VERGADERING

COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN

 

 

datum College van burgemeester en schepenen

15 april 2019

aanwezig

Dirk Bauwens, burgemeester; Olivier Verhulst, Kathleen Krekels, Peter Mendonck, Marian Van Alphen, schepenen; Tine Vervisch, algemeen directeur;

verontschuldigd

Pascale Gielen, schepen;

 

 

Olivier Verhulst, verlaat de zitting vanaf agendapunt 56, artikel 27

Olivier Verhulst, vervoegt de zitting vanaf agendapunt 57

 

 

OPENBAAR VERSLAG

 

Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Verslag vergadering college van burgemeester en schepenen - 8 april 2019

 

 

Juridische gronden

Artikel 50 van het decreet lokaal bestuur
De notulen worden goedgekeurd op de eerstvolgende gewone vergadering van het college van burgemeester en schepenen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen keurt het verslag van de vergadering van het college van burgemeester en schepenen van 8 april 2019 zonder opmerkingen goed.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Lijst bestelbonnen, vastleggingen en goedkeuringslijsten

 

 

Juridische gronden

Artikel 56, § 3, 3° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor het financieel beheer, met behoud van de toepassing van de bevoegdheden van de gemeenteraad.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen verleent goedkeuring aan:

          de bestelbonnen van 1.049 tot en met 1.098;

          de vastleggingen van 2.582 tot en met 2.899;

          de goedkeuringslijst uitgaven van 39 tot en met 41;

          de goedkeuringslijst ontvangsten van 15.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Verhuis serverrack GLS De Wingerd

 

 

Feiten en context

          Het huidige serverrack staat op een plek die zeer toegankelijk is voor kinderen en medewerkers van de school en moet verplaatst worden.

          Het serverrack hangt naast een boiler.

          Het gezoem is storend voor gesprekken tussen de leerlingen en het CLB.

          Het serverrack is niet groot genoeg en slecht geplaatst.

          Door slechte plaatsing moeten ook de kabels deels vervangen worden.

          Er is nu een te eenvoudige toegang tot het serverrack.

          Netconnect raamt de uitvoering van het project op 17.462,47 euro exclusief btw.

 

Juridische gronden

          Artikel 56, §3 van het decreet lokaal bestuur

Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor het financiële beheer, met behoud van de toepassing van de bevoegdheden van de gemeenteraad.

          Artikel 42, §1 van de wet op de overheidsopdrachten

De werken of diensten kunnen alleen door een bepaalde ondernemer worden verricht omdat mededinging ontbreekt om technische redenen.

 

Argumentatie

          Een veilige, goed uitgeruste school infrastructuur is belangrijk voor de kinderen, medewerkers en de school.

          Netconnect is voor de uitvoering van deze gespecialiseerde niche-opdracht kwalitatief de enige mogelijke leverancier, wat belangrijk is voor de veiligheid van het systeem en de duurzaamheid van het eindresultaat.

 

Financiële gevolgen

 

Actie

1419/005/001/014/003

Algemene rekening

22102500

Beleidsveld

0800

Bedrag

Visum financieel beheerder

Raming 17.500,00 euro exclusief btw

19/015 van 17/03/2019

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist om de noodzakelijke werken aan het serverrack en de bekabeling van GLS De Wingerd te laten uitvoeren door Netconnect, voor een geraamd bedrag van 17.462,47 exclusief btw en voorziet hiervoor de nodige middelen bij de eerste budgetwijziging.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Tijdelijke verordening inzake politie op het wegverkeer naar aanleiding van de organisatie van de benefiet Holderdebolder door Wonderwijzer op 3 mei 2019 - Goedkeuring

 

 

Voorgeschiedenis

Aanvraag van 4 maart 2019 via evenementenapplicatie

 

Juridische gronden

          Artikel 130 bis van de Nieuwe Gemeentewet
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer.

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen.

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel I hoofdstuk 2 over de aanvullende reglementen

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel II over de plaatsing van de verkeerstekens

          Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, artikel 23 en volgende over het parkeren

          Ministerieel Besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald

          Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van verkeerstekens

          Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009 betreffende de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie over het wegverkeer

 

Argumentatie

De verkeerssituatie moet aangepast worden omwille van de organisatie van de benefiettocht Holderdebolder op 3 mei 2019.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist het parcours langs de Kerkelei, Waterlaatstraat en Kleinveldweg af te sluiten op 3 mei 2019 van 12.15 uur tot 15.35 uur naar aanleiding van de benefiettocht Holderdebolder van de school Wonderwijzer.

Artikel 2. Deze maatregel wordt ter kennis gebracht met verkeersborden C3 en is niet van toepassing voor de voertuigen van de hulpdiensten zoals ziekenwagens, brandweerwagens en politievoertuigen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Tijdelijke verordening inzake politie op het wegverkeer naar aanleiding van oldtimerevent door Think Out of the Box op 16 juni 2019 - Goedkeuring

 

 

Juridische gronden

          Artikel 130 bis van de Nieuwe Gemeentewet
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer.

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen.

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel I hoofdstuk 2 over de aanvullende reglementen

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel II over de plaatsing van de verkeerstekens

          Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, artikel 23 en volgende over het parkeren

          Ministerieel Besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald

          Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van verkeerstekens

          Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009 betreffende de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie over het wegverkeer

 

Argumentatie

De verkeerssituatie moet aangepast worden omwille van de organisatie van een oldtimerevent door Think Out of the Box op 16 juni 2019.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist de Alfons Van den Sandelaan af te sluiten tussen de Dieghemveldweg en de Liersebaan op 16 juni 2019 van 8 uur tot 18 uur.

Artikel 2. Deze maatregelen worden ter kennis gebracht met verkeersborden C3. Deze bepaling is niet van toepassing voor de voertuigen van de hulpdiensten zoals ziekenwagens, brandweerwagens en politievoertuigen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Tijdelijke verordening inzake politie op het wegverkeer naar aanleiding van de midzomernachtwandeling van HK Scilla - Goedkeuring

 

 

Voorgeschiedenis

Aanvraag van 26 maart 2019 door heemkring Scilla via evenementenapplicatie

 

Juridische gronden

          Artikel 130 bis van de Nieuwe Gemeentewet
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer.

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen.

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel I hoofdstuk 2 over de aanvullende reglementen

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel II over de plaatsing van de verkeerstekens

          Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, artikel 23 en volgende over het parkeren

          Ministerieel Besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald

          Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van verkeerstekens

          Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009 betreffende de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie over het wegverkeer

 

Argumentatie

De verkeerssituatie moet aangepast worden omwille van de organisatie van Midzomernachtwandelingen door heemkring Scilla op 22, 28 en 29 juni 2019.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist de Alfons Van den Sandelaan af te sluiten tussen de Dieghemveldweg en de Liersebaan op 22, 28 en 29 juni 2019 van 15 uur tot 2 uur 's nachts.

Artikel 2. Deze maatregel wordt ter kennis gebracht met verkeersborden C3. Deze bepaling is niet van toepassing voor de voertuigen van de hulpdiensten zoals ziekenwagens, brandweerwagens en politievoertuigen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Tijdelijke verordening inzake politie op het wegverkeer naar aanleiding van heemfeesten van heemkring Scilla op 24 en 25 augustus 2019 - Goedkeuring

 

 

Voorgeschiedenis

Aanvraag van 26 maart 2019 via evenementenapplicatie

 

Juridische gronden

          Artikel 130 bis van de Nieuwe Gemeentewet
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer.

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen.

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel I hoofdstuk 2 over de aanvullende reglementen

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel II over de plaatsing van de verkeerstekens

          Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, artikel 23 en volgende over het parkeren

          Ministerieel Besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald

          Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van verkeerstekens

          Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009 betreffende de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie over het wegverkeer

 

Argumentatie

De verkeerssituatie moet aangepast worden omwille van de organisatie van heemfeesten door heemkring Scilla op 24 en 25 augustus 2019.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist de Alfons Van den Sandelaan af te sluiten tussen de Dieghemveldweg en de Liersebaan op:

          24 augustus 2019 van 16 uur tot 24 uur;

          25 augustus 2019 van 12 uur tot 24 uur.

Artikel 2. Deze maatregel wordt ter kennis gebracht met verkeersborden C3. Deze bepaling is niet van toepassing voor de voertuigen van de hulpdiensten zoals ziekenwagens, brandweerwagens en politievoertuigen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Tijdelijke verordening inzake politie op het wegverkeer naar aanleiding van een bieravond in de Veldvenne op 21 september 2019 - Goedkeuring

 

 

Voorgeschiedenis

Aanvraag van 22 februari 2019 via evenementenapplicatie door een inwoner van de Veldvenne

 

Juridische gronden

          Artikel 130 bis van de Nieuwe Gemeentewet
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer.

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen.

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel I hoofdstuk 2 over de aanvullende reglementen

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel II over de plaatsing van de verkeerstekens

          Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, artikel 23 en volgende over het parkeren

          Ministerieel Besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald

          Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van verkeerstekens

          Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009 betreffende de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie over het wegverkeer

 

Argumentatie

De verkeerssituatie moet aangepast worden omwille van de organisatie van een bieravond in de Veldvenne op 21 september 2019.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist de Veldvenne volledig af te sluiten op 21 september 2019 vanaf 10 uur tot 22 september 2019 om 20 uur omwille van een bieravond gevolgd door de combinatie opruimen/speelstraat.

Artikel 2. Deze maatregel wordt ter kennis gebracht met verkeersborden C3. Deze bepaling is niet van toepassing voor voertuigen van hulpdiensten zoals ziekenwagens, brandweerwagens en politievoertuigen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Tijdelijke verordening inzake politie op het wegverkeer naar aanleiding van halloweenwandeling in Veldvenne op 31 oktober 2019 - Goedkeuring

 

 

Voorgeschiedenis

Aanvraag van 22 februari 2019 via evenementenapplicatie door een inwoner uit de Veldvenne

 

Juridische gronden

          Artikel 130 bis van de Nieuwe Gemeentewet
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer.

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen.

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel I hoofdstuk 2 over de aanvullende reglementen

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel II over de plaatsing van de verkeerstekens

          Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, artikel 23 en volgende over het parkeren

          Ministerieel Besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald

          Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van verkeerstekens

          Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009 betreffende de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie over het wegverkeer

 

Argumentatie

De verkeerssituatie moet aangepast worden omwille van een halloweenwandeling met afsluitend drankje in de Veldvenne op 31 oktober 2019.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist de Veldvenne volledig af te sluiten op 31 oktober 2019 van 17 uur tot 23.30 uur omwille van een halloweenwandeling met afsluitend drankje.

Artikel 2. Deze maatregel wordt ter kennis gebracht met verkeersborden C3. Deze bepaling is niet van toepassing voor voertuigen van hulpdiensten zoals ziekenwagens, brandweerwagens en politievoertuigen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Tijdelijke verordening inzake politie op het wegverkeer naar aanleiding van opnames Undercover van 22 t/m 24 mei 2019 in de Kasteeldreef - Goedkeuring

 

 

Voorgeschiedenis

Aanvraag via brief van 11 maart 2019 door De Mensen nv

 

Juridische gronden

          Artikel 130 bis van de Nieuwe Gemeentewet
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer.

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen.

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel I hoofdstuk 2 over de aanvullende reglementen

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel II over de plaatsing van de verkeerstekens

          Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, artikel 23 en volgende over het parkeren

          Ministerieel Besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald

          Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van verkeerstekens

          Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009 betreffende de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie over het wegverkeer

 

Argumentatie

De verkeerssituatie moet aangepast worden omwille van opnames van de reeks Undercover op 22 t/m 24 mei 2019 in Kasteeldreef 86.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist de Kasteeldreef tussen de Beukenlaan en de Ruitersdreef af te sluiten op:

          22 mei 2019 van 08.30 uur tot 18 uur;

          23 mei 2019 van 11.30 uur tot 21 uur;

          24 mei 2019 van 11.30 uur tot 21 uur

naar aanleiding van opnames voor de serie Undercover. De omleiding verloopt via de Beukenlaan.

Artikel 2. Deze maatregel wordt ter kennis gebracht met verkeersborden C3. Deze bepaling is niet van toepassing voor de voertuigen van de hulpdiensten zoals ziekenwagens, brandweerwagens en politievoertuigen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Tijdelijke verordening inzake politie op het wegverkeer naar aanleiding van straatfeest De Dreef van Hertebos - 12 mei 2019 - Goedkeuring

 

 

Voorgeschiedenis

Aanvraag van 27 maart 2019 via evenementenapplicatie door een inwoner van De Dreef van Hertebos

 

Juridische gronden

          Artikel 130 bis van de Nieuwe Gemeentewet
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer.

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen.

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel I hoofdstuk 2 over de aanvullende reglementen

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel II over de plaatsing van de verkeerstekens

          Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, artikel 23 en volgende over het parkeren

          Ministerieel Besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald

          Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van verkeerstekens

          Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009 betreffende de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie over het wegverkeer

 

Argumentatie

De verkeerssituatie moet aangepast worden omwille van een straatfeest in De Dreef van Hertebos op 12 mei 2019.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist De Dreef van Hertebos af te sluiten op 12 mei 2019 vanaf de Sint-Hubertuslaan tot aan de Amazonenlaan naar aanleiding van een straatfeest.

Artikel 2. Deze maatregel wordt ter kennis gebracht met verkeersborden C3 en is niet van

toepassing voor de voertuigen van de hulpdiensten zoals ziekenwagens, brandweerwagens en politievoertuigen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Tijdelijke verordening inzake politie op het wegverkeer naar aanleiding van straatfeest Biekenshei op 25 augustus 2019 - Goedkeuring

 

 

Voorgeschiedenis

Aanvraag van 28 maart 2019 via evenementenapplicatie door een inwoner van Biekenshei

 

Juridische gronden

          Artikel 130 bis van de Nieuwe Gemeentewet
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer.

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen.

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel I hoofdstuk 2 over de aanvullende reglementen

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel II over de plaatsing van de verkeerstekens

          Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, artikel 23 en volgende over het parkeren

          Ministerieel Besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald

          Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van verkeerstekens

          Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009 betreffende de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie over het wegverkeer

 

Argumentatie

De verkeerssituatie moet aangepast worden omwille van een straatfeest in de Biekenshei op 25 augustus 2019.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist de Biekenshei af te sluiten op 25 augustus 2019 naar aanleiding van een straatfeest.

Artikel 2. Deze maatregel wordt ter kennis gebracht met verkeersborden C3 en is niet van

toepassing voor de voertuigen van de hulpdiensten zoals ziekenwagens, brandweerwagens en politievoertuigen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Tijdelijke verordening inzake politie op het wegverkeer naar aanleiding van straatfeest Kluisdreef op 22 juni 2019 - Goedkeuring

 

 

Voorgeschiedenis

Aanvraag van 4 april 2019 via evenementenapplicatie door een inwoner uit de Kluisdreef

 

Juridische gronden

          Artikel 130 bis van de Nieuwe Gemeentewet
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer.

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen.

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel I hoofdstuk 2 over de aanvullende reglementen

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel II over de plaatsing van de verkeerstekens

          Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, artikel 23 en volgende over het parkeren

          Ministerieel Besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald

          Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van verkeerstekens

          Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009 betreffende de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie over het wegverkeer

 

Argumentatie

De verkeerssituatie moet aangepast worden omwille van een straatfeest in de Kluisdreef op 22 juni 2019.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist de Kluisdreef tussen de Kortvoortbaan en de Gouwberg op 22 juni 2019 af te sluiten naar aanleiding van een straatfeest.

Artikel 2. Deze maatregel wordt ter kennis gebracht met verkeersborden C3 aan het rondpunt van de Kluisdreef - Heidedreef en met verkeersborden C3 + F45 op de volgende kruispunten:

          Kluisdreef met Gouwberg;

          Heidedreef met Kortvoortbaan;

          Kluisdreef met Kortvoortbaan;

          Heidedreef met Seringenlaan.

Artikel 3. De bepalingen in artikel 2 zijn niet van toepassing voor de voertuigen van de hulpdiensten zoals ziekenwagens, brandweerwagens en politievoertuigen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Tijdelijke verordening inzake politie op het wegverkeer naar aanleiding van de Dorpsdag in de Kerkstraat op 22 juni 2019 - Goedkeuring

 

 

Voorgeschiedenis

Aanvraag van 6 december 2018 via de evenementenapplicatie

 

Juridische gronden

          Artikel 130 bis van de Nieuwe Gemeentewet
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer.

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen.

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel I hoofdstuk 2 over de aanvullende reglementen

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel II over de plaatsing van de verkeerstekens

          Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, artikel 23 en volgende over het parkeren

          Ministerieel Besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald

          Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van verkeerstekens

          Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009 betreffende de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie over het wegverkeer

 

Argumentatie

De verkeerssituatie moet aangepast worden omwille van de organisatie van de Dorpsdag op 22 juni 2019.

 

BESLUIT

Artikel 1. Omwille van de Dorpsdag op 22 juni 2019 wordt de Kerkstraat afgesloten tussen de Gillès de Pélichylei en De Kaak. De Wijnegemsteenweg wordt eveneens afgesloten tussen De Kaak en de Karel Werrebroecklei. Het kruispunt Kerkstraat - De Kaak moet door gemotoriseerd verkeer gebruikt kunnen worden in twee richtingen voor de omleiding via de Moerstraat - De Dreef Van Zonnebos naar de Sint-Jobsteenweg.

Artikel 2. Verkeersmaatregelen

Artikel. 2.1. In de Kerkstraat tussen de Gillès de Pélichylei en De Kaak en de Wijnegemsteenweg tussen De Kaak en de Karel Werrebroecklei is alle verkeer verboden op 22 juni 2019 van 14.30 uur tot 1 uur 's nachts. Deze maatregelen worden ter kennis gebracht door verkeersborden C3.

Artikel 2.2. Parkeerverbod wordt ingesteld en aangeduid door verkeersborden E3 in de Kerkstraat tussen de Gillès de Pélichylei en De Kaak en de Wijnegemsteenweg tussen De Kaak en de Karel Werrebroecklei op 22 juni 2019 vanaf 12 uur tot 1 uur 's nachts.

Artikel 2.3. De omleidingswegen, omschreven in artikel 3, genieten voorrang ten opzichte van alle zijstraten. Verkeersborden B1, B5 en B15 worden aangebracht. Aan de kruispunten met Wijnegemsteenweg en Gillès de Pélichylei blijft de bestaande voorrangsregeling behouden.

Artikel 3. Wegomlegging

Het verkeer in de Kerkstraat wordt omgeleid via Moerstraat, De Dreef van Zonnebos, Sint-Jobsteenweg, Gillès de Pélichylei, Sint-Hubertuslaan, Lijsterdreef, Jagersdreef.

Artikel 4. De bepalingen van artikel 2.1 en 2.2 zijn niet van toepassing voor de voertuigen van de hulpdiensten zoals ziekenauto's, brandweerauto's en politievoertuigen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Tijdelijke verordening inzake politie op het wegverkeer naar aanleiding van een wielerwedstrijd op 18 augustus 2019 - Goedkeuring

 

 

Voorgeschiedenis

Aanvraag van 7 januari 2019 via evenementenapplicatie

 

Juridische gronden

          Artikel 130 bis van de Nieuwe Gemeentewet
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer.

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen.

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel I hoofdstuk 2 over de aanvullende reglementen

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel II over de plaatsing van de verkeerstekens

          Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, artikel 23 en volgende over het parkeren

          Ministerieel Besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald

          Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van verkeerstekens

          Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009 betreffende de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie over het wegverkeer

 

Argumentatie

De verkeerssituatie moet aangepast worden omwille van een wielerwedstrijd georganiseerd door KWAC op 18 augustus 2019.

 

BESLUIT

Artikel 1. Omwille van een wielerwedstrijd zijn hierna vermelde bepalingen van toepassing op 18 augustus 2019 tot einde opkuis.

Artikel 2. Verkeersmaatregelen

Artikel 2.1. In de Kerkstraat is alle doorgaand verkeer verboden op 18 augustus 2019 vanaf 13 uur tot 18.30 uur. Deze maatregel wordt ter kennis gebracht door verkeersborden C1 en C3.

Artikel 2.2. Parkeerverbod wordt ingesteld en aangeduid door verkeersborden E3 in volgende straten: vanaf 8 uur tot 18.30 uur in de Kerkstraat en vanaf 13 uur tot 18.30 uur in de Moerstraat, De Dreef van Zonnebos, de Sint-Jobsteenweg (vanaf Dreef Van Zonnebos tot de Kerkstraat) en de Veldlei.

Artikel 2.3. De omleidingswegen, omschreven in artikel 3, genieten voorrang ten opzichte van alle zijstraten. Verkeersborden B1, B5 en B15 worden aangebracht.

Artikel 2.4. Tijdens de wielerwedstrijden dient het verkeer op de omloop dezelfde rijrichting te volgen als de wielrenners. Passende bevelen en aanwijzingen worden gegeven door bevoegde personen en signaalgevers.

Artikel 3. Wegomlegging.

Het verkeer wordt enerzijds omgeleid via Wijnegemsteenweg, Veldlei, Gillès de Pélichylei en anderzijds via de Moerstraat, de Dreef van Zonnebos, Sint-Jobsteenweg en Veldlei.

Artikel 4. De bepalingen van artikel 2 zijn niet van toepassing voor de voertuigen van de hulpdiensten zoals ziekenwagens, brandweerwagens en politievoertuigen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Tijdelijke verordening inzake politie op het wegverkeer naar aanleiding van een derny op 19 augustus 2019 - Goedkeuring

 

 

Voorgeschiedenis

Aanvraag van 7 januari 2019 via evenementenapplicatie

 

Juridische gronden

          Artikel 130 bis van de Nieuwe Gemeentewet
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de tijdelijke politieverordeningen op het wegverkeer.

          Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen.

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel I hoofdstuk 2 over de aanvullende reglementen

          Wet betreffende de politie op het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968, Titel II over de plaatsing van de verkeerstekens

          Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, artikel 23 en volgende over het parkeren

          Ministerieel Besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald

          Besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van verkeerstekens

          Omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009 betreffende de gemeentelijke aanvullende reglementen op de politie over het wegverkeer

 

Argumentatie

De verkeerssituatie moet aangepast worden omwille van de organisatie van een derny op 19 augustus 2019.

 

BESLUIT

Artikel 1. Omwille van het dernyspektakel op 19 augustus 2019 zijn de hiernavermelde bepalingen van toepassing.

Artikel 2. Verkeersmaatregelen

Artikel 2.1. In de Kerkstraat is alle verkeer verboden op 19 augustus 2019 van 14 uur tot 24 uur. In de Wijnegemsteenweg (tussen de Kerkstraat en de Veldlei), de Veldlei (tussen Eikenlei en Wijnegemsteenweg) en de Eikenlei is alle verkeer verboden op 19 augustus 2019 van 15 uur tot 22 uur.

Deze maatregelen worden ter kennis gebracht door verkeersborden C3.

Artikel 2.2. Parkeerverbod wordt ingesteld en aangeduid door verkeersborden E3 in volgende straten:

          in de Kerkstraat vanaf huisnummers 11 en 40 tot huisnummers 41 en 28 vanaf 8 uur tot 24 uur;

          in de volledige Kerkstraat vanaf 13 uur tot 24 uur;

          in de Wijnegemsteenweg (tussen de Kerkstraat en de Veldlei), de Veldlei (tussen Wijnegemsteenweg en Eikenlei) en de Eikenlei vanaf 14 uur tot 22 uur.

Artikel 2.3. De omleidingswegen, beschreven in artikel 3, genieten voorrang ten opzichte van alle zijstraten, behalve op rotondes. Verkeersborden B1, B5, B15 en C31 worden aangebracht. Aan de kruispunten met Wijnegemsteenweg en Gillès de Pélichylei blijft de bestaande voorrangsregeling behouden.

Artikel 2.4. Tijdens de dernykoers moet het verkeer de passende bevelen en aanwijzingen opvolgen die gegeven worden door bevoegde personen en signaalgevers.

Artikel 3. Wegomlegging

Het verkeer in de Kerkstraat wordt omgeleid via de Moerstraat, De Dreef van Zonnebos, Sint-Jobsteenweg, Gillès de Pélichylei, Sint-Hubertuslaan, Lijsterdreef en Jagersdreef.

Artikel 4. De bepalingen van artikel 2.1, 2.2 en 2.3 zijn niet van toepassing voor de voertuigen van de hulpdiensten zoals ziekenwagens, brandweerwagens en politievoertuigen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Heidedreef 67 - probleem bereikbaarheid privé-parking en toegangspad

 

 

Voorgeschiedenis

E-mail van 13 januari 2019 van een inwoner van de Heidedreef.

 

Feiten en context

Een inwoner uit de Heidedreef meldt dat bezoekers van de school Sint-Ludgardis zodanig parkeren aan hun woning dat de toegang tot hun privé-parking belemmerd wordt evenals het toegangspadje naar de achterliggende garage. Dit laatste veroorzaakt een gevaarlijke toestand. Haar kinderen moeten tussen de geparkeerde auto's de straat oversteken en worden niet gezien door wegrijdende auto's. Bovendien kan haar echtgenoot regelmatig niet door met de motoscooter.

Betrokkene vraagt aan de gemeente een oplossing zoals het plaatsen van een paaltje aan het toegangspadje en het vrijhouden van hun privé-parking.

Volgens de bouwvergunning is enkel noodzakelijke toegang toegelaten en mag er maximum 80m2 extra verhard worden. Er werd geen aanvraag ingediend voor bijkomende verharding.

 

Juridische gronden

Artikel 56 §3,1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen binnen de door de gemeenteraad desgevallend vastgestelde algemene regels.

 

Inspraak en advies

De verkeerscel adviseert geen openbaar domein op te offeren voor een bijkomende privé-parking en privé-toegang.

 

Argumentatie

          Het behoud van maximale parkeergelegenheid op openbaar domein in een schoolomgeving.

          Het geheel van de inrichting en mobiliteit van de schoolomgevingen wordt bekeken.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de vraag voor structurele ingrepen aan Heidedreef 67 en beslist hier niet op in te gaan.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Schoolstraat 44 - gebruik parking Werf 44 tijdens markt

 

 

Voorgeschiedenis

E-mail van 28 maart 2019 van een gemeenteraadslid

 

Feiten en context

          Een marktkramer meldt via een gemeenteraadslid dat er geparkeerd wordt op de parking aan Werf 44 tijdens de markt en dat er zelfs door de markt gereden wordt.

          Hij vraagt nadars te voorzien aan de op- en afritten van de parking. Toen de markt aan de Wisselstraat stond werd dit ook gedaan.

 

Juridische gronden

Artikel 56 §3, 1°

Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

 

Inspraak en advies

De verkeerscel adviseert:

          voorlopig nadars te voorzien aan de op- en afritten van de parking;

          politiecontrole te laten uitvoeren.

 

Argumentatie

Het waarborgen van de veiligheid van de marktkramers en -bezoekers.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het parkeergedrag van bezoekers van Werf 44, Schoolstraat 44, tijdens de markt en beslist nadars te voorzien aan de op- en afritten van de parking.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Zwaneweg 21 - vraag naar parkeerplaats mindervaliden

 

 

Voorgeschiedenis

          Het college van burgemeester en schepenen beslist op 27 januari 2014 en op 15 mei 2017 niet in te gaan op de vraag van bewoners van de Zwaneweg om een parkeerplaats voor mindervaliden te voorzien ter hoogte van hun woning om volgende redenen:

          er gaat permanent een algemene parkeerplaats verloren;

          het is onmogelijk aan elke individuele aanvraag te voldoen;

          dergelijke parkeerplaats heeft andere afmetingen dan een gewone parkeerplaats;

          dergelijke parkeerplaats kan ook gebruikt worden door andere mindervaliden.

          E-mail van 2 april 2019 van dezelfde bewoners van de Zwaneweg.

 

Feiten en context

          Bewoners van de Zwaneweg vragen een parkeerplaats voor te behouden voor hun woning aangezien ze beiden mindervalide zijn en het lastig is om hun auto soms twee straten verder te moeten parkeren, vooral als ze boodschappen hebben gedaan. Dit hoeft geen parkeerplaats voor mindervaliden te zijn, parkeerverbod is voldoende.

          Parkeerverbod kan niet ingesteld worden want dan mogen de aanvragers er ook niet staan.

          Er is geen parkeerplaats voor mindervaliden in de onmiddellijke omgeving.

 

Juridische gronden

Artikel 56 §3, 1° van het decreet lokaal bestuur

Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

 

Inspraak en advies

De verkeerscel geeft gunstig advies om humanitaire redenen.

 

Argumentatie

Het tegemoetkomen aan de noden van mindervaliden.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de vraag voor het voorzien van een parkeerplaats voor mindervaliden in de Zwaneweg en beslist hieraan goedkeuring te verlenen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Straatvinken - deelname 16 mei 2019

 

 

Voorgeschiedenis

E-mail van 28 maart 2019 van Straatvinken-team en Ringland Academie

 

Feiten en context

          Ringland Academie, Universiteit Antwerpen en HIVA-KU Leuven nodigen steden en gemeenten uit om deel te nemen aan het mobiliteitsonderzoek "Straatvinken" dat doorgaat op 16 mei 2019 van 17 uur tot 18 uur.

          Het is de bedoeling inwoners op te roepen om op voormeld moment in hun straat het aantal voetgangers, fietsers, bussen, auto's en vrachtwagens te tellen. Dit kan met een speciaal daarvoor ontwikkelde tel-app of met pen en papier.

          Deze tweede editie van Straatvinken wordt officieel gelanceerd op dinsdag 23 april 2019.

 

Juridische gronden

Artikel 56 §3, 1° van het decreet lokaal bestuur

Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

 

Inspraak en advies

Gunstig advies van de verkeerscel

 

Argumentatie

Het creëren van een verkeersveilige en aangename woonomgeving.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de uitnodiging voor deelname aan de tweede editie van "Straatvinken" die doorgaat op 16 mei 2019 van 17 uur tot 18 uur en beslist hieraan deel te nemen en een oproep te lanceren via de gemeentelijke communicatiekanalen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Nieuwgoeddreef - vraag tot afsluiten

 

 

Voorgeschiedenis

          Naar aanleiding van een persoonlijk onderhoud tussen burgemeester Dirk Bauwens en een inwoner van de Sint-Jobsteenweg beslist het college van burgemeester en schepenen op 6 augustus 2018 principieel een fietssluis te plaatsen in de Nieuwgoeddreef om motocrossers te weren.

          In de praktijk blijkt dit echter niet haalbaar: er staan twee hydranten en er is nog een toegang tot een achterliggende woning.

          Op 26 maart 2019 is er opnieuw een persoonlijk onderhoud tussen burgemeester Dirk Bauwens en de inwoner van de Sint-Jobsteenweg.

 

Feiten en context

De inwoner van de Sint-Jobsteenweg meldt dat zijn tuinafsluiting beschadigd is door de storm van onlangs en dat een wandelaar met zijn hond in zijn tuin wandelde. Hij vraagt de Nieuwgoeddreef af te sluiten om dergelijke situaties te vermijden.

 

Juridische gronden

Artikel 56 §3, 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

 

Inspraak en advies

          Negatief advies van de verkeerscel:

          het gaat hier om een trage weg die verbinding vormt met het antitankkanaal;

          de hydranten moeten bereikbaar blijven voor de brandweer.

          Negatief advies van de brandweer.

 

Argumentatie

          Het behoud van het karakter van een trage weg.

          De bereikbaarheid van de twee hydranten voor de brandweer.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de vraag om de Nieuwgoeddreef af te sluiten en beslist hier niet op in te gaan.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Vrachtwagensluis - verslag intergemeentelijk overleg van 19 maart 2019

 

 

Voorgeschiedenis

E-mail van 2 april 2019 van politie Voorkempen

 

Feiten en context

          Op 19 maart 2019 had een overleg plaats tussen politie Voorkempen, gemeente Schilde en gemeente Schoten over het invoeren van gemeentegrensoverschrijdende  vrachtwagensluizen. Gemeente Brecht was verontschuldigd.

          In afwachting van het activeren van de vrachtwagensluizen wordt voorgesteld tonnagebeperking tot 5 ton in te voeren op dit traject.

          In Schilde loopt het traject van de vrachtwagensluis langs de Sint-Jobsteenweg en Fortsteenweg.

          Op de Fortsteenweg geldt momenteel een tonnagebeperking tot 3,5 ton.

          De signalisatie moet aangepast worden.

.

Juridische gronden

Artikel 56 §3, 1° van het decreet lokaal bestuur

Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke eigendommen en inrichtingen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

 

Inspraak en advies

Gunstig advies verkeerscel.

 

Argumentatie

          Het creëren van een verkeersveilige en aangename woonomgeving.

          Het gemeentegrensoverschrijdend afstemmen van de signalisatie.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het voorstel tot het invoeren van tonnagebeperking op het traject van de geplande vrachtwagensluizen in afwachting van de activering ervan en gaat principieel akkoord met:

          tonnagebeperking tot 5 ton, uitgezonderd laden en lossen;

          aanpassing van de signalisatie;

          beperken van de whitelist tot voertuigen van De Lijn, hulpdiensten en gemeentediensten.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Routeplan 2030 - uitnodiging werkbank 25 april 2019

 

 

Voorgeschiedenis

E-mail van 29 maart 2019 van vervoerregio Antwerpen

 

Feiten en context

De volgende werkbank van vervoerregio Antwerpen gaat door op 25 april 2019 om 13.30 uur in Antwerpen. Als voorbereiding bezorgt vervoerregio Antwerpen volgende documenten:

          verslag werkbank 14 maart 2019;

          beknopte agenda:

          korte bespreking van conceptnota's rond knopen & netwerken, sturen op gebruik en evaluatiekader. Deze nota's zijn vanaf 12 april 2019 beschikbaar via sharepoint. Feedback wordt verwacht tegen 23 april 2019 voor 10 uur;

          doorkijk naar fase 3: maatregelen en uitvoeringsprogramma's.

De volledige agenda met bijlagen is beschikbaar via sharepoint vanaf midden april.

 

Juridische gronden

Artikel 56 §3, 1°
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

 

Argumentatie

Het bewaken van de visie van het bestuur inzake mobiliteit.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het verslag van de werkbank van 14 maart 2019 en van de annulatie van de uitnodiging voor de werkbank die doorgaat op 25 april 2019 om 13.30 uur in Antwerpen.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen beslist het vervoersregioplan voor te leggen aan de raadscommissie en de GECORO.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Aanleg enkelrichtingsfietspaden N121 tussen Schilde en 's-Gravenwezel - Goedkeuring vorderingsstaat 3

 

 

Voorgeschiedenis

Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 20 augustus 2018 goedkeuring aan de gunning van de opdracht “Aanleg enkelrichtingsfietspaden N121 tussen Schilde en 's-Gravenwezel” aan VBG NV, Dellestraat 25 te 3550 Heusden-Zolder tegen het nagerekende inschrijvingsbedrag van 3.124.856,47 euro incl. btw.

 

Feiten en context

De aannemer VBG NV, Dellestraat 25 te 3550 Heusden-Zolder diende vorderingsstaat 3 in dewelke werd ontvangen op 11 maart 2019.

 

Juridische gronden

          Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

          Bestuursdecreet van 7 december 2018.

          Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.

          Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.

          Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 36.

          Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.

          Koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.

 

Argumentatie

De werken vingen aan op 12 november 2018.

De ontwerper, Sweco Belgium, Posthofbrug 2-4, bus 1 te 2600 Antwerpen stelde op 1 april 2019 een proces-verbaal van nazicht op.

 

BESLUIT

Artikel 1. Goedkeuring wordt verleend aan vorderingsstaat 3 van VBG NV, Dellestraat 25 te 3550 Heusden-Zolder voor de opdracht “Aanleg enkelrichtingsfietspaden N121 tussen Schilde en 's-Gravenwezel”.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Omgeving - Constant Joossenslei 38 - Peter Orens - het bouwen van een meergezinswoning met 3 wooneenheden - OMG 2018/505

 

 

Feiten en context

  • Dossiergegevens

Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door Peter Orens, Heidestraat 59, 3550 Heusden-Zolder op 29 oktober 2018 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres Constant Joossenslei 38.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het bouwen van een meergezinswoning met 3 wooneenheden.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 23 november 2018. De uiterste beslissingsdatum is 8 maart 2019.
De aanvrager heeft op 11 februari 2019 een wijzigingsaanvraag ingediend. Na controle werd de wijzigingsaanvraag goedgekeurd op 13 februari 2019. De nieuwe uiterste beslissingsdatum is 7 mei 2019.

 

  • Planologische context
    Het goed ligt in woongebied en woongebied volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.
    De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.
    Het goed is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg (BPA) Molenveld, goedgekeurd op 11 december 1957.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.
     
  • Specifieke voorschriften

BIJZONDER PLAN VAN AANLEG “MOLENVELD” K.B. 20.09.68

Artikel 2. ZONE VOOR GEGROEPEERDE BEBOUWING.

201. HOOFDGEBOUWEN.

     Bestemming: Woonhuizen, handelsinrichtingen.

     Bebouwing: Ofwel gegroepeerd volgens de aanduidingen op het plan; Ofwel alleenstaand of gegroepeerd tot maximum 6 woonhuizen volgens de grafische aanduidingen van een vooraf op te maken verkavelingsplan.
Afstand van de vrijstaande zijgevels tot de zijgrens van het perceel minimum 3m. Geen zichtbare blinde gevels.

     Bouwbreedte:

a.      aaneengebouwde woonhuizen en kopwoningen minimum 7m.

b.      alleenstaande woonhuizen: minimum 8m.

     Bouwdiepte: Zoals aangeduid op het plan.  Voor alleenstaande bebouwing kan een afwijking worden verleend van de op het plan voorziene bouwdiepte tot een maximum van 15 m.

     Bouwhoogte: Gemeten van peil voetpad tot bovenkant kroonlijst of onderkant dakoversteek: 6 à 6,50 m.  Andere hoogten kunnen toegestaan of opgelegd worden zo dit gewenst is voor aanpassing aan de bestaande gebouwen. In geval van alleenstaande bebouwing of van groepsbouw van een volledig woningblok kunnen andere hoogten toegelaten worden.

     Gevelmaterialen:

a.      gegroepeerde bebouwing: vanaf de openbare weg zichtbare gevels: gevelsteen. Bewerking met siermaterialen kan worden toegestaan. Overige gevels: baksteen.

b.      alleenstaande bebouwing: alle gevels in gevelsteen, natuursteen, baksteen geschilderd in lichte kleur, sierbezetting in lichte kleur. Bewerking met siermaterialen kan worden toegestaan.

     Dak:

a.      gegroepeerde bebouwing: zadeldak, helling 35° tot 55°, op de basisdiepte van 10m, de nok evenwijdig met de voorbouwlijn, de dakvlakken symmetrisch ten opzichte van het vertikaal vlak door de nok. Bij groepsbouw van een volledig woningblok kunnen hellingen van 15° tot 55° worden toegestaan.  Voor de kopwoningen kan een half schilddak of wolfdak worden toegestaan, op voorwaarde dat aan de twee kopwoningen dezelfde oplossing gegeven wordt.

b.      alleenstaande bebouwing: hellingen van 15° tot 55°.  Plat dak toegelaten op uitbouw.

     Dakbedekking: Ofwel pannen, kleur rood of zwart; ofwel asbestleien in horizontaal verband, kleur rood of zwart; ofwel, bij groepsbouw of alleenstaande bebouwing, natuurleiën; ofwel, bij groepsbouw of alleenstaande bebouwing; riet; ofwel, voor flauw hellende daken, roofing met korrel.

     Dakvensters: Minimumafstand van de voorzijde tot het gevelvlak 0,40m. Minimumafstand tot het gevelvlak evenwijdig met de zijwangen 1m.

10°Kroonlijsten:Verplicht, behalve bij rietbedekking. De voorgevel en de achtergevel dienen voorzien van een rechtlijnige en doorlopende kroonlijst. De vrijstaande zijgevel dient uitgevoerd ofwel met kroonlijst, ofwel, voor puntgevels, met gevelpannen of met overtekend dakvlak.
Uitsprong uit het gevelvlak:

a.      kroonlijst aan voorgevel 0,50m;

b.      kroonlijst aan achtergevel, kroonlijst of overstekend dakvlak aan vrijstaande zijgevel 0,20 à 0,50m;

c.      dakoversteek bij rietbedekking maximum 1m.

11°Erkers enkel gelijkvloers.
Uitsprong uit het voorgevelvlak of uit het zijgevelvlak grenzend aan de achteruitbouwstrook: maximum 0,50m in de achteruitbouwstrook.  Uitsprong uit het vlak van de overige vrijstaande zijgevels: maximum tot op 3m afstand van de zijgrens van het perceel.  Breedte maximum 2/3 van de gevelbreedte.

12°Balkons: Uitsprong uit het gevelvlak maximum 0,50m. Breedte maximum 2/3 van de gevelbreedte.

13°Uitsprongen: Maximum 0,30m uit het gevelvlak.

14°Bouwperceel: De te vormen percelen haaks op de voorbouwlijn over de ganse diepte van de bouwstrook.
Maximumbreedte voor:

a.      alleenstaande bebouwing: 15m;

b.      kopwoningen: 9m;

c.      aaneengesloten bebouwing: 6m.

15°Worden bindend gemaakt voor het ganse woningblok door de bouwvergunning die het eerst wordt afgeleverd:

a.      de bouwhoogte;

b.      de kleur van de gevelmaterialen;

c.      de dakhelling en de nokhoogte;

d.      de aard en de kleur van de dakbedekking.

202. BIJGEBOUWEN I

     Bestemming: Dezelfde als die van de hoofdgebouwen.

     Bouwhoogte: Gemeten van peil voetpad tot bovenkant kroonlijst maximum 3,50m.

     Gevelmaterialen: Dezelfde als die van het hoofdgebouw.

     Dak: Plat.

     Kroonlijst: Uitsprong uit het gevelvlak 0,20m.

203. BIJGEBOUWEN II

     Bestemming: Bergplaatsen, garages.

     Bebouwing: Volgens de aanduidingen op het plan.  Indien het bijgebouw niet wordt opgericht moet op de voorbouwlijn van dit bijgebouw een afsluitingsmuur in gevelmaterialen, hoogte 3m, opgericht worden.

     Bouwhoogte: Gemeten van peil voetpad tot bovenkant kroonlijst: 3m.

     Gevelmaterialen: Vanaf de openbare weg zichtbare gevels: gevelsteen. Bewerking met siermaterialen kan worden toegestaan. Overige gevels: baksteen.

     Dak: Plat.

     Kroonlijst: Uitsprong uit het gevelvlak 0,30m.

     Voor de gekoppelde zijgebouwen of de afsluitingsmuur wordt de kleur van de gevelsteen bindend gemaakt voor beide constructies door de bouwvergunning die het eerst wordt afgeleverd.

204. KOEREN EN TUINEN.

     Bebouwing: Bergplaatsen, duivenhokken, garages.
Inplanting op minimum 10m afstand van de bouwstroken en van de andere zones.  Op verzoek van beide bouwheren kan vergunning worden verleend om tussen twee kopwoningen een garage gekoppeld in te planten vanaf 5m uit de achteruitbouwstrook.  Maximumoppervlakte van de gezamenlijke constructies 25m² per perceelbreedte van 3m.

     Bouwhoogte: Maximum 3m.

     Gevelmaterialen: Vanaf de openbare weg zichtbare gevels: gevelsteen.  Bewerking met siermaterialen kan worden toegestaan.  Overige gevels: baksteen.

     Daken: Plat.

     Afsluitingen: Muren in baksteen toegelaten indien niet zichtbaar vanaf de openbare weg.

     Voor de gekoppelde garages wordt de kleur van de gevelsteen bindend gemaakt voor beide constructies door de bouwvergunning die het eerst wordt afgeleverd.

205. ACHTERUITBOUWSTROOK.

     Bebouwing: Alle constructies verboden, op- en afritten inbegrepen.

     Afsluitingen: Aan de openbare weg: muurtje in klampsteen hoogte 0,40m. De posten naast de ingangen mogen opgetrokken worden tot een hoogte van 0,70m.

 

  • Bestaande toestand

Het betreft een onbebouwd perceel van 512,00m² groot.

Het perceel is gelegen in de dorpskern.

Het links aanpalende perceel wordt gebruikt als een ééngezinswoning.

Het rechts aanpalende perceel wordt gebruikt als een ééngezinswoning.

In het straatbeeld komen volgende bestemmingen voor: ééngezinswoningen en meergezinswoningen.

De straat is een voldoende uitgeruste gemeenteweg. Deze wordt weinig gebruikt als doorgangsweg.

De directe omgeving wordt gekenmerkt door open, halfopen en gesloten bebouwing. Het karakter en de stijl in de omliggende omgeving is een mix van verschillende stijlen.

Het perceel is niet gelegen in een beschermd dorpsgezicht of beschermd landschap.

Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag gaat over het bouwen van 3 meergezinswoningen op een perceel van 512,00m². De meergezinswoning wordt ingeplant tot op 4,49m uit de rooilijn, op 3,19m van de rechter perceelsgrens en op de linker perceelsgrens. De voorgevel van de woning heeft een breedte van 7,80m op een kavelbreedte van 10,99m, gemeten op de voorgevelbouwlijn. De bouwdiepte tussen voor- en achtergevel bedraagt 15,00m. De kroonlijsthoogte bedraagt 7,00m, gemeten vanaf het maaiveld, afgewerkt met een hellend dak van 45° met een nokhoogte van 12,00m. De gevels worden opgetrokken in witte gevelstenen Het dak wordt afgewerkt met zwarte dakpannen.

Op 4,00m achter de woning en op de linker perceelsgrens wordt een tuinhuis ingeplant. Het tuinhuis is 12,5m diep, 2,00m breed en 3,00m hoog. De gevels worden bekleed in hout, afgewerkt met een plat dak.

De totale bebouwde oppervlakte op het perceel, inclusief oversteken groter dan 1m, bedraagt 131,20m².

De toegang tot het perceel is 3,00m breed. De oprit wordt aangelegd in kiezels en ligt op de rechter perceelsgrens. Achter de meergezinswoning wordt een terras van 16,00m² aangelegd. De totale verharde oppervlakte op het perceel bedraagt 248m².

Er worden geen bomen gerooid.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990
    Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
    Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden. Hierdoor moet men rekening houden met het gemeentelijk kapreglement in plaats van de VCRO.
  • Ministerieel besluit van 6 april 1994
    Bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
  • Koninklijk besluit van 7 juli 1994 “Basisnormen brandpreventie” en latere wijzigingen
    Vaststelling van de basisnormen voor de preventie van brand en ontploffing waaraan de nieuwe gebouwen moeten voldoen.
  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Decreet van 22 december 2006 en latere wijzigingen houdende eisen en handhavingsmaatregelen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen
    De Vlaamse Regering bepaalt EPB-eisen waaraan gebouwen moeten voldoen waarvoor een aanvraag tot het verkrijgen van een stedenbouwkundige vergunning wordt ingediend.
  • Decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid
    Het decreet wil wonen betaalbaar maken voor iedereen. Het decreet geeft aan de gemeenten een aantal mogelijkheden (en verplichtingen) om hiertoe initiatief te nemen.
  • Artikel 4.2.2, 4.2.4. Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Artikel 3 van het decreet van 8 mei 2009 houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders
    Bij de aanvraag van de stedenbouwkundige vergunning voor de bouw of de uitvoering van de renovatiewerkzaamheden wordt aangegeven waar optische rookmelders geplaatst zullen worden.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 en latere wijzigingen tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid
    De verordening legt voorwaarden op aan de stedenbouwkundige vergunning en moet ervoor zorgen dat iedereen het gebouw kan betreden, ook rolstoelgebruikers, mensen met een kinderwagen, slechtzienden, grotere personen, mensen met een ledemaat in het gips enz. De verordening geldt bij nieuwbouw, verbouwingen of uitbreidingen van gebouwen die publiek toegankelijk zijn.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 11 maart 2015 en latere wijzigingen tot vaststelling van de eisen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen
    De energieprestatieregelgeving legt eisen op met als doel energiezuinig (ver)bouwen te stimuleren.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
    Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen

 

Inspraak en advies

  • Er werden geen interne adviezen gevraagd.
  • Brandweer Malle
    Het advies van Brandweer Malle afgeleverd op 22 maart 2019 onder referentie PR 1900010-02, luidt: gunstig.

 

  • Pidpa
    Het advies van Pidpa afgeleverd op 26 november 2018, luidt: gunstig.
    Er is geen uitbreiding nodig van het distributienet in de openbare weg. Het omgevingsproject is aansluitbaar op de bestaande hoofdleiding van het drinkwaternet.

Op verzoek van de belanghebbenden stuurt Pidpa de kostenraming voor de nieuwe aftakking of een aanpassing van de bestaande aftakking(en) rechtstreeks aan de betrokkenen.

 

  • Proximus
    Het advies van Proximus afgeleverd op 20 december 2018, luidt: gunstig.
    Voor het geplande project is voldoende telecominfrastructuur van Proximus aanwezig om de percelen aan te sluiten. Met uitzondering van een punctuele opening, dienen geen bijkomende werken worden uitgevoerd. Om kosten te vermijden dient de verkavelaar een wachtbuis te plaatsen vanaf de woning tot aan de rooilijn.
    Voor de effectieve aansluiting en/of slopen van het bestaand gebouw dient de bouwheer of klant contact op te nemen met Proximus op 0800 22 800.

 

  • Fluvius System Operator
    Het advies van Fluvius System Operator afgeleverd op 29 november 2018, luidt: gunstig.
    Op deze locatie is er geen behoefte aan een lokaal voor de oprichting van een middenspanningscabine. Fluvius kan de bijkomende wooneenheden aansluiten op het bestaande laagspanningsnet als de vermogens beperkt blijven tot 9,2 kVA per aansluiting en 22,2 kVA voor de algemene delen. Dit advise met referentie 46007643 blijft geldig tot 1 jaar na briefdatum. Tevens is er gasnet aanwezig voor residentieel gebruik.

 

  • Pidpa Riolering
    Het advies van Pidpa Riolering afgeleverd op 19 december 2018 onder referentie 1987470, luidt: voorwaardelijk gunstig.
    Betreffende de aan te leggen rioleringsinfrastructuur:

o        beschrijvend gedeelte:

  • van toepassing zijnde regelgeving:

-          de gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 5 juli 2013 inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater;

-          het Vlaams reglement houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem);

-          de “Basisvoorwaarden voor het rioleringsbheer” pidpa-riolering (zie website pidpa);

-          het Algemeen waterverkoopreglement (zie website pidpa);

-          het Bijzonder Waterverkoopreglement (zie website pidpa);

-          de code van goede praktijk voor het ontwerp, de aanleg en het onderhoud van rioleringssystemen.

-          Deze lijst is limitatief.

  • Ligging volgens het zoneringsplan:

-          De ontwikkeling is gelegen in het centrale gebied met reeds bestaande aansluiting op een zuiveringsstation (oranje gearceerd);

o        Voorwaarden:

  • Specifieke voorwaarden:

-          De DWA-afvoer zullen dienen aangesloten te worden op de bestaande gemengde riolering langsheen de Constant Joossenslei.

-          De regenwaterputten met een totale inhoud van 10.000 liter voldoen aan de bijgevoegde aanstiplijst hemelwater voor de nieuwbouw of herbouw van een of meer andere gebouwen dan ééngezinswoningen, waarvan minstens een gebouw groter is dan 100m².

-          De regenwaterputten dienen voorzien te zijn van effectief herbruik van regenwater, dit is voorzien door de aansluiting van 3 toiletten en buitenkranen.

-          De overloop van de regenwaterputten wordt aangesloten op een infiltratievoorziening met minimum 8.150 liter (effectief 10.000 liter) infiltratievolume en minimum 13,04m² (effectief 16,16m²) infiltratie oppervlakte. De overloop hiervan mag worden aangesloten op het openbaar domein ter hoogte van de rooilijn. Men moet er wel aandacht aan besteden dat de infiltratievoorziening geplaatst wordt boven het grondwaterniveau.

-          Eén voldoende gedimensioneerde (volgens ‘Waterwegwijzer bouwen en verbouwen’) en goed werkende voorbehandelingsinstallatie (septische put) op de afvoer van de toiletten is aan te raden.

-          Eén DWA-huisaansluitputje ter hoogte van elke (toekomstige) overgang van privéwaterafvoer naar het (toekomstig) openbaar saneringsnetwerk is verplicht.

-          De eventuele bestaande huisaansluiting van het bestaande/te slopen gebouw/woning dient herbruikt te worden. Tijdens de werkzaamheden dient deze aansluiting op een degelijke wijze aangesloten te worden, zodat er geen onnodig vuil, zand, afval. In de riolering kan terechtkomen. Nieuwe huisaansluitingen (op een andere locatie of met een grotere diameter) zijn ten laste van de ontwikkelaar. Deze dienen aangevraagd te worden bij Pidpa-Riolering.

-          Eén RWA-huisaansluitputje ter hoogte van elke toekomstige overgang van privé-afvoer naar het openbaar saneringsnetwerk, tenzij wordt aangesloten op een gracht of een andere open hemelwaterlichaam is verplicht.

-          De huisaansluitputjes, de plaatsing ervan en de aansluiting op de riolering en de gracht of inbuizing van de gracht zijn ten laste van de ontwikkelaar. Deze werken worden uitgevoerd door Pidpa.

-          Offerte voor de beperkte uitbreiding van het openbaar rioleringswerk ten behoeve van het aansluiten van de ontwikkeling.

  • Pidpa bepaalt welke rioleringsinfrastructuur voorzien moet worden door de ontwikkelaar en maakt hiervoor eventueel offerte over aan de ontwikkelaar.
  • De werken worden uitgevoerd door Pidpa of een door Pidpa aangestelde aannemer. Dit kan slechts na betaling van de in de offerte vermelde geraamde kostprijs.
  • Algemene voorwaarden:

-          Voor elke aansluiting op de riolering dient een aanvraag gericht te worden aan Pidpa-Riolering.

-          De riolering op privéterrein dient verplicht gekeurd te worden op de afkoppeling van het hemelwater.

o        Beoordeling:

Het advies is voorwaardelijk gunstig, er dient voldaan te worden aan de bovenstaande te volgen richtlijnen, voorwaarden en regelgeving.

 

  • Het openbaar onderzoek werd gehouden door aanplakking op de gewone aanplakplaatsen, van 3 december 2018 tot 1 januari 2019.

Er werd een schriftelijk bezwaar ingediend.

De bezwaren handelen over:

o        De asbestleien dienen op een veilige manier te worden verwijderd.

De bezwaren worden als volgt beoordeeld:

o        Dit is geen stedenbouwkundig bezwaar.
Het bezwaar is ontvankelijk en ongegrond.

 

  • Het tweede openbaar onderzoek werd gehouden naar aanleiding van een wijzigingslus door aanplakking op de gewone aanplakplaatsen, van 23 februari 2019 tot 24 maart 2019.

Er werden geen bezwaarschriften ingediend.

 

Argumentatie

  • Watertoets

Waterparagraaf: het voorliggende (bouw)project heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een overstromingsgebied. De ondergrondse constructie heeft beperkte dimensies en geeft geen aanleiding tot een verminderde infiltratie in de bodem, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is. Voor het betrokken project werd de watertoets uitgevoerd volgens de richtlijnen van het uitvoeringsbesluit van 5 juli 2013. Daaruit volgt dat een positieve uitspraak mogelijk is indien de gewestelijke/provinciale/gemeentelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater wordt nageleefd. Het ontwerp voorziet in de plaatsing van een hemelwaterput van 10.000 liter met een overloop op een infiltratievoorziening met een buffervolume van 10.000 liter en een infiltratieoppervlakte van 16,16m² zodat aan de verordening voldaan wordt. Onder deze voorwaarden is het ontwerp verenigbaar met de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.

 

-          Functionele inpasbaarheid
Het bouwen van 3 meergezinswoningen is functioneel inpasbaar in deze omgeving.

 

-          Het mobiliteitsaspect
Omdat het project 3 woonentiteiten omvat moeten er 5 parkeerplaatsen worden voorzien. De aanvraag voldoet hieraan. De parkeerplaatsen zijn 2,50m breed en 5,50m diep. Er wordt een fietsenberging voor 10 fietsen voorzien in de achtertuin.

 

-          De schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid
De aanvraag voldoet grotendeels aan de voorschriften. Het gebouw wijkt echter wel af van:

o        De kroonlijsthoogte wordt voorzien op 7,00m. Het BPA bepaalt een kroonlijsthoogte van 6,00m - 6,50m;

In een vergunning kunnen, na een openbaar onderzoek, beperkte afwijkingen worden toegestaan op stedenbouwkundige voorschriften en verkavelingsvoorschriften met betrekking tot perceelsafmetingen, de afmetingen en de inplanting van constructies, de dakvorm en de gebruikte materialen. Afwijkingen kunnen niet worden toegestaan voor wat betreft: de bestemming, de maximaal mogelijke vloerterreinindex, het aantal bouwlagen.
Omdat de afwijkingen beperkt zijn en er tijdens het openbaar onderzoek geen gegronde bezwaren ingediend werden, kan dit uitzonderlijk toegestaan worden.
De aanvraag past in het straatbeeld. Het project is qua schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid aanvaardbaar op het perceel en in de bestaande omgeving.

 

  • Visueel-vormelijke elementen
    De architectuur van de aanvraag voldoet grotendeels aan de voorschriften. De gebruikte gevelmaterialen voor het bijgebouw wijken echter wel af. De gevels van het bijgebouw worden opgetrokken in hout. Het BPA bepaalt dat de gevels opgetrokken moeten worden in gevelstenen.
    In een vergunning kunnen, na een openbaar onderzoek, beperkte afwijkingen worden toegestaan op stedenbouwkundige voorschriften en verkavelingsvoorschriften met betrekking tot de gebruikte materialen.
    Omdat de afwijkingen beperkt zijn en er tijdens het openbaar onderzoek geen gegronde bezwaren ingediend werden, kan dit uitzonderlijk toegestaan worden.
    Het ontwerp integreert zich in het straatbeeld.

 

  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

  • Bodemreliëf
    De aanvraag behoudt/wijzigt het bestaande grondniveau. De nulpas wordt voorzien op 30cm boven de straatpas.

 

  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    Op de zijdelingse en achterste perceelsgrenzen worden groene hagen voorzien.
    Per woongelegenheid wordt een kwalitatieve buitenruimte voorzien van 7,80m² en 20,94m². De terrassen worden inpandig voorzien. De afstanden tot de perceelsgrenzen zijn voldoende om goede nabuurschap en privacy te waarborgen.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig.

Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

  • het advies van Pidpa naleven;
  • het advies van Proximus naleven;
  • het advies van Fluvius System Operator naleven;
  • bij het verwijderen van asbest dient rekening gehouden te worden met hoofstuk 6.4 “beheersing van asbest” uit titel II van het VLAREM;
  • het hemelwater dient te worden opgevangen in (een) regenwaterput(ten) met een totale inhoud van minimum 5.000 liter. Het regenwater moet hergebruikt worden met minimum 1 aftappunt. De overloop van de put moet worden aangesloten aan een infiltratievoorziening met een buffervolume van minimum 8.150 liter en een infiltratieoppervlakte van 13,04m² zodat aan de verordening voldaan wordt. Bij elke unit dient een afzonderlijke pompinstallatie worden voorzien in functie van de hemelwaterrecuperatie;
  • de woonunits dienen te worden uitgerust met voldoende correct geïnstalleerde rookmelders, volgens de normen van het decreet houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders van 8 mei 2009.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Omgeving - Gouwberg 20 - mevrouw Pamela Willekens - het slopen van de bestaande woning - OMG 2019/168

 

 

Voorgeschiedenis

  • Stedenbouwkundige vergunning(en)

o        villa - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 16 maart 1967 - 1967/29

 

Feiten en context

  • Dossiergegevens

Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door mevrouw Pamela Willekens, Eikenlaan 48, 2980 Zoersel op 28 maart 2019 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres Gouwberg 20.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het slopen van de bestaande woning.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 9 april 2019. De uiterste beslissingsdatum is 8 juni 2019.

 

  • Planologische context
    Het goed ligt in woonpark volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.
    De woonparken die op de gewestplannen zijn aangeduid, zijn overwegend een opname van bestaande toestanden. Een woonpark is bedoeld als een woongebied van louter residentiële aard en bijgevolg gericht op het rustig verblijven in een homogeen voor het wonen bestemd woongebied in het groen. De nog open gebleven ruimten mogen verder bebouwd worden mits rekening wordt gehouden met de bepalingen van artikel 6.1.2.1.4 en met de bestaande bebouwingswijze (oppervlakte van de percelen, bebouwde oppervlakte van perceel, bouwtrant, bestaand groen).
    Alle inrichtingen en activiteiten die verenigbaar zijn met de stedenbouwkundige bestemming van het woongebied zijn in principe toelaatbaar. Bijzondere aandacht dient niettemin te worden besteed aan de vraag naar de bestaanbaarheid van een constructie met de eigen woonfunctie van het gebied en de verenigbaarheid ervan met de onmiddellijke omgeving. Gezien het een wezenlijk kenmerk van een woonpark is dat de gemiddelde woondichtheid er gering is en de groene ruimten er verhoudingsgewijs grote oppervlakte beslaan, heeft dit tot gevolg dat de vestiging van niet-residentiële inrichtingen en activiteiten doorgaans niet zal kunnen worden aangenomen.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.
    Het goed is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg (BPA) Schilde Bergen deel 3, goedgekeurd op 8 juli 1957.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.
     
  • Specifieke voorschriften

Het BPA Schilde Bergen bepaalt:

Artikel 1 – Het bijzonder plan van aanleg nummer 3 Schilde Bergen.

Gemeente Schilde is begrensd volgens de aanduidingen van bijgaand plan. De voorschriften betreffende de verschillende gedeelten van dit plan hebben voorrang op de bepalingen van het Algemeen Plan van Aanleg en de gemeentelijke bouwverordening.

Artikel 2 – openbare wegen

a.      De stroken in dit plan aangeduid voor openbare wegenis zullen, in zoverre zij nog niet tot de openbare wegenis behoren, hierbij ingelijfd worden door afstand of door onteigening.

b.      De aanduidingen der verhardingen, boordstenen, vluchtheuvels, beplantingen en dergelijke zijn enkel gegeven ten titel van inlichting.

c.      Toelating tot bouwen zal slechts verleend worden op kavels die rechtstreeks palen aan, of een regelmatige aangelegde toegang hebben tot een openbare weg, waarvan de rooilijnen door het gemeentebestuur zijn vastgesteld en waarvan de aanleg, de verharding en de algemene uitrusting uitgevoerd zijn overeenkomstig de eisen die hieraan door het gemeentebestuur gesteld worden.

Artikel 3 – kavelgrenzen

a.      Alle kavelgrenzen zullen zoveel mogelijk loodrecht op de rooilijn der wegen getrokken worden.

b.      Nieuwe kavelgrenzen, waarop de gemene scheidsmuren van twee of meer tegen elkaar gebouwde huizen zullen opgetrokken worden, moeten loodrecht op de bouwlijn aangelegd worden en in rechte lijn verlopen, ten minste tot voorbij de achtergevels der gebouwen.

Artikel 4 – bouwstroken, bouwlijnen en afstand tot kavelgrenzen

De verschillende bouwzones zijn op het plan begrensd door hetzij:

a.      Verplichte gevelbouwlijnen, waarlangs het bouwen der respectieve gevels op de aangeduide lijnen verplichtend is;

b.      Uiterste bouwlijnen, die enkel de uiterste grens aanduiden, waarbinnen de gebouwen mogen opgericht worden;

c.      Nochtans moeten alle hoofdgebouwen op ten minste 3m afstand van ieder eigendomsgrens, uitgezonderd de rooilijnen, verwijderd blijven, behoudens in de gevallen waar het bouwen van twee of meer woningen in aaneengesloten verband voorzien of toegelaten is. In dit laatste geval geldt de te behouden afstand van drie meter voor al de vrijstaande buitenmuren dezer gebouwen;

d.      Voor alle gedeelten van hoofdgebouwen zonder verdieping en niet hoger dan 3m (gemeten vanaf straatpeil tot bovenrand kroonlijst), wordt deze verplichte minimumafstand tot eigendomsgrenzen teruggebracht tot 2m.

Artikel 5 – Materialen en uiterlijke afwerking der gebouwen

a.      Alle vrijstaande zijgevels van alleenstaande of in groepsverband aaneengebouwde gebouwen, moeten als één architecturaal geheel afgewerkt worden, en bekleed met behoorlijke gevelmaterialen die esthetisch gelijkwaardig zijn aan deze van de voorgevel.

b.      Betonstenen of bouwblokken bestaande uit een beton-agglomeraat, zijn niet toegelaten als gevelsteen, tenzij bekleed of geverfd met daartoe geëigende materialen, die esthetisch verantwoord zijn. (x)

c.      Het algemeen uitzicht en de keuze der materialen der op te richten gebouwen moeten in harmonie zijn met het karakter en het uitzicht der omgeving.

d.      Indien gebouwd wordt tegen één of meer reeds bestaande gebouwen, dan moeten aard en kleur der gevelmaterialen en van de dakbedekking alsmede gevelhoogte en dakhellingen in overeenstemming zijn met deze van het bestaande gebouw, het meest maatgevend geldend voor de esthetische aanpassing.

e.      Voor gebouwen op te richten in groepsverband en die deel uitmaken van een aaneengesloten bouwblok, zal het algemeen ontwerp en de keuze der materialen voor het gehele bouwblok eerst moeten goedgekeurd worden door de Minister van Openbare Werken en Wederopbouw op voorstel van het Schepencollege, vóór aflevering van de toelating tot bouwen voor het geheel of een gedeelte van dit bouwblok.

f.        Alle gevels of muren van bijgebouwen, aanhorigheden, afsluitmuren, poorten en van gelijk welke andere constructie die niet op gemene erfscheidingen staan, moeten als gevels behoorlijk afgewerkt worden.

g.      Alle gevels of muren als onder f. reeds genoemd, die uitgeven op de wegenis of die eraan palen, al of niet achter een voortuinstrook, vallen onder dezelfde verplichtingen als de voorgevels der hoofdgebouwen.

(x) Hetzelfde geldt voor al de gevels op te trekken in gewone machinale baksteen (bijvoorbeeld Boomse of Kempische machiensteen).

Artikel 18 – zones voor landelijke bebouwing 3.000m²/40m

A.     Verkaveling

a.      Kaveloppervlakte: minimum 3.000m².

b.      Kavelbreedte op de bouwlijn: minimum 40 meter.

c.      In deze zones mogen private landelijke wegen aangelegd worden om toegang te verlenen tot een of meerdere ingesloten kavels. Deze wegen zullen echter hun privaat karakter blijven behouden en niet onder de verantwoordelijkheid van de Openbare besturen noch te hunnen laste kunnen gelegd worden voor wat betreft hun onderhoud en uitrusting.
Dergelijke wegen mogen slechts aangelegd worden nadat hun tracé door het Gemeentebestuur zal goedgekeurd zijn.
Deze wegen zullen door de eigenaars in behoorlijk berijdbare toestand dienen gebracht en onderhouden te worden.
Gezien hun privaat karakter zullen er echter door het Gemeentebestuur geen verdere eisen van verharding en uitrusting gesteld worden.

B.     Bebouwing

a.      Bestemming: uitsluitend voor alleenstaande of ten hoogste twee tegen elkaar gebouwde woningen. In het laatste geval moeten de twee woningen gelijktijdig opgericht worden en één architecturaal geheel vormen.

b.      Winkels, ambachtelijke bedrijven en nijverheid zijn verboden.

c.      Gevelbreedte: minimum 10m, maximum de helft der kavelbreedte, gemeten op de bouwlijn.

d.      Bouwdiepte: maximum 20m tussen de voorgevel en de achtergevel.

e.      Gebouwen op te richten op kavels gelegen langsheen een private landelijke weg, moeten op minstens 20m van de middellijn van deze weg verwijderd blijven, behoudens waar het plan een andere maat aanduidt.

f.        Vrijstaande bijgebouwtjes: maximum 40m² op ten minste 3m van de eigendomsgrenzen.

g.      Afsluitingen tussen eigendommen: uitsluitend met levende beplantingen. Gelijk welke betonnen palen zijn verboden.

 

  • Bestaande toestand

Op het perceel is vandaag een woning aanwezig sinds 1968.

De totale bebouwde oppervlakte bedraagt +/- 181m² op een perceel van circa 4.034m².

Het perceel is niet gelegen in de dorpskern maar in een residentiële woonwijk.

Het links aanpalende perceel wordt gebruikt als een ééngezinswoning.

Het rechts aanpalende perceel wordt gebruikt als een ééngezinswoning.

In het straatbeeld komen volgende bestemmingen voor: ééngezinswoning.

De straat is een voldoende uitgeruste gemeenteweg. Deze wordt weinig gebruikt als doorgangsweg.

De directe omgeving wordt gekenmerkt open bebouwing. Het karakter en de stijl in de omliggende omgeving is een mix van verschillende stijlen.

Het pand is niet als monument geklasseerd en is niet opgenomen op de inventaris van onroerend erfgoed.

Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag gaat over het slopen van een bestaande woning op een perceel van 4.034m². De woning is ingeplant tot op 44,10m uit de rooilijn, op 5m van de rechter perceelsgrens en op 12m van de linker perceelsgrens.

De gevel van de woning heeft een breedte van 21,76m op een kavelbreedte van 40m, gemeten op de voorgevelbouwlijn.

De bouwdiepte tussen voor- en achtergevel bedraagt 16,06m.

De kroonlijsthoogte bedraagt 5,80m, gemeten vanaf het maaiveld, afgewerkt met een hellend dak van 45° met een nokhoogte van 8,75m.

De gevels werden opgetrokken in geschilderde gevelsteen. Het dak werd afgewerkt met zwarte pannen.

De totale bebouwde oppervlakte op het perceel, inclusief oversteken groter dan 1m, bedraagt 181m².

Er worden geen bomen gerooid.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990
    Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
    Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden. Hierdoor moet men rekening houden met het gemeentelijk kapreglement in plaats van de VCRO.
  • Ministerieel besluit van 6 april 1994
    Bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
  • Koninklijk besluit van 7 juli 1994 “Basisnormen brandpreventie” en latere wijzigingen
    Vaststelling van de basisnormen voor de preventie van brand en ontploffing waaraan de nieuwe gebouwen moeten voldoen.
  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Decreet van 22 december 2006 en latere wijzigingen houdende eisen en handhavingsmaatregelen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen
    De Vlaamse Regering bepaalt EPB-eisen waaraan gebouwen moeten voldoen waarvoor een aanvraag tot het verkrijgen van een stedenbouwkundige vergunning wordt ingediend.
  • Decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid
    Het decreet wil wonen betaalbaar maken voor iedereen. Het decreet geeft aan de gemeenten een aantal mogelijkheden (en verplichtingen) om hiertoe initiatief te nemen.
  • Artikel 4.2.2, 4.2.4. Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Artikel 3 van het decreet van 8 mei 2009 houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders
    Bij de aanvraag van de stedenbouwkundige vergunning voor de bouw of de uitvoering van de renovatiewerkzaamheden wordt aangegeven waar optische rookmelders geplaatst zullen worden.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 en latere wijzigingen tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid
    De verordening legt voorwaarden op aan de stedenbouwkundige vergunning en moet ervoor zorgen dat iedereen het gebouw kan betreden, ook rolstoelgebruikers, mensen met een kinderwagen, slechtzienden, grotere personen, mensen met een ledemaat in het gips enz. De verordening geldt bij nieuwbouw, verbouwingen of uitbreidingen van gebouwen die publiek toegankelijk zijn.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 11 maart 2015 en latere wijzigingen tot vaststelling van de eisen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen
    De energieprestatieregelgeving legt eisen op met als doel energiezuinig (ver)bouwen te stimuleren.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
    Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen

 

Inspraak en advies

  • Er werden geen interne adviezen gevraagd.

 

  • Er werden geen externe adviezen gevraagd.

 

Argumentatie

  • Watertoets

Waterparagraaf: het voorliggende project heeft geen enkele invloed op het watersysteem, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat er geen schadelijk effect wordt veroorzaakt. Er dienen dan ook geen voorwaarden of maatregelen te worden opgelegd. Het ontwerp is verenigbaar met de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.

 

  • Functionele inpasbaarheid
    Het slopen van een bestaande woning is functioneel inpasbaar in deze omgeving.

 

  • Het mobiliteitsaspect
    De aanvraag heeft weinig effect op de mobiliteit in de omgeving.

 

  • De schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

  • Visueel-vormelijke elementen
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

  • Bodemreliëf
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig.

Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

h.      voor de afbraak van de gebouwen dient de bouwheer te beschikken over een attest voor het buitengebruik stellen van de gas- en elektriciteitsleidingen van desbetreffende maatschappijen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Omgeving - Missionarislei 15A - Pascal Meulemans - het aanbouwen van een carport en regularisatie van een veranda - OMG 2019/52

 

 

Voorgeschiedenis

  • Stedenbouwkundige vergunning(en)

o        woning - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 20 december 1968 - 1968/149

 

Feiten en context

  • Dossiergegevens

Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door Pascal Meulemans, Missionarislei 15A, 2970 Schilde op 31 januari 2019 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres Missionarislei 15A.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het aanbouwen van een carport en regularisatie van een veranda.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 11 maart 2019. De uiterste beslissingsdatum is 10 mei 2019.

 

  • Planologische context
    Het goed ligt in woonpark volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.
    De woonparken die op de gewestplannen zijn aangeduid, zijn overwegend een opname van bestaande toestanden. Een woonpark is bedoeld als een woongebied van louter residentiële aard en bijgevolg gericht op het rustig verblijven in een homogeen voor het wonen bestemd woongebied in het groen. De nog open gebleven ruimten mogen verder bebouwd worden mits rekening wordt gehouden met de bepalingen van artikel 6.1.2.1.4 en met de bestaande bebouwingswijze (oppervlakte van de percelen, bebouwde oppervlakte van perceel, bouwtrant, bestaand groen).
    Alle inrichtingen en activiteiten die verenigbaar zijn met de stedenbouwkundige bestemming van het woongebied zijn in principe toelaatbaar. Bijzondere aandacht dient niettemin te worden besteed aan de vraag naar de bestaanbaarheid van een constructie met de eigen woonfunctie van het gebied en de verenigbaarheid ervan met de onmiddellijke omgeving. Gezien het een wezenlijk kenmerk van een woonpark is dat de gemiddelde woondichtheid er gering is en de groene ruimten er verhoudingsgewijs grote oppervlakte beslaan, heeft dit tot gevolg dat de vestiging van niet-residentiële inrichtingen en activiteiten doorgaans niet zal kunnen worden aangenomen.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.
    Het goed is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg (BPA) Schilde Bergen deel 2 herziening, goedgekeurd op 15 april 2005.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.
     
  • Specifieke voorschriften

Het BPA Schilde Bergen deel 2 herziening bepaalt:

Artikel 2: Zones voor landelijke bebouwing 750m²/15 en 1.000m²/20m

2.1. Bestemmings- en bebouwingsvoorschriften voor hoofdgebouwen

2.1.1. Bestemmingen

Eéngezinswoningen die afzonderlijk of bij gekoppelde bebouwing te samen het karakter of het uitzicht hebben van een villa of landhuis.

De vestiging van een maatschappelijke zetel van een bedrijf of de uitoefening van een vrij beroep is toegelaten indien er geen afbreuk wordt gedaan aan het residentiële karakter van de gebouwen en deze activiteiten gepaard gaan met een woonbestemming. Minimum 60% van het bouwvolume wordt ingenomen door het woongedeelte. Winkels, ambachtelijke bedrijven en nijverheid zijn verboden. Het benzinestation gelegen aan de Brasschaatsebaan 47 kan zijn activiteiten verder zetten. Verbouwing van de bestaande gebouwen binnen het bestaande volume is toegelaten. Bij stopzetting van deze activiteiten krijgt het gebied enkel een woonfunctie.

2.1.2. Bebouwingswijze

Vrijstaand of ten hoogste twee gekoppelde woningen. In dit laatste geval moeten de gekoppelde woningen gelijktijdig opgericht worden en één architecturaal geheel vormen.

2.1.3. Plaatsing van de gebouwen

  • Binnen de op plan aangeduide zone;
  • Op minstens 3m afstand van de perceelsgrenzen uitgezonderd de rooilijnen;
  • De som van de afstanden van de zijdelingse perceelsgrenzen moet minimum 1/3 van de kavelbreedte bedragen, gemeten op de voorgevelbouwlijn.

2.1.4. Afmetingen van de gebouwen

a) Kroonlijsthoogte

Gemeten van het maaiveld tot de bovenkant kroonlijst of onderkant dakoverstek: maximum 7m.

Bij gekoppelde bebouwing zijn de kroonlijsthoogten identiek.

b) Voorgevelbreedte

Bij vrijstaande bebouwing:

  • Minimaal 7m gemeten evenwijdig met de bouwlijn
  • Maximum 2/3 van de kavelbreedte gemeten op de voorgevelbouwlijn

Bij gekoppelde bebouwing:

Minimaal 6m gemeten evenwijdig met de bouwlijn.

c) Bouwdiepte

Maximum 15m tussen voor- en achtergevel

d) Bebouwbare oppervlakte

De bebouwbare oppervlakte bedraagt maximum 250m² per kavel (met inbegrip van bijgebouwen) voor percelen groter dan 2.000m².

Voor percelen groter dan 2.500m² mag maximum 10% van de perceelsoppervlakte bebouwd worden met een maximum van 350m².

2.1.5. Welstand van de gebouwen

Dakvorm

Vrij: de dakhelling mag niet meer dan 45° bedragen. Bij gekoppelde bebouwing zijn de dakvormen identiek.

Materialen:

a)      Alle vrijstaande zijgevels van alleenstaande of in groepsverband aaneen gebouwde gebouwen, moeten als één architecturaal geheel afgewerkt worden, en bekleed of geverfd met daartoe geëigende materialen, die esthetisch gelijkwaardig zijn aan deze van de voorgevel.

b)      Betonstenen of bouwblokken bestaande uit een betonagglomeraat, zijn niet toegelaten als gevelsteen, tenzij bekleed of geverfd met daartoe geëigende materialen, die esthetisch verantwoord zijn. Hetzelfde geldt voor al de gevels op te trekken in gewone machinale baksteen (bv. Boomse of Kempisch machiensteen).

c)      Het algemeen uitzicht en de keuze der materialen der op te richten gebouwen moeten in harmonie zijn met het karakter en het uitzicht der omgeving.

d)      Indien gebouwd wordt tegen een bestaande woning, dan moet de aard der gevelmaterialen en van de dakbedekking alsmede gevelhoogte en dakhellingen in overeenstemming zijn met deze van het bestaande gebouw.

2.2. Bestemmings- en bebouwingsvoorschriften voor bijgebouwen

2.2.1. Bestemming

Autogarages, carports, bergplaatsen, hokken, serres, tuinhuisjes en zwembaden.

2.2.2. Plaatsing van de gebouwen

Binnen de op plan aangeduide zone op minimum 1m van de perceelsgrenzen en op minstens 20m achter de voorgevelbouwlijn.

2.2.3. Afmetingen van de gebouwen

Bebouwbare oppervlakte: maximum 40m².

Deze oppervlakte is vervat in de totale bebouwbare oppervlakte per perceel.

Kroonlijsthoogte: maximum 3m.

2.4. Welstand van de gebouwen

Dakvorm: vrij met een maximum helling van 45°.

Materialen: idem als deze van de hoofdgebouwen of in hout of glas.

2.3. Aanleg van de zone

  • Het niet-bebouwde en niet-verharde gedeelte van het perceel moet onmiddellijk na de oprichting van het hoofdgebouw aangelegd worden als tuin met streekeigen hoogstammig en laagstammig groen, heesters en/of gras en als zodanig worden behouden. Het groen moet aangebracht worden langs alle zijden van het perceel, min de nodige toegangen.
  • Het bestaande groen is maximaal te behouden. Het vellen van hoogstammige bomen kan slechts worden toegestaan voor de oprichting van gebouwen en het nemen van toegang tot die gebouwen en binnen een strook van 5m rond het hoofdgebouw. De inplanting van de constructie dient zodanig te worden gekozen dat zo weinig mogelijk hoogstammige bomen dienen te worden gekapt. Het vellen van andere hoogstammige bomen is onderworpen aan de gemeentelijke verordening terzake.
  • De inplanting van het gebouw moet verantwoord worden aan de hand van een gedetailleerd plan van de bestaande toestand, waarop de beplanting is weergegeven.
  • Aanplantingen moeten geschieden in overeenstemming met de natuurlijke begroeiing en met soorten volgens de lijst van streekeigen bomen en heesters, zoals gevoegd in bijlage.
  • Maximum 10% van de totale perceelsoppervlakte mag ingenomen worden voor het aanleggen van speelruimten, tennisvelden, opritten, openlucht zwembaden, en dergelijke.
  • Alleen het gedeelte dat als toegang tot de gebouwen of als parkeerruimte wordt aangewend, mag worden verhard en dit met waterdoorlatende verharding. Een opvang in wadi of afloop naar een ondergronds infiltratiebekken, beek / gracht of vijver is ook toegelaten.
  • Volledige verhardingen van het terrein zijn slechts toegelaten als terras, met een maximale gezamelijke oppervlakte van 100m².
  • Zwembaden hebben maximale oppervlakte van 75m² en worden ingeplant op minium 3m van de perceelsgrenzen. Het lozen van zwembadwater in grachten is niet toegelaten.

2.4. Stedenbouwkundige aanvragen

Elke stedenbouwkundige aanvraag waarbij bomen dienen gekapt te worden dient vergezeld te zijn van:

1.      Een gedetailleerd plan van de bestaande beplanting binnen een zone van 15m rond het gebouw. Daarop dient vermeld te worden:

  • de schaal van het plan;
  • de bestaande en de aangevraagde bebouwing;
  • de toegangswegen, parkeerplaatsen en andere verhardingen;
  • alle op terrein aanwezige bomen met een stamomtrek van meer dan 50cm gemeten op 1,5m hoogte of waarvan de hoogte minstens 5m bedraagt, met vermelding van de te rooien, te behouden bomen.

2.      Een heraanplantingsplan met aanduiding van de aan te planten boen met vermelding van soort en aantal.

2.5.            Verkavelingsvoorschriften

2.5.1.      Kavelbreedte

Op de bouwlijn en rooilijn. Minimum 15m voor de zones gemerkt 750/15 en minimum 20 voor zone gemerkt 1.000/20.

2.5.2.      Kaveloppervlakte

Minimum 750m² voor de zones gemerkt 750/15 en minimum 1.000m² voor de zones gemerkt 1.000/20.

2.5.3.      Vorm van de kavels

  • Alle kavelgrenzen zullen zoveel mogelijk loodrecht op de rooilijn der wegen getrokken worden.
  • Nieuwe kavelgrenzen, waarop de gemene scheidsmuren van 2 gekoppelde woningen worden opgetrokken, moeten loodrecht op de bouwlijn aangelegd worden en in rechte lijn verlopen, ten minste tot voorbij de achtergevels van de woningen.

 

  • Bestaande toestand

Op het perceel is vandaag een woning aanwezig sinds 1969.

Op het perceel is er nog een garage en veranda aanwezig.

De totale bebouwde oppervlakte bedraagt +/- 157,40m² op een perceel van circa 1.023m².

Het perceel is niet gelegen in de dorpskern maar in een residentiële woonwijk.

Het links aanpalende perceel wordt gebruikt als een ééngezinswoning.

Het rechts aanpalende perceel wordt gebruikt als een ééngezinswoning.

In het straatbeeld komen volgende bestemmingen voor: ééngezinswoningen.

Het perceel is een hoekperceel tussen de Missionarislei en de Vloeyenbergdreef.

Beide straten zijn voldoende uitgeruste gemeentewegen en worden beide weinig gebruikt als doorgangsweg.

De directe omgeving wordt gekenmerkt door open bebouwing.

Het karakter en de stijl in de omliggende omgeving zijn een mix van verschillende stijlen.

Het pand is niet als monument geklasseerd en is niet opgenomen op de inventaris van onroerend erfgoed.

Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag gaat over het aanbouwen van een carport en de regularisatie van een veranda op een perceel van 1.023m².

De woning blijft ingeplant tot op 15m uit de rooilijn, tot op 3,5m van de rechter perceelsgrens en tot op 3,2m van de linker perceelsgrens.

De gevel van de woning heeft een breedte van 15m op een kavelbreedte van 37,27m, gemeten op de voorgevelbouwlijn.

De bouwdiepte tussen voor- en achtergevel bedraagt 13,60m.

De hoogte van de carport bedraagt 2,5m, gemeten vanaf het maaiveld, afgewerkt met een plat dak.

De hoogte van de veranda is maximum 2,8m.

De carport wordt uitgevoerd in houten planken, de veranda werd uitgevoerd in aluminium en pvc-panelen.

Achteraan het perceel is een garage vergund.

De totale bebouwde oppervlakte op het perceel, inclusief oversteken groter dan 1m, bedraagt 178,82m².

De toegang tot het perceel is 3,2m en 1,16m breed.

De oprit werd aangelegd in klinkers en ligt op minimum 4,7m van de linker perceelsgrens.

De totale verharde oppervlakte op het perceel bedraagt 91m².

Er worden geen bomen gerooid.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990
    Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
    Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden. Hierdoor moet men rekening houden met het gemeentelijk kapreglement in plaats van de VCRO.
  • Ministerieel besluit van 6 april 1994
    Bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
  • Koninklijk besluit van 7 juli 1994 “Basisnormen brandpreventie” en latere wijzigingen
    Vaststelling van de basisnormen voor de preventie van brand en ontploffing waaraan de nieuwe gebouwen moeten voldoen.
  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Decreet van 22 december 2006 en latere wijzigingen houdende eisen en handhavingsmaatregelen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen
    De Vlaamse Regering bepaalt EPB-eisen waaraan gebouwen moeten voldoen waarvoor een aanvraag tot het verkrijgen van een stedenbouwkundige vergunning wordt ingediend.
  • Decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid
    Het decreet wil wonen betaalbaar maken voor iedereen. Het decreet geeft aan de gemeenten een aantal mogelijkheden (en verplichtingen) om hiertoe initiatief te nemen.
  • Artikel 4.2.2, 4.2.4. Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Artikel 3 van het decreet van 8 mei 2009 houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders
    Bij de aanvraag van de stedenbouwkundige vergunning voor de bouw of de uitvoering van de renovatiewerkzaamheden wordt aangegeven waar optische rookmelders geplaatst zullen worden.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 en latere wijzigingen tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid
    De verordening legt voorwaarden op aan de stedenbouwkundige vergunning en moet ervoor zorgen dat iedereen het gebouw kan betreden, ook rolstoelgebruikers, mensen met een kinderwagen, slechtzienden, grotere personen, mensen met een ledemaat in het gips enz. De verordening geldt bij nieuwbouw, verbouwingen of uitbreidingen van gebouwen die publiek toegankelijk zijn.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 11 maart 2015 en latere wijzigingen tot vaststelling van de eisen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen
    De energieprestatieregelgeving legt eisen op met als doel energiezuinig (ver)bouwen te stimuleren.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
    Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen

 

Inspraak en advies

  • Er werden geen externe adviezen gevraagd.
  • Gemeentelijke milieuambtenaar
    Het advies van gemeentelijke milieuambtenaar afgeleverd op 8 april 2019, luidt: voorwaardelijk gunstig.
    De aanvrager wenst een woning te verbouwen en een bijgebouw te bouwen. Er dienen geen bomen te worden geveld. Het perceel voldoet op het vlak van groen niet aan de definitie van woonparkgebied. Er zijn beperkte mogelijkheden voor heraanplanting.
    Hierbij werden volgende voorwaarden voorgesteld:

o        voldoen aan de definitie van 'woonparkgebied' met name: het niet-bebouwbare gedeelte dient aangelegd te worden met hoogstammig groen (het bestaande moet bewaard worden). Het groen moet aangebracht worden langs alle zijden van het perceel, min de nodige toegangen. Slechts 10% van de perceelsoppervlakte mag ingenomen worden voor het aanleggen van grasperken, speelruimten, tennisvelden en dergelijke. De aanvrager voorziet op het inplantingsplan geen heraanplanting. Dit is echter noodzakelijk om te voldoen aan de definitie van woonpark. In die zin is het noodzakelijk om een beperkte heraanplanting uit te voeren met minstens 1 inlandse hoogstammige loofboom van eerste grootte plantmaat 10/12 en 1 inlandse hoogstammige loofboom van tweede grootte plantmaat 8/10; de heraanplanting met bomen van eerste grootte dient bij voorkeur met een onderlinge plantafstand van minstens 8m. De heraanplanting mag niet gebeuren onder de kruinen van bestaande bomen. Voor de bomen van tweede grootte bij voorkeur een onderlinge plantafstand van 5m hanteren;

o        de heraanplanting dient op minstens 2m plantafstand van de perceelsgrenzen te gebeuren;

o        de aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen om de nieuwe aanplanting te laten slagen. Dit houdt onder meer in: een met zorg uitgevoerde aanplanting met kwaliteitsvol plantgoed, het gebruik van een steunpaal of wortelkluitverankering en indien nodig het aanbrengen van bescherming tegen wild- of veevraat. De nazorg, zoals het tijdig water geven, kan noodzakelijk zijn om de heraanplant het eerste groeiseizoen te laten overleven;

o        bij uitval dient/dienen in het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats/plaatsen terug te worden ingevuld of ingeboet. In ieder geval is de aanvrager ertoe gehouden om op zijn perceel de nieuwe heraangeplante bomen tot volle wasdom te brengen. Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart – 1 juli, namelijk het broedseizoen van vogels, moet de aanvrager er zich van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten (artikel 14 van het soortenbesluit) beschadigd, weggenomen of vernield worden;

o        indien bronbemaling nodig is dient voldaan te worden aan de zorgplicht (bijvoorbeeld retourbevloeiing) aan de bestaande bomen in de omgeving;

o        geen grondophogingen, zelfs tijdelijk, aan te brengen onder de bestaande bomen;

o        de vorm van paden, oprit en terrassen aanpassen aan de inplanting van bestaande bomen zodat die behouden kunnen blijven;

o        om schade aan bestaande bomen te voorkomen tijdens de bouw - en of wegenwerken dienen vanaf de start van de uitvoeringswerken boombeschermende maatregelen uitgevoerd te zijn zoals onder meer het plaatsen van een hekwerk, het leggen van rijplaten enzovoort om de bestaande bomen te beschermen.

 

Argumentatie

  • Watertoets

Waterparagraaf: het voorliggende project heeft geen enkele invloed op het watersysteem, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat er geen schadelijk effect wordt veroorzaakt. Er dienen dan ook geen voorwaarden of maatregelen te worden opgelegd. Het ontwerp is verenigbaar met de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.

 

  • Functionele inpasbaarheid
    Het aanbouwen van een carport is functioneel inpasbaar in deze omgeving.

 

  • Het mobiliteitsaspect
    De aanvraag heeft weinig effect op de mobiliteit in de omgeving.

 

  • De schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid
    De aanvraag past in het straatbeeld. Het project is qua schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid aanvaardbaar op het perceel en in de bestaande omgeving.

 

  • Visueel-vormelijke elementen
    De gebruikte gevelmaterialen zijn toegestaan. Het ontwerp integreert zich in het straatbeeld.

 

  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

  • Bodemreliëf
    De aanvraag behoudt het bestaande grondniveau.

 

  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    De afstanden tot de perceelsgrenzen zijn voldoende om goede nabuurschap en privacy te waarborgen.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig.

Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

  • het gebouw dient enkel als eengezinswoning te worden aangewend;
  • de vestiging van een maatschappelijke zetel van een bedrijf of de uitoefening van een vrij beroep is toegelaten indien er geen afbreuk wordt gedaan aan het residentiële karakter van de gebouwen en deze activiteiten gepaard gaan met een woonbestemming. Minimum 60% van het bouwvolume wordt ingenomen door het woongedeelte. Winkels, ambachtelijke bedrijven en nijverheid, zijn verboden;
  • de woning dient te worden uitgerust met voldoende correct geïnstalleerde rookmelders, volgens de normen van het decreet houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders van 8 mei 2009;
  • het advies van de gemeentelijke milieuambtenaar naleven.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Omgeving - Louis Mariënlaan 20 - mevrouw Sonia Vermeulen en de heer Walter Van de Berckt - het bouwen van een vrijstaande ééngezinswoning met een inpandige garage en het kappen van bomen die op minder dan 10m van de te bouwen woning staan. - OMG 2019/78

 

 

Voorgeschiedenis

  • Stedenbouwkundige vergunning(en)

o        bouwen van een tweewoonst - weigering door college van burgemeester en schepenen - 18 mei 2009 - 2008/244

  • Stedenbouwkundige attest(en)
  • het kappen van bestaande bomen ter hoogte van bouwstrook en bouwen van een alleenstaande woning - positief door  college van burgemeester en schepenen - 6 februari 2017 - SA 2016/16

 

Feiten en context

  • Dossiergegevens

Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door mevrouw Sonia Vermeulen en de heer Walter Van de Berckt, Liersebaan 79A, 2970 Schilde op 13 februari 2019 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres Louis Mariënlaan 20.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het bouwen van een vrijstaande ééngezinswoning met een inpandige garage en het kappen van bomen die op minder dan 10m van de te bouwen woning staan.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 28 februari 2019. De uiterste beslissingsdatum is 29 april 2019.

 

  • Planologische context
    Het goed ligt in woongebied volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.
    De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

 

  • Bestaande toestand

Het betreft een onbebouwd perceel van 740m² groot.

Het perceel is gelegen aan de rand van de dorpskern.

Het links aanpalende perceel wordt gebruikt als een ééngezinswoning.

Het rechts aanpalende perceel wordt gebruikt als een ééngezinswoning.

In het straatbeeld komen volgende bestemmingen voor: ééngezinswoningen.

De straat is een voldoende uitgeruste gemeenteweg. Deze wordt weinig gebruikt als doorgangsweg.

De directe omgeving wordt gekenmerkt door open en halfopen bebouwing.

Het karakter en de stijl in de omliggende omgeving is een mix van verschillende stijlen.

Het perceel is niet gelegen in een beschermd dorpsgezicht of beschermd landschap.

Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag gaat over het bouwen van een vrijstaande ééngezinswoning met een inpandige garage en het kappen van bomen die op minder dan 10m van de te bouwen woning staan op een perceel van 740m².

De nieuwe woning wordt ingeplant tot op 6m uit de rooilijn, op 3,44m van de rechter perceelsgrens en op 3m van de linker perceelsgrens.

De voorgevel van de woning heeft een breedte van 12,75m op een kavelbreedte van 19,28m, gemeten op de voorgevelbouwlijn.

De bouwdiepte tussen voor- en achtergevel bedraagt 11,21m.

De kroonlijsthoogte bedraagt 6m, gemeten vanaf het maaiveld, afgewerkt met een plat dak. De gevels worden opgetrokken in grijze gevelsteen.

De totale bebouwde oppervlakte op het perceel, inclusief oversteken groter dan 1m, bedraagt 142,93m².

De toegang tot het perceel is 4m en 1,80m breed.

De oprit wordt aangelegd in kiezel en betonplaten en ligt op voldoende afstand van de zij perceelsgrenzen.

Achter de woning wordt een terras van 32,5m² aangelegd. De totale verharde oppervlakte op het perceel bedraagt 67,3m².

Er worden bomen gerooid.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990
    Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
    Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden. Hierdoor moet men rekening houden met het gemeentelijk kapreglement in plaats van de VCRO.
  • Ministerieel besluit van 6 april 1994
    Bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
  • Koninklijk besluit van 7 juli 1994 “Basisnormen brandpreventie” en latere wijzigingen
    Vaststelling van de basisnormen voor de preventie van brand en ontploffing waaraan de nieuwe gebouwen moeten voldoen.
  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Decreet van 22 december 2006 en latere wijzigingen houdende eisen en handhavingsmaatregelen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen
    De Vlaamse Regering bepaalt EPB-eisen waaraan gebouwen moeten voldoen waarvoor een aanvraag tot het verkrijgen van een stedenbouwkundige vergunning wordt ingediend.
  • Decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid
    Het decreet wil wonen betaalbaar maken voor iedereen. Het decreet geeft aan de gemeenten een aantal mogelijkheden (en verplichtingen) om hiertoe initiatief te nemen.
  • Artikel 4.2.2, 4.2.4. Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Artikel 3 van het decreet van 8 mei 2009 houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders
    Bij de aanvraag van de stedenbouwkundige vergunning voor de bouw of de uitvoering van de renovatiewerkzaamheden wordt aangegeven waar optische rookmelders geplaatst zullen worden.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 en latere wijzigingen tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid
    De verordening legt voorwaarden op aan de stedenbouwkundige vergunning en moet ervoor zorgen dat iedereen het gebouw kan betreden, ook rolstoelgebruikers, mensen met een kinderwagen, slechtzienden, grotere personen, mensen met een ledemaat in het gips enz. De verordening geldt bij nieuwbouw, verbouwingen of uitbreidingen van gebouwen die publiek toegankelijk zijn.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 11 maart 2015 en latere wijzigingen tot vaststelling van de eisen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen
    De energieprestatieregelgeving legt eisen op met als doel energiezuinig (ver)bouwen te stimuleren.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
    Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen

 

Inspraak en advies

  • Gemeentelijke milieuambtenaar
    Het advies van gemeentelijke milieuambtenaar afgeleverd op 8 april 2019, luidt: voorwaardelijk gunstig.
    De aanvrager wenst een woning te bouwen. Er dienen 14 eiken te worden geveld. Er kan slechts 1 eik, aangeduid op het bomenplan met nr. 15, behouden worden. Er zijn geen realistische mogelijkheden om meer bomen te behouden. Een beperkte heraanplanting is mogelijk.
    Hierbij werden volgende voorwaarden voorgesteld:

o        De aanvrager voorziet op het inplantingsplan geen heraanplanting. Om de te vellen eiken te compenseren is het noodzakelijk om een beperkte heraanplanting uit te voeren met minstens 3 inlandse hoogstammige loofbomen van tweede grootte plantmaat 8/10;de heraanplanting met bomen van eerste grootte dient bij voorkeur met een onderlinge plantafstand van minstens 8m. De heraanplanting mag niet gebeuren onder de kruinen van bestaande bomen. Voor de bomen van tweede grootte bij voorkeur een onderlinge plantafstand van 5m hanteren;

o        de heraanplanting dient op minstens 2m plantafstand van de perceelsgrenzen te gebeuren;

o        de aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen om de nieuwe aanplanting te laten slagen. Dit houdt onder meer in: een met zorg uitgevoerde aanplanting met kwaliteitsvol plantgoed, het gebruik van een steunpaal of wortelkluitverankering en indien nodig het aanbrengen van bescherming tegen wild- of veevraat. De nazorg, zoals het tijdig water geven, kan noodzakelijk zijn om de heraanplant het eerste groeiseizoen te laten overleven;

o        bij uitval dient/dienen in het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats/plaatsen terug te worden ingevuld of ingeboet. In ieder geval is de aanvrager ertoe gehouden om op zijn perceel de nieuwe heraangeplante bomen tot volle wasdom te brengen. Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart – 1 juli, namelijk het broedseizoen van vogels, moet de aanvrager er zich van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten (artikel 14 van het soortenbesluit) beschadigd, weggenomen of vernield worden;

o        indien bronbemaling nodig is dient voldaan te worden aan de zorgplicht (bijvoorbeeld retourbevloeiing) aan de bestaande bomen in de omgeving;

o        geen grondophogingen, zelfs tijdelijk, aan te brengen onder de bestaande bomen;

o        de vorm van paden, oprit en terrassen aanpassen aan de inplanting van bestaande bomen zodat die behouden kunnen blijven;

o        om schade aan bestaande bomen te voorkomen tijdens de bouw - en of wegenwerken dienen vanaf de start van de uitvoeringswerken boombeschermende maatregelen uitgevoerd te zijn zoals onder meer het plaatsen van een hekwerk, het leggen van rijplaten enzovoort om de bestaande bomen te beschermen.

 

  • Pidpa Riolering
    Het advies van Pidpa Riolering afgeleverd op 25 maart 2019 onder referentie 2064363, luidt: voorwaardelijk gunstig.
    Betreffende de aan te leggen rioleringsinfrastructuur:

o        beschrijvend gedeelte:

  • van toepassing zijnde regelgeving:
  • de gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 5 juli 2013 inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater;
  • het Vlaams reglement houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem);
  • de “Basisvoorwaarden voor het rioleringsbeheer” pidpa-riolering (zie website Pidpa);
  • het Algemeen waterverkoopreglement (zie website Pidpa);
  • het Bijzonder Waterverkoopreglement (zie website Pidpa);
  • de code van goede praktijk voor het ontwerp, de aanleg en het onderhoud van rioleringssystemen;
  • deze lijst is niet limitatief.
  • Ligging volgens het zoneringsplan:
  • De ontwikkeling is gelegen in het centrale gebied met reeds bestaande aansluiting op een zuiveringsstation (oranje gearceerd).
    Hierbij werden volgende voorwaarden voorgesteld:

o        Specifieke voorwaarden:

  • De DWA-afvoer en de RWA-afvoer zullen dienen aangesloten te worden op de bestaande gemengde riolering langsheen de Louis Mariënlaan.
  • De regenwaterput met een inhoud van 5.000 liter voldoet aan de bijgevoegde aanstiplijst hemelwater voor de nieuwbouw of herbouw van een of meer eengezinswoningen.
  • De regenwaterput dient voorzien te zijn van effectief herbruik van regenwater, dit is voorzien door het aansluiten van wc en buitenkraan.
  • De overloop van de regenwaterput wordt aangesloten op een infiltratievoorziening met min.2.073 liter (effectief 3.000 liter) infiltratievolume en min. 3,32m² (effectief 7,50m²) infiltratie oppervlakte. De overloop hiervan mag worden aangesloten op het openbaar domein ten hoogte van de rooilijn. Men moet er wel aandacht aan besteden dat de infiltratievoorziening geplaatst wordt boven het grondwaterniveau.
  • Een voldoende gedimensioneerde (volgens 'Waterwegwijzer bouwen en verbouwen') en goed werkende voorbehandelingsinstallatie (septische put) op de afvoer van de toiletten is aan te raden. Deze werd voorzien en staat vermeld op het plan.
  • Eén DWA-huisaansluitputje ter hoogte van elke (toekomstige) overgang van privéwaterafvoer naar het (toekomstig) openbaar saneringsnetwerk is verplicht.
  • De eventuele bestaande huisaansluiting van het bestaande/te slopen gebouw/woning dient herbruikt te worden. Tijdens de werkzaamheden dient deze aansluiting op een degelijke wijze afgesloten te worden, zodat er geen onnodig vuil, zand, afval… in de riolering kan terechtkomen. Nieuwe huisaansluitingen (op een andere locatie of met een grotere diameter) zijn ten laste van de ontwikkelaar. Deze dienen aangevraagd te worden bij Pidpa-Riolering.
  • Eén RWA-huisaansluitputje ter hoogte van elke toekomstige overgang van privéwaterafvoer naar het openbaar saneringsnetwerk, tenzij wordt aangesloten op een gracht of een ander open hemelwaterlichaam is verplicht.
  • De huisaansluitputjes, de plaatsing ervan en de aansluiting op de riolering zijn ten laste van de ontwikkelaar. Deze werken worden uitgevoerd door Pidpa.
  • Offerte voor de beperkte uitbreiding van het openbaar rioleringsnetwerk ten behoeve van het aansluiten van de ontwikkeling.

o        Pidpa bepaalt welke rioleringsinfrastructuur voorzien moet worden door de ontwikkelaar en maakt hiervoor eventueel offerte over aan de ontwikkelaar.

o        De werken worden uitgevoerd door Pidpa of een door Pidpa aangestelde aannemer. Dit kan slechts na betaling van de in de offerte vermelde geraamde kostprijs.

o        Algemene voorwaarden:

  • Voor elke aansluiting op de riolering dient een aanvraag gericht te worden aan Pidpa-Riolering.
  • De riolering op privéterrein dient verplicht gekeurd te worden op de afkoppeling van het hemelwater.

 

Argumentatie

  • Watertoets

Waterparagraaf: het voorliggende (bouw)project heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een overstromingsgebied. De ondergrondse constructie heeft beperkte dimensies en geeft geen aanleiding tot een verminderde infiltratie in de bodem, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is. Voor het betrokken project werd de watertoets uitgevoerd volgens de richtlijnen van het uitvoeringsbesluit van 5 juli 2013. Daaruit volgt dat een positieve uitspraak mogelijk is indien de gewestelijke/provinciale/gemeentelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater wordt nageleefd. Het ontwerp voorziet in de plaatsing van een hemelwaterput van 5.000 liter met een overloop op een infiltratievoorziening met een buffervolume van 3.000 liter en een infiltratieoppervlakte van 7,50m² zodat aan de verordening voldaan wordt. Onder deze voorwaarden is het ontwerp verenigbaar met de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.

 

o        Functionele inpasbaarheid
Het bouwen van een vrijstaande ééngezinswoning met een inpandige garage en het kappen van bomen die op minder dan 10m van de te bouwen woning staan is functioneel inpasbaar in deze omgeving.

 

o        Het mobiliteitsaspect
De aanvraag heeft weinig effect op de mobiliteit in de omgeving.

 

o        De schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid
De aanvraag past in het straatbeeld. Het project is qua schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid aanvaardbaar op het perceel en in de bestaande omgeving.

 

o        Visueel-vormelijke elementen
De gebruikte gevelmaterialen zijn toegestaan. Het ontwerp integreert zich in het straatbeeld.

 

o        Cultureel historische aspecten
Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

o        Bodemreliëf
De aanvraag behoudt het bestaande grondniveau. De nulpas wordt voorzien op 40cm boven de straatpas.

 

o        Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
De afstanden tot de perceelsgrenzen zijn voldoende om goede nabuurschap en privacy te waarborgen.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig.

Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

  • het gebouw dient enkel als eengezinswoning te worden aangewend;
  • het hemelwater dient te worden opgevangen in (een) regenwaterput(ten) met een totale inhoud van minimum 5.000 liter. Het regenwater moet hergebruikt worden met minimum 1 aftappunt. De overloop van de put moet worden aangesloten aan een infiltratievoorziening met een buffervolume van minimum 2.073 liter en een infiltratieoppervlakte van 3,32m² zodat aan de verordening voldaan wordt;

o        de woning dient te worden uitgerust met voldoende correct geïnstalleerde rookmelders, volgens de normen van het decreet houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders van 8 mei 2009;

  • het advies van de gemeentelijke milieuambtenaar naleven;
  • het advies van Pidpa-Riolering naleven.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Omgeving - Constant Joossenslei 34+ - Schilde - het afbreken van een bergplaats met asbestplaten - OMG 2019/177

 

 

Voorgeschiedenis

  • Stedenbouwkundige vergunning(en)

o        bouwen van bergplaats voor sportmateriaal - vergunning door stedenbouw - 25 oktober 1974 - sgr1974/96

 

Feiten en context

  • Dossiergegevens

Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door de gemeente Schilde gevestigd Brasschaatsebaan 30, 2970 Schilde op 3 april 2019 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres Constant Joossenslei 34+.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het afbreken van een bergplaats met asbestplaten.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 9 april 2019. De uiterste beslissingsdatum is 8 juni 2019.

 

  • Planologische context
    Het goed ligt in woongebied volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.
    De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.
    Het goed is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg (BPA) Molenveld, goedgekeurd op 11 december 1957.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

 

  • Specifieke voorschriften

Het BPA Molenveld bepaalt:

Artikel 4 Zone met bijzondere bestemming

1)      Bestemming:

Parkeeraanleg, speelpleinen, constructies in verband met de uitbating van de zone.

2)      Bebouwing:

Alle constructies moeten uit esthetisch en stedenbouwkundig oogpunt verantwoord zijn wat betreft de aangewende materialen, de vormgeving en de inplanting.

 

  • Bestaande toestand

Op het perceel is vandaag een berging aanwezig sinds 1975.

De totale bebouwde oppervlakte bedraagt +/- 15,56m².

Het perceel is gelegen in de dorpskern.

Het perceel is een binnen gebied in een woonwijk met één- en meergezinswoningen.

Het perceel is toegankelijk via 2 padjes, één langsheen de August Dilslei en één langsheen de Constant Joossenslei.

De directe omgeving wordt gekenmerkt door halfopen-, open en gesloten bebouwing.

Het karakter en de stijl in de omliggende omgeving is een mix van verschillende stijlen.

Het pand is niet als monument geklasseerd en is niet opgenomen op de inventaris van onroerend erfgoed.

Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag gaat over het afbreken van een bergplaats met asbestplaten op dit perceel.

De bestaande berging van 16,56m² wordt afgebroken.

De afbraak zal door een gespecialiseerde firma gebeuren vermits er asbestplaten aanwezig zijn.

Er worden geen bomen gerooid.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990
    Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
    Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden. Hierdoor moet men rekening houden met het gemeentelijk kapreglement in plaats van de VCRO.
  • Ministerieel besluit van 6 april 1994
    Bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
  • Koninklijk besluit van 7 juli 1994 “Basisnormen brandpreventie” en latere wijzigingen
    Vaststelling van de basisnormen voor de preventie van brand en ontploffing waaraan de nieuwe gebouwen moeten voldoen.
  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Decreet van 22 december 2006 en latere wijzigingen houdende eisen en handhavingsmaatregelen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen
    De Vlaamse Regering bepaalt EPB-eisen waaraan gebouwen moeten voldoen waarvoor een aanvraag tot het verkrijgen van een stedenbouwkundige vergunning wordt ingediend.
  • Decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid
    Het decreet wil wonen betaalbaar maken voor iedereen. Het decreet geeft aan de gemeenten een aantal mogelijkheden (en verplichtingen) om hiertoe initiatief te nemen.
  • Artikel 4.2.2, 4.2.4. Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Artikel 3 van het decreet van 8 mei 2009 houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders
    Bij de aanvraag van de stedenbouwkundige vergunning voor de bouw of de uitvoering van de renovatiewerkzaamheden wordt aangegeven waar optische rookmelders geplaatst zullen worden.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 en latere wijzigingen tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid
    De verordening legt voorwaarden op aan de stedenbouwkundige vergunning en moet ervoor zorgen dat iedereen het gebouw kan betreden, ook rolstoelgebruikers, mensen met een kinderwagen, slechtzienden, grotere personen, mensen met een ledemaat in het gips enz. De verordening geldt bij nieuwbouw, verbouwingen of uitbreidingen van gebouwen die publiek toegankelijk zijn.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 11 maart 2015 en latere wijzigingen tot vaststelling van de eisen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen
    De energieprestatieregelgeving legt eisen op met als doel energiezuinig (ver)bouwen te stimuleren.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
    Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen

 

Inspraak en advies

  • Er werden geen interne adviezen gevraagd.

 

  • Er werden geen externe adviezen gevraagd.

 

Argumentatie

  • Watertoets

Waterparagraaf: het voorliggende project heeft geen enkele invloed op het watersysteem, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat er geen schadelijk effect wordt veroorzaakt. Er dienen dan ook geen voorwaarden of maatregelen te worden opgelegd. Het ontwerp is verenigbaar met de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.

 

  • Functionele inpasbaarheid
    Het afbreken van een bergplaats met asbestplaten is functioneel inpasbaar in deze omgeving.

 

  • Het mobiliteitsaspect
    De aanvraag heeft weinig effect op de mobiliteit in de omgeving.

 

  • De schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

  • Visueel-vormelijke elementen
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

  • Bodemreliëf
    De aanvraag behoudt het bestaande grondniveau.

 

  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig.

Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

  • voor de afbraak van de gebouwen dient de bouwheer te beschikken over een attest voor het buitengebruik stellen van de gas- en elektriciteitsleidingen van desbetreffende maatschappijen;
  • bij het verwijderen rekening houden met hoofdstuk 6.4 ‘beheersing van asbest’ titel II van het VLAREM.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Omgeving - Kerkelei 45 - de heer Wojcieck Zwiersz - het intern verbouwen en uitbreiden van een gelijkvloers appartement - OMG 2019/13

 

 

Het punt is verdaagd.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Omgeving - Constant Joossenslei 47 - mevrouw Evi Cap - het regulariseren van een uitbreiding aan een woning - M 2019/184

 

 

Voorgeschiedenis

  • Stedenbouwkundige vergunning(en)

o        tweewoonst - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 6 december 1960 - sgr1960/76

  • Omgevingsvergunning(en) - stedenbouwkundige handelingen en/of exploitaties

o        het regulariseren van een uitbreiding van een woning - ongegrond, niet rechtsgeldig door college van burgemeester en schepenen - 1 april 2019 - M 2019/141

 

Feiten en context

  • Dossiergegevens

Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door mevrouw Evi Cap, Bergen op Zoomlaan 29/2, 2170 Antwerpen op 6 april 2019 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres Constant Joossenslei 47.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het regulariseren van een uitbreiding aan een woning.

 

  • Planologische context
    Het goed ligt in woongebied volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.
    De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.
    Het goed is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg (BPA) Molenveld, goedgekeurd op 11 december 1957.
    Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.
     
  • Specifieke voorschriften

Het BPA Molenveld bepaalt:

Artikel 2. Zone voor gegroepeerde bebouwing

201. Hoofdgebouwen

1.      Bestemming: woonhuizen, handelsinrichtingen.

2.      Bebouwing:

Ofwel gegroepeerd volgens de aanduidingen op het plan;

Ofwel alleenstaand of gegroepeerd tot maximum 6 woonhuizen volgens de grafische aanduidingen van een vooraf op te maken verkavelingsplan.

Afstand van de vrijstaande zijgevels tot de zijgrens van het perceel minimum 3m. Geen zichtbare blinde gevels.

3.      Bouwbreedte:

a) aaneengebouwde woonhuizen en kopwoningen: minimum 7m.

b) alleenstaande woonhuizen: minimum 8m.

4.      Bouwdiepte:

Zoals aangeduid op het plan.  Voor alleenstaande bebouwing kan afwijking worden verleend van de op het plan voorziene bouwdiepte tot een maximum van 15m.

5.      Bouwhoogte:

Gemeten van peil voetpad tot bovenkant kroonlijst of onderkant dakoversteek: 6 à 6,50m. Andere hoogten kunnen toegestaan of opgelegd worden zo dit gewenst is voor aanpassing aan de bestaande gebouwen.  In geval van alleenstaande bebouwing of van groepsbouw van een volledig woningblok kunnen andere hoogten toegelaten worden.

6.      Gevelmaterialen:

a) gegroepeerde bebouwing:

Vanaf de openbare weg zichtbare gevels: gevelsteen.  Bewerking met siermaterialen kan worden toegestaan. Overige gevels: baksteen.

b) alleenstaande bebouwing:

Alle gevels in gevelsteen, natuursteen, baksteen geschilderd in lichte kleur, sierbezetting in lichte kleur. Bewerking met siermaterialen kan worden toegestaan.

7.      Dak:

a) gegroepeerde bebouwing:

Zadeldak, helling 35° tot 55°, op de basisdiepte van 10m, de nok evenwijdig met de voorbouwlijn, de dakvlakken symmetrisch ten opzichte van het vertikaal vlak door de nok.  Bij groepsbouw van een volledig woningblok kunnen hellingen van 15° tot 55° worden toegestaan.  Voor de kopwoningen kan een half schilddak of wolfdak worden toegestaan, op voorwaarde dat aan de twee kopwoningen dezelfde oplossing gegeven wordt.

b) alleenstaande bebouwing:

Hellingen van 15° tot 55°.  Plat dak toegelaten op uitbouw.

8.      Dakbedekking:
Ofwel pannen, kleur rood of zwart; ofwel asbestleien in horizontaal verband, kleur rood of zwart; ofwel, bij groepsbouw of alleenstaande bebouwing, natuurleien; ofwel, bij groepsbouw of alleenstaande bebouwing; riet; ofwel, voor flauw hellende daken, roofing met korrel.

9.      dakvensters:

Minimumafstand van de voorzijde tot het gevelvlak 0,40m. minimumafstand tot het gevelvlak evenwijdig met de zijwangen 1m.

10.  Kroonlijsten:

Verplicht, behalve bij rietbedekking.

De voorgevel en de achtergevel dienen voorzien van een rechtlijnige en doorlopende kroonlijst.  De vrijstaande zijgevel dient uitgevoerd ofwel met kroonlijst, ofwel, voor puntgevels, met gevelpannen of met overtekend dakvlak.

Uitsprong uit het gevelvlak:

a) kroonlijst aan voorgevel: 0,50m;

b) kroonlijst aan achtergevel, kroonlijst of overstekend dakvlak aan vrijstaande zijgevel: 0,20 à 0,50m;

c) dakoversteek bij rietbedekking: maximum 1m.

11.  Erkers:

Enkel gelijkvloers.

Uitsprong uit het voorgevelvlak of uit het zijgevelvlak grenzend aan de achteruitbouwstrook: maximum 0,50m in de achteruitbouwstrook.  Uitsprong uit het vlak van de overige vrijstaande zijgevels: maximum tot op 3m afstand van de zijgrens van het perceel.  Breedte maximum 2/3 van de gevelbreedte.

12.  Balkons:

Uitsprong uit het gevelvlak maximum 0,50m.

Breedte maximum 2/3 van de gevelbreedte.

13.  Uitsprongen:

Maximum 0,30m uit het gevelvlak.

14.  Bouwperceel:

De te vormen percelen haaks op de voorbouwlijn over de ganse diepte van de bouwstrook.

Maximumbreedte voor:

a) alleenstaande bebouwing: 15m;

b) kopwoningen: 9m;

c) aaneengesloten bebouwing: 6m.

15.  Worden bindend gemaakt voor het ganse woningblok door de bouwvergunning die het eerst wordt afgeleverd:

a)de bouwhoogte

b)de kleur van de gevelsteen

c)de dakhelling en de nokhoogte

d)de aard en de kleur van de dakbedekking

 

202. Bijgebouwen I

1.      Bestemming: dezelfde als die van de hoofdgebouwen;

2.      Bouwhoogte: gemeten van peil voetpad tot bovenkant kroonlijst maximum 3,50m;

3.      Gevelmaterialen: dezelfde als die van het hoofdgebouw;

4.      Dak: plat;

5.      Kroonlijst: uitsprong uit het gevelvlak 0,20m.

 

203. Bijgebouwen II

1.      Bestemming: bergplaatsen, garages.

2.      Bebouwing: Volgens de aanduidingen op het plan.  Indien het bijgebouw niet wordt opgericht moet op de voorbouwlijn van dit bijgebouw een afsluitingsmuur in gevelmaterialen, hoogte 3m, opgericht worden.

3.      Bouwhoogte: Gemeten van peil voetpad tot bovenkant kroonlijst: 3m.

4.      Gevelmaterialen: Vanaf de openbare weg zichtbare gevels: gevelsteen. Bewerking met siermaterialen kan worden toegestaan. Overige gevels: baksteen.

5.      Dak: Plat.

6.      Kroonlijst: Uitsprong uit het gevelvlak 0,30m.

7.      Voor de gekoppelde zijgebouwen of de afsluitingsmuur wordt de kleur van de gevelsteen bindend gemaakt voor beide constructies door de bouwvergunning die het eerst wordt afgeleverd.

 

204. Koeren en tuinen

1.      Bebouwing: bergplaatsen, duivenhokken, garages
Inplanting op minimum 10m afstand van de bouwstroken en van de andere zones. Op verzoek van beide bouwheren kan vergunning worden verleend om tussen twee kopwoningen een garage gekoppeld in te planten vanaf 5m uit de voorbouwlijn. Maximumoppervlakte van de gezamenlijke constructies 25m² per perceelbreedte van 3m;

2.      Bouwhoogte: Maximum 3m;

3.      Gevelmaterialen: vanaf de openbare weg zichtbare gevels: gevelsteen. Bewerking met siermaterialen kan worden toegestaan. Overige gevels: baksteen;

4.      Daken: Plat;

5.      Afsluitingen: muren in baksteen of betonplaten toegestaan indien niet zichtbaar vanaf de openbare weg;

6.      Voor de gekoppelde garages wordt de kleur van de gevelsteen bindend gemaakt voor beide constructies door de bouwvergunning die het eerst wordt afgeleverd.

 

205. Achteruitbouwstrook

1.      Bebouwing: alle constructies verboden, op- en afritten inbegrepen;

2.      Afsluitingen: aan de openbare weg: muurtje in klampsteen, hoogte 0,40m. De Posten naast de ingangen mogen opgetrokken worden tot een hoogte van 0,70m.

 

  • Bestaande toestand

Op het perceel is vandaag een woning aanwezig sinds 1961.

De oppervlakte bedraagt +/- 66,28m² op een perceel van circa 320m².

Het perceel is gelegen in de dorpskern.

Het links aanpalende perceel wordt gebruikt als een meergezinswoning.

Het rechts aanpalende perceel wordt gebruikt als een onbebouwd perceel.

In het straatbeeld komen volgende bestemmingen voor: één- en meergezinswoningen.

De straat is een voldoende uitgeruste gemeenteweg. Deze wordt weinig gebruikt als doorgangsweg.

De directe omgeving wordt gekenmerkt door halfopen en open bebouwing.

Het karakter en de stijl in de omliggende omgeving is een mix van verschillende stijlen.

Het pand is niet als monument geklasseerd en is niet opgenomen op de inventaris van onroerend erfgoed.

Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag gaat over het regulariseren van het uitbreiden van een woning op een perceel van 320m².

De woning blijft ingeplant tot op 6,93m uit de rooilijn, op 3,74m van de rechter perceelsgrens en op de linker perceelsgrens.

De voorgevel van de woning heeft een breedte van 6,43m op een kavelbreedte van 10,17m, gemeten op de voorgevelbouwlijn.

De bouwdiepte tussen voor- en achtergevel bedraagt 12m.

De uitbreiding heeft een kroonlijsthoogte van 2,96m, gemeten vanaf het maaiveld, afgewerkt met een plat dak.

De gevels werden opgetrokken in witte gevelsteen.

De totale bebouwde oppervlakte op het perceel, inclusief oversteken groter dan 1m, bedraagt 77,20m².

De toegang tot het perceel is 3,74m breed. De oprit werd aangelegd in grind en ligt op de rechter perceelsgrens.

Er worden geen bomen gerooid.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid.
  • Besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en de daaraan gekoppelde bijlagen.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.

 

Argumentatie

  • Onderzoek van het meldingsplichtig en niet-verboden karakter
    Het regulariseren van het uitbreiden van een woning kan met een melding met de medewerking met architect.

De aanvraag is correct en gegrond.

 

  • Functionele inpasbaarheid
    Het regulariseren van een aanbouw aan een woning is functioneel inpasbaar in deze omgeving.

 

  • Het mobiliteitsaspect
    De aanvraag heeft weinig effect op de mobiliteit in de omgeving.

 

  • De schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid
    De aanvraag past in het straatbeeld. Het project is qua schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid aanvaardbaar op het perceel en in de bestaande omgeving.

 

  • Visueel-vormelijke elementen
    De gebruikte gevelmaterialen zijn toegestaan. Het ontwerp integreert zich in het straatbeeld.

 

  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.

 

  • Bodemreliëf
    De aanvraag behoudt het bestaande grondniveau.

 

  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    De afstanden tot de perceelsgrenzen zijn voldoende om goede nabuurschap en privacy te waarborgen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen en neemt akte van de voormelde melding.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Verdeling – attest – notarissen Celis, Celis en Liesse - Schildewandelpad 4  - OV  2019/19

 

 

Voorgeschiedenis

          Stedenbouwkundige vergunningen:

          27 juni 2006 - verbouwen van een woning met garage - vergunning - 2006139

          12 november 2007 - verbouwen van een bestaande woning - vergunning - 2007313

          9 juni 2008 - uitbreiden van een woning met zwembad - vergunning - 2008154

          30 juni 2014 - renovatie en uitbreiding van een woning - vergunning - 2014/57

          Omgevingsvergunningen:

          4 juni 2018 - renoveren, moderniseren en uitbreiden met buitenaanleg van een jachtpaviljoen - 2018/119

          11 februari 2019 - afbreken van de bestaande garage en het verbouwen van een bestaande woning - 2018/534

 

Feiten en context

          Op 4 april 2019 vroeg notariskantoor Celis, Celis en Liesse een attest van verdeling aan voor Schildewandelpad 4 en Hofse Velden met kadasternummer 108 l.

          De percelen zijn gelegen in woonpark en parkgebied. De percelen zijn niet gelegen in een goedgekeurd BPA, niet in een goedgekeurd RUP en niet in een goedgekeurde verkaveling.

          Het perceel grenst aan een gemeenteweg Schildewandelpad.

          Lot A, deel van nummer 108 L met een oppervlakte van 1.785m² wordt gevoegd bij perceel 115 k2 om samen te worden verkocht.

 

Juridische gronden

Artikel 5.2.2. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 8 mei 2009
Bij verdeling van een onroerend goed zonder dat een verkavelingsvergunning is afgegeven, wordt het college van burgemeester en schepenen op de hoogte gebracht. De opmerkingen die het college van burgemeester en schepenen eventueel en bij wijze van inlichting maakt, moeten in de akte worden vermeld, evenals de vermelding dat voor de verdeling geen verkavelings- of stedenbouwkundige vergunning werd afgegeven en dat er geen zekerheid is wat betreft de mogelijkheid om op het goed te bouwen of daarop enige vaste of verplaatsbare inrichting op te stellen die voor bewoning kan worden gebruikt.

 

Argumentatie

Enkel het gedeelte gelegen in woonparkgebied komt in aanmerking voor bebouwing.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft geen bezwaar tegen de verdeling van het eigendom, Schildewandelpad 4.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Voorbereiding subsidiedossier wonen 2020 - 2025 - aanvullende activiteiten

 

 

Voorgeschiedenis

          18 april 2011- de gemeenteraad beslist om toe te treden tot de interlokale vereniging lokaal woonbeleid Midden, IVLW Midden

          15 december 2014 - de gemeenteraad keurt de verlengingsaanvraag van IVLW Midden goed (periode 2015 - 2018) en beslist hiermee verder deel te nemen aan de vereniging

          11 september 2017 - het college van burgemeester en schepenen keurt de engagementsverklaring verlenging subsidiedossier (1 werkingsjaar 2018/2019) goed

          18 december 2017 - de gemeenteraad keurt de verlening subsidieaanvraag
(1 werkingsjaar 2018/2019) goed

          4 maart 2019 - het college van burgemeester en schepenen gaat principieel akkoord met het verderzetten van de werking van de IVLW voor de periode 2020 - 2025, en het uitvoeren van de verplichte activiteiten, zoals vermeld in het BVR lokaal woonbeleid van 16 november 2018

 

Feiten en context

          Op 16 november 2018 werd het besluit van de Vlaamse regering (BVR) inzake lokaal woonbeleid goedgekeurd. Dit nieuw wettelijk kader bepaalt de opdrachten op vlak van wonen voor de lokale besturen vanaf 1 januari 2020.

          De opdrachten kaderen in 3 grote beleidsprioriteiten:

          zorgen voor een divers en betaalbaar woonaanbod;

          bewaken van de kwaliteit van het woningpatrimonium en de woonomgeving;

          informeren, adviseren en begeleiden van inwoners met vragen over wonen.

          In het BVR zijn verplichte en aanvullende activiteiten opgenomen. De gemeenten kunnen individueel aangeven aan welke aanvullende activiteiten wordt deelgenomen en eventueel eigen voorstellen aan toevoegen.

          Tijdens de stuurgroep van 2 april 2019 werd meegedeeld dat Ranst als 7e gemeente deel zal uitmaken van IVLW Midden. Hierop kwam geen bezwaar.

          Het financieel schema werd tijdens de stuurgroep toegelicht met de optie om het wooninfopunt te behouden met de wekelijkse permanentie.

          Op 7 mei 2019 vindt het verkennend overleg plaats met Wonen Vlaanderen. Hier worden de aanvullende activiteiten en eigen voorstellen besproken. Na het ontvangen van het verslag wordt het definitief subsidiedossier afgewerkt en voorgelegd aan de gemeenteraad.

          De uiterste indieningsdatum voor het subsidiedossier bij Wonen Vlaanderen is 30 juni 2019.

 

Juridische gronden

          Artikel 4, §3 van de Vlaamse Wooncode van 15 juni 1997
De gemeente is aangesteld als coördinator en regisseur van het lokale woonbeleid.

          Besluit van de Vlaamse regering van 16 november 2018
Bepalingen over het lokaal woonbeleid.

 

Argumentatie

          De lijst met de aanvullende en eigen activiteiten werd voorbereid.

          Er wordt voorgesteld om het wooninfopunt te behouden.

          Er wordt voorgesteld om de toetreding van Ranst vanaf 2020 goed te keuren.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de voorgestelde aanvullende activiteiten met behoud van het wooninfopunt en beslist deze over te maken aan Igean voor verdere uitwerking van het subsidiedossier.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen keurt de toetreding van gemeente Ranst bij IVLW Midden goed.

Artikel 3. Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis dat Olivier Verhulst, schepen Wonen en Pascale Vleugels, themaconsulent woonbeleid samen met Kim Piron van IVLW Midden op het verkennend gesprek bij Wonen Vlaanderen aanwezig zullen zijn.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Bouwen - openbaar onderzoek

 

 

Juridische gronden

          Besluit van de Vlaamse Regering van 5 mei 2000 en latere wijzigingen
De Vlaamse Regering bepaalt de openbare onderzoeken over aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning, verkavelingsaanvragen en aanvragen tot verkavelingswijziging.

          Artikel 4.7.15 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 8 mei 2009
De Vlaamse Regering bepaalt de openbare onderzoeken over aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning, verkavelingsaanvragen en aanvragen tot verkavelingswijziging.

 

Kennisname

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de start van volgende openbare onderzoeken:

van 15 april 2019 tot en met 14 mei 2019

Wijnegemsteenweg 191

het uitbreiden van een bestaande gebouw en het regulariseren van verharding

OMG 2018/595

van 15 april 2019 tot en met 14 mei 2019

Waterstraat 107 en Mosthoevendreef 7

het verkavelen van een onbebouwd perceel in 6 loten voor open bebouwing

OVK 2019/1

van 19 april 2019 tot en met 18 mei 2019

WitteBrug 6

het bouwen van een ééngezinswoning

OMG 2019/160

van 21 april 2019 tot en met 20 mei 2019 ten gevolgen van een wijzigingsverzoek

Schoolstraat 79

het bouwen van een meergezinswoning met 3 wooneenheden

OMG 2019/583

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Wonen Vlaanderen - sociaal woonaanbod 2018

 

 

Feiten en context

Het agentschap Wonen-Vlaanderen meet elk jaar het sociaal woonaanbod in elke gemeente.  In de mail van 3 april 2019 vraagt het agentschap om de meting 2018 (situatie 31 december) tegen ten laatste 30 april 2019 te bezorgen via mail.

 

Juridische gronden

          Artikel 4, §3 van de Vlaamse Wooncode van 15 juni 1997
De gemeente is aangesteld als coördinator en regisseur van het lokale woonbeleid.

          Afdeling 2, Decreet betreffende het Grond- en Pandenbeleid van 27 maart 2009
Bindend sociaal objectief.

 

Argumentatie

Het tabel werd bijgewerkt volgens de situatie op 31 december 2018 en wordt tijdig bezorgd aan Wonen-Vlaanderen.

 

Kennisname

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de vraag van Wonen Vlaanderen alsook van de geactualiseerde lijst.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Omgeving - Bellevuedreef 8 - Eric Rochtus - het vellen van 1 den - VB 2019/117

 

 

Voorgeschiedenis

  • Stedenbouwkundige vergunning(en)

o        woning aan bestaand gebouw - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 22 februari 1983 - 1983/18

o        overdekt zwembad - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 12 april 2000 - 2000/119

o        villa - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 21 mei 1954 - 1954/52

o        tuinhuis - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 28 april 1966 - 1966/57

o        verbouwen en vergroten van bestaande villa (conciergewoning bijgebouwen) - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 25 juni 1964 - 1964/98

o        verbouwing - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 28 november 1974 - 1974/205

  • Milieuvergunning(en)

o        104: propaangasopslagtank 1000l - gunstig door  college van burgemeester en schepenen - 17 mei 1973 - 1973321 doos 12

 

Feiten en context

  • Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door Eric Rochtus, Bellevuedreef 8, 2970 Schilde op 6 maart 2019 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein in Bellevuedreef 8.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het vellen van 1 den.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 1 april 2019. De uiterste beslissingsdatum is 31 mei 2019.

 

  • Planologische context

Het goed ligt in woonpark volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.

Het goed ligt in woonpark volgens Wijziging van het aanvullend stedenbouwkundig voorschrift artikel 1 voor het gehele gewestplan, goedgekeurd op 7 juli 2000.

De woonparken die op de gewestplannen zijn aangeduid, zijn overwegend een opname van bestaande toestanden. Een woonpark is bedoeld als een woongebied van louter residentiële aard en bijgevolg gericht op het rustig verblijven in een homogeen voor het wonen bestemd woongebied in het groen. De nog open gebleven ruimten mogen verder bebouwd worden mits rekening wordt gehouden met de bepalingen van artikel 6.1.2.1.4 en met de bestaande bebouwingswijze (oppervlakte van de percelen, bebouwde oppervlakte van perceel, bouwtrant, bestaand groen).

Alle inrichtingen en activiteiten die verenigbaar zijn met de stedenbouwkundige bestemming van het woongebied zijn in principe toelaatbaar. Bijzondere aandacht dient niettemin te worden besteed aan de vraag naar de bestaanbaarheid van een constructie met de eigen woonfunctie van het gebied en de verenigbaarheid ervan met de onmiddellijke omgeving. Gezien het een wezenlijk kenmerk van een woonpark is dat de gemiddelde woondichtheid er gering is en de groene ruimten er verhoudingsgewijs grote oppervlakte beslaan, heeft dit tot gevolg dat de vestiging van niet-residentiële inrichtingen en activiteiten doorgaans niet zal kunnen worden aangenomen.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.

Het goed is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg (BPA) Schilde Bergen deel 1, goedgekeurd op 8 juli 1957.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Het eigendom is getroffen door een rooilijn.

 

  • Bestaande toestand

De boom staat in de tuin op een bebouwd perceel gelegen in woonparkgebied. Het is een groene omgeving met diverse groenelementen zoals bomen, hagen, struiken in combinatie met kruidachtige en begraasde vegetaties. Het straatbeeld wordt gekenmerkt door open bebouwingen in diverse stijlen.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag handelt over het vellen van 1 den.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990

Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden.

  • Ministerieel besluit van 6 april 1994

Ministerieel besluit tot goedkeuring van de bouwverordening van 15 februari 1990 voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.

  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Artikel 4.2.2, 4.2.4. Vlaamse codex ruimtelijke ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.
  • Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen.

 

Argumentatie

  • Watertoets
    Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.
  • Functionele inpasbaarheid
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Het mobiliteitsaspect
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • De schaal, het ruimtegebruik
    Er is voldoende ruimte. Er is een goede verhouding tussen de boom en zijn beschikbare groeiplaats.
  • Visueel-vormelijke elementen
    De boom is niet zichtbaar van op het openbaar domein
  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Bodemreliëf
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    Op basis van de beoordeling van een plaatsbezoek waarbij de bewoner of eigenaar aanwezig was, werd vastgesteld dat slechts 1 den gevaar vormt. Vellen is verantwoord.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: gunstig.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Omgeving - Eikenlei 13A - Joris Willem Vandeberg - het vellen van 2 berken - VB 2019/123

 

 

Voorgeschiedenis

  • Stedenbouwkundige vergunning(en)

o        bouwen van een appartementsgebouw + ondergrondse garages en de afbraak van een bestaande woning - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 4 augustus 2003 - 2002/326

o        scheidingsmuur - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 31 oktober 1977 - 1977/193

o        scheidingsmuur - weigering door college van burgemeester en schepenen - 13 juni 1978 - 1978/43

o        woning - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 30 april 1991 - 1991/88

o        wijziging bestemming van de kelder en gelijkvloerse verdieping t.o.v. de vergunde toestand dd. 04.08.2003 - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 20 januari 2004 - 2003/223

o        uitbreiden - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 10 maart 1987 - 1987/42

o        huis - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 29 september 1951 - sgr1951/16

o        twee x neon-installatie op stenen fond - weigering door college van burgemeester en schepenen - 6 december 2004 - 2004/305

o        1 x neon-installatie op stenen zuiltje, 3 x vlaggemasten - weigering door college van burgemeester en schepenen - 28 februari 2005 - 2005/18

o        regularisatie aanleggen open parkings - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 24 mei 2005 - 2005/96

o        het afbreken van een bestaande woning en het bouwen van 2 appartementen en 1 rijwoning - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 12 juli 2010 - 2010/115

o        plaatsen van een glazen serre - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 2 mei 2011 - 2011/30

  • Verkavelingsvergunning(en)

o        nieuwe verkaveling - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 18 september 1990 - 1990/3

o        nieuwe verkaveling - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 28 augustus 2001 - 2000/8

 

Feiten en context

  • Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door Joris Willem Vandeberg, Pas 232, 2440 Geel op 8 maart 2019 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein in Eikenlei 13A.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het vellen van 2 berken.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 1 april 2019. De uiterste beslissingsdatum is 31 mei 2019.

 

  • Planologische context

Het goed ligt in woongebied volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.

Het goed ligt in woongebied volgens Wijziging van het aanvullend stedenbouwkundig voorschrift artikel 1 voor het gehele gewestplan, goedgekeurd op 7 juli 2000.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Het eigendom is getroffen door een rooilijn.

 

  • Bestaande toestand

De bomen staan in de tuin op een bebouwd perceel gelegen in woongebied. Het is een groene omgeving met diverse groenelementen zoals bomen, hagen, struiken in combinatie met kruidachtige en begraasde vegetaties. Het straatbeeld wordt gekenmerkt door bebouwingen in diverse stijlen.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag handelt over het vellen ven 2 berken.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990

Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden.

  • Ministerieel besluit van 6 april 1994

Ministerieel besluit tot goedkeuring van de bouwverordening van 15 februari 1990 voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.

  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Artikel 4.2.2, 4.2.4. Vlaamse codex ruimtelijke ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.
  • Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen.

 

Argumentatie

  • Watertoets
    Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.
  • Functionele inpasbaarheid
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Het mobiliteitsaspect
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • De schaal, het ruimtegebruik
    Er is onvoldoende ruimte. Er is een slechte verhouding tussen de boom en zijn beschikbare groeiplaats.
  • Visueel-vormelijke elementen
    De boom is niet zichtbaar van op het openbaar domein.
  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Bodemreliëf
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    Op basis van de beoordeling van het inplantingsplan en de foto’s blijkt dat de 2 berken  onderdrukt staan door een omstaande eik. Vellen mits vervangen door een kleiner blijvende boomsoort is verantwoord.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig. Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

  • Gezien de zorgplicht (artikel 14 van het natuurdecreet) dient in het eerstvolgende plantseizoen na het vellen van de bomen een heraanplanting uitgevoerd te worden met 1 streekeigen, standplaatsgeschikte, inlandse, hoogstammige loofboom van tweede grootte, plantmaat 8/10.
  • De heraanplanting dient op minstens 2m plantafstand van de perceelsgrenzen te gebeuren.
  • Bomen van eerste grootte is bij voorkeur de onderlinge plantafstand minstens 8m en mogen niet onder de kruinen van bestaande bomen aangeplant worden. Voor bomen van tweede grootte is bij voorkeur de onderlinge plantafstand 5m.
  • De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen om de nieuwe aanplanting te laten slagen. Dit houdt onder meer een met zorg uitgevoerde aanplanting met kwaliteitsvol plantgoed in, het gebruik van een steunpaal of wortelkluitverankering en indien nodig het aanbrengen van een bescherming tegen wild- of veevraat. De nazorg, zoals het tijdig water geven, kan noodzakelijk zijn om de heraanplant het eerste groeiseizoen te laten overleven.
  • Bij uitval dient/dienen in het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats/plaatsen terug te worden ingevuld of ingeboet. In ieder geval is de aanvrager ertoe gehouden om op zijn perceel de nieuwe aangeplante bomen tot volle wasdom te brengen. Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart – 1 juli, het broedseizoen van vogels, moet de aanvrager er zich van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten (artikel 14 van het soortenbesluit) beschadigd, weggenomen of vernield worden.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Omgeving - Hoge Haar 30 - mevrouw Reinhilde Lyen - het vellen van 1 kastanjeboom, 1 notenboom en 1 beuk - VB 2019/87

 

 

Voorgeschiedenis

  • Stedenbouwkundige vergunning(en)

o        regularisatie garage aan een woning - weigering door college van burgemeester en schepenen - 28 mei 2002 - 2001/18

o        uitbreiden woning - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 28 augustus 2001 - 2001/19

o        wijziging bouwvergunning 2001/19 ( dak) - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 3 december 2001 - 2001/349

o        landhuis - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 1 februari 1977 - 1977/15

o        bouwen van een woning en garage - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 18 augustus 1987 - 1987/141

o        landhuis - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 26 oktober 1953 - sgr1953/24

o        landhuis - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 28 april 1965 - sgr1965/25

o        bouwen van een tuinhuis van 14 m2 - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 25 januari 2005 - 2004/328

o        renoveren en uitbreiden van de bestaande woning - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 6 februari 2012 - 2011/303

  • Verkavelingsvergunning(en)

o        nieuwe verkaveling - weigering door college van burgemeester en schepenen - 15 mei 1962 - sgr1

 

Feiten en context

  • Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door mevrouw Reinhilde Lyen, Hoge Haar 30, 2970 Schilde op 18 februari 2019 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein in Hoge Haar 30.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het vellen van 1 kastanjeboom, 1 notenboom en 1 beuk.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 6 maart 2019. De uiterste beslissingsdatum is 5 mei 2019.

 

  • Planologische context

Het goed ligt in woonpark volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.

Het goed ligt in woonpark volgens Wijziging van het aanvullend stedenbouwkundig voorschrift artikel 1 voor het gehele gewestplan, goedgekeurd op 7 juli 2000.

De woonparken die op de gewestplannen zijn aangeduid, zijn overwegend een opname van bestaande toestanden. Een woonpark is bedoeld als een woongebied van louter residentiële aard en bijgevolg gericht op het rustig verblijven in een homogeen voor het wonen bestemd woongebied in het groen. De nog open gebleven ruimten mogen verder bebouwd worden mits rekening wordt gehouden met de bepalingen van artikel 6.1.2.1.4 en met de bestaande bebouwingswijze (oppervlakte van de percelen, bebouwde oppervlakte van perceel, bouwtrant, bestaand groen).

Alle inrichtingen en activiteiten die verenigbaar zijn met de stedenbouwkundige bestemming van het woongebied zijn in principe toelaatbaar. Bijzondere aandacht dient niettemin te worden besteed aan de vraag naar de bestaanbaarheid van een constructie met de eigen woonfunctie van het gebied en de verenigbaarheid ervan met de onmiddellijke omgeving. Gezien het een wezenlijk kenmerk van een woonpark is dat de gemiddelde woondichtheid er gering is en de groene ruimten er verhoudingsgewijs grote oppervlakte beslaan, heeft dit tot gevolg dat de vestiging van niet-residentiële inrichtingen en activiteiten doorgaans niet zal kunnen worden aangenomen.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Het eigendom is getroffen door een rooilijn.

 

  • Bestaande toestand

De bomen staan in de tuin op een bebouwd perceel gelegen in woonparkgebied. Het is een groene omgeving met diverse groenelementen zoals bomen, hagen, struiken in combinatie met kruidachtige en begraasde vegetaties. Het straatbeeld wordt gekenmerkt door open bebouwingen in diverse stijlen.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag handelt over het vellen van 1 kastanjeboom, 1 notenboom en 1 beuk.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990

Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden.

  • Ministerieel besluit van 6 april 1994

Ministerieel besluit tot goedkeuring van de bouwverordening van 15 februari 1990 voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.

  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Artikel 4.2.2, 4.2.4. Vlaamse codex ruimtelijke ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.
  • Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen.

 

Argumentatie

  • Watertoets
    Het perceel is gelegen in overstromingsgevoelig gebied doch grenst niet aan een waterloop.
  • Functionele inpasbaarheid
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Het mobiliteitsaspect
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • De schaal, het ruimtegebruik
    Er is voldoende ruimte, een goede verhouding tussen de boom en zijn beschikbare groeiplaats.
  • Visueel-vormelijke elementen
    De bomen zijn niet zichtbaar van op het openbaar domein.
  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Bodemreliëf
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    Op basis van de beoordeling van het inplantingsplan en de foto’s blijkt dat de aangevraagde bomen aftakelend of reeds afgestorven zijn. Hierdoor is hun levensverwachting onvoldoende. Vellen mits vervangen is verantwoord.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig. Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

  • Gezien de zorgplicht (artikel 14 van het natuurdecreet) dient in het eerstvolgende plantseizoen na het vellen van de bomen een heraanplanting uitgevoerd te worden met 2 streekeigen, standplaatsgeschikte, inlandse, hoogstammige loofbomen van eerste grootte, plantmaat 10/12 en 1 van tweede grootte, plantmaat 8/10.
  • De heraanplanting dient op minstens 2m plantafstand van de perceelsgrenzen te gebeuren.
  • Bomen van eerste grootte is bij voorkeur de onderlinge plantafstand minstens 8m en mogen niet onder de kruinen van bestaande bomen aangeplant worden. Voor bomen van tweede grootte is bij voorkeur de onderlinge plantafstand 5m.
  • De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen om de nieuwe aanplanting te laten slagen. Dit houdt onder meer een met zorg uitgevoerde aanplanting met kwaliteitsvol plantgoed in, het gebruik van een steunpaal of wortelkluitverankering en indien nodig het aanbrengen van een bescherming tegen wild- of veevraat. De nazorg, zoals het tijdig water geven, kan noodzakelijk zijn om de heraanplant het eerste groeiseizoen te laten overleven.
  • Bij uitval dient/dienen in het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats/plaatsen terug te worden ingevuld of ingeboet. In ieder geval is de aanvrager ertoe gehouden om op zijn perceel de nieuwe aangeplante bomen tot volle wasdom te brengen. Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart – 1 juli, het broedseizoen van vogels, moet de aanvrager er zich van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten (artikel 14 van het soortenbesluit) beschadigd, weggenomen of vernield worden.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Omgeving - Speelhofdreef 25 - Cecile Vanderschaeve - het vellen van 6 sparren - VB 2019/130

 

 

Voorgeschiedenis

  • Stedenbouwkundige vergunning(en)

o        landhuisje - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 18 januari 1957 - 1957/03

o        uitbreiding woning - weigering door college van burgemeester en schepenen - 3 maart 1998 - 1998/13

o        uitbreiden woning - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 6 oktober 1998 - 1998/104

o        verbouwing - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 9 juni 1987 - 1987/114

 

Feiten en context

  • Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door Cecile Vanderschaeve, Speelhofdreef 25, 2970 Schilde op 13 maart 2019 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein in Speelhofdreef 25.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het vellen van 6 sparren.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 5 april 2019. De uiterste beslissingsdatum is 4 juni 2019.

 

  • Planologische context

Het goed ligt in woonpark volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.

Het goed ligt in woonpark volgens Wijziging van het aanvullend stedenbouwkundig voorschrift artikel 1 voor het gehele gewestplan, goedgekeurd op 7 juli 2000.

De woonparken die op de gewestplannen zijn aangeduid, zijn overwegend een opname van bestaande toestanden. Een woonpark is bedoeld als een woongebied van louter residentiële aard en bijgevolg gericht op het rustig verblijven in een homogeen voor het wonen bestemd woongebied in het groen. De nog open gebleven ruimten mogen verder bebouwd worden mits rekening wordt gehouden met de bepalingen van artikel 6.1.2.1.4 en met de bestaande bebouwingswijze (oppervlakte van de percelen, bebouwde oppervlakte van perceel, bouwtrant, bestaand groen).

Alle inrichtingen en activiteiten die verenigbaar zijn met de stedenbouwkundige bestemming van het woongebied zijn in principe toelaatbaar. Bijzondere aandacht dient niettemin te worden besteed aan de vraag naar de bestaanbaarheid van een constructie met de eigen woonfunctie van het gebied en de verenigbaarheid ervan met de onmiddellijke omgeving. Gezien het een wezenlijk kenmerk van een woonpark is dat de gemiddelde woondichtheid er gering is en de groene ruimten er verhoudingsgewijs grote oppervlakte beslaan, heeft dit tot gevolg dat de vestiging van niet-residentiële inrichtingen en activiteiten doorgaans niet zal kunnen worden aangenomen.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.

Het goed is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg (BPA) Schilde Bergen deel 4, goedgekeurd op 8 juli 1957.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Het eigendom is getroffen door een rooilijn.

 

  • Bestaande toestand

De bomen staan in de tuin op een bebouwd perceel gelegen in woonparkgebied. Het is een groene omgeving met diverse groenelementen zoals bomen, hagen, struiken in combinatie met kruidachtige en begraasde vegetaties. Het straatbeeld wordt gekenmerkt door open bebouwingen in diverse stijlen.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag handelt over het vellen van 6 sparren.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990

Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden.

  • Ministerieel besluit van 6 april 1994

Ministerieel besluit tot goedkeuring van de bouwverordening van 15 februari 1990 voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.

  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Artikel 4.2.2, 4.2.4. Vlaamse codex ruimtelijke ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.
  • Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen.

 

Argumentatie

  • Watertoets
    Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.
  • Functionele inpasbaarheid
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Het mobiliteitsaspect
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • De schaal, het ruimtegebruik
    Er is voldoende ruimte. Er is een goede verhouding tussen de boom en zijn beschikbare groeiplaats.
  • Visueel-vormelijke elementen
    De bomen zijn zichtbaar van op het openbaar domein. De verwijdering zal als een gemis ervaren worden en heeft hierdoor een invloed op het ruimtelijk beeld.
  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Bodemreliëf
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    Op basis van de beoordeling van het inplantingsplan en de foto’s blijkt dat de sparren afgestorven zijn. Vellen mits vervangen is verantwoord.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig. Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

  • Gezien de zorgplicht (artikel 14 van het natuurdecreet) dient in het eerstvolgende plantseizoen na het vellen van de bomen een heraanplanting uitgevoerd te worden met 2 streekeigen, standplaatsgeschikte, inlandse, hoogstammige loofbomen van eerste grootte, plantmaat 10/12 en 2 van tweede grootte, plantmaat 8/10.
  • De heraanplanting dient op minstens 2m plantafstand van de perceelsgrenzen te gebeuren.
  • Voor bomen van eerste grootte is de voorkeur van onderlinge plantafstand minstens 8m. Ze mogen niet onder de kruinen van bestaande bomen aangeplant worden. Voor bomen van tweede grootte is bij voorkeur de onderlinge plantafstand 5m.
  • De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen om de nieuwe aanplanting te laten slagen. Dit houdt onder meer een met zorg uitgevoerde aanplanting met kwaliteitsvol plantgoed in, het gebruik van een steunpaal of wortelkluitverankering en indien nodig het aanbrengen van een bescherming tegen wild- of veevraat. De nazorg, zoals het tijdig water geven, kan noodzakelijk zijn om de heraanplant het eerste groeiseizoen te laten overleven.
  • Bij uitval dient/dienen in het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats/plaatsen terug te worden ingevuld of ingeboet. In ieder geval is de aanvrager ertoe gehouden om op zijn perceel de nieuwe aangeplante bomen tot volle wasdom te brengen. Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart – 1 juli, het broedseizoen van vogels, moet de aanvrager er zich van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten (artikel 14 van het soortenbesluit) beschadigd, weggenomen of vernield worden.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Omgeving - Bosduifdreef 10 - Martijn Meekers - het vellen van 5 coniferen - VB 2019/131

 

 

Voorgeschiedenis

  • Stedenbouwkundige vergunning(en)

o        landhuis - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 30 november 1961 - 1961/167

o        bouwen van een woning - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 7 september 1961 - 1961/127

o        garage - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 25 oktober 1962 - 1962/133

o        regularisatie uitbreiding slaapkamers badkamer + garage - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 11 augustus 1998 - 1998/49

o        verbouwing - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 30 januari 1969 - 1969/14

o        veranda en wijzigen ramen in achtergevels - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 27 april 1999 - 1999/118

o        bouwen van een tuinhuis - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 7 november 1989 - 1989/236

o        verbouwen woning - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 4 april 1995 - 1994/256

  • Stedenbouwkundige attest(en)
  • uitbreiden van een veranda - positief door  college van burgemeester en schepenen - 15 juni 1999 - 1999/12
  • Omgevingsvergunning(en) - stedenbouwkundige handelingen en/of exploitaties

o        het vellen van 3 sparren en 1 cipres - voorwaardelijk vergund door college van burgemeester en schepenen - 26 maart 2018 - VB 2018/19

o        het vellen van 1 douglasspar - voorwaardelijk vergund door college van burgemeester en schepenen - 23 juli 2018 - VB 2018/267

 

Feiten en context

  • Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door Martijn Meekers, Bosduifdreef 10, 2970 Schilde op 13 maart 2019 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein in Bosduifdreef 10.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het vellen van 5 coniferen.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 5 april 2019. De uiterste beslissingsdatum is 4 juni 2019.

 

  • Planologische context

Het goed ligt in woonpark volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.

Het goed ligt in woonpark volgens Wijziging van het aanvullend stedenbouwkundig voorschrift artikel 1 voor het gehele gewestplan, goedgekeurd op 7 juli 2000.

De woonparken die op de gewestplannen zijn aangeduid, zijn overwegend een opname van bestaande toestanden. Een woonpark is bedoeld als een woongebied van louter residentiële aard en bijgevolg gericht op het rustig verblijven in een homogeen voor het wonen bestemd woongebied in het groen. De nog open gebleven ruimten mogen verder bebouwd worden mits rekening wordt gehouden met de bepalingen van artikel 6.1.2.1.4 en met de bestaande bebouwingswijze (oppervlakte van de percelen, bebouwde oppervlakte van perceel, bouwtrant, bestaand groen).

Alle inrichtingen en activiteiten die verenigbaar zijn met de stedenbouwkundige bestemming van het woongebied zijn in principe toelaatbaar. Bijzondere aandacht dient niettemin te worden besteed aan de vraag naar de bestaanbaarheid van een constructie met de eigen woonfunctie van het gebied en de verenigbaarheid ervan met de onmiddellijke omgeving. Gezien het een wezenlijk kenmerk van een woonpark is dat de gemiddelde woondichtheid er gering is en de groene ruimten er verhoudingsgewijs grote oppervlakte beslaan, heeft dit tot gevolg dat de vestiging van niet-residentiële inrichtingen en activiteiten doorgaans niet zal kunnen worden aangenomen.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Het eigendom is getroffen door een rooilijn.

 

  • Bestaande toestand

De bomen staan in de tuin op een bebouwd perceel gelegen in woonparkgebied. Het is een groene omgeving met diverse groenelementen zoals bomen, hagen, struiken in combinatie met kruidachtige en begraasde vegetaties. Het straatbeeld wordt gekenmerkt door open bebouwingen in diverse stijlen.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag handelt over het vellen van 5 coniferen.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990

Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden.

  • Ministerieel besluit van 6 april 1994

Ministerieel besluit tot goedkeuring van de bouwverordening van 15 februari 1990 voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.

  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Artikel 4.2.2, 4.2.4. Vlaamse codex ruimtelijke ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.
  • Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen.

 

Argumentatie

  • Watertoets
    Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.
  • Functionele inpasbaarheid
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Het mobiliteitsaspect
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • De schaal, het ruimtegebruik
    Er is voldoende ruimte. Er is een goede verhouding tussen de boom en zijn beschikbare groeiplaats.
  • Visueel-vormelijke elementen
    De bomen zijn gedeeltelijk zichtbaar van op het openbaar domein. De verwijdering zal als een gemis ervaren worden en heeft hierdoor een invloed op het ruimtelijk beeld.
  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Bodemreliëf
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    Op basis van de beoordeling van het inplantingsplan en de foto’s blijkt dat de bomen stormschade opgelopen hebben. De bomen hebben een beperkte esthetische waarde. Vellen mits vervangen is verantwoord.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig. Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

  • Gezien de zorgplicht (artikel 14 van het natuurdecreet) dient in het eerstvolgende plantseizoen na het vellen van de bomen een heraanplanting uitgevoerd te worden met 3 streekeigen, standplaatsgeschikte, inlandse, hoogstammige loofbomen van eerste grootte, plantmaat 10/12 en 2 van tweede grootte, plantmaat 8/10.
  • De heraanplanting dient op minstens 2m plantafstand van de perceelsgrenzen te gebeuren.
  • Voor bomen van eerste grootte is de voorkeur van onderlinge plantafstand minstens 8m. Ze mogen niet onder de kruinen van bestaande bomen aangeplant worden. Voor bomen van tweede grootte is bij voorkeur de onderlinge plantafstand 5m.
  • De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen om de nieuwe aanplanting te laten slagen. Dit houdt onder meer een met zorg uitgevoerde aanplanting met kwaliteitsvol plantgoed in, het gebruik van een steunpaal of wortelkluitverankering en indien nodig het aanbrengen van een bescherming tegen wild- of veevraat. De nazorg, zoals het tijdig water geven, kan noodzakelijk zijn om de heraanplant het eerste groeiseizoen te laten overleven.
  • Bij uitval dient/dienen in het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats/plaatsen terug te worden ingevuld of ingeboet. In ieder geval is de aanvrager ertoe gehouden om op zijn perceel de nieuwe aangeplante bomen tot volle wasdom te brengen. Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart – 1 juli, het broedseizoen van vogels, moet de aanvrager er zich van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten (artikel 14 van het soortenbesluit) beschadigd, weggenomen of vernield worden.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Omgeving - Brasschaatsebaan 68 - Ivo Verhaegen - het vellen van 1 Amerikaanse eik en 6 dennen - VB 2019/133

 

 

Voorgeschiedenis

  • Stedenbouwkundige vergunning(en)

o        bouwen van een garage - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 27 september 1948 - 1948/42

o        breken van terras+pad langs huis

o        nieuw terras en pad langs huis - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 26 juni 2001 - 2001/203

o        woning - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 13 juli 1950 - 1950/49

o        woning - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 12 september 1950 - 1950/68

o        garage - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 20 juni 1963 - 1963/64

o        vergroten van veranda - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 4 juli 1963 - 1963/70

o        garage - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 16 januari 1970 - 1970/07

o        verbouwing - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 28 november 1974 - 1974/204

o        landhuis - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 19 oktober 1954 - 1954/130

o        regularisatie van een garage en bergruimte achteraan in de tuin - vergunning door de deputatie - 8 augustus 2002 - 2001/242

 

Feiten en context

  • Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door Ivo Verhaegen, Brasschaatsebaan 68, 2970 Schilde op 13 maart 2019 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein in Brasschaatsebaan 68.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het vellen van 1 Amerikaanse eik en 6 dennen.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 5 april 2019. De uiterste beslissingsdatum is 4 juni 2019.

 

  • Planologische context

Het goed ligt in woongebied volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.

Het goed ligt in woongebied volgens Wijziging van het aanvullend stedenbouwkundig voorschrift artikel 1 voor het gehele gewestplan, goedgekeurd op 7 juli 2000.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Het eigendom is getroffen door een rooilijn.

 

  • Bestaande toestand

De bomen staan in de tuin op een bebouwd perceel gelegen in woonparkgebied. Het is een groene omgeving met diverse groenelementen zoals bomen, hagen, struiken in combinatie met kruidachtige en begraasde vegetaties. Het straatbeeld wordt gekenmerkt door open bebouwingen in diverse stijlen.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag handelt over het vellen van 1 Amerikaanse eik en 6 dennen.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990

Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden.

  • Ministerieel besluit van 6 april 1994

Ministerieel besluit tot goedkeuring van de bouwverordening van 15 februari 1990 voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.

  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Artikel 4.2.2, 4.2.4. Vlaamse codex ruimtelijke ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.
  • Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen.

 

Argumentatie

  • Watertoets
    Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.
  • Functionele inpasbaarheid
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Het mobiliteitsaspect
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • De schaal, het ruimtegebruik
    Er is voldoende ruimte. Er is een goede verhouding tussen de boom en zijn beschikbare groeiplaats.
  • Visueel-vormelijke elementen
    De bomen zijn gedeeltelijk zichtbaar van op het openbaar domein. De verwijdering zal als een gemis ervaren worden en heeft hierdoor een invloed op het ruimtelijk beeld.
  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Bodemreliëf
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    Op basis van de beoordeling van het inplantingsplan en de foto’s blijkt dat de bomen aftakelend zijn. Hierdoor is hun levensverwachting onvoldoende. Vellen mits vervangen is verantwoord.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig. Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

  • Gezien de zorgplicht (artikel 14 van het natuurdecreet) dient in het eerstvolgende plantseizoen na het vellen van de bomen een heraanplanting uitgevoerd te worden met 4 streekeigen, standplaatsgeschikte, inlandse, hoogstammige loofbomen van eerste grootte, plantmaat 10/12 en 3 van tweede grootte, plantmaat 8/10.
  • De heraanplanting dient op minstens 2m plantafstand van de perceelsgrenzen te gebeuren.
  • Voor bomen van eerste grootte is de voorkeur van onderlinge plantafstand minstens 8m. Ze mogen niet onder de kruinen van bestaande bomen aangeplant worden. Voor bomen van tweede grootte is bij voorkeur de onderlinge plantafstand 5m.
  • De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen om de nieuwe aanplanting te laten slagen. Dit houdt onder meer een met zorg uitgevoerde aanplanting met kwaliteitsvol plantgoed in, het gebruik van een steunpaal of wortelkluitverankering en indien nodig het aanbrengen van een bescherming tegen wild- of veevraat. De nazorg, zoals het tijdig water geven, kan noodzakelijk zijn om de heraanplant het eerste groeiseizoen te laten overleven.
  • Bij uitval dient/dienen in het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats/plaatsen terug te worden ingevuld of ingeboet. In ieder geval is de aanvrager ertoe gehouden om op zijn perceel de nieuwe aangeplante bomen tot volle wasdom te brengen. Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart – 1 juli, het broedseizoen van vogels, moet de aanvrager er zich van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten (artikel 14 van het soortenbesluit) beschadigd, weggenomen of vernield worden.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Omgeving - Breeveld 24 - Rudi Van den Langenbergh - het vellen van 1 eik met dubbele stam - VB 2019/125

 

 

Voorgeschiedenis

  • Stedenbouwkundige vergunning(en)

o        bouwen van een zwembad - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 3 februari 2003 - 2003/14

o        woning - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 12 juni 1984 - 1984/97

o        verbouwing - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 15 december 1994 - 1994/261

o        bouwen van een landhuis - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 15 juni 1987 - 1987/123

o        herleggen van oprit en vervangen dolomiet door gebakken steenklinker - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 23 maart 2009 - 2009/33

  • Verkavelingsvergunning(en)

o        nieuwe verkaveling - vergunning door stedenbouw - 16 juni 1981 - 1981/1

 

Feiten en context

  • Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door Rudi Van den Langenbergh, Breeveld 24, 2970 Schilde op 10 maart 2019 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein in Breeveld 24.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het vellen van 1 eik met dubbele stam.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 1 april 2019. De uiterste beslissingsdatum is 31 mei 2019.

 

  • Planologische context

Het goed ligt in woonpark volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.

Het goed ligt in woonpark volgens Wijziging van het aanvullend stedenbouwkundig voorschrift artikel 1 voor het gehele gewestplan, goedgekeurd op 7 juli 2000.

De woonparken die op de gewestplannen zijn aangeduid, zijn overwegend een opname van bestaande toestanden. Een woonpark is bedoeld als een woongebied van louter residentiële aard en bijgevolg gericht op het rustig verblijven in een homogeen voor het wonen bestemd woongebied in het groen. De nog open gebleven ruimten mogen verder bebouwd worden mits rekening wordt gehouden met de bepalingen van artikel 6.1.2.1.4 en met de bestaande bebouwingswijze (oppervlakte van de percelen, bebouwde oppervlakte van perceel, bouwtrant, bestaand groen).

Alle inrichtingen en activiteiten die verenigbaar zijn met de stedenbouwkundige bestemming van het woongebied zijn in principe toelaatbaar. Bijzondere aandacht dient niettemin te worden besteed aan de vraag naar de bestaanbaarheid van een constructie met de eigen woonfunctie van het gebied en de verenigbaarheid ervan met de onmiddellijke omgeving. Gezien het een wezenlijk kenmerk van een woonpark is dat de gemiddelde woondichtheid er gering is en de groene ruimten er verhoudingsgewijs grote oppervlakte beslaan, heeft dit tot gevolg dat de vestiging van niet-residentiële inrichtingen en activiteiten doorgaans niet zal kunnen worden aangenomen.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Het eigendom is getroffen door een rooilijn.

 

  • Bestaande toestand

De boom staat in de tuin op een bebouwd perceel gelegen in woonparkgebied. Het is een groene omgeving met diverse groenelementen zoals bomen, hagen, struiken in combinatie met kruidachtige en begraasde vegetaties. Het straatbeeld wordt gekenmerkt door open bebouwingen in diverse stijlen.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag handelt over het vellen van 1 eik met dubbele stam.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990

Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden.

  • Ministerieel besluit van 6 april 1994

Ministerieel besluit tot goedkeuring van de bouwverordening van 15 februari 1990 voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.

  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Artikel 4.2.2, 4.2.4. Vlaamse codex ruimtelijke ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.
  • Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen.

 

Argumentatie

  • Watertoets
    Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.
  • Functionele inpasbaarheid
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Het mobiliteitsaspect
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • De schaal, het ruimtegebruik
    Er is voldoende ruimte. Er is een goede verhouding tussen de boom en zijn beschikbare groeiplaats.
  • Visueel-vormelijke elementen
    De boom is zichtbaar van op het openbaar domein. De boom vellen zal als een gemis ervaren worden. Hierdoor is er invloed op het ruimtelijk beeld.
  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Bodemreliëf
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    Op basis van een plaatsbezoek en de foto’s werd vastgesteld dat de zomereik een dubbele stam heeft waardoor een licht verhoogd stabiliteitsrisico bestaat. Een dubbele stam is verzorgbaar door onder meer een losse kabelverankering tussen de 2 stammen aan te brengen. De boom vertoont op een zijtak op ongeveer 7m hoogte een kleine tonderzwam. De boom vellen is een niet noodzakelijke disproportionele oplossing die niet in verhouding staat tot de vastgestelde problematieken. Het verzorgen van de boom, uitsluitend uitgevoerd door een gespecialiseerd European Treeworker, is een realistische oplossing.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag niet in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: ongunstig.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de weigering af aan de aanvrager.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Omgeving - De Reep 42 en 42A - Alexander Frieda Bergen - het vellen van 16 sparren - VB 2019/138

 

 

Voorgeschiedenis

  • Stedenbouwkundige vergunning(en)

o        woning - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 17 januari 1978 - 1978/10

o        woning - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 26 februari 1991 - 1990/256

o        premiewoning - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 4 december 1951 - 1951/79

o        een bestemmingswijziging van een ééngezinswoning naar een tweegezinswoning en het uitbreiden van de woning met een bijkeuken - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 18 juni 2012 - 2012/123

o        dichtmetsen van de poort en regularisatie gevelwijzigingen - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 24 augustus 2009 - 2009/238

o        renovatie en uitbreiding van een woning in een halfopen bebouwing - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 10 december 2012 - 2012/234

  • Verkavelingsvergunning(en)

o        nieuwe verkaveling - weigering door college van burgemeester en schepenen - 28 februari 1989 - 1988/13

  • Omgevingsvergunning(en) - stedenbouwkundige handelingen en/of exploitaties

o        het vellen van 6 sparren - voorwaardelijk vergund door college van burgemeester en schepenen - 14 januari 2019 - VB 2018/593

 

Feiten en context

  • Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door Alexander Frieda Bergen met als contactadres De Reep 42, 2970 Schilde op 17 maart 2019 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein in De Reep 42 en 42A.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het vellen van 16 sparren.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 5 april 2019. De uiterste beslissingsdatum is 4 juni 2019.

 

  • Planologische context

Het eigendom is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) Zonevreemde Woningen, goedgekeurd op 27 september 2012.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Het eigendom is getroffen door een rooilijn.

 

  • Bestaande toestand

De bomen staan in de tuin op een bebouwd perceel gelegen in woongebied. Het is een groene omgeving met diverse groenelementen zoals bomen, hagen, struiken in combinatie met kruidachtige en begraasde vegetaties. Het straatbeeld wordt gekenmerkt door open bebouwingen in diverse stijlen.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag handelt over het vellen van 16 sparren.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990

Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden.

  • Ministerieel besluit van 6 april 1994

Ministerieel besluit tot goedkeuring van de bouwverordening van 15 februari 1990 voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.

  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Artikel 4.2.2, 4.2.4. Vlaamse codex ruimtelijke ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.
  • Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen.

 

Argumentatie

  • Watertoets
    Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.
  • Functionele inpasbaarheid
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Het mobiliteitsaspect
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • De schaal, het ruimtegebruik
    Er is voldoende ruimte. Er is een goede verhouding tussen de boom en zijn beschikbare groeiplaats.
  • Visueel-vormelijke elementen
    De bomen zijn gedeeltelijk zichtbaar van op het openbaar domein. De verwijdering zal als een gemis ervaren worden en heeft hierdoor een invloed op het ruimtelijk beeld.
  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Bodemreliëf
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    Op basis van de beoordeling van het inplantingsplan en de foto’s blijkt dat de bomen een beperkte esthetische waarde hebben, sommigen zijn aftakelend of afgestorven. Hierdoor is hun levensverwachting onvoldoende. Vellen mits vervangen is verantwoord.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig. Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

  • Gezien de zorgplicht (artikel 14 van het natuurdecreet) dient in het eerstvolgende plantseizoen na het vellen van de bomen een heraanplanting uitgevoerd te worden met 8 streekeigen, standplaatsgeschikte, inlandse, hoogstammige loofbomen van eerste grootte, plantmaat 10/12 en 4 van tweede grootte, plantmaat 8/10.
  • De heraanplanting dient op minstens 2m plantafstand van de perceelsgrenzen te gebeuren.
  • Voor bomen van eerste grootte is de voorkeur van onderlinge plantafstand minstens 8m. Ze mogen niet onder de kruinen van bestaande bomen aangeplant worden. Voor bomen van tweede grootte is bij voorkeur de onderlinge plantafstand 5m.
  • De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen om de nieuwe aanplanting te laten slagen. Dit houdt onder meer een met zorg uitgevoerde aanplanting met kwaliteitsvol plantgoed in, het gebruik van een steunpaal of wortelkluitverankering en indien nodig het aanbrengen van een bescherming tegen wild- of veevraat. De nazorg, zoals het tijdig water geven, kan noodzakelijk zijn om de heraanplant het eerste groeiseizoen te laten overleven.
  • Bij uitval dient/dienen in het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats/plaatsen terug te worden ingevuld of ingeboet. In ieder geval is de aanvrager ertoe gehouden om op zijn perceel de nieuwe aangeplante bomen tot volle wasdom te brengen. Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart – 1 juli, het broedseizoen van vogels, moet de aanvrager er zich van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten (artikel 14 van het soortenbesluit) beschadigd, weggenomen of vernield worden.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Omgeving - Speelhofdreef 6 - Dominik Naessens - het vellen van 4 Amerikaanse vogelkersen en 1 berk - VB 2019/140

 

 

Voorgeschiedenis

  • Stedenbouwkundige vergunning(en)

o        landhuis - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 22 maart 1957 - 1957/33

o        bergplaats - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 22 mei 1975 - 1975/86

o        het slopen van een woning - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 18 april 2016 - SV 2016/29

o        de renovatie en uitbreiding van een woning - vergunning door college van burgemeester en schepenen - 19 juni 2017 - SV 2017/43

  • Stedenbouwkundige attest(en)
  • woonpark - positief door  college van burgemeester en schepenen - 20 juni 2000 -

 

Feiten en context

  • Het college van burgemeester en schepenen heeft de aanvraag, ingediend door Dominik Naessens, Turnhoutsebaan 459, 2970 Schilde op 17 maart 2019 ontvangen.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein in Speelhofdreef 6.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

Het betreft een aanvraag voor het vellen van 4 Amerikaanse vogelkersen en 1 berk.

Na controle werd het ingediende dossier ontvankelijk en volledig verklaard op 5 april 2019. De uiterste beslissingsdatum is 4 juni 2019.

 

  • Planologische context

Het goed ligt in woonpark volgens gewestplan Antwerpen, goedgekeurd op 3 oktober 1979.

Het goed ligt in woonpark volgens Wijziging van het aanvullend stedenbouwkundig voorschrift artikel 1 voor het gehele gewestplan, goedgekeurd op 7 juli 2000.

De woonparken die op de gewestplannen zijn aangeduid, zijn overwegend een opname van bestaande toestanden. Een woonpark is bedoeld als een woongebied van louter residentiële aard en bijgevolg gericht op het rustig verblijven in een homogeen voor het wonen bestemd woongebied in het groen. De nog open gebleven ruimten mogen verder bebouwd worden mits rekening wordt gehouden met de bepalingen van artikel 6.1.2.1.4 en met de bestaande bebouwingswijze (oppervlakte van de percelen, bebouwde oppervlakte van perceel, bouwtrant, bestaand groen).

Alle inrichtingen en activiteiten die verenigbaar zijn met de stedenbouwkundige bestemming van het woongebied zijn in principe toelaatbaar. Bijzondere aandacht dient niettemin te worden besteed aan de vraag naar de bestaanbaarheid van een constructie met de eigen woonfunctie van het gebied en de verenigbaarheid ervan met de onmiddellijke omgeving. Gezien het een wezenlijk kenmerk van een woonpark is dat de gemiddelde woondichtheid er gering is en de groene ruimten er verhoudingsgewijs grote oppervlakte beslaan, heeft dit tot gevolg dat de vestiging van niet-residentiële inrichtingen en activiteiten doorgaans niet zal kunnen worden aangenomen.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.

Het goed is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg (BPA) Schilde Bergen deel 4, goedgekeurd op 8 juli 1957.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Het eigendom is getroffen door een rooilijn.

 

  • Bestaande toestand

De bomen staan in de tuin op een bebouwd perceel gelegen in woonparkgebied. Het is een groene omgeving met diverse groenelementen zoals bomen, hagen, struiken in combinatie met kruidachtige en begraasde vegetaties. Het straatbeeld wordt gekenmerkt door open bebouwingen in diverse stijlen.

 

  • Nieuwe toestand

De aanvraag handelt over het vellen van 4 Amerikaanse vogelkersen en 1 berk.

 

Juridische gronden

  • Koninklijk besluit van 28 december 1972
    Dit besluit bepaalt voor het Vlaamse gewest de algemene regelen voor de opmaak en tenuitvoerlegging van de door de minister voorlopig vastgestelde ontwerpgewestplannen en van de door de Koning vastgestelde gewestplannen.
  • Koninklijk besluit van 3 oktober 1979
    De aanvraag situeert zich in het gewestplan 'Antwerpen'.
  • Gemeenteraadsbeslissing van 15 februari 1990

Vaststelling van een bouwverordening voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.
Deze verordening is een verstrenging op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) om het groene karakter van de gemeente te behouden.

  • Ministerieel besluit van 6 april 1994

Ministerieel besluit tot goedkeuring van de bouwverordening van 15 februari 1990 voor het vellen van hoogstammige bomen in de gemeente Schilde.

  • Omzendbrief van 8 juli 1997
    Deze omzendbrief bevat nadere richtlijnen over de bestemmingen in de gewestplannen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004
    De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over de diverse vormen van het aanvraagdossier. Zij kan daarbij verschillende vormen van dossiersamenstelling onderscheiden naargelang de aard, de ruimtelijke implicaties en de complexiteit van de betrokken handelingen.
  • Artikel 4.2.2, 4.2.4. Vlaamse codex ruimtelijke ordening van 8 mei 2009
    De Vlaamse Regering bepaalt de gevallen waarin de vergunningsplicht vervangen wordt door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van15 juli 2016 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
    De Vlaamse Regering bepaalt de handelingen die aangevraagd kunnen worden met een melding.
  • Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.
  • Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en haar bijlagen.

 

Argumentatie

  • Watertoets
    Het perceel is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied.
  • Functionele inpasbaarheid
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Het mobiliteitsaspect
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • De schaal, het ruimtegebruik
    Er is voldoende ruimte. Er is een goede verhouding tussen de bomen en hun beschikbare groeiplaats.
  • Visueel-vormelijke elementen
    De bomen zijn niet zichtbaar van op het openbaar domein.
  • Cultureel historische aspecten
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Bodemreliëf
    Dit aspect is niet relevant voor deze aanvraag.
  • Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
    Op basis van de beoordeling van het inplantingsplan en de foto’s, blijkt dat de bomen een beperkte esthetische waarde hebben. Vellen mits vervangen is verantwoord.

 

Conclusie

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening.

Het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar luidt: voorwaardelijk gunstig. Het advies geldt onder volgende voorwaarde(n):

  • Gezien de zorgplicht (artikel 14 van het natuurdecreet) dient in het eerstvolgende plantseizoen na het vellen van de bomen een heraanplanting uitgevoerd te worden met 3 streekeigen, standplaatsgeschikte, inlandse, hoogstammige loofbomen van eerste grootte, plantmaat 10/12 en 2 van tweede grootte, plantmaat 8/10.
  • De heraanplanting dient op minstens 2m plantafstand van de perceelsgrenzen te gebeuren.
  • Voor bomen van eerste grootte is de voorkeur van onderlinge plantafstand minstens 8m. Ze mogen niet onder de kruinen van bestaande bomen aangeplant worden. Voor bomen van tweede grootte is bij voorkeur de onderlinge plantafstand 5m.
  • De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen om de nieuwe aanplanting te laten slagen. Dit houdt onder meer een met zorg uitgevoerde aanplanting met kwaliteitsvol plantgoed in, het gebruik van een steunpaal of wortelkluitverankering en indien nodig het aanbrengen van een bescherming tegen wild- of veevraat. De nazorg, zoals het tijdig water geven, kan noodzakelijk zijn om de heraanplant het eerste groeiseizoen te laten overleven.
  • Bij uitval dient/dienen in het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats/plaatsen terug te worden ingevuld of ingeboet. In ieder geval is de aanvrager ertoe gehouden om op zijn perceel de nieuwe aangeplante bomen tot volle wasdom te brengen. Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart – 1 juli, het broedseizoen van vogels, moet de aanvrager er zich van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten (artikel 14 van het soortenbesluit) beschadigd, weggenomen of vernield worden.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten en sluit zich integraal aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot haar eigen motivatie.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen geeft de voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, die ertoe verplicht is het college van burgemeester en schepenen digitaal op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Exploitatievergunning ioniserende stralingen - Eikenlei 27 - Guido Buysse - tandarts

 

 

Feiten en context

Tandartspraktijk Buyse Guido BV BVBA heeft twee vaste röntgentoestellen van 70kV en één van 90 kV. Hiervoor is een exploitatievergunning nodig bij het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle (FNAC).

 

Juridische gronden

          Wet van 15 april 1994 betreffende de bescherming van de bevolking en van het leefmilieu tegen de uit ioniserende stralingen voortspruitende gevaren en betreffende het Federaal Agenschap voor Nucleaire Controle.

          Koninklijk besluit van 20 juli 2001 houdende Algemeen Reglement op de bescherming van de bevolking, van de werknemers en het leefmilieu tegen het gevaar van de ioniserende stralingen, de artikelen 3, 5 en 8.

          Koninklijk besluit van 237 oktober 2009 tot bepaling van de bedragen en de betalingswijze van de retributies geheven met toepassing van de reglementering betreffende de bescherming tegen ioniserende straling.

 

Argumentatie

          De vergunning werd opgemaakt bij FNAC op 28 maart 2019.

          De vergunning wordt verleend tot 18 mei 2034.

          De vergunning treedt in werking op 19 mei 2019.

          Er is geen reden voor beroep.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de exploitatievergunning van 28 maart 2019 van FANC voor drie vaste röntgentoestellen voor de Tandartspraktijk Buysse Guido BV BVBA, Eikenlei 27, Schilde.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen beslist om geen beroep aan te tekenen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Duurzaamheid - REG premies februari 2019

 

 

Feiten en context

          Eandis stuurt een lijst door van de premies die zij uitbetaalde afgelopen maand. In deze lijst kunnen volgende maatregelen voorkomen: hoogrendementsbeglazing, warmtepomp, zonneboiler.

          11 maart 2019: aanvraag premie plaatsing gascondensatieketel door André Morre, Jagersdreef 18.

          14 maart 2019: aanvraag premie plaatsing gascondensatieketel door Huguette Vincx, Turnhoutsebaan 175/b.

          27 maart 2019: aanvraag premie plaatsing gascondensatieketel door Josphina Vleminckx, Oudebaan 169.

          2 april 2019: aanvraag premie plaatsing gascondensatieketel door Michel Elsermans, Nieuwstraat 16.

 

Juridische gronden

          Subsidiereglement rationeel energiegebruik van 16 juni 2014 waarin de voorwaarden worden beschreven om een premie te bekomen.

          Samenwerkingsprotocol met Eandis, goedgekeurd in de gemeenteraad van 18 april 2011, waarin staat dat Eandis maandelijks een lijst bezorgt met premieaanvragen waarvan zij hun premie hebben uitbetaald. Gemeente Schilde baseert zich op deze lijst om de gemeentelijke premie uit te betalen.

 

Argumentatie

          Gemeentelijke premies zijn een stimulans voor minder CO2-uitstoot en kadert in het burgemeestersconvenant (- twintig % CO2 tegen 2020).

          Aanvragen gascondensatieketels voldoen aan de voorwaarden van het subsidiereglement.

 

Financiële gevolgen

 

BBC actie

002.001.012.002

Bedrag

1.619,30 euro

Registratiesleutel

 

Visum financieel beheerder

 

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist om de premies voor februari 2019, in verband met het REG-subsidiereglement, voor een totaal bedrag van 1.619,30 euro uit te betalen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Schrapping risicogrond Lindenstraat 2 - Turnhoutsebaan 302 - BVBA Picco Bello

 

 

Voorgeschiedenis

De gemeente Schilde heeft in het kader van het Bodemdecreet en het VLAREBO een gemeentelijke inventaris van risicogronden (GIR) opgesteld.

 

Feiten en context

          Het perceel gelegen aan de Lindenstraat 2 met als kadastrale nummer afdeling II sectie B nummer 553 B2 vormde vroeger samen met een deel het huidige perceel afdeling II sectie B nummer 553 C2 en 553 M één kadastraal perceel II 553 A.

          Een deel van het perceel gelegen aan de Turnhoutsebaan 302 met als kadastrale nummer afdeling II sectie B 580 T2 vormde vroeger samen met een deel van het huidige perceel afdeling II sectie B nummer 553 C2 één kadastraal perceel II 580 X.

          Het perceel II B 580 T2 was voordien ook deels opgenomen in het perceel II B

          580 N samen met het perceel II B 580 R2.

          Omdat op het perceel II B 580 A en 580 R2 risicoactiviteiten hebben plaats gevonden zijn de percelen II B 553 B2 en II B 580 T2 opgenomen in de gemeentelijke inventaris van risicogronden.

          Er werden in het verleden verschillende vergunningen afgeleverd voor de uitbatingen op deze adressen en kadastrale percelen. Het betrof de uitbating van een garage- herstelwerkplaats, een wasserij en een droogkuis.

 

Juridische gronden

          Artikel 7§1 van het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming
Elke gemeente beheert een inventaris van de risicogronden die op haar grondgebied gelegen zijn.

          Artikel 7§2 van het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming
Bij de opname van een grond in en de verwijdering van een grond uit de gemeentelijke inventaris, bezorgt de gemeente onverwijld een uittreksel betreffende de in de inventaris opgenomen gegeven aan de OVAM.

          Artikel 22 van het besluit van de Vlaamse Regering behoudende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de bodemsanering en de bodembescherming.
De gegevens die zijn opgenomen in de gemeentelijke inventaris worden vervolledigd of bijgewerkt op basis van relevante gegevens die afkomstig zijn van de voormelde personen, instanties en diensten.

 

Inspraak en advies

OVAM

 

Argumentatie

          In het kader van de overdracht van de gronden met kadastraal nummer afdeling II sectie B 553 B2 en 580 T2 werd in november 2018 een gemotiveerde verklaring met nummer 115587 opgesteld door een erkend bodemdeskundige van de firma Envirosoil.

          Op basis van de opmerkingen van OVAM werd in februari 2019 de verklaring aangevuld.

          De gemotiveerde verklaring en de daaraan gekoppelde stukken zijn gecontroleerd.

          Op basis van de motivatie in de gemotiveerde verklaring en de actueel beschikbare beschikbare informatie is voldoende aangetoond dat op de percelen II B 553 B2 en 580 T2 geen risico-activiteit heeft plaats gevonden.

          De percelen kunnen aldus geschrapt worden uit de gemeentelijke inventaris van de risicogronden.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen stelt op basis de gemotiveerde verklaring met OVAM dossiernummer 15587 en opgemaakt in februari 2019 vast dat is aangetoond dat op het perceel Turnhoutsebaan 302 met kadastrale nummer afdeling II sectie B nummer 580 T2 geen risico-activiteit heeft plaats gevonden.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen stelt op basis de gemotiveerde verklaring met OVAM dossiernummer 15587 en opgemaakt in februari 2019 vast dat is aangetoond dat op het perceel Lindenstraat 2 met kadastrale nummer afdeling II sectie B nummer 553 B2 geen risico-activiteit heeft plaats gevonden.

Artikel 3. Het college van burgemeester en schepenen beslist om het perceel als risicogrond te schrappen uit de gemeentelijke inventaris.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Gebruik schans Schilde voor kunstproject via oproep van Erfgoedcel Voorkempen voor project "Bunker zoekt..."

 

 

Voorgeschiedenis

E-mail van 4 april 2019 van Toplina Puttemans in verband met kunstproject "Bunker zoekt..." van Erfgoedcel Voorkempen.

 

Feiten en context

          In het voorjaar van 2019 worden bunkers op een fijne, positieve manier in de kijker gezet. Erfgoed Voorkempen stelt leegstaande bunkers open voor adoptie Iedereen met een creatieve geest kan een bunker adopteren.

          Gedurende een tweetal maanden in het voorjaar van 2019 stelt Erfgoedcel bunkers open voor een creatief idee, project of een activiteit. Ze vragen aan deelnemers om de bunker van hun keuze om te vormen tot een levensgroot kunstwerk, een fotogalerij, pop-up-store of theehuisje.

          Het meest originele initiatief wint een fijne verrassingsactiviteit die zal doorgaan op een unieke militaire locatie.

          Voorstel van Roland Pauwels, kunstenaar en inwoner van Schilde om op de buitenmuur van de schans van Schilde kunst te projecteren met een beamer en laptop volgens het principe van Bring Your Own Beamer, een kunstproject dat onlangs ook heeft plaats gevonden in het Museum Albert Van Dyck.

          Voorstel van Nathan Van Esbroek, kunstenaar die ook heeft deelgenomen aan Bring Your Own Beamer project in Museum Albert Van Dyck, om een lichtinstallatie op te stellen in de schans van Schilde. De installatie bestaat uit een structuur gebaseerd op het “tensegrity” principe van Buckminster Fuller waarbij de staven bestaan uit lichtgevende elementen. Zo ontstaat een ogenschijnlijk zwevende sculptuur van lichtgevende staven. De ambitie is om de structuur zo te ontwerpen dat ze altijd lichtjes in beweging is, alsof ze lijkt te ademen, dit mogelijk door input of aanraking van de bezoekers of door gebruik te maken van elastisch materiaal voor de kabels van de structuur.

          Voorstel om de kunstprojecect voor "Bunker zoekt..." te laten doorgaan in het weekend van 17 en 18 mei 2019 wanneer het ook Fortengordel is van de Provincie Antwerpen.

 

Juridische gronden

Artikel 56 § 3 van het decreet
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor:
3° het financiële beheer, met behoud van de toepassing van de bevoegdheden van de gemeenteraad.

 

Argumentatie

          Eén van de doelstellingen van de gemeente Schilde is om zijn erfgoed in de kijker te zetten. Met dit kunstproject komt de schans op een andere manier in de kijker te staan.

          Tijdens het weekend van 17 en 18 mei 2019 zijn er rondleidingen voorzien door gidsen van vzw Schils over het militair erfgoed en de archeologische opgravingen.

          Van 28 april tot en met 26 mei 2019 loopt er een expositie in het Museum Albert Van Dyck naar aanleiding van Erfgoeddag over de schans en de archeologische opgravingen met vondsten. De rondleidingen met gids op 17 en 18 mei 2019 zijn hier aan verbonden.

          Tijdens het weekend van 17 en 18 mei 2019 is het ook Fortengordel.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen keurt het voorstel goed van Roland Pauwels om op de buitenmuur van de schans van Schilde kunst te projecteren onder toezicht en begeleiding van Erfgoedcel Voorkempen naar aanleiding van hun oproep voor het project "Bunker zoekt...".

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen keurt het voorstel goed van Nathan Van Esbroeck om in de schans van Schilde een lichtinstallatie in de vorm van een zwevende structuur, te plaatsen onder toezicht en begeleiding van Erfgoedcel Voorkempen naar aanleiding van hun oproep voor het project "Bunker zoekt...".

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Gebouw pagode - invulling

 

 

Voorgeschiedenis

Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 1 oktober 2018.

Toelating aan de dienst vrije tijd en welzijn om samen met de doelgroep jeugd een visie en plan van aanpak uit te werken zodat de jeugdhuismethodiek en particuliere jongereninitiatieven gegarandeerd blijven binnen Schilde.

 

Feiten en context

          Nieuw Pagode vzw gaf op 29 augustus 2018 te kennen dat zij hun huidige werking willen stopzetten en de vzw gaan vereffenen.

          Nadien gaven ze aan met een projectgroep (DNN Projects) aan een nieuwe insteek te werken en nog niet tot vereffending over te gaan.

          De projectgroep heeft een nieuwe insteek uitgewerkt waarbij de focus ligt op het faciliteren van lokale bands door het aanbieden van repetitieruimten, opnamesessies en toonmomenten.  Om dit te realiseren vragen zij exclusief gebruik van het gebouw gelegen aan de Turnhoutsebaan 279.

 

Juridische gronden

Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur.

Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

 

Argumentatie

          Er is nood aan jeugdinfrastructuur binnen de gemeentegrenzen om jeugdprojecten te faciliteren.

          Er is nood aan een jeugdhuiswerking waar jongeren alsnog aansluiting kunnen vinden met het gemeentelijke jeugdwerk los van de bestaande jeugdbewegingen.

          Nieuw Pagode vzw voldoet niet meer aan de erkenningsvoorwaarden en subsidievoorwaarden voor jeugdverenigingen.

          Door stopzetting van de werking van Nieuw Pagode vzw kan de bovenzaal van het gebouw te Turnhoutsebaan 279 verhuurd worden aan een breder doelpubliek via het evenementenloket.

          Het gelijkvloers kan worden geëxploiteerd door de jeugdraad, animatoren en individuele vrijwilligers al dan niet aangesloten bij een jeugdvereniging van Schilde.

          Het nieuwe concept kan projectmatig worden uitgevoerd zonder dat er nood is aan exclusief gebruik van de Turnhoutsebaan 279.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist om de bovenzaal van het gebouw te Turnhoutsebaan 279 mee in het reservatiesysteem van het evenementenloket op te nemen.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen beslist om het gelijksvloers ter beschikking te stellen voor de uitbouw van een jeugdhuiswerking, animatorenwerking en eventuele vrijwilligers al dan niet verbonden aan een jeugdvereniging.

Artikel 3. Het college van burgemeester en schepenen beslist om een brief op te maken, gericht aan het bestuur van vzw Nieuw Pagode met de vraag om de nodige voorbereidingen te treffen om het pand te verlaten.

Artikel 4. Het college van burgemeester en schepenen beslist om een brief op te maken om de werkgroep DNN projects op de hoogte te stellen van bovengenoemde beslissingen.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Aanpassingen op bovenverdiep van het oud-gemeentehuis Schilde voor lokalen van Academie Noord

 

 

Voorgeschiedenis

          E-mails tussen dienst cultuur, dienst der werken en leerkrachten Academie Noord van diverse data.

          E-mail van directrice Kristel Portael van 20 februari 2019 in verband met mogelijk van huren lokalen Wonderwijzer voor academie noord.

 

Feiten en context

          Academie Noord is sinds vorig jaar verhuisd van het gebouw van de Wonderwijzer naar het oud-gemeentehuis.

          Academie Noord heeft 2 leslokalen op het eerste verdiep van het oud-gemeentehuis en 3 heel kleine lokalen op hetzelfde verdiep als bergruimte omdat er niet voldoende ruimte is in de leslokalen om al het materiaal te stockeren.

          Het oud-gemeentehuis is niet volledig ingericht om te dienen als klaslokalen en daardoor moeten er enkele kleine aanpassingen gebeuren zodat het aangenamer is voor de studenten en de leerkrachten om in die lokalen te vertoeven en ook voor praktische en hygiënische redenen.

          Op het eerste verdiep is een keuken die niet meer voor die functie in gebruik is en waar een heel kleine lavabo geïnstalleerd is. Deze wastafel is veel te klein voor 20 tot 40 studenten om hun handen te gaan wassen tijdens en na de lessen. De studenten spoelen daar ook hun penselen en waterpotjes en ze nemen daar water om te gebruiken tijdens de les voor ondere andere aquarel schilderen.

          In beide lokalen zijn geen geschikte gordijnen voorzien om fel zonlicht te weren.

          In de oude raadzaal, wat nu het grootste klaslokaal is, is te weinig verlichting voorzien wat problemen gaat geven in de winter als het buiten donkerder is of tijdens een regenachtige dag.

          Er is niets voorzien in de klaslokalen om groot afval te deponeren. De leerkrachten werken nu met zwarte vuilzakken die af en toe worden opgehaald door de dienst der werken als de dienst cultuur hiervoor de opdracht geeft.

          In het gebouw is geen Wifi voorzien.

 

Juridische gronden

          De gemeenteraad besliste op 26 februari 2004 dat de overeenkomst voor de oprichting van een regionale kunstacademie Brasschaat onder de vorm van een interlokale vereniging tussen de gemeentebesturen Brasschaat, Essen, Schilde, Stabroek en Wuustwezel goedgekeurd wordt.

          Artikel 56 § 3 van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor:
1° de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

          Artikel 17 van de overeenkomst Intergemeentelijke samenwerking
Elk participerend gemeentebestuur staat op zijn grondgebied in voor geschikte lokalen die het nodige schoolmeubilair bevatten aangepast aan de specifieke technische en pedagogische eisen die het DKO Beeldende Kunsten stellen voor het organiseren van een kwaliteitsvol onderwijs.

 

Argumentatie

          De keuken zou best aangepast worden want deze heeft geen nut meer in het gebouw. Hier is reeds wateraansluiting voorzien en het zou handiger zijn om het keukenblad, die nu over de hele muur bevestigd is, te vervangen door één grote wastafel met meerdere kranen zodat er veel meer leerlingen tegelijk water kunnen gebruiken en hun handen en penselen kunnen wassen. Eventueel kan er aan de andere kant van die keukenmuur in de hal ook een kleinere wastafel geplaatst worden want er zijn telkens 2 klaslokalen waar tegelijkertijd lessen doorgaan met een totaal van 40 leerlingen.

          Lichte gordijnen voor zonwering is essentieel voor beide leslokalen om goed te kunnen schilderen en tekenen. Invallend zonlicht werkt enorm storend voor de studenten.

          Voldoende verlichting in beide lokalen is essentieel om tijdens regenachtige en donkere winterdagen goed te kunnen tekenen, schilderen en drie dimensionale technieken toe te passen.

          Een aparte grijze container voor de academie noord is geen overbodige luxe en dit werkt ook beter dan vuilzakken want die blijven dan in de hal staan wat geurtjes met zich meebrengt (=onhygiënisch) als die er te lang staan en dit is ook geen zicht voor de bezoekers in het gebouw. De leerkrachten kunnen de vuilbak zelf op straat zetten op de dag dat het huisvuilophaling is.

          Om op een moderne en kwalitatieve manier te kunnen lesgeven is het essentieel dat er in het gebouw een wifi verbinding zou komen zodat de leerkrachten hier ook gebruik van kunnen maken om hun lesmateriaal op een digitale manier te kunnen tonen aan de leerlingen. De leerkrachten kunnen dan tijdens hun lessen praktische voorbeelden laten zien aan de studenten van onder andere kunstwerken, kunstenaars en allerlei schilder-, teken-, en driedimensionale technieken.

          Er is navraag gedaan bij de directie van de Wonderwijzer of er een mogelijkheid is om de leslokalen van academie noord onder te brengen in het oude gebouw van de Wonderwijzer. Niet het oude witte gebouw links op het terrein, maar het gebouw rechts waar de refter, het secretariaat en enkele klaslokalen waren van de Wonderwijzer. De directrice van de Wonderwijzer heeft laten weten dat dit enkel nog ter beschikking is voor het schooljaar 2019 -2020 want nadien zal de nieuwe eigenaar DCA vermoedelijk andere plannen hebben met het schoolgebouw. Langer dan één schooljaar huren via Wonderwijzer zal dus niet mogelijk zijn.

 

Financiële gevolgen

 

Actie

5.1.14.7 / 5.1.14.6 / 5.1.4.1 / 5.1.4.2

Algemene rekening

61030100 / 61030010 / 61429999 / 24100000

Beleidsveld

820

Bedrag

te bepalen na offertes

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen keurt in principe de voorstellen goed om werken uit te voeren op het eerste verdiep van het oud-gemeentehuis voor de Academie Noord, afhankelijk van de kostprijs.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen vraagt offertes voor de aankoop van vuurvaste gordijnen, een grote wastafel met meerdere kranen en het voorzien van een grote grijze afvalcontainer voor de Academie Noord.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Afsluiten Kerkelei schoolfeest - Wonderwijzer - zaterdag 25 mei 2019

 

 

Voorgeschiedenis

Brief van Ann Declercq en Kristel Portael, directeur van basisschool Wonderwijzer, van 15 maart 2019

 

Feiten en context

Basisschool Wonderwijzer organiseert op 25 mei 2019 haar jaarlijks schoolfeest. Het schoolfeest is voor drie campussen samen. Om meer bewegingsruimte te krijgen vraagt de school toelating voor het afsluiten van de Kerkelei tussen de Kleinveldweg en de Waterlaatstraat van 8 uur tot 21.00 uur.

 

Juridische gronden

Artikel 135 §2 van de nieuwe gemeentewet
De gemeente heeft tot taak te voorzien in de veiligheid en de rust op de openbare wegen, plaatsen en in openbare gebouwen.

 

Inspraak en advies

          Gunstig advies dienst mobiliteit

          Gunstig advies politie

 

Argumentatie

De school kreeg hiervoor al herhaaldelijk toelating.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen verleent toelating aan Basisschool Wonderwijzer voor het afsluiten van de Kerkelei tussen de Kleinveldweg en de Waterlaatstraat op 25 mei 2019 van 8 uur tot 21.00 uur voor de organisatie van hun schoolfeest.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Aanvraag straatfeest De Dreef van Hertebos op 12 mei 2019 door Wouters Roel

 

 

Voorgeschiedenis

Aanvraag via de evenementenapplicatie De Dreef van Hertebos van Wouters Roel van 27 maart 2019

 

Feiten en context

Wouters Roel vraagt toelating om op 12 mei 2019 een straatfeest te organiseren in De Dreef van Hertenbos. Er wordt gevraagd de straat hiervoor te mogen afsluiten en te kunnen beschikken over evenementenmateriaal.

 

Inspraak en advies

          Gunstig advies mobiliteit

          Gunstig advies politie

 

Juridische gronden

          Artikel 135 §2 van de nieuwe gemeentewet
De gemeente heeft tot taak te voorzien in de veiligheid en de rust op de openbare wegen, plaatsen en in openbare gebouwen.

          Straatfeestreglement, goedgekeurd op de gemeenteraad van 22 februari 2016

 

Argumentatie

Omdat het wenselijk is het organiseren van straatfeesten te ondersteunen met het oog op het bevorderen van de sociale contacten binnen een straat, plein of wijk.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen verleent toelating aan Wouters Roel voor de organisatie van een straatfeest in De Dreef van Hertebos op voorwaarde dat:

          de hulpdiensten elke woning kunnen bereiken indien nodig en er dus een een vrije doorgang van 4 meter breedte is;

          voetgangers en fietsers nog doorgang hebben.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen beslist het nodige evenementenmateriaal toe te kennen voor zover dit beschikbaar is.

Artikel 3. Het college van burgemeester en schepenen kent de subsidiecheque toe aan Roel Wouters indien de bewijsstukken binnen twee maanden na het straatfeest zijn binnengebracht bij het evenementenloket.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Aanvraag - Elite Reklaam Oldtimerrally - 1 mei

 

 

Voorgeschiedenis

Aanvraag via evenementenapplicatie op 25 maart 2019

 

Feiten en context

Op 1 mei 2019 vindt de Elite Reklaam Oldtimer Rally plaats. Dit is een jaarlijks weerkerend evenement op 1 mei. Dit jaar zal de 10de editie doorgaan. Begin en eindpunt is steeds het gemeentehuis van Schilde. 's Avonds wordt een slot-event georganiseerd.

 

Juridische gronden

Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

 

Inspraak en advies

          Positief advies mobiliteit

          Positief advies brandweer

          Positief advies milieu

          Positief advies politie

 

Argumentatie

          De gemeente ondersteunt initiatieven die het sociale contact tussen inwoners bevorderen;

          De organisatie heeft in het verleden telkens ook toestemming gekregen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist om toestemming te verlenen aan de organisatie van Elite Reklaam oldtimer rally voor de organisatie van hun evenement op 1 mei 2019.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

Aanvraag benefiettocht op 3 mei 2019 door Basisschool Wonderwijzer

 

 

Voorgeschiedenis

Aanvraag via de evenementenapplicatie voor een benefiettocht van Basisschool Wonderwijzer van 4 maart 2019

 

Feiten en context

Basisschool Wonderwijzer vraagt toelating om op 3 mei 2019 een benefiettocht te mogen organiseren om nieuwe speeltoestellen aan te kunnen kopen. Er wordt gevraagd volgende straten hiervoor te mogen afsluiten en te kunnen beschikken over evenementenmateriaal:

          Kleinveldweg;

          Waterlaatstraat;

          Kerkelei.

 

Inspraak en advies

Gunstig advies mobiliteit

Gunstig advies politie

 

Juridische gronden

Artikel 135 §2 van de nieuwe gemeentewet
De gemeente heeft tot taak te voorzien in de veiligheid en de rust op de openbare wegen, plaatsen en in openbare gebouwen.

 

Argumentatie

De gemeente ondersteunt initiatieven ter bevordering van de schoolwerking.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen verleent toelating aan basisschool Wonderwijzer voor de organisatie van een benefiettocht en het afsluiten van volgende straten:

          Kleinveldweg;

          Waterlaatstraat;

          Kerkelei.

Artikel 2. Het college van burgemeester en schepenen beslist het nodige evenementenmateriaal toe te kennen voor zover dit beschikbaar is.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Overzicht punten

 

College van burgemeester en schepenen zitting van 15 04 2019

30 jaar Scouts Wezel - 30 april 2019

 

 

Voorgeschiedenis

Aanvraag ontvangen van Sofie van den Rul via de evenementenapplicatie op 11 februari 2019.

 

Feiten en context

Op zaterdag 27 april 2019 wenst Scouts Wezel een evenement te organiseren ter ere van het 30-jarige bestaan van hun vereniging. Dit feest wordt ingezet met een een kleinschalige kermis waarna men aansluitend kan genieten van een spaghetti tijdens de door hun georganiseerde spaghettislag. De avond zelf wordt afgesloten met een scoutsfuif.
De organisatie van Scouts Wezel vraagt toelating voor de organisatie van het evenement "30 jaar Scouts Wezel"

 

Juridische gronden

Artikel 56 §3 1° van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de daden van beheer over de gemeentelijke inrichtingen en eigendommen, in voorkomend geval binnen de door de gemeenteraad vastgestelde algemene regels.

 

Inspraak en advies

          Positief advies mobiliteit

          Positief advies milieu

          Positief advies politie

 

Argumentatie

          De voorgaande jaren heeft de vereniging reeds toestemming gekregen voor de organisatie van een gelijkaardig evenement in de vorm van een fuif.

          Het gemeentebestuur van Schilde ondersteunt activiteiten die de sociale interactie tussen bewoners en jongeren bevorderen.

 

BESLUIT

Artikel 1. Het college van burgemeester en schepenen beslist om toestemming te geven aan Scouts Wezel voor de organisatie van hun evenement "30 jaar scouts Wezel" op 27 april 2019 mits het naleven van volgende afspraken:

          het geluidsniveau van de elektronisch versterkte muziek mag maximum 95dB(A)LAeq,15 min bedragen op zaterdag 27 april 2019 vanaf 15 uur tot 2 uur op zondag 28 april 2019. Tussen 2 en 3 uur -zondag 28 april 2019- dient het geluidsniveau beperkt te worden tot 90 dB(a);

          na deze uren mag er geen muziek meer gespeeld worden;

          de organisator dient de VLAREM II voorwaarden in art. 5.32.2.2 bis, § 1,1°,2° en 3° en 62 strikt te respecteren;

          de organisator dient de buurt schriftelijk op de hoogte te brengen van het evenement;

          een afschrift van de vergunning zal overgemaakt worden aan de toezichthoudende politiediensten;

          de vergunninghouder beschikt ook voorafgaandelijk over een schriftelijke toestemming van de burgemeester in het kader van het decreet lokaal bestuur;

          de vergunninghouder dient een kopie van deze vergunning ter allen tijde ter beschikking te houden van de bevoegde controlerende diensten.

 

 

Publicatiedatum: 30/04/2019
Disclaimer

Publicatie LBLOD

De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.

Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:

Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.