeentelijke milieuambtenaar
    Het advies van gemeentelijke milieuambtenaar afgeleverd op 13 maart 2019, luidt: voorwaardelijk gunstig.
    De aanvrager wenst een woning en bijgebouw te regulariseren. Op het vlak van groen beantwoordt het perceel niet aan de definitie van woonparkgebied.
    Hierbij werden volgende voorwaarden voorgesteld:

8.      wordt voldaan aan de definitie van 'woonparkgebied' met name: het niet-bebouwbare gedeelte dient aangelegd te worden met hoogstammig groen (het bestaande moet bewaard worden). Het groen moet aangebracht worden langs alle zijden van het perceel, min de nodige toegangen. Slechts 10% van de perceelsoppervlakte mag ingenomen worden voor het aanleggen van grasperken, speelruimten, tennisvelden en dergelijke. De aanvrager voorziet op het inplantingsplan geen heraanplanting. Dit is echter onvoldoende om te voldoen aan de woonparkdefinitie. In die zin is het noodzakelijk om een beperkte heraanplanting uit te voeren met minstens 3 inlandse hoogstammige loofbomen van eerste grootte plantmaat 10/12 en 3 inlandse hoogstammige loofbomen van tweede grootte plantmaat 8/10;

c)      de heraanplanting dient op minstens 2,00m plantafstand van de perceelsgrenzen te gebeuren;

d)      de heraanplanting met bomen van eerste grootte dienen bij voorkeur met een onderlinge plantafstand van minstens 8,00m aangeplant te worden en mogen niet onder de kruinen van bestaande bomen aangeplant worden. Voor de bomen van tweede grootte bij voorkeur een onderlinge plantafstand van 5,00m hanteren;

e)      de aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen om de nieuwe aanplanting te laten slagen. Dit houdt onder meer een met zorg uitgevoerde aanplanting met kwaliteitsvol plantgoed in, het gebruik van een steunpaal of wortelkluitverankering en indien nodig een het aanbrengen van een bescherming tegen wild- of veevraat. De nazorg, zoals het tijdig water geven, kan noodzakelijk zijn om de heraanplant het eerste groeiseizoen te laten overleven;

f)        bij uitval dient/dienen in het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats/plaatsen terug te worden ingevuld of ingeboet. In ieder geval is de aanvrager ertoe gehouden om op zijn perceel de nieuwe heraangeplante bomen tot volle wasdom te brengen. Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart – 1 juli, het broedseizoen van vogels, moet de aanvrager er zich van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten (artikel 14 van het soortenbesluit) beschadigd, weggenomen of vernield worden;

g)      de resterende bestaande bomen, bos te behouden;

h)      de vorm van paden, oprit en terrassen aanpassen aan de inplanting van bestaande bomen zodat die behouden kunnen blijven;

i)        geen grondophogingen, zelfs tijdelijk, aan te brengen onder de bestaande bomen;

j)        om schade aan bestaande bomen te voorkomen tijdens de bouw - en of wegenwerken dienen vanaf de start van de uitvoeringswerken boombeschermende maatregelen uitgevoerd te zijn zoals onder meer het plaatsen van een hekwerk, het leggen van rijplaten enzovoort om de bestaande bomen te beschermen;

k)      indien bronbemaling nodig is dient voldaan te worden aan de zorgplicht (bijvoorbeeld retourbevloeiing) aan de bestaande bomen in de omgeving;

l)        een bankwaarborg te voorzien van 2.000,00 euro ter garantie voor het behoud in een goede gezondheid van alle te behouden bomen, behoud van de bos-parkstructuur, het toepassen van boombeschermingsmaatregelen en uitvoering heraanplantingswerken zoals eerder omschreven.

 

3.      Agentschap voor Natuur en Bos
Het advies van Agentschap voor Natuur en Bos afgeleverd op 16 januari 2019, luidt: geen advies.
 

4.      Departement Leefmilieu Dienst Integraal Waterbeleid
Het advies van Departement Leefmilieu Dienst Integraal Waterbeleid afgeleverd op 8 maart 2019 onder referentie DWAD-2019-0093, luidt: voorwaardelijk gunstig.
Algemene wettelijke voorwaarden

  • Waterkwantiteit: vasthouden > bergen > afvoeren
    Niet functionele verharde oppervlakten moeten vermeden worden. Eventuele verharding is bij voorkeur waterdoorlatend. Het dakwater moet zoveel mogelijk hergebruikt worden (als toiletspoeling, waswater, beregening, …) Het overige afstromende hemelwater (niet doorlaatbare verharde oppervlakten, overloop regenwaterput, …) moet worden geïnfiltreerd en/of – wanneer de bodem geen of slechts beperkte infiltratie toelaat – gebufferd. Slechts een zeer beperkte hoeveelheid mag worden afgevoerd. Er moet minstens voldaan zijn aan de Gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater.
  • Riolering: voorkomen > scheiden > zuiveren
    Het is verboden huishoudelijk afvalwater te lozen in de RegenWaterAfvoerleiding en regenwater in de DroogWeerAfvoerleiding. Het is uiteraard verboden huishoudelijk afvalwater te lozen in een oppervlaktewater als er kan aangesloten worden op een DroogWeerAfvoerleiding. De lozing van huishoudelijk afvalwater in de gewone oppervlaktewateren of in de kunstmatige afvoerwegen voor hemelwater moet voldoen aan de voorwaarden opgenomen in deel 4 van Vlarem II; een IBA of kleinschalige waterzuivering dient voorzien.

 

  • Het openbaar onderzoek werd gehouden door aanplakking op de gewone aanplakplaatsen, van 21 januari 2019 tot 19 februari 2019.

Er werden geen bezwaarschriften ingediend.

 

Argumentatie

  • Watertoets

Waterparagraaf: het voorliggende project heeft geen enkele invloed op het watersysteem, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat er geen schadelijk effect wordt veroorzaakt. Er dienen dan ook geen voorwaarden of maatregelen te worden opgelegd. Het ontwerp is verenigbaar met de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.

 

  • Functionele inpasbaarheid
    Het regulariseren van een ééngezinswoning en een losstaand bijgebouw is functioneel inpasbaar in deze omgeving.

 

  • Het mobiliteitsaspect
    De aanvraag heeft weinig effect op de mobiliteit in de omgeving.

 

  • De schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid
    De aanvraag voldoet grotendeels aan de voorschriften. Het gebouw wijkt echter wel af van de voorschriften bij de verkaveling Sgr 22b. De verkavelingsvoorschriften bepalen dat een bijgebouw ingeplant moet worden op minimum 10m afstand van de achtergevel van het hoofdgebouw. De aanvraag voorziet een bijgebouw op 5,04m afstand van de achtergevel van het hoofdgebouw.
    In een vergunning kunnen, na een openbaar onderzoek, beperkte afwijkingen worden toegestaan op stedenbouwkundige voorschriften en verkavelingsvoorschriften met betrekking tot perceelsafmetingen, de afmetingen en de inplanting van constructies, de dakvorm en de gebruikte materialen. Afwijkingen kunnen niet worden toegestaan voor wat betreft: de bestemming, de maximaal mogelijke vloerterreinindex, het aantal bouwlagen.
    Omdat er tijdens het openbaar onderzoek geen bezwaren ingediend werden, kan dit uitzonderlijk toegestaan worden.
    De aanvraag past in het straatbeeld. Het project is qua schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid aanvaardbaar op het perceel en in de bestaande omgeving.

 

  • Visueel-vormelijke elementen
    De gebruikte gevelmaterialen zijn toegestaan. Het ontwerp integreert zich in het straatbeeld.

 

  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

  • Bodemreliëf
    De aanvraag behoudt het bestaande grondniveau. De nulpas wordt voorzien op 16cm boven de straatpas.

 

  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    De afstanden tot de perceelsgrenzen zijn voldoende om goede nabuurschap en privacy te waarborgen.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig.

Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

  • het advies van de gemeentelijke milieuambtenaar naleven;
  • het advies van de provincie Antwerpen, dienst Waterbeleid naleven;
  • het gebouw dient enkel als eengezinswoning te worden aangewend;
  • de vestiging van een maatschappelijke zetel van een bedrijf of de uitoefening van een vrij beroep is toegelaten indien er geen afbreuk wordt gedaan aan het residentiële karakter van de gebouwen en deze activiteiten gepaard gaan met een woonbestemming. Minimum 60% van het bouwvolume wordt ingenomen door het woongedeelte. Winkels, ambachtelijke bedrijven en nijverheid, zijn verboden;
  • het niet-bebouwbare gedeelte moet aangelegd worden met hoogstammig groen (het bestaande moet bewaard worden). Het groen moet aangebracht worden langs alle zijden van het perceel, min de nodige toegangen. Slechts 10% van de perceelsoppervlakte mag ingenomen worden voor het aanleggen van grasperken, speelruimten, tennisvelden en dergelijke;
  • de woning dient te worden uitgerust met voldoende correct geïnstalleerde rookmelders, volgens de normen van het decreet houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders van 8 mei 2009.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Omgeving - Reeboklaan 10 - mevrouw Laetitia Gillain - het verbouwen van een vrijstaande ééngezinswoning - OMG 2018/604

 

 

Voorgeschiedenis

  • Stedenbouwkundige vergunning(en)

o        het verbouwen van een vrijstaande woning - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 23 april 2018 - SV 2017/291

o        bouwen van een villa - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 7 november 1969 - sgr1969/85

  • Verkavelingsvergunning(en)

o        nieuwe verkaveling - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 10 september 1963 - sgr7

 

Feiten en context

  • Dossiergegevens

Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door mevrouw Laetitia Gillain, Reeboklaan 10, 2970 Schilde op 21 december 2018 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres Reeboklaan 10.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het verbouwen van een vrijstaande ééngezinswoning.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 14 januari 2019. De uiterste beslissingsdatum is 29 april 2019.

 

  • Planologische context
    Het goed ligt in woongebied volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.
    De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.
    Het eigendom is gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling Sgr 7, goedgekeurd op 10 september 1963.
     
  • Specifieke voorschriften

De verkaveling Sgr7 bepaalt:

Zone voor alleenstaande en gekoppelde bebouwing

0.1.            Bouwstrook

1.      Bestemming
Woonhuizen

2.      Bebouwing
Alleenstaand.
Inplanting op de verplichte bouwlijn 8m uit de rooilijnen.
Minimumafstand van de constructies tot de zijgrenzen van het perceel: 3m.
Gekoppelde bebouwing met inplanting van de gemeenschappelijke scheidmuur op de perceelsgrens van 2 kavels, volgens het plan bestemd voor alleenstaande bebouwing, is toegelaten.
Onder de hierna bepaalde voorwaarden (zie 0.3) kan eveneens vergunning verleend worden op de zijgrens van het perceel een autobergplaats gekoppeld in te planten.
Geen zichtbare gevels.

3.      Bouwbreedte

a)      Alleenstaande woonhuizen minimum 7m.

b)      Gekoppelde woonhuizen: minimum 6m.

4.      Bouwdiepte

a)      Alleenstaande woonhuizen: maximum 15m.

b)      Gekoppelde woonhuizen: maximum 13m

5.      Bouwhoogte

a)      Alleenstaande woonhuizen
hoofdgebouw: maximum 7m
bijgebouwen: maximum 3m

b)      Gekoppelde woonhuizen
voorgevel: gemeten vanaf peil voetpad tot bovenkant kroonlijst: 6m

Overige gevels: maximum de hoogte van de voorgevel.

6.      Gevelmaterialen
Gevelsteen, natuursteen, sierbezetting in lichte kleur.

7.      Dakvorm
a) Alleenstaande woonhuizen

Hellingen van 10° tot 60° - Plat dak toegelaten op uitbouw van hoofdgebouw en op bijgebouwen.

a)      Gekoppelde woonhuizen
Op een basisdiepte van 9m: zadeldak, helling 10° tot 60°, de nok evenwijdig met de voorbouwlijn, de dakvlakken symmetrisch ten opzichte van het vertikale vlak door de nok. Schilde- of wolfsdak is toegelaten.
Overige diepte: plat dak.

8.      Dakbedekking
Ofwel pannen, ofwel natuurleien of asbestleiën in horizontaal verband, ofwel riet, ofwel voor flauw hellende daken, dakvilt.

0.2.            Strook voor bijgebouwen (slechts voor gekoppelde woonhuizen)
Vanaf de bouwstrook tot de achtergrens van het perceel

1.      Bestemming
Dezelfde als die van de strook voor hoofdgebouwen.

2.      Bebouwing
Aansluitend aan hoofdgebouw.
Minimumafstand van de vrijstaande zijgevel tot de zijgrens van het perceel: 3m.
Geen vanaf de openbare weg zichtbare blinde gevels.

3.      Bouwdiepte
Gemeten vanaf de voorbouwlijn van het hoofdgebouw: maximum 17m.

4.      Bouwhoogte
Gemeten vanaf het peil van voetpad tot bovenkant kroonlijst: maximum 3,50m.

5.      Gevelmaterialen
Dezelfde als die van het hoofdgebouw.

6.      Dakvorm
Plat dak

7.      Kroonlijst
Verplicht.

0.3.            Strook voor autobergplaatsen Dakvorm

1.      Bestemming
Autobergplaatsen

2.      Bebouwing
Gekoppeld.
Vergunning kan slechts worden verleend op verzoek van de betrokken bouwheren.
Inplanting op eenzelfde bouwlijn, op minimum 5m en maximum 9m uit de voorbouwlijn van het hoofdgebouw, tussen alleenstaande constructies onderling of tussen een alleenstaande constructie en een gekoppelde constructie.
Maximumoppervlakte: 32m².

3.      Bouwdiepte
Maximum 8m.

4.      Bouwhoogte
Gemeten van peil voetpad tot bovenkant kroonlijst: 3m.

5.      Gevelmaterialen
Alle gevels in rode gevelsteen, dezelfde kleur en hetzelfde gevelmateriaal als die van de voorgevel van het hoofdgebouw kan toegelaten worden indien de kleur van de voorgevel van de betrokken hoofdgebouwen dezelfde is.

6.      Dakvorm
Plat dak

7.      Kroonlijst
Verplicht

0.4.            Strook voor binnenplaatsen en tuinen
Bebouwing: behoudens de autobergplaatsen voorzien onder 0.3: alle constructies verboden.

0.5.            Achteruitbouwstrook

1.      Diepte: 8m

2.      Bebouwing: alle constructies verboden, op- en afritten inbegrepen

 

  • Bestaande toestand

Op het perceel is een woning aanwezig sinds 1970.

Aan de woning zijn nog een veranda en carport aanwezig die niet werden vergund.

De totale bebouwde oppervlakte bedraagt +/- 148m² op een perceel van circa 630m².

Het perceel is gelegen aan de rand van de dorpskern.

Het links aanpalende perceel wordt gebruikt als een ééngezinswoning.

Het rechts aanpalende perceel wordt gebruikt als een ééngezinswoning.

In het straatbeeld komen volgende bestemmingen voor: ééngezinswoning.

De straat is een voldoende uitgeruste gemeenteweg.

Deze wordt weinig gebruikt als doorgangsweg.

De directe omgeving wordt gekenmerkt door open bebouwing.

Het karakter en de stijl in de omliggende omgeving is een mix van verschillende stijlen.

Het pand is niet als monument geklasseerd en is niet opgenomen op de inventaris van onroerend erfgoed.

Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag gaat over het verbouwen van een vrijstaande woning op een perceel van 630m².
De verbouwde woning wordt ingeplant tot op 7,78m uit de rooilijn, op de rechter perceelsgrens en op 2,76m van de linker perceelsgrens.
De woning wordt langs de buitenzijde geïsoleerd met 22cm isolatie waardoor ze dichter komt dan 8m van de rooilijn en dichter dan 3m van de linker eigendomsgrens.
De voorgevel van de woning heeft een breedte van 15,21m op een kavelbreedte van 17,99m, gemeten op de voorgevelbouwlijn.
De bouwdiepte tussen voor- en achtergevel bedraagt 15,44m.
De hoogte bedraagt 6,6m, gemeten vanaf het maaiveld, afgewerkt met een plat dak.
De gevels worden opgetrokken in witte gevelbepleistering en aluminium latwerk.
Het dak wordt is plat.
De totale bebouwde oppervlakte op het perceel, inclusief oversteken groter dan 1m, bedraagt 183m².
De toegang tot het perceel is 5m breed en ligt op voldoende afstand van de zijperceelsgrenzen.
Achter de woning wordt een terras van 17m² aangelegd.
De totale verharde oppervlakte op het perceel bedraagt 73,39m².
Er dienen geen bomen te worden gerooid.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990
    Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
    Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden. Hierdoor moet men rekening houden met het gemeentelijk kapreglement in plaats van de VCRO.
  • Ministerieel besluit van 6 april 1994
    Bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
  • Koninklijk besluit van 7 juli 1994 “Basisnormen brandpreventie” en latere wijzigingen
    Vaststelling van de basisnormen voor de preventie van brand en ontploffing waaraan de nieuwe gebouwen moeten voldoen.
  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Decreet van 22 december 2006 en latere wijzigingen houdende eisen en handhavingsmaatregelen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen
    De Vlaamse Regering bepaalt EPB-eisen waaraan gebouwen moeten voldoen waarvoor een aanvraag tot het verkrijgen van een stedenbouwkundige vergunning wordt ingediend.
  • Decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid
    Het decreet wil wonen betaalbaar maken voor iedereen. Het decreet geeft aan de gemeenten een aantal mogelijkheden (en verplichtingen) om hiertoe initiatief te nemen.
  • Artikel 4.2.2, 4.2.4. Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Artikel 3 van het decreet van 8 mei 2009 houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders
    Bij de aanvraag van de stedenbouwkundige vergunning voor de bouw of de uitvoering van de renovatiewerkzaamheden wordt aangegeven waar optische rookmelders geplaatst zullen worden.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 en latere wijzigingen tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid
    De verordening legt voorwaarden op aan de stedenbouwkundige vergunning en moet ervoor zorgen dat iedereen het gebouw kan betreden, ook rolstoelgebruikers, mensen met een kinderwagen, slechtzienden, grotere personen, mensen met een ledemaat in het gips enz. De verordening geldt bij nieuwbouw, verbouwingen of uitbreidingen van gebouwen die publiek toegankelijk zijn.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 11 maart 2015 en latere wijzigingen tot vaststelling van de eisen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen
    De energieprestatieregelgeving legt eisen op met als doel energiezuinig (ver)bouwen te stimuleren.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
    Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen

 

Inspraak en advies

b)      Er werden geen interne adviezen gevraagd.
 

8.      Pidpa Riolering
Het advies van Pidpa Riolering afgeleverd op 18 februari 2019 onder referentie 190046 L-19-180, luidt: voorwaardelijk gunstig.
Betreffende de aan te leggen rioleringsinfrastructuur:

b)      beschrijvend gedeelte:

  • van toepassing zijnde regelgeving:
  • de gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 5 juli 2013 inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater;
  • het Vlaams reglement houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem);
  • de “Basisvoorwaarden voor het rioleringsbeheer” pidpa-riolering (zie website pidpa);
  • het Algemeen waterverkoopreglement (zie website pidpa);
  • het Bijzonder Waterverkoopreglement (zie website pidpa);
  • de code van goede praktijk voor het ontwerp, de aanleg en het onderhoud van rioleringssystemen;
  • deze lijst is limitatief.
  • Ligging volgens het zoneringsplan:
  • De ontwikkeling is gelegen in het centrale gebied met reeds bestaande aansluiting op een zuiveringsstation (oranje gearceerd).
    Hierbij werden volgende voorwaarden voorgesteld:
  • Voorwaarden:

Specifieke voorwaarden:

  • De DWA-afvoer en de RWA-afvoer zullen dienen aangesloten te worden op de bestaande gemengde riolering langsheen de Reeboklaan.
  • Volgens de bijgevoegde aanstiplijst hemelwater is de gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater niet van toepassing op het dossier. Het plaatsen van hemelwatervoorzieningen is niet verplicht.
  • Er is wel een regenwaterput voorzien met een inhoud van 5.000 liter.
  • Een voldoende gedimensioneerde (volgens 'Waterwegwijzer bouwen en verbouwen') en goed werkende voorbehandelingsinstallatie (septische put) op de afvoer van de toiletten is aan te raden.
  • Eén DWA-huisaansluitputje ter hoogte van elke (toekomstige) overgang van privéwaterafvoer naar het (toekomstig) openbaar saneringsnetwerk is verplicht.
  • De eventuele bestaande huisaansluiting van het bestaande/te slopen gebouw/woning dient herbruikt te worden. Tijdens de werkzaamheden dient deze aansluiting op een degelijke wijze afgesloten te worden, zodat er geen onnodig vuil, zand, afval… in de riolering kan terechtkomen. Nieuwe huisaansluitingen (op een andere locatie of met een grotere diameter) zijn ten laste van de ontwikkelaar. Deze dienen aangevraagd te worden bij Pidpa-Riolering.
  • Eén RWA-huisaansluitputje ter hoogte van elke toekomstige overgang van privéwaterafvoer naar het openbaar saneringsnetwerk, tenzij wordt aangesloten op een gracht of een ander open hemelwaterlichaam is verplicht.
  • De huisaansluitputjes, de plaatsing ervan en de aansluiting op de riolering zijn ten laste van de ontwikkelaar. Deze werken worden uitgevoerd door Pidpa.
  • Offerte voor de beperkte uitbreiding van het openbaar rioleringsnetwerk ten behoeve van het aansluiten van de ontwikkeling

o         Pidpa bepaalt welke rioleringsinfrastructuur voorzien moet worden door de ontwikkelaar en maakt hiervoor eventueel offerte over aan de ontwikkelaar.

o         De werken worden uitgevoerd door Pidpa of een door Pidpa aangestelde aannemer. Dit kan slechts na betaling van de in de offerte vermelde geraamde kostprijs.

Algemene voorwaarden:

  • Voor elke aansluiting op de riolering dient een aanvraag gericht te worden aan Pidpa-Riolering.
  • De riolering op privéterrein dient verplicht gekeurd te worden op de afkoppeling van het hemelwater.
  • Beoordeling:

Het advies is gunstig, mits er voldaan wordt aan de bovenstaande te volgen richtlijnen, voorwaarden en regelgeving.

 

  • Het openbaar onderzoek werd gehouden door aanplakking op de gewone aanplakplaatsen, van 24 januari 2019 tot 22 februari 2019.

Er werden geen bezwaarschriften ingediend.

 

Argumentatie

  • Watertoets

Waterparagraaf: Het voorliggende project heeft geen enkele invloed op het watersysteem, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat er geen schadelijk effect wordt veroorzaakt. Er dienen dan ook geen voorwaarden of maatregelen te worden opgelegd. Het ontwerp is verenigbaar met de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.

 

  • Functionele inpasbaarheid
    Het verbouwen van een vrijstaande ééngezinswoning is functioneel inpasbaar in deze omgeving.

 

  • Het mobiliteitsaspect
    De aanvraag heeft weinig effect op de mobiliteit in de omgeving.

 

  • De schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid
    De aanvraag voldoet grotendeels aan de voorschriften. Het gebouw wijkt echter wel af van de verkaveling sgr 7 goedgekeurd op 10 september 1963.

o        De volledige woning heeft een plat dak;

o        De woning wordt uitgebreid met een fietsenstalling tot op de rechterperceelsgrens.

o        De bestaande woning wordt aan de buitenzijde geïsoleerd met 22cm isolatie, hierdoor wordt:

o        de bouwdiepte tussen voor- en achtergevel 15,44m;

o        de afstand tot de rooilijn 7,78m;

o        de afstand tussen de woning en de linkerperceelsgrens 2,78m.

In een vergunning kunnen, na een openbaar onderzoek, beperkte afwijkingen worden toegestaan op stedenbouwkundige voorschriften en verkavelingsvoorschriften met betrekking tot perceelsafmetingen, de afmetingen en de inplanting van constructies, de dakvorm en de gebruikte materialen. Afwijkingen kunnen niet worden toegestaan voor wat betreft: de bestemming, de maximaal mogelijke vloerterreinindex, het aantal bouwlagen.
Omdat de afwijkingen beperkt zijn en er tijdens het openbaar onderzoek geen bezwaren ingediend werden, kan dit uitzonderlijk toegestaan worden.
De aanvraag past in het straatbeeld. Het project is qua schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid aanvaardbaar op het perceel en in de bestaande omgeving.

 

  • Visueel-vormelijke elementen
    De architectuur van de aanvraag heeft volgende kenmerken: een deel van de gevel wordt uitgevoerd in aluminium latwerk en de voorgevel is een blinde gevel.
    In een vergunning kunnen, na een openbaar onderzoek, beperkte afwijkingen worden toegestaan op stedenbouwkundige voorschriften en verkavelingsvoorschriften. Omdat de afwijkingen beperkt zijn en er tijdens het openbaar onderzoek geen gegronde bezwaren ingediend werden, kan dit uitzonderlijk toegestaan worden. Het ontwerp integreert zich in het straatbeeld.

 

  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

  • Bodemreliëf
    De aanvraag behoudt het bestaande grondniveau. De nulpas wordt voorzien op 49cm boven de straatpas.

 

  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    De afstanden tot de perceelsgrenzen zijn (niet) voldoende om goede nabuurschap en privacy te waarborgen.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig.

Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

  • het gebouw dient enkel als eengezinswoning te worden aangewend;
  • de woning dient te worden uitgerust met voldoende correct geïnstalleerde rookmelders, volgens de normen van het decreet houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders van 8 mei 2009;
  • het advies van Pidpa-Riolering naleven.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Omgeving - Louis Mariënlaan 36 - BRUUN Renovaties BVBA - het regulariseren van een ééngezinswoning - OMG 2019/22

 

 

Voorgeschiedenis

  • Stedenbouwkundige vergunning(en)

o        landhuis - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 12 juni 1979 - 1979/02

o        wijzigen aantal woongelegenheden - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 19 maart 2007 - 2007/94

 

Feiten en context

  • Dossiergegevens

Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door BRUUN Renovaties BVBA gevestigd Grote Singel 104, 2900 Schoten op 11 januari 2019 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres Louis Mariënlaan 36.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het regulariseren van een ééngezinswoning.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 31 januari 2019. De uiterste beslissingsdatum is 1 april 2019.

 

  • Planologische context
    Het goed ligt in woongebied volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.
    De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.
     
  • Bestaande toestand

Op het perceel is vandaag een woning aanwezig sinds 1980.

De totale bebouwde oppervlakte bedraagt +/- 158,4m² op een perceel van circa 759m².

Het perceel is gelegen aan de rand van de dorpskern.

Het links aanpalende perceel wordt gebruikt als een ééngezinswoning.

Het rechts aanpalende perceel wordt gebruikt als een ééngezinswoning.

In het straatbeeld komen volgende bestemmingen voor: ééngezinswoningen.

De straat is een voldoende uitgeruste gemeenteweg.

Deze wordt weinig gebruikt als doorgangsweg.

De directe omgeving wordt gekenmerkt door halfopen en open bebouwing.

Het karakter en de stijl in de omliggende omgeving is een mix van verschillende stijlen.

Het pand is niet als monument geklasseerd en is niet opgenomen op de inventaris van onroerend erfgoed.

Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag gaat over het regulariseren van een ééngezinswoning op een perceel van 759m².

De regularisatie omvat:

-          De interne herverdeling van de ruimtes;

-          Het uitbreiden van de woning achteraan. De maximale bouwbreedte en- diepte van de woning blijven ongewijzigd. De bebouwde oppervlakte van de uitbreiding bedraagt 10,30m²;

-          In het voorste en achterste dakvlak werd een dakkapel voorzien. De dakkapel in het voorste dakvlak werd ingeplant op 1,81m achter de voorgevel. De dakkapel is 1,68m breed en 1,81m hoog, gemeten vanaf de aanzet op het hellend dak. De dakkapel in de achtergevel is voorzien in het verlengde van de achtergevel van het hoofdvolume. Deze dakkapel is 3,41m breed en 2,85m hoog;

-          In het voorste dakvlak werd een dakvenster voorzien;

-          In de linker en rechter zijgevel werd het raam in de topgevel groter gemaakt. Op het gelijkvloers werd in de rechter zijgevel een extra raam voorzien;

-          Tegen de rechter zijgevel werd een tuinmuur van 2m lang en 2,6m hoog opgetrokken. Achter deze tuinmuur werd een houtberging geplaatst van 2,30m hoog;

-          De gevels van de woning werden wit geschilderd.

De woning blijft ingeplant tot op 7m uit de rooilijn, op 3m van de rechter perceelsgrens en op 3m van de linker perceelsgrens.

De voorgevel van de woning heeft een breedte van 13,50m op een kavelbreedte van 19,50m, gemeten op de voorgevelbouwlijn.

De bouwdiepte tussen voor- en achtergevel bedraagt 14,20m.

De kroonlijsthoogte bedraagt 2,70m, gemeten vanaf het maaiveld, afgewerkt met een plat dak/hellend dak van 35° met een nokhoogte van 5,75m.

De nieuwe gevels worden opgetrokken in wit geschilderde gevelsteen. Het dak wordt afgewerkt met rode pannen.

De totale bebouwde oppervlakte op het perceel, inclusief oversteken groter dan 1m, bedraagt 168,70m².

De toegang tot het perceel is 4m breed en ligt op voldoende afstand van de zijperceelsgrenzen.

Achter de woning wordt een terras van 21,30m² aangelegd.

De totale verharde oppervlakte op het perceel bedraagt 55,73m².

Er worden geen bomen gerooid.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990
    Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
    Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden. Hierdoor moet men rekening houden met het gemeentelijk kapreglement in plaats van de VCRO.
  • Ministerieel besluit van 6 april 1994
    Bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
  • Koninklijk besluit van 7 juli 1994 “Basisnormen brandpreventie” en latere wijzigingen
    Vaststelling van de basisnormen voor de preventie van brand en ontploffing waaraan de nieuwe gebouwen moeten voldoen.
  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Decreet van 22 december 2006 en latere wijzigingen houdende eisen en handhavingsmaatregelen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen
    De Vlaamse Regering bepaalt EPB-eisen waaraan gebouwen moeten voldoen waarvoor een aanvraag tot het verkrijgen van een stedenbouwkundige vergunning wordt ingediend.
  • Decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid
    Het decreet wil wonen betaalbaar maken voor iedereen. Het decreet geeft aan de gemeenten een aantal mogelijkheden (en verplichtingen) om hiertoe initiatief te nemen.
  • Artikel 4.2.2, 4.2.4. Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Artikel 3 van het decreet van 8 mei 2009 houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders
    Bij de aanvraag van de stedenbouwkundige vergunning voor de bouw of de uitvoering van de renovatiewerkzaamheden wordt aangegeven waar optische rookmelders geplaatst zullen worden.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 en latere wijzigingen tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid
    De verordening legt voorwaarden op aan de stedenbouwkundige vergunning en moet ervoor zorgen dat iedereen het gebouw kan betreden, ook rolstoelgebruikers, mensen met een kinderwagen, slechtzienden, grotere personen, mensen met een ledemaat in het gips enz. De verordening geldt bij nieuwbouw, verbouwingen of uitbreidingen van gebouwen die publiek toegankelijk zijn.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 11 maart 2015 en latere wijzigingen tot vaststelling van de eisen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen
    De energieprestatieregelgeving legt eisen op met als doel energiezuinig (ver)bouwen te stimuleren.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
    Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen

 

Inspraak en advies

  • Pidpa Riolering
    Het advies van Pidpa Riolering afgeleverd op 18 maart 2019 onder referentie 190176 L-19-279, luidt: voorwaardelijk gunstig.
    Betreffende de aan te leggen rioleringsinfrastructuur:

o        beschrijvend gedeelte:

  • van toepassing zijnde regelgeving:
  • de gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 5 juli 2013 inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater;
  • het Vlaams reglement houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem);
  • de “Basisvoorwaarden voor het rioleringsbeheer” pidpa-riolering (zie website Pidpa);
  • het Algemeen waterverkoopreglement (zie website Pidpa);
  • het Bijzonder Waterverkoopreglement (zie website Pidpa);
  • de code van goede praktijk voor het ontwerp, de aanleg en het onderhoud van rioleringssystemen;
  • deze lijst is limitatief.
  • Ligging volgens het zoneringsplan:
  • De ontwikkeling is gelegen in het centrale gebied met reeds bestaande aansluiting op een zuiveringsstation (oranje gearceerd).
    Hierbij werden volgende voorwaarden voorgesteld:

o        Specifieke voorwaarden:

  • De DWA-afvoer en de RWA-afvoer zullen dienen aangesloten te worden op de bestaande gemengde riolering langsheen de Louis Mariënlaan.
  • Volgens de bijgevoegde aanstiplijst hemelwater is de gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater niet van toepassing op het dossier. Het plaatsen van hemelwatervoorzieningen is niet verplicht.
  • Een voldoende gedimensioneerde (volgens 'Waterwegwijzer bouwen en verbouwen') en goed werkende voorbehandelingsinstallatie (septische put) op de afvoer van de toiletten is aan te raden. Deze werd voorzien en staat vermeld op het plan.
  • Eén DWA-huisaansluitputje ter hoogte van elke (toekomstige) overgang van privéwaterafvoer naar het (toekomstig) openbaar saneringsnetwerk is verplicht.
  • De eventuele bestaande huisaansluiting van het bestaande/te slopen gebouw/woning dient herbruikt te worden. Tijdens de werkzaamheden dient deze aansluiting op een degelijke wijze afgesloten te worden, zodat er geen onnodig vuil, zand, afval… in de riolering kan terechtkomen. Nieuwe huisaansluitingen (op een andere locatie of met een grotere diameter) zijn ten laste van de ontwikkelaar. Deze dienen aangevraagd te worden bij Pidpa-Riolering.
  • Eén RWA-huisaansluitputje ter hoogte van elke toekomstige overgang van privéwaterafvoer naar het openbaar saneringsnetwerk, tenzij wordt aangesloten op een gracht of een ander open hemelwaterlichaam is verplicht.
  • De huisaansluitputjes, de plaatsing ervan en de aansluiting op de riolering zijn ten laste van de ontwikkelaar. Deze werken worden uitgevoerd door Pidpa.
  • Offerte voor de beperkte uitbreiding van het openbaar rioleringsnetwerk ten behoeve van het aansluiten van de ontwikkeling

-          Pidpa bepaalt welke rioleringsinfrastructuur voorzien moet worden door de ontwikkelaar en maakt hiervoor eventueel offerte over aan de ontwikkelaar.

-          De werken worden uitgevoerd door Pidpa of een door Pidpa aangestelde aannemer. Dit kan slechts na betaling van de in de offerte vermelde geraamde kostprijs.

o        Algemene voorwaarden:

  • Voor elke aansluiting op de riolering dient een aanvraag gericht te worden aan Pidpa-Riolering.
  • De riolering op privéterrein dient verplicht gekeurd te worden op de afkoppeling van het hemelwater.

 

Argumentatie

  • Watertoets

Waterparagraaf: het voorliggende project heeft geen enkele invloed op het watersysteem, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat er geen schadelijk effect wordt veroorzaakt. Er dienen dan ook geen voorwaarden of maatregelen te worden opgelegd. Het ontwerp is verenigbaar met de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.

 

  • Functionele inpasbaarheid
    Het regulariseren van een bestaande ééngezinswoning is functioneel inpasbaar in deze omgeving.

 

  • Het mobiliteitsaspect
    De aanvraag heeft weinig effect op de mobiliteit in de omgeving.

 

  • De schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid
    De aanvraag past in het straatbeeld. Het project is qua schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid aanvaardbaar op het perceel en in de bestaande omgeving.

 

  • Visueel-vormelijke elementen
    De gebruikte gevelmaterialen zijn toegestaan. Het ontwerp integreert zich in het straatbeeld.

 

  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

  • Bodemreliëf
    De aanvraag behoudt het bestaande grondniveau. De nulpas wordt voorzien op 20cm boven de straatpas.

 

  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    De afstanden tot de perceelsgrenzen zijn voldoende om goede nabuurschap en privacy te waarborgen.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig.

Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

  • het gebouw dient enkel als eengezinswoning te worden aangewend;

o        het advies van Pidpa-Riolering naleven;

  • de woning dient te worden uitgerust met voldoende correct geïnstalleerde rookmelders, volgens de normen van het decreet houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders van 8 mei 2009.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Omgeving - Louis Mariënlaan 8 - Tamara Jochems - het verbreden van een bestaande poort en het aanleggen van extra verharding naast de bestaande woning - OMG 2019/54

 

 

Voorgeschiedenis

  • Stedenbouwkundige vergunning(en)

o        villa-cafe - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 1 juni 1956 - 1956/67

o        plaatsen neon-lichtreklame - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 28 maart 1957 - 1957/39

o        verbouwingswerken - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 20 februari 1959 - 1959/22

o        nieuwbouw 4 eengezinswoningen - weigering door college van burgemeester en schepenen - 28 april 2008 - 2007/395

o        nieuwbouw 2 x 2 halfopen bebouwingen en afbraak bestaande constructies - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 2 maart 2009 - 2008/282

o        het aanleggen van een oprit voor autostaanplaatsen - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 27 juli 2015 - 2015/136

 

Feiten en context

  • Dossiergegevens

Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door Tamara Jochems, Brugstraat 79/2v, 2960 Brecht op 1 februari 2019 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres Louis Mariënlaan 8.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het verbreden van een bestaande poort en het aanleggen van extra verharding naast de bestaande woning.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 28 februari 2019. De uiterste beslissingsdatum is 29 april 2019.

 

  • Planologische context
    Het goed ligt in woongebied volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.
    De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.
     
  • Bestaande toestand

Op het perceel is een woning aanwezig sinds 2010.

Op het perceel is er nog een tuinhuis van 33m² aanwezig. De totale bebouwde oppervlakte bedraagt +/- 110,28m² op een perceel van circa 625m².

Het perceel is gelegen aan de rand van de dorpskern.

Het perceel is een hoekperceel langsheen de Louis Mariënlaan en de Koeputten. Beide straten zijn voldoende uitgeruste gemeentewegen en worden weinig gebruikt als doorgangsweg.

Het perceel langsheen de Louis Mariënlaan wordt gebruikt als een aanpalende ééngezisnwoning.

Het aanpalende perceel langsheen de Koeputten wordt gebruikt als een ééngezinswoning.

In het straatbeeld komen volgende bestemmingen voor: ééngezinswoningen.

De directe omgeving wordt gekenmerkt door halfopen en open bebouwing.

Het karakter en de stijl in de omliggende omgeving is een mix van verschillende stijlen.

Het pand is niet als monument geklasseerd en is niet opgenomen op de inventaris van onroerend erfgoed.

Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag gaat over het verbreden van een bestaande poort en het aanleggen van extra verharding naast de bestaande woning op een perceel van 675m².

De woning blijft ingeplant tot op 6m uit de rooilijn van zowel langs de Koeputten als langs de Louis Mariënlaan en tot op de linker perceelsgrens.

De voorgevel van de woning heeft een breedte van 6,20m op een kavelbreedte van 12m, gemeten op de voorgevelbouwlijn.

De bouwdiepte tussen voor- en achtergevel bedraagt 12,60m.

De kroonlijsthoogte bedraagt 5,70m, gemeten vanaf het maaiveld, afgewerkt met een plat dak/hellend dak van 45° met een nokhoogte van 10,30m.

De gevels werden opgetrokken in paramentsteen. Het dak werd afgewerkt met pannen.

Op 12m achter de woning en in het midden van de tuin is een tuinhuis van 33m² gelegen. Het tuinhuis is 6m diep, 5,50m breed.

De totale bebouwde oppervlakte op het perceel, inclusief oversteken groter dan 1m, bedraagt 110,28m².

De aanvraag bevat enerzijds de bestaande poort breder maken tot 3m en de aanleg van bijkomende verharding van 12m² achter het poortje. De poort heeft een hoogte van 1,80m.

De totale verharde oppervlakte op het perceel bedraagt 70m².

Er worden geen bomen gerooid.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990
    Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
    Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden. Hierdoor moet men rekening houden met het gemeentelijk kapreglement in plaats van de VCRO.
  • Ministerieel besluit van 6 april 1994
    Bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
  • Koninklijk besluit van 7 juli 1994 “Basisnormen brandpreventie” en latere wijzigingen
    Vaststelling van de basisnormen voor de preventie van brand en ontploffing waaraan de nieuwe gebouwen moeten voldoen.
  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Decreet van 22 december 2006 en latere wijzigingen houdende eisen en handhavingsmaatregelen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen
    De Vlaamse Regering bepaalt EPB-eisen waaraan gebouwen moeten voldoen waarvoor een aanvraag tot het verkrijgen van een stedenbouwkundige vergunning wordt ingediend.
  • Decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid
    Het decreet wil wonen betaalbaar maken voor iedereen. Het decreet geeft aan de gemeenten een aantal mogelijkheden (en verplichtingen) om hiertoe initiatief te nemen.
  • Artikel 4.2.2, 4.2.4. Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Artikel 3 van het decreet van 8 mei 2009 houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders
    Bij de aanvraag van de stedenbouwkundige vergunning voor de bouw of de uitvoering van de renovatiewerkzaamheden wordt aangegeven waar optische rookmelders geplaatst zullen worden.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 en latere wijzigingen tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid
    De verordening legt voorwaarden op aan de stedenbouwkundige vergunning en moet ervoor zorgen dat iedereen het gebouw kan betreden, ook rolstoelgebruikers, mensen met een kinderwagen, slechtzienden, grotere personen, mensen met een ledemaat in het gips enz. De verordening geldt bij nieuwbouw, verbouwingen of uitbreidingen van gebouwen die publiek toegankelijk zijn.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 11 maart 2015 en latere wijzigingen tot vaststelling van de eisen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen
    De energieprestatieregelgeving legt eisen op met als doel energiezuinig (ver)bouwen te stimuleren.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
    Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen

 

Inspraak en advies

  • Er werden geen externe adviezen gevraagd.

 

  • Er werden geen interne adviezen gevraagd.
     

Argumentatie

  • Watertoets

Waterparagraaf: het voorliggende project heeft geen enkele invloed op het watersysteem, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat er geen schadelijk effect wordt veroorzaakt. Er dienen dan ook geen voorwaarden of maatregelen te worden opgelegd. Het ontwerp is verenigbaar met de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.

 

  • Functionele inpasbaarheid
    Het verbreden van een bestaande poort tot 3m en het aanleggen van extra verharding van 12m² naast de bestaande woning is functioneel inpasbaar in deze omgeving.

 

  • Het mobiliteitsaspect
    De aanvraag heeft weinig effect op de mobiliteit in de omgeving.

 

  • De schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid
    De aanvraag past in het straatbeeld. Het project is qua schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid aanvaardbaar op het perceel en in de bestaande omgeving.

 

  • Visueel-vormelijke elementen
    De gebruikte gevelmaterialen zijn toegestaan. Het ontwerp integreert zich in het straatbeeld.

 

  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

  • Bodemreliëf
    De aanvraag behoudt het bestaande grondniveau.

 

  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    De afstanden tot de perceelsgrenzen zijn voldoende om goede nabuurschap en privacy te waarborgen.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt:voorwaardelijk gunstig.

Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

  • het gebouw dient enkel als eengezinswoning te worden aangewend;
  • de woning dient te worden uitgerust met voldoende correct geïnstalleerde rookmelders, volgens de normen van het decreet houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders van 8 mei 2009.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Omgeving - Huldekens 29 - Gert Vervoort - het uitbreiden van een woning met een veranda/uitbouw - M 2019/127

 

 

Het punt is verdaagd.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Omgeving - De Rest 14 - mevrouw Béatrice  De Wandeleir en de heer Wilfried Swenters - het intern verbouwen van een woning - M 2019/139

 

 

Voorgeschiedenis

  • Stedenbouwkundige vergunning(en)

o        verbouwing - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 25 juli 1963 - 1963/78

 

Feiten en context

  • Dossiergegevens

Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door mevrouw Béatrice De Wandeleir, De Rest 16, 2970 Schilde en de heer Wilfried Swenters, De Rest 16, 2970 Schilde op 17 maart 2019 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres De Rest 14.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het intern verbouwen van een woning.

 

  • Planologische context
    Het goed ligt in woongebied, parkgebied, woongebied en parkgebied volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.
    De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.
    De parkgebieden moeten in hun staat bewaard worden of zijn bestemd om zodanig ingericht te worden, dat ze, in de al dan niet verstedelijkte gebieden, hun sociale functie kunnen vervullen.De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.
    De parkgebieden moeten in hun staat bewaard worden of zijn bestemd om zodanig ingericht te worden, dat ze, in de al dan niet verstedelijkte gebieden, hun sociale functie kunnen vervullen.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.
     
  • Bestaande toestand

Op het perceel is vandaag een woning aanwezig sinds 1931.

Op het perceel is ook nog een bakhuisje aanwezig.

De totale bebouwde oppervlakte bedraagt +/- 206,07m² op een perceel van circa 2.081,57m².

Het perceel is gelegen in de dorpskern.

Het links aanpalende perceel wordt gebruikt als een ééngezinswoning.

Het rechts aanpalende perceel wordt gebruikt als een ééngezinswoning.

In het straatbeeld komen volgende bestemmingen voor: ééngezinswoning.

De straat is een voldoende uitgeruste gemeenteweg.

Deze wordt weinig gebruikt als doorgangsweg.

De directe omgeving wordt gekenmerkt door halfopen en open bebouwing.

Het karakter en de stijl in de omliggende omgeving is een mix van verschillende stijlen.

Het pand is niet als monument geklasseerd en is niet opgenomen op de inventaris van onroerend erfgoed.

Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag gaat over het intern verbouwen van een woning op een perceel van 2.081,57m².

De woning blijft ingeplant tot op 23,08m uit de rooilijn, op 3,92m van de rechter perceelsgrens.

De woning heeft een breedte van 9,72m en een bouwdiepte tussen voor- en achtergevel van 23,51m.

De kroonlijsthoogte bedraagt 4,24m, gemeten vanaf het maaiveld, afgewerkt met een hellend dak van 45° met een nokhoogte van 8,40m.

De gevels werden opgetrokken in witte gevelsteen en hout.

Het dak werd afgewerkt met rode dakpannen.

Volgende werken worden aangevraagd:

  • De leefruimte wordt opengewerkt door de tussenmuren te slopen en te vervangen door stalen profielen en kolommen. De inkom wordt afgesplitst van de leefruimte door middel van een glazen sas. Dit sas geeft toegang tot het toilet.
  • De trap wordt vervangen door een open stalen trap.
  • Deze trap geeft toegang tot de zolder. Deze ruimte wordt niet gewijzigd. In het verlengde van het trapgat zal er een lichtstraat voorzien worden in het dak.
  • In de linker en rechter zijgevel worden 8 dakvlakramen geplaatst.
  • Het dak wordt geïsoleerd met dakpanelen. De nok wordt met 10cm verhoogd.
  • Aan de achterzijde van de woning wordt op het gelijkvloers een extra raam geplaatst en op het verdiep een ossenoog raampje.

De totale bebouwde oppervlakte op het perceel, inclusief oversteken groter dan 1m, bedraagt 206,07m².

De totale verharde oppervlakte op het perceel bedraagt 396,88m².

Er worden geen bomen gerooid.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990
    Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
    Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden. Hierdoor moet men rekening houden met het gemeentelijk kapreglement in plaats van de VCRO.
  • Ministerieel besluit van 6 april 1994
    Bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
  • Koninklijk besluit van 7 juli 1994 “Basisnormen brandpreventie” en latere wijzigingen
    Vaststelling van de basisnormen voor de preventie van brand en ontploffing waaraan de nieuwe gebouwen moeten voldoen.
  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Decreet van 22 december 2006 en latere wijzigingen houdende eisen en handhavingsmaatregelen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen
    De Vlaamse Regering bepaalt EPB-eisen waaraan gebouwen moeten voldoen waarvoor een aanvraag tot het verkrijgen van een stedenbouwkundige vergunning wordt ingediend.
  • Decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid
    Het decreet wil wonen betaalbaar maken voor iedereen. Het decreet geeft aan de gemeenten een aantal mogelijkheden (en verplichtingen) om hiertoe initiatief te nemen.
  • Artikel 4.2.2, 4.2.4. Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Artikel 3 van het decreet van 8 mei 2009 houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders
    Bij de aanvraag van de stedenbouwkundige vergunning voor de bouw of de uitvoering van de renovatiewerkzaamheden wordt aangegeven waar optische rookmelders geplaatst zullen worden.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 en latere wijzigingen tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid
    De verordening legt voorwaarden op aan de stedenbouwkundige vergunning en moet ervoor zorgen dat iedereen het gebouw kan betreden, ook rolstoelgebruikers, mensen met een kinderwagen, slechtzienden, grotere personen, mensen met een ledemaat in het gips enz. De verordening geldt bij nieuwbouw, verbouwingen of uitbreidingen van gebouwen die publiek toegankelijk zijn.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 11 maart 2015 en latere wijzigingen tot vaststelling van de eisen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen
    De energieprestatieregelgeving legt eisen op met als doel energiezuinig (ver)bouwen te stimuleren.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
    Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen

 

Inspraak en advies

  • Er werden geen interne adviezen gevraagd.
  • Er werden geen externe adviezen gevraagd.

 

Argumentatie

  • Watertoets

Waterparagraaf: het voorliggende project heeft geen enkele invloed op het watersysteem, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat er geen schadelijk effect wordt veroorzaakt. Er dienen dan ook geen voorwaarden of maatregelen te worden opgelegd. Het ontwerp is verenigbaar met de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.

 

  • Functionele inpasbaarheid
    Het intern verbouwen van een woning is functioneel inpasbaar in deze omgeving.

 

  • Het mobiliteitsaspect
    De aanvraag heeft weinig effect op de mobiliteit in de omgeving.

 

  • De schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid
    De aanvraag past in het straatbeeld. Het project is qua schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid aanvaardbaar op het perceel en in de bestaande omgeving.
     
  • Visueel-vormelijke elementen
    De gebruikte gevelmaterialen zijn toegestaan. Het ontwerp integreert zich in het straatbeeld.

 

  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

  • Bodemreliëf
    De aanvraag behoudt het bestaande grondniveau.

 

  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    De afstanden tot de perceelsgrenzen zijn voldoende om goede nabuurschap en privacy te waarborgen.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig.

Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

  • het gebouw dient enkel als eengezinswoning te worden aangewend;
  • de woning dient te worden uitgerust met voldoende correct geïnstalleerde rookmelders, volgens de normen van het decreet houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders van 8 mei 2009.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en neemt akte van de voormelde melding.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Omgeving - Constant Joossenslei 47 - mevrouw Evi Cap - het regulariseren van een uitbreiding van een woning - M 2019/141

 

 

Voorgeschiedenis

  • Stedenbouwkundige vergunning(en)

o        tweewoonst - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 6 december 1960 - sgr1960/76

 

Feiten en context

  • Dossiergegevens

Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door mevrouw Evi Cap, met als mevrouw Evi Cap, Bergen op Zoomlaan 29/2, 2170 Antwerpen op 18 maart 2019 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres Constant Joossenslei 47.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het regulariseren van een uitbreiding van een woning.

 

  • Planologische context
    Het goed ligt in woongebied volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.
    De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.
    Het goed is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg (BPA) Molenveld, goedgekeurd op 11 december 1957.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.
     
  • Specifieke voorschriften

Het BPA Molenveld bepaalt:

Artikel 2. Zone voor gegroepeerde bebouwing

201. Hoofdgebouwen

1.      Bestemming: woonhuizen, handelsinrichtingen.

2.      Bebouwing:

Ofwel gegroepeerd volgens de aanduidingen op het plan;

Ofwel alleenstaand of gegroepeerd tot maximum 6 woonhuizen volgens de grafische aanduidingen van een vooraf op te maken verkavelingsplan.

Afstand van de vrijstaande zijgevels tot de zijgrens van het perceel minimum 3m. Geen zichtbare blinde gevels.

3.      Bouwbreedte:

a) Aaneengebouwde woonhuizen en kopwoningen minimum 7m.

b) alleenstaande woonhuizen: minimum 8m.

4.      Bouwdiepte:

Zoals aangeduid op het plan.  Voor alleenstaande bebouwing kan afwijking worden verleend van de op het plan voorziene bouwdiepte tot een maximum van 15m.

5.      Bouwhoogte:

Gemeten van peil voetpad tot bovenkant kroonlijst of onderkant dakoversteek: 6 à 6,50m. Andere hoogten kunnen toegestaan of opgelegd worden zo dit gewenst is voor aanpassing aan de bestaande gebouwen.  In geval van alleenstaande bebouwing of van groepsbouw van een volledig woningblok kunnen andere hoogten toegelaten worden.

6.      Gevelmaterialen:

a) gegroepeerde bebouwing:

Vanaf de openbare weg zichtbare gevels: gevelsteen.  Bewerking met siermaterialen kan worden toegestaan. Overige gevels: baksteen.

b) alleenstaande bebouwing:

Alle gevels in gevelsteen, natuursteen, baksteen geschilderd in lichte kleur, sierbezetting in lichte kleur. Bewerking met siermaterialen kan worden toegestaan.

7.      Dak:

a) gegroepeerde bebouwing:

Zadeldak, helling 35° tot 55°, op de basisdiepte van 10 m, de nok evenwijdig met de voorbouwlijn, de dakvlakken symmetrisch ten opzichte van het vertikaal vlak door de nok.  Bij groepsbouw van een volledig woningblok kunnen hellingen van 15° tot 55° worden toegestaan.  Voor de kopwoningen kan een half schilddak of wolfdak worden toegestaan, op voorwaarde dat aan de twee kopwoningen dezelfde oplossing gegeven wordt.

b) alleenstaande bebouwing:

Hellingen van 15° tot 55°. Plat dak toegelaten op uitbouw.

 

8.      Dakbedekking:
Ofwel pannen, kleur rood of zwart; ofwel asbestleiën in horizontaal verband, kleur rood of zwart; ofwel, bij groepsbouw of alleenstaande bebouwing, natuurleiën; ofwel, bij groepsbouw of alleenstaande bebouwing; riet; ofwel, voor flauw hellende daken, roofing met korrel.

9.      Dakvensters:
Minimumafstand van de voorzijde tot het gevelvlak 0,40m. minimumafstand tot het gevelvlak evenwijdig met de zijwangen 1m.

10.  Kroonlijsten:

Verplicht, behalve bij rietbedekking.

De voorgevel en de achtergevel dienen voorzien van een rechtlijnige en doorlopende kroonlijst. De vrijstaande zijgevel dient uitgevoerd ofwel met kroonlijst, ofwel, voor puntgevels, met gevelpannen of met overtekend dakvlak.

Uitsprong uit het gevelvlak:

a) kroonlijst aan voorgevel 0,50m;

b) kroonlijst aan achtergevel, kroonlijst of overstekend dakvlak aan vrijstaande zijgevel 0,20 à 0,50m;

c) dakoversteek bij rietbedekking maximum 1m.

11.  Erkers:

Enkel gelijkvloers.

Uitsprong uit het voorgevelvlak of uit het zijgevelvlak grenzend aan de achteruitbouwstrook: maximum 0,50m in de achteruitbouwstrook.  Uitsprong uit het vlak van de overige vrijstaande zijgevels: maximum tot op 3m afstand van de zijgrens van het perceel.  Breedte maximum 2/3 van de gevelbreedte.

12.  Balkons:

Uitsprong uit het gevelvlak maximum 0,50m.

Breedte maximum 2/3 van de gevelbreedte.

13.  Uitsprongen:

Maximum 0,30m uit het gevelvlak.

14.  Bouwperceel:

De te vormen percelen haaks op de voorbouwlijn over de ganse diepte van de bouwstrook.

Maximumbreedte voor:

a) alleenstaande bebouwing: 15m;

b) kopwoningen: 9m;

c) aaneengesloten bebouwing: 6m.

15.  Worden bindend gemaakt voor het ganse woningblok door de bouwvergunning die het eerst wordt afgeleverd:

a)de bouwhoogte

b)de kleur van de gevelsteen

c)de dakhelling en de nokhoogte

d)de aard en de kleur van de dakbedekking

 

202. Bijgebouwen I

1.      Bestemming: dezelfde als die van de hoofdgebouwen;

2.      Bouwhoogte: gemeten van peil voetpad tot bovenkant kroonlijst maximum 3,50m;

3.      Gevelmaterialen: dezelfde als die van het hoofdgebouw;

4.      Dak: plat;

5.      Kroonlijst: uitsprong uit het gevelvlak 0,20m.

 

203. Bijgebouwen II

1.      Bestemming: bergplaatsen, garages.

2.      Bebouwing: Volgens de aanduidingen op het plan.  Indien het bijgebouw niet wordt opgericht moet op de voorbouwlijn van dit bijgebouw een afsluitingsmuur in gevelmaterialen, hoogte 3m, opgericht worden.

3.      Bouwhoogte: Gemeten van peil voetpad tot bovenkant kroonlijst: 3m.

4.      Gevelmaterialen: Vanaf de openbare weg zichtbare gevels: gevelsteen. Bewerking met siermaterialen kan worden toegestaan. Overige gevels: baksteen.

5.      Dak: Plat.

6.      Kroonlijst: Uitsprong uit het gevelvlak 0,30m.

7.      Voor de gekoppelde zijgebouwen of de afsluitingsmuur wordt de kleur van de gevelsteen bindend gemaakt voor beide constructies door de bouwvergunning die het eerst wordt afgeleverd.

 

204. Koeren en tuinen

1.      Bebouwing: bergplaatsen, duivenhokken, garages
Inplanting op minimum 10m afstand van de bouwstroken en van de andere zones. Op verzoek van beide bouwheren kan vergunning worden verleend om tussen twee kopwoningen een garage gekoppeld in te planten vanaf 5m uit de voorbouwlijn. Maximumoppervlakte van de gezamenlijke constructies 25m² per perceelbreedte van 3m;

2.      Bouwhoogte: maximum 3m;

3.      Gevelmaterialen: vanaf de openbare weg zichtbare gevels: gevelsteen. Bewerking met siermaterialen kan worden toegestaan. Overige gevels: baksteen;

4.      Daken: plat;

5.      Afsluitingen: muren in baksteen of betonplaten toegestaan indien niet zichtbaar vanaf de openbare weg;

6.      Voor de gekoppelde garages wordt de kleur van de gevelsteen bindend gemaakt voor beide constructies door de bouwvergunning die het eerst wordt afgeleverd.

 

205. Achteruitbouwstrook

1.      Bebouwing: alle constructies verboden, op- en afritten inbegrepen;

2.      Afsluitingen: aan de openbare weg: muurtje in klampsteen, hoogte 0,40m. De Posten naast de ingangen mogen opgetrokken worden tot een hoogte van 0,70m.

 

  • Bestaande toestand

Op het perceel is vandaag een woning aanwezig sinds 1961.

De oppervlakte bedraagt +/- 66,28m² op een perceel van circa 320m².

Het perceel is gelegen in de dorpskern.

Het links aanpalende perceel wordt gebruikt als een meergezinswoning.

Het rechts aanpalende perceel wordt gebruikt als een onbebouwd perceel.

In het straatbeeld komen volgende bestemmingen voor: één- en meergezinswoningen.

De straat is een voldoende uitgeruste gemeenteweg/gewestweg. Deze wordt weinig gebruikt als doorgangsweg.

De directe omgeving wordt gekenmerkt door halfopen en open bebouwing.

Het karakter en de stijl in de omliggende omgeving is een mix van verschillende stijlen.

Het pand is niet als monument geklasseerd en is niet opgenomen op de inventaris van onroerend erfgoed.

Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag gaat over het uitbreiden van een woning op een perceel van 320m².

De woning blijft ingeplant tot op 6,93m uit de rooilijn, op 3,74m van de rechter perceelsgrens en op de linker perceelsgrens.

De voorgevel van de woning heeft een breedte van 6,43m op een kavelbreedte van 10,17m, gemeten op de voorgevelbouwlijn.

De bouwdiepte tussen voor- en achtergevel bedraagt 12m.

De uitbreiding heeft een kroonlijsthoogte van 2,96m, gemeten vanaf het maaiveld, afgewerkt met een plat dak.

De gevels werden opgetrokken in witte gevelsteen.

De totale bebouwde oppervlakte op het perceel, inclusief oversteken groter dan 1m, bedraagt 77,20m².

De toegang tot het perceel is 3,74m breed. De oprit werd aangelegd in grind en ligt op de rechter perceelsgrens.

De totale verharde oppervlakte op het perceel is niet weergegeven.

Er worden bomen gerooid.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid.
  • Besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en de daaraan gekoppelde bijlagen.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.

 

Argumentatie

  • Onderzoek van het meldingsplichtig en niet-verboden karakter

Het uitbreiden van een woning kan met een melding maar met de medewerking van een architect.

Het aanbouwen van een veranda (veranda = een constructie die uit 75% glas of ander doorzichtig materiaal bestaat) kan zonder architect.

De aanvraag handelt niet over een veranda.

 

  • Functionele inpasbaarheid
    Het regulariseren van een aanbouw aan een woning is functioneel inpasbaar in deze omgeving.

 

  • Het mobiliteitsaspect
    De aanvraag heeft weinig effect op de mobiliteit in de omgeving.

 

  • De schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid
    De aanvraag past in het straatbeeld. Het project is qua schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid aanvaardbaar op het perceel en in de bestaande omgeving.

 

  • Visueel-vormelijke elementen
    De gebruikte gevelmaterialen zijn toegestaan. Het ontwerp integreert zich in het straatbeeld.

 

  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

  • Bodemreliëf
    De aanvraag behoudt het bestaande grondniveau.

 

  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    De afstanden tot de perceelsgrenzen zijn voldoende om goede nabuurschap en privacy te waarborgen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en neemt geen akte van de voormelde melding.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Stedenbouwkundig attest - Drijhoekdreef 6 - GEO MAPE - het bouwen van een ééngezinswoning - SA 2018/10

 

 

Voorgeschiedenis

  • Stedenbouwkundige vergunningen:

o        21 december 1972 - weigering - woning - 1972160

 

Feiten en context

  • Dossiergegevens

Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door GEO MAPE, met als adres Grote Markt 4 te 2500 Lier, ontvangen op 4 december 2018. Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk verklaard op 10 december 2018.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres Drijhoekdreef 6.

Het betreft een aanvraag van een stedenbouwkundig attest voor het bouwen van een ééngezinswoning.

 

  • Planologische context

Het goed ligt in woonpark volgens het gewestplan Antwerpen van 3 oktober 1979.

De woonparken die op de gewestplannen zijn aangeduid, zijn overwegend een opname van bestaande toestanden. Een woonpark is bedoeld als een woongebied van louter residentiële aard en bijgevolg gericht op het rustig verblijven in een homogeen voor het wonen bestemd woongebied in het groen. De nog open gebleven ruimten mogen verder bebouwd worden mits rekening wordt gehouden met de bepalingen van artikel 6.1.2.1.4 en met de bestaande bebouwingswijze (oppervlakte van de percelen, bebouwde oppervlakte van perceel, bouwtrant, bestaand groen).

Alle inrichtingen en activiteiten die verenigbaar zijn met de stedenbouwkundige bestemming van het woongebied zijn in principe toelaatbaar. Bijzondere aandacht dient niettemin te worden besteed aan de vraag naar de bestaanbaarheid van een constructie met de eigen woonfunctie van het gebied en de verenigbaarheid ervan met de onmiddellijke omgeving. Gezien het een wezenlijk kenmerk van een woonpark is dat de gemiddelde woondichtheid er gering is en de groene ruimten er verhoudingsgewijs grote oppervlakte beslaan, heeft dit tot gevolg dat de vestiging van niet-residentiële inrichtingen en activiteiten doorgaans niet zal kunnen worden aangenomen.

Het goed ligt niet binnen de grenzen van een ruimtelijk uitvoeringsplan.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Het eigendom is niet getroffen door een rooilijn.

 

  • Bestaande toestand

Het betreft een onbebouwd perceel van 2.342m² groot.

Het perceel is niet gelegen in de dorpskern maar in een residentiële woonwijk.

Het links aanpalende perceel wordt gebruikt als een ééngezinswoning.

Het rechts aanpalende perceel wordt gebruikt als een ééngezinswoning.

In het straatbeeld komen volgende bestemmingen voor: ééngezinswoningen.

De straat is een voldoende uitgeruste gemeenteweg.

Deze wordt weinig gebruikt als doorgangsweg.

De directe omgeving wordt gekenmerkt door open bebouwing.

Het karakter en de stijl in de omliggende omgeving is een mix van verschillende stijlen.

Het perceel is niet gelegen in een beschermd dorpsgezicht of beschermd landschap.

Het perceel is gelegen in effectief overstromingsgevoelig gebied

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag gaat over het bouwen van een ééngezinswoning op een perceel van 2.342m². De nieuwe woning wordt ingeplant tot op 10m uit de rooilijn, op minimum 5m van de rechter perceelsgrens en op minimum 5m van de linker perceelsgrens.

De voorgevel van de woning heeft maximum breedte van 2/3 van de kavelbreedte, gemeten op de voorgevelbouwlijn.

De bouwdiepte tussen voor- en achtergevel bedraagt maximum 20m.

De kroonlijsthoogte bedraagt maximum 7m, gemeten vanaf het maaiveld, afgewerkt met een schuin dak.

Een woning met een plat dak heeft een maximum hoogte van 7m.

De totale bebouwde oppervlakte op het perceel, inclusief oversteken groter dan 1m, bedraagt maximum 250m².

De totale bebouwde oppervlakte omvat zowel het hoofd- als eventuele losstaande bijgebouwen.

De toegang tot het perceel is maximum 5m breed in 1 geheel of 6m breed in 2 delen.

De totale verharde oppervlakte op het perceel bedraagt maximum 10% van de perceelsoppervlakte.

Er worden bomen gerooid.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Artikel 5.3.1. §1 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 1 september 2009
    Het stedenbouwkundig attest geeft op basis van een plan aan of een overwogen project in redelijkheid de toets aan de stedenbouwkundige voorschriften, de eventuele verkavelingsvoorschriften en een goede ruimtelijke ordening zal kunnen doorstaan. Het wordt afgeleverd door het college van burgemeester en schepenen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009
    Dit uitvoeringsbesluit regelt de aanwijzing van de instanties die over een vergunningsaanvraag advies verlenen.

 

Inspraak en advies

  • Agentschap voor Natuur en Bos
    Het advies gegeven op 14 december 2018, is voorwaardelijk gunstig.
    De aanvraag omvat een stedenbouwkundig attest voor een bebost perceel. Een latere aanvraag tot omgevingsvergunning zal dan ook een ontbossing met zich meebrengen.

Volgens het gewestplan is het perceel gelegen in een woongebied. Volgens artikel 90bis van het Bosdecreet (laatst gewijzigd bij decreet van 8 november 2014) kan ontbossing voor algemeen belang of in woongebied of industriegebied, of gelegen in een goedgekeurde verkaveling, vergund worden mits compensatie.

Bij de aanvraag tot omgevingsvergunning zal dan ook een sluitend boscompensatievoorstel toegevoegd moeten worden, zo niet is de aanvraag onvolledig.

Er werd voor deze adviesaanvraag stedenbouwkundig attest geen terreinbezoek afgelegd. Zodoende is het niet uit te sluiten dat bij een latere terreincontrole op basis van de aanvraag tot omgevingsvergunning bijkomende voorwaarden worden opgelegd in het kader van het soortenbesluit, natuurdecreet en/of bosdecreet.
Bij de aanvraag tot omgevingsvergunning zal dan ook een sluitend boscompensatievoorstel toegevoegd moeten worden, zo niet is de aanvraag onvolledig.
 

  • Departement Leefmilieu Dienst Integraal Waterbeleid
    Het advies gegeven op 28 januari 2019, is voorwaardelijk gunstig.
    Gunstig, mits rekening gehouden wordt met punt 3 “verenigbaarheid met het watersysteem” en met de voorwaarden en maatregelen opgelegd in punt 4

3.      Verenigbaarheid met het watersysteem
Als gevolg van het project worden er geen significante negatieve effecten op het watersysteem verwacht. Het project wordt bijgevolg gunstig geadviseerd en is in overeenstemming met de doelstellingen en beginselen van het decreet integraal waterbeleid. Gezien het risico beperkt is tot het gevraagde project, dient de eigenaar zelf alle nodige voorzorgsmaatregelen te nemen om eventuele waterschade te voorkomen. De tuin kan niet opgehoogd worden, daar het noodzakelijk is, dat de tuin zelf zijn waterbergende functie behoudt.

4.      Voorwaarden en maatregelen

4.1.     Algemene wettelijke voorwaarden

4.1.1.     Bouwafstanden – erfdienstbaarheden: 5m zone

Voor de noodzakelijke onderhouds- en ruimingswerken en voor het spreiden van de ruimingsproducten dient langs beide kanten van de waterloop een zone met een breedte van 5m landinwaarts gemeten vanaf de kruin van de waterloop vrij te houden van voorwerpen, constructies, aanplantingen en gebouwen die de doorgang zouden belemmeren van de machines die bij de werken worden gebruikt. Wanneer uitvoering van deze bepaling aanleiding kan geven tot ernstige ecologische schade, zal de Provincie hier in de praktijk afwijkingen op dulden.

Afsluitingen/hagen langs de waterloop moeten op een afstand van 0,75m tot 1,00m vanaf de kruin van de waterloop geplaatst worden. Ze mogen niet hoger zijn dan 1,50m boven de begane grond. Afsluitingen hoger dan 1,50m moeten op minstens 5m van de kruin van de waterloop geplaatst worden. Afsluitingen haaks op de waterloop moeten binnen de 5m-zone eenvoudig verwijderbaar zijn en terug plaatsbaar zijn. Struikgewas dient tot op een hoogte van maximaal 1,50m worden teruggesnoeid.

Verhardingen (opritten, terrassen,.) leidingen en ondergrondse constructies voorzien tot op een afstand van minder dan 5m vanaf de kruin van de waterloop moeten bestand zijn tegen het overrijden van machines tot 40 ton.

Beplantingen

De aanplanting van loofbomen langs de onbevaarbare waterlopen dient als volgt te gebeuren:

  • Ofwel een eerste rij bomen op een plantafstand van 5m landinwaarts gemeten vanaf de kruin van de waterloop en met een vrij afstand tussen de bomen zodat stroken als zone van openbaar nut met een breedte van 5m landinwaarts gemeten vanaf de kruin van de waterloop volledig vrij worden gehouden;
  • Ofwel een eerste rij bomen op een plantafstand van 0,75 landinwaarts gemeten vanaf de kruin van de waterloop met een afstand tussen de bomen van minimum 10m, zodat de bereikbaarheid van de waterloop met de machine blijft verzekerd, en een tweede rij bomen zoals vermeld onder punt 1.

Volgens de wet op het natuurbehoud is het verboden naaldbomen te planten of te herplanten of hun zaailingen te laten groeien op minder dan 6m van de oevers van de waterlopen. De bereikbaarheid van de waterloop voor uitvoering van de noodzakelijke onderhouds-, ruimings- en herstellingswerken dient echter steeds gevrijwaard te worden.

Reliëfwijziging

Reliëfwijzigingen zijn verboden binnen de 5m zone.

4.1.2.     Afstanden – waterkwaliteit: 1m-zone

Binnen een afstand van minimaal een meter vanaf de kruin van de waterloop mag de oever niet bewerkt worden, noch besproeid met biociden. Het mestdecreet verbiedt bovendien elke bemesting binnen een strook van 10m (GEN en GENO) of 5m (overige gevallen) gemeten vanaf de kruin van de waterloop.

4.1.3.     Eigendom

De bedding van een waterloop van tweede categorie behoort toe aan de provincie.

4.1.4.     Werken aan waterlopen

Het is verboden werken uit te voeren binnen de bedding van de onbevaarbare waterloop zonder omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen Hieronder kan onder meer verstaan worden het optrekken of plaatsen van een constructie (overwelving, kruisen met nutsleiding, aansluiting, elke vaste constructie in de waterloop, oeverversteviging) en reliëfwijzigingen (verleggen, dempen of herprofilering van waterloop).

4.1.5.     Waterkwantiteit: vasthouden > bergen > afvoeren

Niet functionele verharde oppervlakten moeten vermeden worden. Eventuele verharding is bij voorkeur waterdoorlatend. Het dakwater moet zoveel mogelijk herbruikt worden (als toiletspoeling, waswater, beregening,.). Het overige afstromende hemelwater (niet doorlaatbare verharde oppervlakten, overloop regenwaterput,.) moet worden geïnfiltreerd en/of – wanneer de bodem geen of slechts beperkte infiltratie toelaat – gebufferd. Slechts een zeer beperkte hoeveelheid mag worden afgevoerd. Er moet minstens voldaan zijn aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater.

4.1.6.     Riolering: voorkomen > scheiden > zuiveren

Het is verboden huishoudelijk afvalwater te lozen in de regenwaterafvoerleiding en regenwater in de droogweerafvoerleiding. Het is uiteraard verboden huishoudelijk afvalwater te lozen in een oppervlaktewater als er kan aangesloten worden op een droogweerafvoerleiding. De lozing van huishoudelijk afvalwater in de gewone oppervlaktewateren of in de kunstmatige afvoerwegen voor hemelwater moet voldoen aan de voorwaarden opgenomen in deel 4 van Vlarem II; een IBA of kleinschalige waterzuivering dient voorzien.
 

  • Gemeentelijke milieuambtenaar
    Het advies gegeven op 21 maart 2019, is voorwaardelijk gunstig.
    De aanvrager heeft op verzoek het inplantingsplan gewijzigd. De bouwstrook wordt beperkt in functie van een aantal waardevolle bomen en behoud van een boszone zodat voldaan wordt aan het algemene principe van de minste milieuschade.
    Er kan akkoord gegaan worden mits toepassing van het gewijzigde inplantingsplan van 30 januari 2019 waarbij de bouwstrook wordt beperkt in functie van een aantal waardevolle te behouden bomen en boszone.

 

  • Integan
    Het advies gegeven op 17 december 2018, is geen advies.
    Geen uitbreiding nodig.

 

  • Pidpa
    Het advies gegeven op 28 januari 2019, is geen advies.
    Geen uitbreiding noodzakelijk.

 

  • Pidpa Riolering
    Het advies gegeven op 23 januari 2019, is voorwaardelijk gunstig.
    Betreffende de aan te leggen rioleringsinfrastructuur:
  • beschrijvend gedeelte:

o        van toepassing zijnde regelgeving:

-          de gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 5 juli 2013 inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater;

-          het Vlaams reglement houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem);

-          de “Basisvoorwaarden voor het rioleringsbeheer” pidpa-riolering (zie website pidpa);

-          het Algemeen waterverkoopreglement (zie website pidpa);

-          het Bijzonder Waterverkoopreglement (zie website pidpa);

-          de code van goede praktijk voor het ontwerp, de aanleg en het onderhoud van rioleringssystemen.

o        Ligging volgens het zoneringsplan:

-          De ontwikkeling is gelegen in het centrale gebied met reeds bestaande aansluiting op een zuiveringsstation (oranje gearceerd).
Voorwaarden:

o        Specifieke voorwaarden:

4.1.7.           De DWA-afvoer zal dienen aangesloten te worden op de voorliggende waterloop ‘Waterstraatse Loop’ langsheen de Reigersdreef. Hierdoor dient er machtiging gevraagd te worden aan de beheerder van de betreffende waterloop.

4.1.8.           De DWA-afvoer zal dienen aangesloten te worden op de bestaande gemengde riolering in de Drijhoeksdreef.

4.1.9.           Ter hoogte van de rooilijn dient er een afzonderlijk huisaansluitputje voor DWA en RWA voorzien te worden (een RWA-huisaansluitputje is niet nodig bij aansluiting op een open gracht) Deze putjes dienen maximaal 1m uit elkaar geplaatst te worden en minimaal 0,5m.

4.1.10.       De huisaansluitputjes, de plaatsing ervan en de aansluiting op de riolering en de gracht of inbuizing van de gracht zijn ten laste van de ontwikkelaar. Deze werken worden uitgevoerd door Pidpa.

4.1.11.       Offerte voor de beperkte uitbreiding van het openbaar rioleringsnetwerk ten behoeve van het aansluiten van de ontwikkeling

  • Pidpa bepaalt welke rioleringsinfrastructuur voorzien moet worden door de ontwikkelaar en maakt hiervoor eventueel offerte over aan de ontwikkelaar.
  • De offerte dient door de ontwikkelaar aangevraagd te worden bij Pidpa-Riolering.
  • De werken worden uitgevoerd door Pidpa of een door Pidpa aangestelde aannemer. Dit kan slechts na betaling van de in de offerte vermelde geraamde kostprijs.

o        Algemene voorwaarden:

4.1.12.       De ontwikkelaar dient tegenover Pidpa voorwaarden nageleefd te hebben om een verkoopbaarheidsattest van de gemeente te verkrijgen:

  • De opgemaakte offerte, ter realisatie van de uitbreiding van het rioleringsnetwerk, moeten door de ontwikkelaar aan Pidpa volledig betaald zin.

4.1.13.       Voor elke aansluiting op de riolering dient een aanvraag gericht te worden aan Pidpa-Riolering.

4.1.14.       De riolering op privéterrein dient verplicht gekeurd te worden op de afkoppeling van het hemelwater.

o        Beoordeling:

Het advies is gunstig, mits er voldaan wordt aan de bovenstaande te volgen richtlijnen, voorwaarden en regelgeving.
 

  • Telenet
    Het advies gegeven op 24 januari 2019, is geen advies.
     

Argumentatie

-          Watertoets

Bij de aanvraag voor het bouwen van een woning dienen de voorwaarden uit de gewestelijke hemelwaterverordening te worden nageleefd.

 

o        Functionele inpasbaarheid
Het bouwen van een vrijstaande eengezinswoning is functioneel inpasbaar in deze omgeving.

 

o        Het mobiliteitsaspect
De aanvraag heeft weinig effect op de mobiliteit in de omgeving.

 

o        De schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid
Indien de aanvraag conform is met de voorschriften betreffende woonpark past het ontwerp in het straatbeeld en is het project is qua schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid aanvaardbaar op het perceel en in de bestaande omgeving.

 

o        Visueel-vormelijke elementen
De materialen van de nieuwe woning moeten in harmonie zijn met de omgeving.

 

o        Cultureel historische aspecten
Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

o        Bodemreliëf
Ophogingen worden niet toegestaan. Het perceel dient mooi aan te sluiten aan de aanpalende percelen.

 

o        Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
De afstanden tot de perceelsgrenzen dienen voldoende te zijn om de goede nabuurschap en privacy te kunnen waarborgen.

 

-          Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepaling, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijke stedenbouwkundig ambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke stedenbouwkundig ambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen verleent positief stedenbouwkundig attest vergunning aan GEO MAPE voor het bouwen van een ééngezinswoning in Drijhoekdreef 6, afdeling 2 sectie B nummers 19N onder volgende voorwaarden:

  • het gebouw dient enkel als eengezinswoning te worden aangewend;
  • de woning dient te worden uitgerust met voldoende correct geïnstalleerde rookmelders, volgens de normen van het decreet houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders van 8 mei 2009;
  • bij een eventuele aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning op deze eigendom dient er voldaan te worden aan de gewestelijke/provinciale/gemeentelijke verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater;
  • de oprit in 1 geheel mag 5m breed zijn, in meerdere delen te samen 6m breed. De eerste 5m dient deze breedte aangehouden te worden. Alle verhardingen dienen tot op 3m van de eigendomsgrenzen verwijderd te blijven;
  • De verhardingen mogen maximum 10% van de totale perceelsoppervlakte zijn;
  • De totale bebouwde grondoppervlakte voor hoofd- en bijgebouwen mag maximum 250m² zijn;
  • het advies van de gemeentelijke milieuambtenaar naleven;
  • het advies van Pidpa-Riolering naleven;
  • het advies van Pidpa naleven;
  • het advies van Integan;
  • Het advies van natuur en bos naleven.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Stedenbouwkundig attest - Brechtseheideweg 13 - LANDMETERSKANTOOR VORSSELMANS bv bvba - het bouwen van een woning - SA 2018/9

 

 

Feiten en context

  • Dossiergegevens

Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door LANDMETERSKANTOOR VORSSELMANS bv bvba, met als adres Lorkenlaan 16 te 2980 Zoersel, ontvangen op 3 december 2018. Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk verklaard op 6 december 2018.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres Brechtseheideweg 13.

Het betreft een aanvraag van een stedenbouwkundig attest voor het bouwen van een woning.

 

  • Planologische context

Het goed ligt in gebieden voor verblijfrecreatie volgens het gewestplan Antwerpen van 3 oktober 1979.

Het goed ligt niet binnen de grenzen van een ruimtelijk uitvoeringsplan.

Het goed is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg Kotsbos Wijziging, goedgekeurd op 19 juni 2006.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Het eigendom is niet getroffen door een rooilijn.

 

  • Specifieke voorschriften

Het BPA Kotsbos herziening bepaalt:

Artikel 1: Zone voor verblijfsrecreatie met beperkt woonrecht

1.1.     Bestemming

o        Eéngezinswoning: als hoofdverblijf van een gezin; of weekendverblijf of tweede verblijf: als tijdelijk, onderbroken verblijf van een gezin. Per perceel is slechts één weekendverblijf of ééngezinswoning toegelaten.

o        Caravans, zwembaden en tennisvelden zijn niet toegelaten.

o        Beplantingen: hoogstammen en heesters.

1.2.     Verkaveling
Nieuwe verkavelingen of herverkavelingen van bestaande percelen zijn niet toegestaan.

1.3.     Reliëfwijzigingen
Reliëfwijzigingen en hellende op- en afritten blijven beperkt tot maximum 0,50m ten opzichte van het oorspronkelijke maaiveld en op voorwaarde dat ze geen invloed hebben op de waterhuishouding en op de natuurlijke loop van het hemelwater naar en van de aanpalende percelen. Hoogteverschillen worden op het eigen terrein opgevangen en er wordt steeds aangesloten op het peil van de aanpalende percelen.

1.4.     Waterzuivering en waterbeheer

In functie van een integrale waterhuishouding dient te worden voldaan aan de volgende richtlijnen:

o        het ter plaatse opvangen en bufferen van hemelwater afkomstig van daken;

o        het maximaal plaatselijk en tijdig verbruiken van dit gebufferde oppervlaktewater of het plaatselijk infiltreren ervan en het minimaal lozen van het oppervlaktewater naar het waterlopenstelsel;

o        zolang er geen aansluiting is op een gezamenlijk rioolnet met afvalwaterzuiveringsinstallatie of op het openbaar rioolnet, moet elk weekendverblijf of elke ééngezinswoning ten minste aangesloten zijn op een septic tank of een alternatief waterzuiveringssysteem. Rechtstreekse lozing van het afvalwater in open grachten is verboden.

1.5.     Nutsvoorzieningen
Alle aansluitingen en de distributie van elektriciteit gebeuren ondergronds via een openbaar toegankelijk distributienet.
Tanks voor gas en andere brandstoffen kunnen bovengronds opgericht worden, wanneer ze een inhoud hebben van maximaal 500 liter. Deze tanks dienen met een streekeigen groenscherm afgeboord te worden indien ze niet verdekt en aansluitend aan de woning worden opgesteld.
Tanks met een groter volume dan 500 liter dienen ondergronds aangebracht te worden.
Er is slechts één tank per ééngezinswoning of weekendverblijf toegelaten.

1.6.     Erfscheidingen
Op de zij- en achterste perceelsgrens zijn enkel volgende afsluitingen toegelaten: draadafsluitingen en hagen met een maximale hoogte van 2m. Langs de perceelsgrenzen met het geklasseerde landschap Brechtse Heide zijn deze draadafsluitingen enkel toegelaten wanneer aan de buitenkant (kant Brechtse Heide) van deze draadafsluiting een haag in streekeigen beplanting wordt aangeplant. Op de voorste perceelsgrens mogen enkel volgende afsluitingen en hagen met een maximale hoogte van 1m.
Erfscheidingen in prikkeldraad, betonplaten, stenen muren, houten palen met dwarsplanken, houten panelen, houten vlechtschermen en rietmatten en dergelijke zijn verboden.

1.7.     Specifieke voorschriften binnen de bouwstrook

1.7.1.     Plaatsing van de gebouwen
Het weekendverblijf of de ééngezinswoning is een vrijstaand gebouw, opgetrokken binnen de bouwstrook, waarvan:

o        de voorgevel en de eventueel naar de straat gerichte zijgevel zich op minimum 6 m achter de rooilijn bevinden;

o        de zijgevels zich op minimum 3m van de zijdelingse perceelsgrens bevinden;

o        de achtergevel zich op minimum 6m van de achterste perceelsgrens bevindt.

Terrassen zijn aansluitend aan het weekendverblijf of de ééngezinswoning.

1.7.2.     Afmetingen van de gebouwen

o        Terreinbezetting: maximaal 80m² en maximaal 20m² al of niet overdekt terras.

o        Voorgevelbreedte: minimaal 5m.

o        Kroonlijsthoogte: minimaal 2,50m en maximaal 3,50m.

o        Nokhoogte: maximaal 7,50m.

o        Kelderverdieping: niet toegestaan.

o        Bovenverdieping in het dakvolume is toegestaan.

1.7.3.     Welstand van de gebouwen
Ieder gebouw dient op architecturaal gebied in harmonie te zijn met de omgeving én dient tevens op zichzelf een harmonisch geheel te vormen door een gepast gebruik van de aard en de kleur van de materialen.

a.      Dakvorm:

o        de daken worden uitgevoerd met een maximale dakhelling van 45°;

o        dakuitbouwen zijn toegelaten tot maximum 1/10 van het dakoppervlak van elk dakvlak;

o        dakoversteken komen maximum 0,40m voorbij de bouwperimeter;

o        zonnepanelen zijn toegelaten indien zij in het dakvlak liggen;

o        dakvlakvensters zijn toegelaten.

b.      Gevelmaterialen

De gevels worden uitgevoerd in gevelsteen, natuursteen, hout, glas, sierbepleistering of leem. Betonplaten en geprofileerde staalplaten zijn verboden.

c.      Dakbedekking

De dakbedekking wordt uitgevoerd in dakpannen, tegelpannen, leien of zink of koperplaten. Bitumineuze dakbedekking of roofing wordt enkel toegestaan op platte daken. Golfplaten zijn verboden.

1.7.4.     Verhardingen binnen de bouwstrook
Verhardingen binnen de bouwstrook zijn slechts toegelaten als toegang tot het weekendverblijf of de ééngezinswoning en als terras, met een maximale verharde oppervlakte van 20% van de bouwstrook. Alle verhardingen zijn kleinschalig en enkel toegelaten in waterdoorlatende materialen (betonstraatstenen, klinkers, dolomiet…).

1.7.5.     Beplantingen binnen de bouwstrook

o        Het niet-bebouwde en niet-verharde gedeelte van de bouwstrook moet als groene ruimte worden aangelegd en als zodanig worden behouden.

o        Het verwijderen van bomen en struiken is enkel toegelaten om toegang te nemen tot het weekendverblijf, op de plaats waar de constructie opgericht wordt en binnen een zone van 3m er rond.

o        De inplanting van de constructie dient zodanig te worden gekozen dat zo weinig mogelijk hoogstammige bomen dienen te worden gekapt. Deze inplanting moet verantwoord worden aan de hand van een gedetailleerd plan van de bestaande toestand, waarop de beplanting is weergegeven. Aan de stedenbouwkundige vergunning kunnen voorwaarden worden opgelegd met het doel het vrijwaren of herstellen van bestaande begroeiing of het realiseren van nieuwe aanplantingen.

o        Alle aanplantingen moeten geschieden in overeenstemming met de natuurlijke begroeiing, zodat het bebost gebied behouden blijft, en met soorten volgens de lijst van streekeigen bomen en heesters.

 

  • Bestaande toestand

Op het perceel is vandaag een berging aanwezig volgens het kadaster van 1984.

De totale bebouwde oppervlakte bedraagt +/- 45m² op een perceel van circa 722m².

Het perceel is niet gelegen in de dorpskern maar in de vroegere weekendzone ‘Kotsbos’.

Het links aanpalende perceel wordt gebruikt als een ééngezinswoning.

Het rechts aanpalende perceel wordt gebruikt als een weekendwoning.

In het straatbeeld komen volgende bestemmingen voor: ééngezins- en weekendwoningen.

De straat is een gemeenteweg en worden weinig gebruikt als doorgangsweg.

De directe omgeving wordt gekenmerkt door open bebouwing.

Het karakter en de stijl in de omliggende omgeving is een mix van verschillende stijlen.

Het pand is niet als monument geklasseerd en is niet opgenomen op de inventaris van onroerend erfgoed.

Het perceel is gelegen in effectief overstromingsgevoelig gebied.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag gaat over de nieuwbouw van een woning en het rooien van bomen op een perceel van 722m².

De nieuwe woning dient te worden opgericht conform met de geldende voorschriften.

Het perceel is een vrij bebost perceel waarvan er een deel verwijderd worden.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Artikel 5.3.1. §1 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 1 september 2009
    Het stedenbouwkundig attest geeft op basis van een plan aan of een overwogen project in redelijkheid de toets aan de stedenbouwkundige voorschriften, de eventuele verkavelingsvoorschriften en een goede ruimtelijke ordening zal kunnen doorstaan. Het wordt afgeleverd door het college van burgemeester en schepenen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009
    Dit uitvoeringsbesluit regelt de aanwijzing van de instanties die over een vergunningsaanvraag advies verlenen.

 

Inspraak en advies

  • Agentschap voor Natuur en Bos
    Het advies gegeven op 10 december 2018, is voorwaardelijk gunstig.
    De aanvraag omvat een stedenbouwkundig attest voor een bebost perceel. Een latere aanvraag tot omgevingsvergunning zal dan ook een ontbossing met zich meebrengen. Indien de aanwezige constructies op het perceel niet vergund (geacht) zijn, dan is de volledige perceelsoppervlakte als bos te beschouwen.

Volgens het gewestplan is het perceel gelegen in een recreatiegebied. Volgens artikel 90bis van het Bosdecreet (laatst gewijzigd bij decreet van 8 november 2014) kan ontbossing voor algemeen belang, of in woongebied of industriegebied, of gelegen in een goedgekeurde verkaveling, vergund worden mits compensatie.

In alle andere gevallen dient voorafgaandelijk een ontheffing van het ontbossingsverbod aangevraagd of verkregen te worden. De beoordeling of de ontheffing kan toegestaan worden, wordt bekeken op basis van de effectieve aanvraag tot ontheffing van het ontbossingsverbod.

Bij de latere aanvraag tot omgevingsvergunning zal bovendien een sluitend boscompensatievoorstel toegevoegd moeten worden, zo niet is de aanvraag onvolledig.

Er werd voor deze adviesvraag stedenbouwkundig attest geen terreinbezoek afgelegd. Zodoende is het niet uit te sluiten dat bij een latere terreincontrole op basis van de aanvraag tot omgevingsvergunning bijkomende voorwaarden worden opgelegd in het kader van het soortenbesluit, natuurdecreet en/of bosdecreet.
Indien de aanvraag niet vervat zit in een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling, dient voorafgaandelijk een ontheffing van het ontbossingsverbod aangevraagd en verkregen te worden. De beoordeling of dergelijke ontheffing kan toegestaan worden, wordt bekeken op basis van de effectieve aanvraag tot ontheffing van het ontbossingsverbod.

Bij de aanvraag tot omgevingsvergunning zal bovendien een sluitend boscompensatievoorstel toegevoegd moeten worden, zo niet is de aanvraag onvolledig.
 

  • Departement Leefmilieu Dienst Integraal Waterbeleid
    Het advies gegeven op 8 januari 2019, is voorwaardelijk gunstig.
    Gunstig, mits rekening gehouden wordt met de voorwaarden en maatregelen opgelegd in punt 4, in het bijzonder met de daar vermelde aandachtspunten, aanbevelingen en voorwaarden:

o        De infiltratievoorziening moet volledig boven de gemiddelde voorjaarsgrondwaterstand geplaatst worden;

o        Er mag geen ruimte voor water verloren gaan;

o        Er moet overstromingsvrij gebouwd worden / veilig vloerpeil;

o        De eigenaar dient alle nodige voorzorgingsmaatregelen te nemen om waterschade in de woning te voorkomen;

o        De kelder is op risico van de bouwheer;

o        De kelder kan ook uitgevoerd worden als overstroombare kruipkelder (dan is er geen compensatie nodig);

o        De ophoging dient zich te beperken tot de woning en het terras;

o        Iedere ophoging moet worden gecompenseerd door een afgraving op het terrein (er mag geen grond van elders aangevoerd worden).

  • Verenigbaarheid met het watersysteem
    Het perceel is ingekleurd als effectief overstromingsgevoelig volgens de watertoetskaart.

Het is dan ook noodzakelijk om voor de toekomstige woning zelf een veilig bouwpeil te hanteren. Kelders, behalve een overstroombare kruipkelder, worden vanuit het oogpunt van waterbeheer afgeraden. Indien de eigenaar toch opteert voor een kelder is dit op eigen risico.

Om de waterproblematiek op de nabijgelegen percelen niet te verergeren worden vanuit oogpunt water reliëfwijzigingen (ophogingen) verboden binnen de tuinzone. Enkel ter hoogte van de woning en het terras mag er, mits compensatie op eigen perceel, opgehoogd worden.

Mogelijke schadelijke effecten zouden kunnen ontstaan door:

  • Wijziging van infiltratie naar het grondwater.

De aanvraag dient te voorzien in maatregelen die het negatieve effect voldoende herstellen/compenseren. Conform de gewestelijke verordening, hemelwater dient er een hemelwaterput en een infiltratievoorziening voorzien te worden. Bijkomende aandachtspunten hierover worden reeds meegegeven onder punt 4.2.1.

  • Voorwaarden en maatregelen
  • Algemene wettelijke voorwaarden
  • Waterkwantiteit: vasthouden > bergen > afvoeren
    Niet functionele verharde oppervlakten moeten vermeden worden. Eventuele verharding is bij voorkeur waterdoorlatend. Het dakwater moet zoveel mogelijk hergebruikt worden (als toiletspoeling, waswater, beregening, …) Het overige afstromende hemelwater (niet doorlaatbare verharde oppervlakten, overloop regenwaterput, …) moet worden geïnfiltreerd en/of – wanneer de bodem geen of slechts beperkte infiltratie toelaat – gebufferd. Slechts een zeer beperkte hoeveelheid mag worden afgevoerd. Er moet minstens voldaan zijn aan de Gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater.
  • Riolering: voorkomen > scheiden > zuiveren

Het is verboden huishoudelijk afvalwater te lozen in de RegenWaterAfvoerleiding en regenwater in de DroogWeerAfvoerleiding. Het is uiteraard verboden huishoudelijk afvalwater te lozen in een oppervlaktewater als er kan aangesloten worden op een DroogWeerAfvoerleiding. De lozing van huishoudelijk afvalwater in de gewone oppervlaktewateren of in de kunstmatige afvoerwegen voor hemelwater moet voldoen aan de voorwaarden opgenomen in deel 4 van Vlarem II; een IBA of kleinschalige waterzuivering dient voorzien.

4.1.1.      Specifieke voorwaarden (artikel 8 §1 DIW van 18 juli 2003 en artikel 7 § 1 4° UB van 20 juli 2006).

Teneinde het schadelijk effect te voorkomen/beperken/herstellen/compenseren worden de volgende specifieke voorwaarden opgelegd:

4.2.1.      Voor de wijziging van infiltratie naar het grondwater

Voor wat betreft het aspect infiltratie kunnen de schadelijke effecten worden ondervangen indien de aanvraag minstens voldoet aan de gewestelijke, provinciale, gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten en andere. Verder moet voldaan worden aan artikel 6.2.2.1.2. §2 4 van Vlarem II met betrekking tot de afvoer van hemelwater, doelstelling 6° a) opgenomen in artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid en het concept ‘vasthouden-bergen-afvoeren’ dat opgenomen is in de waterbeleidsnota en bekkenbeheerplannen. Prioriteit moet uitgaan naar hergebruik van hemelwater, en vervolgens naar infiltratie boven buffering met vertraagde afvoer.

Om infiltrerend te werken is het belangrijk dan een infiltratievoorziening volledig boven de hoogste grondwaterstand (= gemiddelde voorjaarsgrondwaterstand) wordt geplaatst. Volgens de bodemkaart ligt deze grondwaterstand op 60cm diepte. De werkelijke diepte van de grondwaterstand kan echter (licht) afwijken van deze kaartgegevens. Daarom wordt geadviseerd om de grondwaterstand in februari / maart na te gaan en te kiezen voor een infiltratievoorziening die hier volledig boven geplaatst kan worden.

Een open infiltratievoorziening (type wadi), is de beste optie wanneer het perceel een hoge voorjaarsgrondwaterstand heeft.

Voorwaarde

  • De infiltratievoorziening moet volledig boven de gemiddelde voorjaarsgrondwaterstand geplaatst worden.
    1.   Voor de wijziging van overstromingsregime

Er mag geen ruimte voor water verloren gaan of het ingenomen overstromingsvolume dient gecompenseerd te worden. Door het oprichten van constructies en door ophogingen wordt immers overstroombare ruimte ingenomen, waardoor op die plaats geen overstromingswater geborgen kan worden. Dit kan er toe leiden dat het gevaar voor wateroverlast in de omgeving toeneemt. Om de overstromingsproblemen in de omgeving te beperken, moet het verlies van waterbergingsruimte dan ook vermeden worden of effectief gecompenseerd worden. Dit moet in de onmiddellijke omgeving gebeuren en minimum hetzelfde overstromingsvolume moet gecompenseerd worden. Het verlies in waterbergingsruimte kan gecompenseerd worden door een oppervlakkige afgraving op het terrein (afgravingen onder het grondwaterniveau zijn echter niet effectief) en/of met een overstroombare kruipkelder onder de gebouwen. Een eventuele ophoging is dan ook enkel toegelaten ter hoogte van de woning zelf; het omliggende terrein mag in geen geval opgehoogd worden.

Voorwaarde:

  • Er mag geen ruimte voor water verloren gaan.
  • Een eventuele ophoging is enkel toegelaten ter hoogte van de woning zelf, het omliggende terrein mag in geen geval opgehoogd worden.

Op basis van eerder opgetreden overstromingen in combinatie met het digitaal hoogtemodel en het model van de Knotsbosloop blijkt dat de omgeving al te kampen had met wateroverlast. Ergere overstromingen dan in het verleden zijn ook niet uit te sluiten en er kan geen sluitende garantie gegeven worden dat er zich op het perceel in de toekomst geen wateroverlast meer zal voordoen.

Door het overstromingsrisico moet het vloerpeil van het toekomstig aan te leggen gebouw voldoende hoog gekozen worden, zodat deze overstromingsvrij gebouwd wordt. In dit geval wordt aangeraden om als veilig bouwpeil het peil van de aanliggende weg aan te houden. Bij de plaatsing van een hemelwaterput, ondergrondse (mest)kelder, ondergrondse brandstoftank, verwarmingsketel, moet er op gelet worden dat er geen verontreinigd overstromingswater de put kan binnendringen.

Voorwaarden:

  • Er moet overstromingsvrij gebouwd worden (vloerpeil op minstens het peil van de aanliggende weg).
  • De eigenaar dient alle nodige voorzorgingsmaatregelen te nemen om waterschade in de woning te voorkomen.
     
  • Eandis System Operator
    Het advies gegeven op 20 februari 2019, is geen advies.
    Er is een elektriciteitsnet aanwezig.
     
  • Gemeentelijke milieuambtenaar
    Het advies gegeven op 21 maart 2019, is voorwaardelijk gunstig.
    De aanvrager heeft op verzoek het inplantingsplan gewijzigd. De bouwstrook wordt beperkt in functie van een aantal waardevolle bomen zodat voldaan wordt aan het algemene principe van de minste milieuschade.
    Er kan akkoord gegaan worden mits toepassing van het gewijzigde inplantingsplan van 6 maart 2019 waarbij de bouwstrook wordt beperkt in functie van een aantal waardevolle te behouden bomen.
     
  • Pidpa
    Het advies gegeven op 28 januari 2019, is geen advies.
    Geen uitbreiding noodzakelijk.
     

Argumentatie

  • Watertoets

Bij de aanvraag voor het bouwen van een woning dienen de voorwaarden uit de gewestelijke hemelwaterverordening te worden nageleefd.

 

  • Functionele inpasbaarheid
    Het bouwen van een vrijstaande eengezinswoning is functioneel inpasbaar in deze omgeving.

 

  • Het mobiliteitsaspect
    De aanvraag heeft weinig effect op de mobiliteit in de omgeving.

 

  • De schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid
    De aanvraag dient volledig conform met de geldende voorschriften te worden aangevraagd zodat het project aanvaardbaar is op het perceel en in de bestaande omgeving.

 

  • Visueel-vormelijke elementen
    De voorschriften van het BPA dienen gevolgd te worden.

 

  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

  • Bodemreliëf
    Hoogteverschillen zijn beperkt, worden op eigen terrein opgevangen en ze worden aangesloten op het peil van de aanpalende eigendommen.

 

  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    De afstanden tot de perceelsgrenzen dienen conform het bpa te zijn om de goede nabuurschap en privacy te waarborgen.

 

  • Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepaling, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijke stedenbouwkundig ambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke stedenbouwkundig ambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen verleent positief stedenbouwkundig attest vergunning aan LANDMETERSKANTOOR VORSSELMANS bv bvba voor het bouwen van een woning in Brechtseheideweg 13, afdeling 1 sectie A nummers 113C3 onder volgende voorwaarden:

  • het gebouw dient enkel als eengezinswoning te worden aangewend;
  • de woning dient te worden uitgerust met voldoende correct geïnstalleerde rookmelders, volgens de normen van het decreet houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders van 8 mei 2009;
  • er moet een Individuele Basisinstallatie voor Afvalwater (IBA) voorzien worden die voldoet aan de Vlarem wetgeving;
  • de voorschriften van het BPA Kotsbos herziening, zone voor verblijfsrecreatie met beperkt woonrecht naleven;
  • bij een eventuele aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning op deze eigendom dient er voldaan te worden aan de gewestelijke/provinciale/gemeentelijke verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater;
  • de oprit in 1 geheel mag maximaal 5m breed zijn, in meerdere delen te samen maximaal 6m breed. De oprit dient 3m van de eigendomsgrenzen verwijderd te zijn;
  • het advies van de gemeentelijke milieuambtenaar naleven;
  • het advies van het Agentschap voor Natuur en Bos naleven;
  • het advies van de provincie Antwerpen, dienst waterbeleid naleven.
  • het gedeelte van het perceel van circa 183m² gelegen in artikel 3 openbare wegenis van BPA Kotsbos – herziening moet kosteloos overgedragen worden aan de gemeente;
  • de kosten van de grondafstand, notariële kosten inbegrepen, vallen ten laste van de aanvrager.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Bouwen - Turnhoutsebaan 101 - High Stars Company - het verbouwen van een handelspand - SV 2019/219 - hoorzitting deputatie

 

 

Voorgeschiedenis

          Stedenbouwkundige vergunningen:

          11 mei 1956 - vergunning - gevelveranderingen - 195656

          22 mei 1959 - vergunning - plaatsen lichtreclame - 195980

          3 maart 1961 - vergunning - verbouwen achterbouw - 196136

          1 juni 1962 - vergunning - lichtreclame - 196260

          12 september 1963 - vergunning - verbouwing - 1963103

          24 oktober 1963 - vergunning - voorgevelverandering - 1963128

          19 oktober 1967 -vergunning - garage - 1967121

          23 januari 1970 - vergunning - reclamebord - 197017

          20 juli 1999 - vergunning - aanbouwen woongelegenheid aan winkel - 1999190

          08 februari 2000 - vergunning - bouwen van een tuinhuis - 20005

          Huidig dossier

          13 maart 2017 - weigering - college van burgemeester en schepenen

          8 juli 2017 - vergunning - deputatie

          22 januari 2019 - ontvankelijk - Raad voor Vergunningenbetwistingen

          16 april 2019 - hoorzitting - deputatie

 

Juridische gronden

Artikel 4.7.21 Vlaamse codex ruimtelijke ordening van 8 mei 2009
Tegen de uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissing van het college van burgemeester en schepenen omtrent de vergunningsaanvraag kan een georganiseerd administratief beroep worden ingesteld bij de deputatie van de provincie waarin de gemeente is gelegen.

 

Argumentatie

          De aanvraag is niet in overeenstemming met artikel 14 parkeer-, laad- en stopplaatsen van het geldende BPA Turnhoutsebaan. Om een parkeerproblematiek ter hoogte van het perceel te vermijden, kan er geen afwijking bekomen worden .

          Het college van burgemeester en schepenen besliste om beroep in te stellen tegen de vergunning bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen omdat in de afgeleverde vergunning door de deputatie de toegang tot de parkeerplaatsen niet gegarandeerd was.

          Het college van burgemeester en schepenen besliste op 18 september 2017 dat High Star Company een stedenbouwkundige vergunning diende aan te vragen voor de ontbrekende parkeerplaatsen. Tot op heden hebben ze hiervoor nog geen vergunning verkregen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van voormelde hoorzitting op 16 april 2019 en beslist hiervoor meester Tijs van Forum Advocaten af te vaardigen.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Gecoro - voorstel samenstelling

 

 

Voorgeschiedenis

De huidige Gemeentelijke Commissie Ruimtelijke Ordening (Gecoro) werd samengesteld door de gemeenteraad op 27 mei 2013.

 

Feiten en context

          De Gecoro heeft als voornaamste taak het geven van advies tijdens de ontwerpfase van gemeentelijke plannen van aanleg (structuurplan, uitvoeringsplannen, …). Naast deze opdrachten ingevolge de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) kan ze ook advies geven, opmerkingen maken of voorstellen doen over alle aangelegenheden met betrekking tot de gemeentelijke ruimtelijke ordening, op eigen initiatief of op verzoek van het college van burgemeester en schepenen of de gemeenteraad.

          De huidige Gecoro telt 13 effectieve leden (en 12 plaatsvervangende leden) waarvan 8 deskundigen (voorzitter inbegrepen) en 5 afgevaardigden van de maatschappelijke geledingen. Deze 5 afgevaardigden zijn afkomstig uit de cultuurraad, sportraad, jeugdraad, milieuraad en KMO- en vrije beroepenraad.

          Na de installatie van de nieuwe gemeenteraad wordt er van start gegaan met de samenstelling van een nieuwe Gecoro.

          Mogelijke maatschappelijke geledingen waaruit afgevaardigden kunnen worden gekozen:

          Milieu- en natuurverenigingen

          Zelfstandigen

          Handelaars

          Landbouwers

          Werknemers

          Toeristische sector

          Weekendzones

          Jeugd

          Senioren

          Gehandicapten

          Vrouwenverenigingen

         

          Mogelijke deskundigen zijn landmeters, architecten, verkeersdeskundigen, ruimtelijk planners, advocaten, immobiliënmakelaars, …

 

Juridische gronden

          Artikel 1.3.3. en 1.3.4. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO)
De taken en de samenstelling van de Gecoro.

          Het uitvoeringsbesluit over de organisatie en de werking van de Gecoro

 

Argumentatie

          Het aantal leden is afhankelijk van het aantal inwoners van de gemeente:

          voor een gemeente van meer dan 10.000 en niet meer dan 30.000 inwoners is het aantal leden minimum 9 en maximum 13.

          minimum één vierde van de leden, waaronder de voorzitter, zijn deskundigen inzake ruimtelijke ordening.

          minstens 4 verschillende maatschappelijke geledingen moeten opgeroepen worden om één of meerdere vertegenwoordigers voor te dragen.

          De Gecoro is bij voorkeur zoveel mogelijk een afspiegeling van de lokale samenleving.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen zal aan de gemeenteraad volgende zaken voorstellen:

          De Gecoro zal bestaan uit minimaal 11 en maximaal 13 leden waarvan minimaal 4 deskundigen (voorzitter inbegrepen) en minimum 4 afgevaardigden van maatschappelijke geledingen. Er wordt gestreefd naar een maximale bezetting van 13 leden.

          De werving van de deskundigen en afgevaardigden van maatschappelijke geledingen zal gebeuren via een zo ruim mogelijke bekendmaking.

          De omgevingsambtenaar zal optreden als vaste secretaris.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen beslist het voorstel tot samenstelling van de Gecoro over te maken aan de gemeenteraad van april 2019.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Bouwkamer - huishoudelijk reglement

 

 

Voorgeschiedenis

          25 februari 2019: eerste Bouwkamer

          22 maart 2019: tweede Bouwkamer

 

Juridische gronden

Artikel 56 van het decreet lokaal bestuur
De bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen.

 

Argumentatie

Het huishoudelijk reglement regelt de werking van de Bouwkamer.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen keurt het huishoudelijk reglement van de Bouwkamer goed, mits aanpassing van artikel 15 (in principe staande de vergadering) en artikel 16 (mailen ter kennisgeving aan de leden van het college van burgemeester en schepenen).

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Woonbegeleiding CAW - bijkomende trajecten 2019

 

 

Voorgeschiedenis

          18 april 2011- de gemeenteraad beslist om toe te treden tot de interlokale vereniging lokaal woonbeleid Midden, IVLW Midden

          15 december 2014 - de gemeenteraad keurt de verlengingsaanvraag van IVLW Midden goed (periode 2015 - 2018) en beslist hiermee verder deel te nemen aan de vereniging

          3 april 2017 - beslissing van het college van burgemeester en schepenen om de nodige
middelen te voorzien in 2017 en 2018 om mee te kunnen instappen in het project
woonbegeleiding via een samenwerkingsovereenkomst

          8 mei 2017 - het college van burgemeester en schepenen keurt de samenwerkingsovereenkomst woonbegeleiding CAW goed

          18 december 2017 - de gemeenteraad keurt de verlening subsidieaanvraag
(1 werkingsjaar 2018/2019) goed

          19 november 2018 - het college van burgemeester en schepenen beslist om de woonbegeleidingen in samenwerking met het CAW verder te zetten en 2 trajecten te voorzien voor 2019

 

Feiten en context

          In 2017 en 2018 werden 2 trajecten per jaar voorzien. Deze werden volledig benut.

          Voor 2019 zijn er 2 trajecten voorzien. Beiden zijn in het eerste kwartaal ingezet.

 

Juridische gronden

          Artikel 56 § 1 van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen voert de besluiten van de gemeenteraad uit.

          Artikel 4, §3 van de Vlaamse Wooncode van 15 juni 1997
De gemeente is aangesteld als coördinator en regisseur van het lokale woonbeleid.

          Artikelen 22, 24 en 29bis van het besluit van de Vlaamse regering van, 12 oktober 2007 tot regeling van het sociaal huurstelsel ter uitvoering van titel VIII van de Vlaamse Wooncode, waarbij kandidaat huurders een versnelde toewijzing kunnen genieten indien er een individuele woonbegeleidingsovereenkomst wordt afgesloten.

          Decreet van 8 mei 2009 inzake het algemeen welzijnswerk en de decretale opdracht van de CAW ’s.

 

Argumentatie

          Er is een stijging in het aantal dossier met multi-problematieken.

          Er wordt voorgesteld om 4 bijkomende trajecten te voorzien voor 2019.

 

Financiële gevolgen

 

Actie

3.2.2.1.

Algemene rekening

649400000

Beleidsveld

610

Bedrag

Visum financieel beheerder

11.200,00 euro

nvt

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist om 4 extra trajecten woonbegeleiding bij het CAW aan te vragen voor 2019.
Artikel 2. De nodige middelen worden bij de eerste budgetwijziging voorzien.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Uitvoering bestek 2018-038/TDU - straatmeubilair - goedkeuring wijzigingen locaties, meubilairtype, hoeveelheden, verhardingen, verdere planning

 

 

Voorgeschiedenis

          21 oktober 2013: college van burgemeester en schepenen geeft haar goedkeuring aan de adviesvraag over locaties van zitbanken/vuilnisbakken aan alle adviesraden.

          3 februari 2014: stuurgroep groene huisstijl verwerkt de adviezen van de verschillende adviesraden en maakt een globale visie en rapporteert deze aan het college van burgemeester en schepenen.

          10 februari2014: college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de adviezen van de verschillende adviesraden en laat aan deze adviesraden een antwoord. Het college van burgemeester en schepenen gaat akkoord met de verdere planning en beslist opdracht te geven om een detailplan van inplanting op te maken. Het detailplan moet afgetoetst worden bij de verschillende betrokken diensten.

          18 december 2017: gemeenteraad keurt het bestek 2017-053/TDU en de raming voor het leveren en plaatsen van straatmeubilair goed.

          23 april 2018: college van burgemeester en schepenen verleent goedkeuring aan de stopzetting van de procedure wegens geen geschikte offertes en beslist in dezelfde zitting een heropstart van dit bestek onder nieuwe nummer.

          22 oktober 2018: college van burgemeester en schepenen verleent goedkeuring aan de gunning van de opdracht “Leveren en plaatsen van straatmeubilair” aan VVS NV, Veldstraat 107 te 3500 Hasselt tegen het nagerekende inschrijvingsbedrag van 177.353,30 euro excl. btw of 214.597,49 euro incl. 21% btw voor perceel 1 en aan Belurba bvba, Heikant 5 te 3930 Hamont-Achel-TYPE 1 OPTIE 1, tegen het nagerekende en verbeterde inschrijvingsbedrag van 321.474,60 euro excl. btw of 388.984,27 euro incl. 21% btw. In dit bestek is voorzien in het leveren van 35 picknickbanken waarvan 31 te plaatsen over het gehele grondgebied, het leveren van 106 zitbanken met rugleuning waarvan 96 te plaatsen, het leveren van 36 zitbanken zonder rugleuning waarvan 32 te plaatsen, het leveren van 173 afvalbakken waarvan 157 te plaatsen.

          De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 2018-038/TDU.

 

Feiten en context

          In overleg met de aangestelde aannemers is afgesproken om de effectieve start van de uitvoering op de voorziene locaties begin april 2019 in te plannen.

          Het gehele grondgebied is ingedeeld in zeven wijken. Voor vijf wijken zijn de voorbereidingen voor de aannemer klaar. Per locatie werden gekleurde piketten aangebracht en werd een genummerde foto met GPS herkenning genomen.

          Tijdens de voorbereiding van de opdracht werd vastgesteld dat de plaatsingslijst die in 2013 werd opgesteld op sommige locaties niet meer voldoet aan de actuele noden.

 

Juridische gronden

          Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

          Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.

          Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.

          Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.

          Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 36.

          Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 38/2.

          Koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.

 

Argumentatie

          Bij het uitzetten van de locaties met piketten is gebleken dat de in 2013 opgestelde locatielijst op sommige plaatsen niet meer voldoet aan de actuele noden of niet overal overeenstemt met de reële plaatsingsmogelijkheden van de locatie.

          Op de locaties Breeveld, Renier Sniederspad en Koekoeksdreef is meubilair voorzien maar dit blijkt in de praktijk niet relevant of geen zinvolle plek te zijn. Er wordt voorgesteld om de plaatsing van nieuw meubilair te schrappen.

          Op enkele locaties zoals onder meer Driehoeksbos wordt een onevenwichtige verdeling vastgesteld omdat er te veel of te weinig voorzien is.

          Op enkele locaties zoals onder meer Philippedreef kruispunt N121 staan nog grote herinrichtingswerken in uitvoerings- of planningsfase.

          Het pleintje August Dierckxlaan is aan een totaalrenovatie toe zodat uitstel van plaatsing aangewezen is.

          Enkele locaties zoals onder meer rondom gemeentehuis waren niet opgenomen of zijn nieuw doordat deze recent ontwikkeld werden.

          Op enkele locaties blijkt de ondergrond niet geschikt om het meubilair te verankeren. Bij de opmaak van het bestek was nog niet bekend aan welke vereisten de ondergrond moet voldoen voor het te gebruiken systeem van verankering in perceel 2.

          Alle wijzigingen van aantallen en verhardingen zijn voorzien in de meetstaat van het bestek omdat er vermoedelijke hoeveelheden opgegeven zijn.

          In de technische bepalingen van het bestek staat expliciet vermeld dat lijsten en locaties niet bindend zijn waardoor het bestuur onvoorziene noodzakelijke wijzigingen kan aanbrengen aan deze locaties.

          In de verdere planning wordt aan De Lijn prijs gevraagd voor vervanging van vuilnisbakken aan bushaltes door een model van De Lijn.

          Voor de bekendmaking is een persmoment voorzien bij de eerste plaatsing. Dit in samenspraak met de aannemer, op een leuke, gemeentelijke, neutrale locatie.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist volgende aanpassingen door te voeren aan de locatielijst:

                      het Dorpshuis aanvullen met één zitbank zonder leuning en één vuilnisbak;

          het speelplein Constant Joosenslei voorzien met één zitbank zonder leuning;

          het gemeentehuis aanvullen met drie zitbanken met leuning, twee picknickbanken en één vuilnisbak;

          in Renier Sniederspad, Breeveld, Koekoeksdreef alles schrappen;

          in Kraanweide Speelplein de zitbanken schrappen;

          in Driehoeksbos wijzigen door één zitbank met leuning, twee zonder leuning, vier picknickbanken en vijf vuilnisbakken;

          in Galgenstraat wijzigen in één zitbank zonder leuning en één vuilnisbak;

          in Heidedreef school wijzigen in een zitbank met leuning en één vuilnisbak;

          in Moerstraat parking en kerkhof wijzigen naar twee zitbanken met leuning en drie vuilnisbakken;

          de petanquevelden onder andere aan de Spildoren en het Kabouterbos extra te bekijken voor de plaatsing (picknick)banken.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft toestemming om alternatieve funderingstechnieken toe te passen waar noodzakelijk is.

Artikel 3. Het college van burgemeester en schepenen geeft uitstel van plaatsing op locaties waar herinrichtingswerken in uitvoerings- of planningsfase zijn namelijk:

          Phillipedreef;

          N121;

          Lindenstraat Chiro;

          het pleintje August Dierckxlaan (opmaak plan vanaf september 2019).

Artikel 4. Het college van burgemeester en schepenen beslist een communicatiemoment te voorzien bij de eerste plaatsingswerken aan de Molenstraat.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Vervangen betongoten - 2019-005/TDU - gunning

 

 

Voorgeschiedenis

          De gemeenteraad verleende in zitting van 18 februari 2019 goedkeuring aan de lastvoorwaarden, de raming en de plaatsingsprocedure van deze opdracht, met name de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.

          Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 25 februari 2019 om de plaatsingsprocedure te starten en volgende ondernemers uit te nodigen om deel te nemen aan de onderhandelingsprocedure:

          ATF nv, Putsebaan 5 te 2040 Antwerpen;

          Hens NV, Bredabaan 54 te 2990 Wuustwezel;

          Vermetten Wegenbouw nv, Industrieweg 11 te 2330 Merksplas.

 

Feiten en context

          De offertes dienden het bestuur ten laatste op 25 maart 2019 om 10.00 uur te bereiken.

          De verbintenistermijn van 120 kalenderdagen eindigt op 23 juli 2019.

          Er werden 3 offertes ontvangen:

          ATF nv, Putsebaan 5 te 2040 Antwerpen (40.137,50 euro excl. btw of 48.566,38 euro incl. 21% btw);

          Hens NV, Bredabaan 54 te 2990 Wuustwezel (47.612,50 euro excl. btw of 57.611,13 euro incl. 21% btw);

          Vermetten Wegenbouw nv, Industrieweg 11 te 2330 Merksplas (45.012,50 euro excl. btw of 54.465,13 euro incl. 21% btw);

 

Juridische gronden

          Decreet lokaal bestuur, meer bepaald artikel 56, betreffende de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen

          Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen

          Bestuursdecreet van 7 december 2018

          Decreet lokaal bestuur, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht

          Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen

          Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° a (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van 144.000,00 euro niet)

          Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen

          Koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°

 

Argumentatie

Op 25 maart 2019 is het verslag van nazicht van de offertes opgesteld.

 

Financiële gevolgen

 

Actie

005/001/013/003

Algemene rekening

22400007

Beleidsveld

0200

Bedrag

Visum financieel beheerder

48.566,38 euro incl. 21% btw

19/020

 

BESLUIT

Artikel 1. Goedkeuring wordt verleend aan het verslag van nazicht van de offertes van 25 maart 2019.

Artikel 2. Het verslag van nazicht van de offertes in bijlage maakt integraal deel uit van deze beslissing.

Artikel 3. De opdracht “vervangen betongoten” wordt gegund aan de economisch meest voordelige bieder (rekening houdend met de beste prijs-kwaliteitsverhouding), zijnde ATF nv, Putsebaan 5 te 2040 Antwerpen, tegen het nagerekende inschrijvingsbedrag van 40.137,50 euro excl. btw of 48.566,38 euro incl. 21% btw.

De waarborgtermijn wordt vastgesteld op 24 maanden.

De uitvoeringstermijn wordt vastgesteld op 20 werkdagen.

Artikel 4. De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 2019-005/TDU.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Afsluiten kiezerslijst-indienen bezwaren

 

 

Voorgeschiedenis

Op 26 mei 2019 zijn er verkiezingen voor het Europees Parlement, de federale Kamer en de Parlementen van de gewesten en de gemeenschappen.

 

Feiten en context

Het college van burgemeester en schepenen gaat over tot afsluiting van de kiezerslijsten opgemaakt op 1 maart 2019, inhoudende 15.075 kiezers.

 

Juridische gronden

          Kieswetboek artikel 18

          Het college van burgemeester en schepenen brengt ter kennis van de kiezers dat eenieder tot 14 mei 2019 (de twaalfde dag vóór de verkiezingen) bezwaar kan indienen tegen de inschrijving, schrapping of weglating van namen op de kiezerslijst, of tegen een onjuistheid in de voorgeschreven vermeldingen.

          Kieswetboek artikel 20

Het bezwaar wordt bij verzoekschrift ingediend bij het college van burgemeester en schepenen.

          Kieswetboek artikel 27

Tegen de beslissing van het college van burgemeester kan beroep aangetekend worden bij het Hof van Beroep.

 

Kennisname

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het afsluiten van de kiezerslijst op 1 maart 2019 en brengt ter kennis van de kiezer dat tot 14 mei 2019 bezwaar kan ingediend worden bij het college van burgemeester en schepenen.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Nominatieve toelagen en projectsubsidies

 

 

Voorgeschiedenis

          Goedkeuring door de gemeenteraad van 22 augustus 2017 van het projectsubsidiereglement.

          E-mail van de heer Roland Doclo van 26 maart 2019 aangaande nominatieve toelagen en projectsubsidies.

 

Juridische gronden

          Artikel 56 §3, 3° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor het financiële beheer, met behoud van de toepassing van de bevoegdheden van de gemeenteraad.

          Artikel 7 van het projectsubsidiereglement
Controle op de toegekende projectsubsidie.

 

Argumentatie

De gemeente wil initiatieven van inwoners en verenigingen ondersteunen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de e-mail van 26 maart 2019 over de nominatieve toelagen en projectsubsidies.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen handhaaft, zoals steeds, de bestaande reglementen.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Onkostenvergoeding klokkenluider Erik Cloodts, vervanger van dhr. Joseph Capenberghs

 

 

Voorgeschiedenis

E-mail van Erik Cloodts op 26 maart 2019 betreffende de onkostenvergoeding voor de torenwachter.

 

Feiten en context

          Erik Cloodts vervangt Joseph Capenberghs als torenwachter voor het opwinden van het torenuurwerk en het luiden van de klokken van de Sint Catharinakerk sinds de heer Capenberghs hiermee gestopt is in 2017 door ernstige gezondheidsproblemen.

          De heer Capenberghs kreeg jaarlijks een onkostenvergoeding voor zijn dagelijkse vrijwillige inzet als torenwachter.

          De heer Capenberghs gaf zijn onkostenvergoeding integraal aan een goed doel in Zuid Amerika aan een vereniging die kansarme kinderen kansen geeft om te kunnen studeren en zich op die manier verder te ontplooien.

          De onkostenvergoeding bedroeg in 2016 1239,47 euro.

          Erik Cloodts vervangt de heer Capenberghs sinds 2017 en zet zich dus dagelijks in als vrijwilliger om de taken van torenwachter uit te voeren, maar heeft tot op heden nog geen onkostenvergoeding gekregen van de gemeente Schilde. 

          Erik Cloodts wil graag dat de onkostenvergoeding rechtstreeks gestort word aan Onthaalcentrum Naboram vzw in Antwerpen. Naboram is een lotgenotenvereniging die sinds 1978 vrouwen en mannen mét en na borstkanker groepeert om patiënten te ondersteunen in de verwerking van hun ziek-zijn en patiënt-zijn. Zij doen dit door aanbieden van lotgenotencontact, informatie en praktische tips.

 

Juridische gronden

Artikel 57 § 3 van het gemeentedecreet
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor: 3° het financieel beheer,

onverminderd de bevoegdheden van de gemeenteraad.

 

Argumentatie

          Voor jarenlange vrijwillige inzet van het opwinden van het uurwerk en het luiden van de klokken van de Sint Catharinakerk kreeg de heer Jos Capenberghs een onkostenvergoeding van 1239,47 euro die hij aan een goed doel schonk.

          De heer Erik Cloodts krijgt tot op heden geen onkostenvergoeding voor zijn inzet als torenwachter in 's-Gravenwezel.

          Er wordt voorgesteld de heer Erik Cloodts ook een onkostenvergoeding te geven door deze als toelage te storten aan Onthaalcentrum Naboram.

 

Financiële gevolgen

 

Actie

nog te bepalen

Algemene rekening

nog te bepalen

Beleidsveld

790

Bedrag

1.240 euro

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist om de heer Erik Cloodts een onkostenvergoeding te geven van 1.240 euro voor zijn dagelijkse vrijwillige inzet als torenwachter van de kerktoren van de Sint Catharinakerk en dit met terugwerkende kracht voor 2017 en 2018.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen beslist om de onkostenvergoeding van 1.240 euro van de heer Erik Cloodts als jaarlijkse toelage rechtstreeks te storten aan Onthaalcentrum Naboram vzw en dit met terugwerkende kracht voor 2017, 2018 en 2019 omdat er sindsdien geen onkostenvergoeding meer gegeven is aan de torenwachter.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Schadevergoeding Portakabin - Chiro

 

 

Het punt is verdaagd.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Subsidie douchecontainers 2018

 

 

Het punt is verdaagd.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

verkoop-aankoopbelofte sporthal Vennebos

 

 

Voorgeschiedenis

Beslissing gemeenteraad van 20 juni 2016.

De gemeenteraad keurt de voorliggende verkoop-aankoopbelofte voor de aankoop van een grond van het GO! goed.

Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 2 oktober 2017.

De gunning van de opdracht “Aanstellen studiebureau begeleiding "Design and build"-dossier sporthal” aan SWECO BELGIUM NV.

 

Feiten en context

          De verkoop-aankoopbelofte voor de aankoop van de grond voor de realisatie van de nieuwe sporthal bevat volgende opschortende voorwaarden:

          De kandidaat-koper verbindt er zich toe om de omgevingsvergunning aan te vragen binnen een termijn van 3 jaar te rekenen vanaf heden.

          De kandidaat-koper verbindt er zich toe om de omgevingsvergunning te verkrijgen binnen een termijn van 2 jaar te rekenen vanaf de indiening van de aanvraag van stedenbouwkundige vergunning.

          Deadline voor de aanvraag van de omgevingsvergunning op basis van de verkoop-aankoopbelofte is 7 juli 2019.

 

Juridische gronden

Artikel 56 §3 1° uit het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

 

Argumentatie

          De beslissing om de sporthal te realiseren via Design, Build and Maintain werd pas genomen na de goedkeuring en ondertekening van de verkoop-aankoopbelofte.

          De verkoop-aankoopbelofte gaat uit van het gemeentebestuur als aanvrager van de omgevingsvergunning waar via Design, Build and Maintain deze aanvraag door de opdrachthouder zal gebeuren.

          Deze aanvraag kan pas gebeuren zo gauw het project gegund wordt.

          Indien de planning van het project uitloopt wordt de deadline voor aanvraag van de omgevingsvergunning mogelijks niet gehaald.

          Dit aspect werd reeds informeel afgetoetst bij het GO!.

          Ook het GO! sprak zijn bezorgdheid reeds uit met betrekking tot de zekerheid dat de sporthal gerealiseerd gaat worden en daarbij dus ook de aankoop van de grond.

          Beide partijen hebben baat bij een formele bevestiging dat ook bij het niet halen van de deadline voor de aanvraag van de omgevingsvergunning de verkoop van de grond doorgaat.

 

Financiële gevolgen

 

Actie

4.1.1.1

Algemene rekening

22000000

Beleidsveld

0740

Bedrag

Visum financieel beheerder

600.000 euro

 

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist dat er een overleg wordt ingepland met het GO! om formele afspraken te maken met betrekking tot de aankoop van de grond voor de nieuwe sporthal indien de deadline van 7 juli 2019 voor de aanvraag van de omgevingsvergunning niet gehaald wordt.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 01 04 2019

Filmopnames "Undercover" - Woensdag 10 april 2019 en van woensdag 22 tot en met vrijdag 24 mei 2019

 

 

Voorgeschiedenis

Mail van Tanguy Ligon, Location Manager "Undercover 2", van 11 maart 2018

 

Feiten en context

In april starten de opnames voor het tweede seizoen van Undercover, een fictiereeks van het productiehuis "De Mensen NV". Hiervoor vragen ze toelating om:

          op woensdag 10 april 2019 van 8 uur tot en met 21 uur:

          parkeerverbod in de Kasteeldreef tussen de Speelhofdreef en de ingang van de school (+/- 50m) van 8 uur tot 21 uur;

          afsluiten van de Kasteeldreef vanaf Speelhofdreef tot Hoevedreef;

          omleiding via Speelhofdreef.

          Van woensdag 22 tot en met 24 mei 2019:

          vanaf 22 mei tot en met 24 mei parkeerverbod in de Kasteeldreef van nr. 88 tot en met 72 en van nr. 119 tot en met 105;

          afsluiten van de Kasteeldreef tussen de Beukenlaan en de Ruitersdreef;

          omleiding via Beukenlaan.

 

Juridische gronden

          Artikel 135 §2 van de nieuwe gemeentewet
De gemeente heeft tot taak te voorzien in de veiligheid en de rust op de openbare wegen, plaatsen en in openbare gebouwen.

          Artikel 278 van de nieuwe gemeentewet
De besturen van de openbare instellingen hebben, onder toezicht van de hogere overheid, het beheer van hun bossen en wouden op de wijze geregeld door de overheid die bevoegd is om het Boswetboek vast te stellen.

 

Inspraak en advies

          gunstig advies mobiliteit

          gunstig advies politie

 

Argumentatie

Andere aanvragers kregen voor gelijkaardige aanvragen toelating.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen verleent toelating aan Productiehuis "De Mensen NV" om filmopnames te maken voor de fictiereeks Undercover 2 en toelating om:

          op woensdag 10 april 2019 van 8 uur tot en met 21 uur:

          parkeerverbod in de Kasteeldreef tussen de Speelhofdreef en de ingang van de school (+/- 50m) van 8 uur tot 21 uur;

          afsluiten van de Kasteeldreef vanaf Speelhofdreef tot Hoevedreef;

          omleiding via Speelhofdreef.

          Van woensdag 22 tot en met 24 mei 2019:

          vanaf 22 mei tot en met 24 mei parkeerverbod in de Kasteeldreef van nr 88 tot en met 72 en van nr 119 t/m 105;

          afsluiten van de Kasteeldreef tussen de Beukenlaan en de Ruitersdreef;

          omleiding via Beukenlaan.

 

 

Publicatiedatum: 09/04/2019
Disclaimer

Publicatie LBLOD

De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.

Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:

Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.